Dirk De Wachter LIEFDE \
Een onmogelijk verlangen?
I sing this for the captain
Whose ship has not been built For the mother in confusion
Her cradle still unfilled
For the heart with no companion
For the soul without a king
For the prima ballerina
Who cannot dance to anything
Leonard Cohen, ‘Heart with no companion’
De liefde tien jaar later — 9
Voorwoord — 17
Liefde en duurzaamheid — 19
Liefde in de maakbare wereld — 23
‘No cure for love’ — 47
De laatste monoliet — 51
Het onzegbare — 69
De goede keuze — 79
Twee verhalen — 89
Stilte als existentiële noodzaak — 105
De ander en het verlangen — 123
Bronnen — 139
Colofon — 144
De liefde tien jaar later
Panta rhei. De wereld is steeds in verandering. Zeker in onze contreien lijken nieuwe werkelijkheden snel over elkaar heen te struikelen. Voor vele mensen is dat boeiend en uitdagend, voor anderen verwarrend en bedreigend. Mensen met soms lang verborgen seksuele variaties komen uit de kast, zij het nog steeds aarzelend en onzeker. De maatschappelijke reactie volgt traag, maar gestadig, zo lijkt het toch, hoewel heftige polarisaties en actieve tegenstemmen de media bestoken. Dit is nog meer het geval als het gaat over identiteit. Voor sommigen is de traditionele tweedeling tussen man en vrouw beperkend en onlogisch, voor anderen is het een zekerheid die moet verdedigd worden. De debatten zijn vaak heftig, emotioneel en niet gehinderd door kennis van zaken. Als vanouds worden ook psychiatrische verklaringen gebruikt in beide kampen.
Onder al deze ogenschijnlijke wisselvalligheden broeit de liefde. Voorbij de genoemde aarzeling van de geslachten blijven mensen onverminderd op zoek naar betekenisvolle verbanden. De aard van deze zoektocht is echter ook in volle beweging. Waar mijn generatie nog rondstruinde op feestjes en fuiven, lijken elektronische communicatiemiddelen nu de eerste aanzet over te nemen. Uiteindelijk zal het elkaar recht in de ogen kijken toch altijd bepalend worden.
Het succes van datingsites en commerciële relatiebureaus toont de nood en de onzekerheid van het relatiegebeuren. Bevrijd van gearrangeerde huwelijken door familiale of sociale structuren, laten sommigen zich nu leiden door experten met twijfelachtige wetenschappelijke argumenten. Sociologische studies wijzen onverminderd op eenzaamheid als belangrijk probleem, ook bij een jonge generatie.
In deze zoektocht naar verbinding ontstaan interessante variaties op de lang heersende overmacht van het monogame huwelijk. Een gevoel van verlossing uit dwingende kaders en een nood aan vrijheid en individualiteit staat hierin voorop. Bredere verbanden, zoals bij polyamorie, meer tijdelijke engagementen, zoals in seriële monogamie of minder formele nabijheid, zoals in de latrelatie, zijn geen uitzonderlijke verschijnselen.
Belangrijk in deze evolutie is een fundamenteel respect van de partners en een gelijkwaardigheid van beslissing. Emancipatoire bewegingen hebben hierin een grote rol gespeeld, maar er is hier zeker nog een hele weg te gaan. Het definiëren van toxische relaties vormt een boeiende stap in het ontmantelen van een achterhaald en vaak mannelijk vrijheidsdenken. Het blijft echter een broze zoektocht naar evenwichten tussen verschillende mensen, die bovendien nog voortdurend veranderen in een complexe context.
Zo geeft de voortschrijdende tijd ook vandaag nog een invulling aan de ondertitel van dit boek, van de onmogelijkheid van het verlangen, van de liefde als ideale paradox. En net als in de liefdesrelatie zetten we in ons mee-leven in een maatschappij, in al onze relaties, het ploeterende zoeken onverminderd voort. Want ook in een veelkleurigheid van mogelijkheden loopt het natuurlijk niet altijd perfect. Het bewustzijn van risico’s, het blijven zoeken naar kansen, het samen spreken en bedachtzaam beslissen, soms zelfs externe hulp inroepen, zijn onvermijdelijke ingrediënten van het moderne samenleven. Vrijblijvendheid kan bijvoorbeeld enerzijds een begrijpelijke keuze zijn tussen volwassen mensen, in de relatie met kinderen zijn anderzijds duurzaamheid, stabiliteit en hechting noodzakelijke factoren voor een goede ontwikkeling. Dit is niet altijd gemakkelijk te combineren.
Naast negatieve en zelfs ronduit traumatische situaties die ik in mijn praktijk als gezinstherapeut tegenkom, zie ik gelukkig ook creatieve constructies die bijzonder goed werken. Het is hoopvol te zien hoe de instabiliteit van het primaire gezin soms aanleiding geeft tot het mobiliseren van de bredere familiale context. Zo lijkt de verandering ook een terugvinden te zijn van vroegere patronen. We vullen onze wereld dag na dag anders in, maar we keren daarbij keer op keer terug naar onuitroeibare
funderingen, die ook in de liefde zelf stand lijken te houden: de blijvende zoektocht van de mens naar de nabijheid van de Ander. Er komt geen einde aan deze passionele geschiedenis van schoonheid en destructie.
Intussen is het boek dat ik hierover schreef bijna tien jaar oud. Wat eenvoudig voor sommigen, maar herkenbaar voor velen, blijkbaar. Ik weet niet zeker of mijn persoonlijke bedenkingen van toen van betekenis kunnen blijven voor nieuwe generaties. Vermoedelijk hoeft dat ook niet, en is het aan elke lezer om door, dankzij, of evengoed uit protest tegen mijn woorden, een eigen verhaal te schrijven. Wel ben ik zeker van de wonderlijke poëtische woorden van Wisława Szymborska over de ‘Gelukkige liefde’
– in de eerste editie nog verderop in het boek, vandaag eist ze vooraan haar plaats op. In de kunst toont de liefde haar eeuwigheid.
Gelukkige liefde
Gelukkige liefde. Is dat normaal, verdient dat respect, heeft dat nut –wat moet de wereld met twee mensen die voor elkaar de hele wereld zijn?
Zonder enige verdienste tot elkaar verheven, stom toevallig twee uit een miljoen en er toch van overtuigd dat het zo moest gaan – als beloning waarvoor?
voor niets;
het licht valt nergens vandaan –waarom juist op hen, en niet op anderen?
Is dat kwetsend voor ons rechtsgevoel? Ja zeker. Schendt dat onze zorgvuldig opgeworpen principes, stoot het de moraal van zijn top? Zowel het een als het ander.
Kijk eens naar het gelukkige stel: als ze zich nu een beetje inhielden, om hun vrienden wat neerslachtigheid veinsden!
Hoor eens hoe ze lachen – aanstootgevend.
Wat voor taal ze bezigen – alleen schijnbaar begrijpelijk.
En dan al die vormelijkheden, poespas, die subtiele verplichtingen jegens elkander –het lijkt wel een complot achter de mensheid om!
Je kunt nauwelijks voorzien waartoe dit zou leiden, als hun voorbeeld nagevolgd zou worden.
Waar zouden poëzie, religie nog op kunnen hopen, wat zou men nog in ere houden en wat laten varen, wie zou in de kring willen blijven.
Gelukkige liefde? Is dat echt nodig?
Tact en gezond verstand gebieden erover te zwijgen als over een schandaal in de Hogere Sferen des Levens.
Prachtige kindertjes worden zonder haar hulp geboren.
Nooit ofte nimmer zou ze de aarde kunnen bevolken, ze komt tenslotte zelden voor.
Laat de mensen die geen gelukkige liefde kennen maar volhouden dat gelukkige liefde nergens bestaat.
Met dat geloof valt het hun lichter te leven, en te sterven.
Wisława Szymborska, Einde en begin.
Verzamelde gedichten, p. 182-183
Voorwoord
Duurzaamheid is een zeldzaam goed, op alle vlakken. Alles verbrokkelt, en gaat te snel voorbij. Ook de liefde lijkt niet stand te houden. Liefde gaat over, is te kort, blijft niet ontbranden. We zien overal rondom ons relaties stukgaan. Als de liefde weg is uit een relatie, breken we die relatie op. Ander en beter. Het is op zich niet verkeerd om kortere relaties te hebben in het leven. Het zou zelfs best ‘normaal’ genoemd kunnen worden. Maar hoe komt het dan dat de duurzame liefde, liefde dus die een groot deel van een mensenleven blijft duren, voor de meesten een na te streven ideaal is?
Het leven heeft alleen zin omdat het eindig is. Zonder die begrenzing zou het leven ondoenbaar zijn. Dat is de paradox van het leven, en de liefde is net zo dubbelzinnig. Hoe harder we ernaar verlangen, hoe onbereikbaarder ze wordt. We kunnen haar niet dwingen en kennen de mechanismen ervan niet. De liefde overkomt ons. En hoe uniek en begerenswaardig ook, het is diezelfde liefde die ons leven kapotmaakt.
Het is des mensen om te verlangen naar iets wat zeldzaam is. Een lange liefdevolle relatie is een ideaal voor de meesten onder ons. We hebben er veel voor over en toch mislukt het vaak. Dat falen veroorzaakt veel leed en voelt als een persoonlijk ongeluk. Met liefdesverdriet gaan mensen naar een
hulpverlener. Ze komen naar de verdrietdokter die ik ben, en ze verwachten dat ik de liefde heel.
Maar bestaat de zogenaamde duurzame liefde eigenlijk wel? Of is het een romantische droom, een constructie, iets onechts? De liefde lijkt zo volstrekt ondoorgrondelijk. We kunnen haar niet grijpen noch analyseren. In dit boek worden bijgevolg geen oplossingen aangeboden of antwoorden gegeven. Ik probeer haar te naderen en aan te raken. Meer kan ik niet. Echt niet.
Liefde en duurzaamheid
Hoelang is duurzaam?
Iedereen mag kiezen hoelang ‘duurzaam’ is. Maar enkele dagen telt niet. Als we tien, twintig, dertig jaar liefdevol kunnen zijn, dan lijkt het al mooi. We weten dat we duurzamer moeten zijn met de wereld, met de natuur, met spullen. Boeken over hoe we beter (duurzamer) kunnen leven, verkopen als zoete broodjes. Alain de Botton ging van start met een School of Life, ‘a cultural enterprise offering good ideas for everyday life’. In boeken en cursussen wordt verteld hoe je moet omgaan met eenzaamheid, met ouder worden, wat de natuur voor je kan betekenen enzovoorts. Het concept is immens populair en bewijst hoezeer we antwoorden willen. We willen allemaal lezen en horen hoe we gelukkig moeten leven. En de blijvende liefde vinden. Ertegenover staat de alomtegenwoordige vluchtigheid en oppervlakkigheid in de wegwerpcultuur. En een toenemend aantal mensen dat lijdt aan een depressie en toevlucht zoekt bij een psychiater of therapeut.
Wat is liefde?
In zijn ‘Symposium’ beschrijft Plato de gevreesde wezens van het man-vrouwelijk geslacht. Ze had -
den vier armen en benen, twee gelijke gezichten. Zij vielen de goden aan en Zeus besloot om hen te halveren. Zo heeft hij hen enorm verzwakt, want het leven van de helften bestond er vanaf dan slechts in om hun wederhelft terug te vinden. Zo komt het dat de liefde voor elkaar in de mens is ‘ingeplant’. Eros is volgens Plato de hereniger van de oorspronkelijke natuur van de mens. Duurzame liefde is uitzonderlijk: de partners hebben beiden het gevoel dat ze bijna levenslang, en dat is tegenwoordig ellendig lang, in een soort uitverkorenheid kunnen samenleven. Het is een prachtig iets wat je iedereen zou toewensen. Maar het najagen ervan veroorzaakt veel leed.
We spreken in dit boek over de liefde tussen twee volwassenen, mannen en/of vrouwen, tussen mensen die tot elkaar komen in een geërotiseerde context en die worden gedreven tot een gezamenlijk project in alle vormen en maten die in deze wereld te vinden zijn.