Vlaanderen_gepeild_1998_vertrouwen.pdf

Page 1

VERTROUWEN Het vertrouwen van de Vlamingen in politiek, overheid en instellingen in tijden van affaires Mark Elchardus & Wendy Smits TOR-vakgroep sociologie Vrije Universiteit Brussel In verschillende westerse landen blijken mensen het vertrouwen te verliezen in politiek en overheid (Klingemann & Fuchs, 1995; Adams & Lennon, 1992; Blendon et al., 1997; Buchta, 1993; Kruger, 1993; Socha, 1979). In landen waar opiniepeilers het vertrouwen al geruime tijd meten, is dat verlies inmiddels een vertrouwd verschijnsel. In de Verenigde Staten, bijvoorbeeld, begon de aftakeling in de jaren zestig (Bachman, 1975) en zet ze zich nagenoeg onverminderd door (Ney, 1997; Ney, Zelikow & King, 1997). Af en toe is er een kortstondige heropflakkering van vertrouwen, maar die wordt vrij vlug tenietgedaan. In eigen land namen de uitingen van politiek wantrouwen in de loop van 1996 en 1997 spectaculaire vormen aan. Talrijke journalisten, intellectuelen en de Witte Beweging wierpen zich op als de vertolker ervan. Een aantal leden van de Witte ComitĂŠs richtte op het einde van 1997 een open brief aan de Koning: "Een democratie die het vertrouwen van de bevolking verloor is een gevaarlijke democratie. Ons publiek leven is in handen gegeven van specialisten, die nooit iets zien aankomen. Noch de corruptie, noch de werkloosheid, noch sociale uitsluiting, noch het failliet van ons onderwijssysteem" (De Standaard, 30 december '97). De formulering klinkt pathetisch, maar maakt duidelijk met hoeveel zelfzekerheid het verlies van vertrouwen in de politiek wordt voorgesteld als een onbetwistbaar, feitelijk gegeven.

1. Moet het wantrouwen ons zorgen baren? Deze bijdrage wil speuren naar de oorzaken van de vertrouwenscrisis en zo bijdragen tot de discussie over mogelijke oplossingen. Het is niet de bedoeling na te gaan hoe zorgwekkend die crisis is, maar we kunnen die vraag niet volkomen uit de weg gaan. Daarom geven we hier een paar opmerkingen en literatuurverwijzingen over de vermeende gevolgen van wantrouwen. Auteurs die de vertrouwenscrisis beschouwen als een specifiek politiek verschijnsel, durven wel eens stellen dat we er ons helemaal geen zorgen over hoeven te maken. Wantrouwen tegenover de overheid wordt door bepaalde (voornamelijk Amerikaanse) liberale denkers niet zozeer als een probleem dan wel als een pluspunt beschouwd. In hun ogen is het een teken van een vigoureuze, kritische democratische cultuur (zie Orren, 1997). Dit soort denken is geworteld in de utilitaristische theorieĂŤn. Vertrouwen wordt onbelangrijk geacht omdat men ervan uitgaat dat alle mensen uit eigenbelang handelen wat onder vrijmarktcondities, als vanzelf tot positieve resultaten leidt (Misztal, 1996: hoofdstuk 2). Wie dat uitgangspunt niet deelt, maakt zich doorgaans meer zorgen over het verlies van vertrouwen in politiek en overheid. Wie een positieve rol ziet weggelegd voor de overheid in het verwezenlijken van collectieve welvaart en welzijn, heeft een grotere kans om zich zorgen te maken over het wantrouwen omdat het de kans verkleint dat de overheid en de politiek hun rol kunnen spelen. Het vergroot de kans dat voor alle problemen naar een marktoplossing wordt gegrepen, of die


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.