d_Samenvatting.pdf

Page 1

Samenvatting

Samenvatting ECKHART KUIJKEN, DICK VAN STRAATEN & KRIS DECLEER

Deel 1 Beschrijving en evaluatie van de natuur in Vlaanderen Het eerste deel geeft een bespreking van de actuele toestand van 'natuur' in Vlaanderen, behandeld op twee niveaus: groepen organismen (planten en dieren) en biotopen (een gebied met geringe oppervlakte gekenmerkt door de levensgemeenschap die er voorkomt in relatie met abiotische omgevingskenmerken (bodemgesteldheid, voedselrijkdom,…); waar mogelijk gebeurt een vergelijking met de toestand in het verleden. De bespreking van de organismegroepen (verder taxonomische groepen genoemd) verloopt volgens een vast stramien: de beschrijving van de huidige toestand en de veranderingen steunen op verspreidigingsgegevens waarna de soorten worden ingedeeld in zeldzaamheidscategorieën en Rode-Lijstcategorieën.Voor enkele groepen organismen zijn gegevens beschikbaar over hun vroegere spreiding wat toelaat de huidige toestand te vergelijken met het verleden en veranderingen in de grootte van het verspreidingsgebied te kwantificeren. De status van soorten wordt weergegeven in Rode-Lijstsoorten en geïnterpreteerd op het niveau Vlaanderen en per "ecoregio". Ecoregio's zijn geografisch afgelijnde gebieden op basis van geo(morfo)logische en landschappelijke karakteristieken en zijn relatief homogeen wat betreft abiotische kenmerken. De in dit rapport gedefinieerde ecoregio's verzamelen enkele ecodistricten waardoor ze goed te vergelijken zijn met deze van de traditionele landschappen. Het voorkomen van Rode-Lijstsoorten wordt per ecoregio besproken. A. Biotopen De bespreking van het voorkomen van biotopen in Vlaanderen steunt op de biotopen-typologie (de zgn. karteringseenheden) die gebruikt wordt in de Biologische waarderingskaart (afgekort als BWK), een gebiedsdekkend document waarbij aan de hand van vooraf gedefinieerde karteringseenheden, de aanwezigheid van biotopen in kaart werd gebracht op schaal 1/25.000. Deze ruimtelijke databank maakt het mogelijk een statistiek op te bouwen van het voorkomen van biotopen in Vlaanderen. Voor een beperkt deel van Vlaanderen bestaan twee versies van de BWK (veldopname 1978-1996 en veldopname 1997) waardoor recente veranderingen in de ingenomen oppervlakte bij benadering kunnen geschat worden. Hierdoor kunnen tendensen in de evolutie van de betreffende biotopen tijdens het afgelopen decennium weergegeven worden. De actuele oppervlakte ingenomen door de onderscheiden biotopen in Vlaanderen is samengevat in tabel (i). Op basis van deze actuele oppervlakte kunnen de biotopen in zeldzaamheidscategorieën ingedeeld worden. Hierbij worden 6 zeldzaamheidsklassen gehanteerd: (1) nagenoeg of geheel verdwenen; (2) uiterst zeldzaam; (3) zeer zeldzaam; (4) zeldzaam; (5) vrij zeldzaam en (6) minder algemeen. In wat volgt wordt dit per biotooptype behandeld. Heiden en vennen behoren tot de zeer zeldzame biotopen in Vlaanderen en worden vooral aangetroffen in de Kempen. De 'natte heiden met hoogveenelementen' en 'hoogvenen' komen nog nauwelijks voor. Meer dan de helft van de heiden en vennen zouden het laatste decennium verdwenen zijn vnl. door het achterwege blijven van beheer (o.a. verbossing) of door bosaanplant. Natte heiden en hoogvenen en vooral oligotrofe waters (vennen) vormen een groep met een hoog aandeel bedreigde plantensoorten (tot 10 % uitgestorven en tot 60 % bedreigd). Daarnaast zijn heel wat Rode-Lijstsoorten libellen, dagvlinders en spinnen kenmerken voor heiden en vennen, hoogvenen en oligotrofe waters. Moerassen in ruime betekenis nemen slechts 0,5-1,1 % in van de totale oppervlakte van Vlaanderen (tabel (i)), waarvan het grootste deel bestaat uit rietland, natte ruigten en elzenbos. De meeste andere moerastypen zijn 'nagenoeg verdwenen'. Moerassen worden verspreid over heel Vlaanderen aangetroffen, en zijn vooral gebonden aan valleien van rivieren en beken. Het areaal is zeer versnipperd. Zeer veel Rode-Lijstplantensoorten behoren tot de groep van de 'grote zeggevegetaties' en 'drijftillen', ' zuur en alkalisch laagveen'.Vooral deze laatste biotopen-groep bevat een zeer groot aantal soorten die nagenoeg zijn uitgestorven in Vlaanderen. De helft van de libellen van de Rode Lijst zijn kenmerkend voor moerassen en matig voedselrijke plassen (5 soorten zijn reeds uitgestorven). Broekbossen en bronbossen nemen een aparte plaats in (slechts 1730-3600 ha) en hun verspreiding is bijzonder gefragmenteerd, vnl. in de valleigebieden van de Kempen en het westelijk deel van de Leemstreek (bronbossen). Voedselrijke waters blijven zeer tot uiterst zeldzame biotopen die weliswaar over heel Vlaanderen verspreid aangetroffen worden. De oppervlakte slikken, schorren en brakke plassen bedraagt 1130-1580 ha en zilte graslanden 2100 ha. Deze biotopen zijn uiterst zeldzaam of nagenoeg verdwenen en bevatten veel bedreigde soorten planten (24 % van de karakteristieke soorten is reeds uitgestorven, 39 % is bedreigd). Ze komen vooral voor langs de kust, in de polders en langs de Beneden-Schelde. Instituut voor Natuurbehoud Natuurrapport 1999. Toestand van de natuur in Vlaanderen: cijfers voor het beleid

IX


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.
d_Samenvatting.pdf by Vlaanderen-be - Issuu