Het_ontstaan_en_verdwijnen_van_Vlaamse_bedrijven_samenvatting.pdf

Page 1

Hoofdstuk 2 Werkgelegenheidsdynamiek: het ontstaan en verdwijnen van Vlaamse bedrijven

Jozef Konings Filip Roodhooft Linda Van De Gucht Maarten Goos Peter Mistaen

In dit hoofdstuk pogen we om het dynamisch proces van jobcreatie en -destructie in Vlaanderen te analyseren. Door het proces van jobcreatie en -destructie te bestuderen kunnen nieuwe aspecten van de arbeidsmarktdynamiek en implicaties voor het beleid worden aangetoond. Verduidelijken we dit met een eenvoudig voorbeeld. Veronderstel dat de netto tewerkstellingsgroei in Vlaanderen 2% bedraagt. Dit kan het gevolg zijn van jobcreatie in nieuwe en groeiende bestaande bedrijven van 4% en een jobdestructie in uittredende en krimpende bestaande bedrijven van 2% (4% - 2%= 2% netto tewerkstellingsgroei). Anderzijds zou een 2% netto tewerkstellingsgroei ook tot stand kunnen komen door een jobcreatiegraad van 10% en een jobdestructiegraad van 8%. Het is duidelijk dat in het tweede voorbeeld de arbeidsmarkt veel turbulenter (dynamischer) is. Welnu, arbeidsmarkten gekenmerkt door grote jobreallocatie wijzen doorgaans op een economie waar schokken snel worden vertaald in een 'creatief destructieproces': onproductieve jobs worden snel vernietigd, om ook snel weer te worden vervangen door meer productieve jobs. Dit gaat dan gepaard met een snellere productiviteitsstijging. Wij bestudeerden dergelijke creatieve destructieprocessen in detail. Hierbij komen verschillende dimensies van analyse aan bod. Wat is het patroon van jobcreatie en -destructie in Vlaanderen en hoe verhoudt zich dat met de rest van de wereld? Wat is de rol van nieuwe bedrijven en van uittredende bedrijven in het werkscheppings en -vernietigingsproces? Bestaan er verschillen tussen sectoren en tussen regio's? Bestaan er verschillen tussen ondernemingsgrootte, tussen types van werknemers, contracten en geslacht? Het project heeft deze verschillende dimensies van het jobreallocatieproces bestudeerd door gebruik te maken van de jaarrekeningen van Vlaamse ondernemingen voor de periode 1986-1998. Dit hoofdstuk vat de voornaamste bevindingen en beleidsconclusies samen. 1

Jobcreatie en -destructie in Vlaanderen versus de rest van de wereld

Bekijken we de jobcreatie, jobdestructie en jobreallocatie voor Vlaanderen voor de periode 1986-1998. Vlaanderen vertoont een gemiddelde jobcreatiegraad van 10% en een jobdestructiegraad van 6%, wat resulteert in een netto tewerkstellingsgroei van 4%. In tabel 1 zien we echter dat de Vlaamse economie wordt gekenmerkt door rigiditeit op de arbeidsmarkt vergelijking met het gemiddelde voor geĂŻndustrialiseerde landen. Een lage arbeidsmarktturbulentie en een positieve netto tewerkstellingsgroei suggereren dan ook een geremd proces van creatieve destructie. Toch kunnen de verschillende jobreallocatiegraden niet zonder meer worden vergeleken. Studies voor verschillende landen gebruiken immers niet noodzakelijk dezelfde periode als basis voor het onderzoek. Ook verschillen tussen de sectoren zijn belangrijk (bijvoorbeeld industrie versus handels- en dienstensector). Enige voorzichtigheid is daarom vereist bij een internationale of regionale analyse van de


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.