Afgiftekantoor Brussel X | In Beraad jrg. 25 nr.1, januari 2017 Verschijnt driemaandelijks | P 309789 v.u. Mia Douterlungne, Koning Albert II-laan 37 | 1030 Brussel overname mag mits bronvermelding
bpost PB- PP
BELGIE(N) - BELGIQUE
IN BERAAD januar i 2017
Het eindtermendebat: wat zegt de Vlor? Begin 2016 startte het breed maatschappelijk debat over de herziening van de eindtermen. Iedereen kon hier zijn inbreng doen: leraren, ouders, leerlingen, directies, schoolbesturen, maar ook het bredere veld van werkgevers, cultuurmakers,… De discussie leidde tot een eindrapport voor de minister van Onderwijs en het Vlaams Parlement. Het parlement vroeg aan de Vlor om advies te formuleren over dat rapport. De raad hield daarbij ook rekening met de resultaten van een bevraging door de scholierenkoepel VSK.
Minder maar beter Nog voor de opstart van dat debat, bezorgde de raad in oktober 2015 de parlementsleden al een oriënterend advies. Daarin pleitte hij voor een nieuwe manier om om te gaan met einddoelen: een overzichtelijke set van kerndoelen, die duidelijk en concreet geformuleerd en hanteerbaar zijn voor de gebruikers. Ze moeten bovendien voldoende ambitieus zijn.
Doel: kwaliteitstoezicht Vooraleer de overheid de eindtermen aanpast, moeten er nog enkele principiële vragen uitgeklaard worden. Zo moet eerst bepaald worden waarvoor de eindtermen moeten dienen. Hen te veel functies tegelijk geven, leidt tot verwarring.
Belang van een rijke basisvorming Eindtermen moeten dienen als een instrument voor het kwaliteitstoezicht door de overheid. Een gevolg van die optie is dat ze allemaal eenzelfde statuut kunnen krijgen: – te bereiken door de school op populatieniveau (dus niet op het niveau van de leerling); – geformuleerd voor de kernmomenten in de schoolloopbaan: het einde van het basisonderwijs, de eerste graad en de derde graad (en dus niet langer voor de tweede) graad van het secundair onderwijs.
Het valt de Vlor op dat er – terecht – maatschappelijk bijzonder groot belang wordt gehecht aan zelfkennis, zelfsturing en persoonlijke ontwikkeling. Dat is ook het geval voor maatschappelijke integratie. De nieuwe kerndoelen moeten de nodige richtingwijzers bevatten voor onderwijs om zowel persoonsvormend als socialiserend als kwalificerend te werken.
De Vlor is er ook voorstander van om de eindtermen te ordenen in generieke onderdelen die gelden voor het geheel van het onderwijs.
Basisvorming is verbindend, verklarend en diepgaand en legt een band tussen de ervaringen en kennis uit het verleden en de vragen van nu. Met die kennis en vaardigheden kunnen jongeren de toekomst mee creatief vorm geven. De nieuwe eindtermen, ‘kerndoelen’ volgens de Vlor, moeten daarom ingevuld worden volgens een brede visie op vorming die jongeren wapent om zichzelf te positioneren ten opzichte van wat hen beïnvloedt.
(24/11/2016)
6 Lees het advies op www.vlor.be/adviezen/overzicht
3 In Beraad jrg. 25 nr.1, januari 2017 p1