Lespakket De geniale avonturen van Tony Confetti - Peter Duijk

Page 1


Lespakket Word net als Tony!

Dit lespakket is bedoeld voor meerdere lessen over Tony.

De bedoeling is dat de kinderen De geniale avonturen van Tony Confetti zelfstandig gaan lezen en net als Tony bezig gaan met taal, taalvondsten en ‘de andere kant op denken’.

Het pakket is dus vooral gericht op plezier maken met taal en plezier hebben in lezen.

Hoofdstuk 1

Lees eerst Hoofdstuk 1. Wat denk je, vind je Tony een leuke jongen?

Ik hoop het natuurlijk wel, want de bedoeling van deze lessen is dat je misschien wel net zoveel van taal en gekke gedachten gaat houden als Tony.

Eerst even een vraag.

Vraag 1:

Waarom denk je dat de vader van Tony nooit wat verkoopt in zijn winkel? Dat is toch raar?

Vraag 2:

Tony’s hoofd is heel bijzonder. Als hij ergens over nadenkt dan gaat het echt alle kanten op. Deze zin bijvoorbeeld: ‘Als mijn vader achter de toonbank van de winkel staat, lijkt het wel alsof hij gesmolten ijs verkoopt, of lekke banden, volgepropte taxi’s, of gescheurd gras, of veel te lange tandenstokers.’

Zou jij dat ook kunnen? Probeer even net als Tony te denken. Schrijf hieronder eens 3 dingen op die Tony ook zou kunnen bedenken. Maak daarom deze zin eens op 3 manieren af:

‘Tony ziet in de straat een hond voorbij lopen. Is dat een hond? Nee joh, het lijkt wel op een

(Maak er iets leuks van hè: ‘een opgeblazen strandbal’ of ‘een klein harig autootje met pootjes’, verzin

Vraag 3:

Maak eens een tekening van deze hond en probeer je omschrijvingen uit vraag 2 ook te tekenen. Een tekening van een hond dus, die er niet echt als een hond uitziet. Maar toch ook wel weer als een hond eruitziet. Snap je het nog? Kijk maar eens op pagina 16 van het boek hoe Marieke zoiets doet.

Hoofdstuk 2

Vraag 1:

Als jij vanavond de straat op zou gaan, en je mocht je verkleden: hoe zou je er dan uit willen zien?

Vraag 2:

Okay. Dus je loopt verkleed over straat als piraat, of als danseres, of als prinses, of als trainconducteur, of als superman, of als een vis, of als een pizza… en je komt iemand tegen. Wat zeg je dan tegen die persoon? Wat zeg je tegen een:

Oude man die moeilijk kan lopen

Een man met een heel grote hond Een mevrouw die twee grote zware tassen

Hoofdstuk 3

Vraag 1:

Tony denkt anders over straf dan andere mensen. Hij denkt dat straf niet helpt. Want je rijdt niet door rood licht omdat je anders misschien tegen iemand anders aanrijdt. Niet omdat je anders straf krijgt, toch?

Daarom een vraag over regels en over straf. Probeer net zoals Tony te denken.

Waarom komen de meeste kinderen op tijd op school? Is dat omdat ze anders straf krijgen, of is er een andere reden?

Hoofdstuk 4 (en 5)

Tony is op bezoek geweest bij de oude man en die heeft een kaartje van de winkel gekregen. Stel je voor: de man gaat de dag erna naar de winkel en haalt daar een van de pakken op. Hoe ziet hij er dan uit? (Nu moet je nog niet vooruitbladeren naar hoofdstuk 5… maar probeer zelf een pak te verzinnen.)

Teken de oude man in het pak dat jij heel goed bij hem vindt passen!

Hoofdstuk 6

Vraag 1:

In dit verhaal komt de directeur langs in Tony’s klas. En moet Tony een vraag beantwoorden. Tony heeft het gevoel dat iedereen naar hem kijkt, en in zijn hoofd gaat het stormen.

Okay. Doe het volgende. Doe je ogen eens dicht en bedenk dan dat je in een klas zit en de juf heeft net een moeilijke vraag aan je gesteld. Iedereen kijkt naar je. Denk even na.

Wat vind je ervan?

Ik vind dat:

Bespreek je antwoord met je klasgenootje. Hebben jullie hetzelfde woord opgeschreven? Ja? Wat bijzonder!

Nee? Vraag eens waarom je klasgenoot er anders over denkt.

Vraag 2:

Nu komt de volgende vraag. Nu ga je het gevoel uit vraag 1 omschrijven zoals Tony zou doen. Als Tony dat heel erg leuk vindt dan zou hij schrijven: ‘Ik voel me als een ijsje in de zomer, als een vogel die door de blauwe lucht vliegt of als een eendje in de vijver vol blauw water.’

Omschrijf jij het gevoel uit vraag 1 eens, net als Tony:

Ik voel me als

Hoofdstuk 7

Vraag 1:

Gek woord hè, ‘onderdaan’? Had je er ooit wel eens van gehoord? En wat vind je er eigenlijk van: een zwerver die samen met een koning op een bankje zit. Kan dat in het echte leven wel?

Maak eens een lijstje van mensen die ‘waarschijnlijk’ nooit bij elkaar op 1 bankje komen te zitten: Een buschauffeur en een tv-presentator. Bijvoorbeeld.

Is dat niet raar? Waarom komen sommige mensen elkaar nooit tegen? Waarom is dat zo, denk je?

Hoofdstuk 8

Over Hoofdstuk 8 kan ik niet zoveel vragen stellen aan je, daarom heb ik nu een heel leuke kleur- en tekenopdracht. Dit is een tekening van de feestwinkel van Tony’s vader. Deze tekening staat niet in het boek, maar het is wel echt Feestwinkel Confetti!

Kleur de tekening vooral mooi in, maar wat nog leuker is: teken er eens een aantal dingen in die ook in een feestwinkel liggen of staan of hangen. Oftewel: maak de feestwinkel vooral nog veel voller!

Hoofdstuk 9

Over dit hoofdstuk heb ik natuurlijk wel een vraag.

Je leest daar dat de brief van Jelle is aangekomen bij zijn moeder. En dat ze elkaar nu weer spreken in het park.

Wow. Dat is leuk! Dus door een klein briefje kun je met je moeder (of je vader, of iemand anders die belangrijk is voor je) een heel leuk gesprek krijgen.

Daarom… doe eens net als Jelle! Stel je voor: je zit in een parkje en je hebt pen en papier. En Tony brengt het briefje dat je zo gaat schrijven naar je moeder of vader of wie dan ook maar. Aan wie zou je willen schrijven? En vooral: wat?

Probeer eens een kort briefje van niet meer dan 10 regels te schrijven. En schrijf dan over dingen waar je graag eens over zou willen praten.

Hoofdstuk 10

Een blokje om. Had je daar ooit wel eens van gehoord? Tony niet, maar toen de juf het uitlegde snapte hij precies wat het was.

Vraag 1:

Ik heb nog 3 van die rare uitdrukkingen. Zo noemen we dat: uitdrukkingen. Probeer eens zo goed mogelijk uit te leggen wat het is. En als je niet weet wat het is… geen probleem… verzin gewoon iets geks!

1) Lachen als een boer met kiespijn:

2) De kat uit de boom kijken:

3) Een hart onder de riem steken:

Vraag 2:

En nu wordt het nog gekker. Nu kun je zelf zo’n uitdrukking verzinnen. Dus… wat betekent volgens jou: een gat in je teen vliegen? Ik heb geen idee, want ik heb hem net verzonnen. Maar ik zou er wel iets bij kunnen bedenken.

Dus… verzin eens 3 uitdrukkingen waarvan alleen jij weet wat het betekent.

1). 2). 3).

Hoofdstuk 11

Tony’s moeder woont niet thuis. En daarom gebruiken Tony en zijn vader het woord ‘ziekenhuisvakantie’.

Je snapt vast heel goed dat dat een woord is dat best vriendelijk klinkt, maar eigenlijk iets niet zo leuks betekent. Toch?

Denk je dat het mogelijk is om nieuwe woorden te verzinnen voor dingen die niet zo leuk zijn?

Laten we het eens proberen.

Stel je voor. Je houdt niet van regen. Maar als je het ‘plantjesdouche’ noemt, klinkt het al veel vrolijker, toch?

Probeer eens vrolijke nieuwe woorden te maken voor:

Verdriet

Hoofdpijn

Tandarts

Verveling

Dief

Het is natuurlijk niet zo dat verdriet weggaat als je er een ander woord voor hebt, maar toch… je hoofd vindt het vast wat minder erg.

Hoofdstuk 12

Hoe ziet jouw uniform eruit?

O, ik bedoel. Jouw huid.

Heb je er ooit over nagedacht dat dat het enige uniform is dat je niet zelf hebt gekozen? Zou een mooie boel zijn; je wordt ’s ochtends wakker en je staat voor je kast met huidskleuren. Hmmm, welke zal ik vandaag eens aantrekken?

(Sorry, dat is weer zo’n idee dat Tony me net influistert…)

Nu komt de opdracht. Teken jezelf eens zo goed mogelijk na en kleur dan je huid in met een andere kleur dan het uniform (oeps, sorry: huid) dat je vandaag draagt.

Verandert er wat? Word je heel anders?

Zo ja: wat dan?

Zo nee: gek he? Het is ook alleen maar een uniform. Van binnen zijn we allemaal hetzelfde.

Laatste opdracht

Je hebt nu heel veel vragen beantwoord en je hebt heel veel papiertjes gebruikt.

Wat je nu mag doen is heel leuk…

Vouw van dit papiertje een hoedje. En zet die op je hoofd.

Want zo eindigt deze les net als het boek… in een vrolijke verkleedpartij.

Want dat is toch het leukste dat er is?

Succes!!!!

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.