9789401495240

Page 1

HANDBOEK VOOR DE BLOEMENTUIN

Bloeiende borders in elk seizoen

Voor mijn team. Jullie zijn de reden dat we groeien en bloeien.

Het enthousiasme dat jullie hebben voor een groenere wereld maakt dat ik mezelf blijf uitdagen.

inhoudsopgave

Ontwerpen

VOORWOORD

De simpele tuin in een eenvoudige wijk

HOOFDSTUK 1

De tuin als winkel

HOOFDSTUK 2

De juiste context

HOOFDSTUK 3

Soorten beplanting

HOOFDSTUK 4

Beplanting in lagen

HOOFDSTUK 5

Lagentheorie in de praktijk 10 14 26 36 40 52

Lente

HOOFDSTUK 1

De tuin in de lente

HOOFDSTUK 2

Bloembollen in de tuin

HOOFDSTUK 3

Het canvas van de lente:

bomen en struiken

Favoriete bomen in de tuin

Favoriete struiken voor in een beplantingsplan

HOOFDSTUK 4

Favoriete

Zomer

HOOFDSTUK 1

De tuin in de zomer

HOOFDSTUK 2

Inheemse beplanting

HOOFDSTUK 3

Plukproof in de zomer

HOOFDSTUK 4

Favoriete vaste planten in de zomer

62 78 92 97 107 116
vaste planten in de lente
132 150 160 178

Winter Herfst

HOOFDSTUK 1

De tuin in de herfst

HOOFDSTUK 2

Dahlia’s

3

Verkleuring in de tuin

Favoriete herfstbomen en struiken

HOOFDSTUK 4

Favoriete vaste planten in de herfst

HOOFDSTUK 1

De tuin in de winter

HOOFDSTUK 2

Wintergroen

HOOFDSTUK 3

Planten in de schaduw

Favoriete schaduwplanten

HOOFDSTUK 4

Favoriete vaste planten voor de winter

NAWOORD

HOOFDSTUK
202 212 218 226
232
REGISTER 244 252 258 264 268 281 284
De simpele tuin in een eenvoudige wijk

Nog voordat ik als tuinontwerper begon, geloofde ik al in de kracht van de natuur voor je gezondheid. Een boswandeling is voor iedereen goed, in welk seizoen dan ook. En het verbaast je natuurlijk niets dat een bloeiende tuin dezelfde invloed kan uitoefenen op je humeur. Maar een tuin kan net zo goed een negatieve impact hebben. Een gebrek aan groen om je heen maakt je vanzelf minder gelukkig, of zelfs zeer ongelukkig, terwijl een groene tuin je juist de blije kant op helpt. Er is meer dan genoeg onderzoek uitgevoerd om aan te tonen dat werken met je handen in de aarde een geluksstofje aanmaakt, en dat staren naar een boom je een blije boost geeft.

Daarom is die simpele achtertuin zo ontzettend belangrijk en predik ik al jaren dat juist die tuintjes een metamorfose nodig hebben. We hebben niet door dat het verdwijnen van de groene voor- en achtertuin leidt tot verloedering van wijken, dorpen en steden. Zeker in de winter word je er spontaan depressief van. Een overvloed aan grijze en bruine kleuren komt je tegemoet tijdens een loopje door de wijk. Als daar meer te ontdekken zou zijn, ziet een wandeling er heel anders uit. Dan zou je vogels tegenkomen, die op een zonnige dag al kwetterend in de kale kornoeljestruiken verstoppertje spelen. Misschien zou je zelfs wel de sporen zien van muizen of egels, die ’s nachts een holletje maken in een geheim hoekje. En als je een half verteerd bladerdek wegschuift, zou je verbaasd staan hoeveel leven daaronder zit.

We onderschatten de kracht van de simpele tuin in een eenvoudige wijk. Het is niet noodzakelijk om een hectare te bezitten voordat je invloed hebt op de lokale natuur (al is het natuurlijk een fantastisch gegeven als je wél een hectare hebt om te beplanten!). Juist die kleine tuin kan een verschil maken in de gezondheid van het ecosysteem in een dichtbevolkte omgeving. Ik weet zeker dat er meer bloeiende tuinen te zien zijn in doodnormale wijken wanneer je weet hoe je dat voor elkaar krijgt, want kennis is macht.

Vraag nummer één van tuiniers is dan ook hoe je ervoor zorgt dat een tuin er het hele jaar door een beetje florissant uitziet. In dit boek wil ik je laten zien hoe je je tuin en borders precies zo inricht: in elk seizoen mooi. Ik ga het hebben over álle soorten groen (en alleen maar groen). Van bomen tot struiken en van bloembollen tot kruiden. Al die verschillende soorten beplanting spelen een rol in een groot toneelspel dat plaats kan vinden in jouw tuin. Met een beetje inzet en toewijding zul je ontdekken hoe leuk het is om daaraan mee te doen, want jij én de lokale natuur gaan hier heel veel aan hebben.

Handboek voor de bloementuin 11
voorwoord

Hoofdstuk 1

Hoofdstuk 2

Hoofdstuk 3

Hoofdstuk 4

Hoofdstuk 5

De tuin als winkel

De juiste context

Soorten beplanting

Beplanting in lagen

Lagentheorie in de praktijk

Ontwerpen

Foto

HOOFDSTUK

De tuin als winkel

Wat als je je vooral zou concentreren op de beplanting in je tuin? Vormen, materialen en kleuren zijn belangrijk, maar zonder de juiste planten blijft het als een lege woonkamer. Door planten te gaan zien als een manier om niet alleen biodiversiteit in je directe omgeving te bevorderen, maar ook simpelweg om je leven leuker te maken, wordt de tuin ineens de plek om méér te doen. De wereld van planten is zo groot en zo boeiend: daar kun je alle kanten mee op.

Handboek voor de bloementuin 14
1
Phlox (vlambloem), Pycnanthemum muticum (bergmunt), Filipendula (moerasspirea) en Buddleja davidii (vlinderstruik).

DE KRACHT VAN PLANTEN

De interesse in planten is me jong bijgebracht door mijn vader, die ook tuinontwerper is. Nog steeds ben ik het meest enthousiast over dit onderdeel van een tuin. De materialen zijn leuk om te kiezen, en de vormen interessant om te bedenken, maar de beplanting, dat is waar mijn hart sneller van gaat kloppen. Het gedrag van planten, hoe ze groeien, welke bloeivorm ze kennen. Ik vind het allemaal interessant. Intussen ken ik honderden planten goed genoeg om te weten hoe ze in elkaar zitten en waar ze het beste groeien. Ik bezoek jaarlijks tuinen in Engeland om meer te leren, en het is bijna kinderlijk hoe gelukkig het me maakt om een nieuwe soort voor het eerst in het echt te zien.

Planten doen iets met je. In de praktijk is dat ook de kracht van planten. Je kunt een afzichtelijke tuin hebben als het op materialen aankomt, maar als er mooie beplanting staat, wordt het alsnog een groene oase.

Planten hebben heel weinig nodig om de aandacht te vragen. Welke vorm de border ook heeft, en of deze nu netjes is afgebakend of niet –een sterk beplantingsplan steelt altijd de show. Daarom ben ik ook veel sneller geneigd om een beplantingsplan te maken voor een verwaarloosde tuin dan een ontwerp met mooie bestrating. Dat laatste is óók goed (en doe ik als werk, dus ik kan het niet helemaal tenietdoen), maar het staat of valt met planten. Je tuin is een plek die groen hoort te zijn, niet betegeld. Dat begrijp jij ook, anders had je dit boek niet gekocht, maar ik wil vooral benadrukken dat een tuin in de basis niet perfect hoeft te zijn om zo’n oase te worden. Ik geloof dat een tuin met lelijke stenen en een oude schutting maar mét een sterk, volumineus beplantingsplan veel mooier is dan een luxe aangelegde tuin met de duurste stenen zónder die planten (of met alleen een vlak vol siergrassen). Ik zou zelfs een tuin vol wilde kruiden nog mooier vinden, vermoed ik. Het juiste groen maakt alles beter.

TRENDS

Hoe de tuin zich ontwikkelt, is te vergelijken met hoe de modewereld dat doet. Er zijn trends die per generatie verschillen, en die na jaren soms weer terugkomen. Van de neurotisch keurige symmetrie van Franse tuinen en de vormsnoei en romantiek uit Engeland tot de obsessie met coniferen in de jaren zeventig en de herontdekte interesse in vaste planten in de jaren negentig. Ook nu zie je dat het idee van wat mooi is voortdurend verandert. Planten die opeens enorm gewild raken, bomen

die je in elke tuin terugziet, de wolkentrend waarbij taxus in een golvende bolvorm wordt gesnoeid en mono-borders met maar één soort siergras. We zijn met z’n allen aan het ontdekken wat we mooi vinden en leren tegelijk ook steeds meer over wat onze voorkeur doet met de natuur om ons heen.

Het introduceren van planten uit verre oorden was ooit heel interessant en een reden om over op te scheppen, maar nu beseffen we meer dan ooit dat we die planten hier eigenlijk niet nodig hebben. In sommige gevallen zijn ze zelfs zo invasief dat we er nog spijt van krijgen ze ooit geïntroduceerd te hebben. Kijk maar naar Rhus typhina (fluweelboom). Die vinden we prachtig vanwege het verkleurende blad en de aparte pluimen, maar ze breiden via wortelstokken zo extreem uit dat je ze op steeds meer plekken als een bos bij elkaar ziet staan. Het zal niet lang duren voordat deze boom op de zwarte lijst komt te staan.

‘Twee teruggeneraties moest de tuin er vooral netjes uitzien.’

Twee generaties terug moest de tuin er vooral heel netjes uitzien. Overal keurig aangeharkte zwarte aarde bewees dat je de tuin als bewoner onder controle had. De beplanting bestond vooral uit struiken en dan met name heel grote en wintergroene soorten. Op die manier zag de tuin er bijna het hele jaar door hetzelfde uit: een toonbeeld van rust. Vaste planten waren nog niet zo breed verkrijgbaar en struiken waren robuust en betrouwbaar. Pas toen tuincentra vaste planten begonnen te verkopen en iconen als Mien Ruys, Henk Gerritsen en Piet Oudolf lieten zien hoe je die kon gebruiken, veranderde de tuin. Voor mij bewijst het dat kennis ervoor zorgt dat mensen in beweging komen. Het simpele gebrek aan knowhow over planten maakte dat mensen er niet aan durfden te beginnen.

Ondanks dat ik opgroeide in een hoveniersbedrijf had ik zelf ook weinig echte kennis over het toepassen van planten. Mijn voordeel was dat ik gewoon maar begon, en er vervolgens vooral achter kwam wat niet werkte. Planten die in de volle zon op droge grond groeien, moet je niet in een natte schaduwtuin zetten. Daar kom je achter als je het doet –of als je van tevoren meer kennis had gehad. Over je tuin én over die plant. Intussen heb ik zoveel kennis dat ik bijna meteen kan inschatten welke plant het waar gaat doen. Enerzijds uit ervaring met die specifieke plant, maar vaak ook omdat ik nu weet waar bepaalde plantgroepen oorspronkelijk groeien en die omstandigheden je bijna alles vertellen over de voorwaarden van de plant.

Handboek voor de bloementuin Handboek voor de bloementuin 16 17
Tulp ‘Charming Beauty’ en ‘Exotic Emperor’ en narcis ‘Thalia’ en ‘White Lion’ met fluitenkruid en spirea

VULLERS (5-10%)

Met de ruimte die je nog hebt, kun je het beplantingsplan afmaken met vullers. Zie het als de punt op de i, de laatste details in het kunstwerk, de gastrollen in het toneelstuk. Voor vullers gebruik je vooral kortlevende planten, of zelfs eenjarige zaden. Ze geven je de mogelijkheid om ruimte op te vullen in een beplantingsplan dat nog volwassen moet worden, waardoor de grond nog niet helemaal bedekt is, of waarin de planten nog niet groot genoeg zijn. Vooral eenjarige planten geven je de ruimte om tijdelijk op te vullen.

Maar zelfs in een volwassen border zou ik nog spelen met eenjarigen. Met eenjarigen kun je namelijk je hele border een andere twist geven. Het geeft je de kans om af te wisselen zonder het hele plan om te gooien. Het ene jaar een witte cosmea, het andere jaar een donkerrode, bijvoorbeeld. Of wissel af tussen de gele schermbloemen van venkel en de witte schermen van Ammi majus (grootakkerscherm).

Het is trouwens altijd handig om wat eenjarigen voor te zaaien, want stel dat een plant door de te strenge vorst het loodje heeft gelegd en je kunt ’m nergens meer vinden? Dan heb jij stekjes klaarliggen om de gaten op te vullen.

FAVORIETE (EENJARIGE) VULLERS

Lage vullers:

Calendula officinalis (goudsbloem)

Eschscholzia (slaapmutsje)

Gomphrena globosa (kogelamarant)

Reseda odorata (reseda)

Tropaeolum minus (Oost-Indische kers)

Hoge vullers:

Cosmos bipinnatus (cosmea)

Coreopsis hybrida (meisjesogen)

Helianthus debilis of annuus (zonnebloem)

Scabiosa atropurpurea (duifkruid)

Ammi majus (grootakkerscherm)

Hesperis matronalis (damastbloem)

Didiscus caerulea (kantbloem)

Handboek voor de bloementuin 21

Lagentheorie in de praktijk

Om te verduidelijken hoe de lagentheorie in een beplantingsplan toegepast kan worden, laat ik je een voorbeeld zien. Dit voorbeeldplan komt in dit boek per seizoen terug, zodat je kunt zien hoe de border er door het jaar heen uitziet. In elk seizoen is er namelijk iets anders dat in bloei staat en dus opvalt. Zo leer je herkennen welke verdeling je nodig hebt om daadwerkelijk gedurende het hele jaar een bloeiende tuin te creëren.

Handboek voor de bloementuin 22
HOOFDSTUK 5
Agastache ‘Blue Boa’ (dropplant) met Anemone ‘Queen Charlotte’ (Japanse herfstanemoon) en Gaura lindheimerii ‘Whirling Butterflies’ (prachtkaars)

PIMPINELLA MAJOR ‘ROSEA’

Grote bevernel

Een cultivar van de inheemse

Pimpinella, maar de ‘Rosea’-variant is nu eenmaal een schoonheid. Ik gebruik heel graag schermbloemen om borders luchtiger te maken. De vorm is zo anders dat het direct een beetje balans geeft in het beeld. Pimpinella `Rosea’ heeft ook nog als voordeel dat ze veel eerder bloeit dan andere schermbloemen met deze kleur. De roze schermen bloeien in de late lente en zijn prachtig. Doet het bijzonder goed op droge grond. Goed voor een mooie seizoenspiek in de lente én leuk in een vaas.

HOOGTE

LAAG

STANDPLAATS

BODEMTYPE

BODEMSOORT

INHEEMS

PLUKBLOEMEN

WINTERGROEN

WINTERSILHOUET

GIFTIG

BLOEITIJD

80 seizoenslaag volle zon / halfschaduw lichte grond droog tot normaal ja (maar niet de cultivar) ja nee ja nee mei - juli

HOOGTE

LAAG

STANDPLAATS

BODEMTYPE

BODEMSOORT

INHEEMS

PLUKBLOEMEN

WINTERGROEN

WINTERSILHOUET

GIFTIG

BLOEITIJD

40

seizoenslaag volle zon / halfschaduw alle typen normaal tot nat ja (maar niet de cultivar) ja nee nee nee mei - juni

POLEMONIUM CAERULEA

Jakobsladder

Een vroege bloeier die ook best wat schaduw aankan. Er zijn een heel aantal leuke cultivars, maar dit is de inheemse moedersoort. Het is een belangrijke nectarbron aan het einde van de lente, dus alleen daarom al belangrijk. Vanwege de hoogte is jakobsladder mooi aan de voorkant van de border, maar een beetje schaduw wordt ook prima verdragen. Je kunt ‘m dus net zo goed op een wat donkerder plekje in de tuin zetten.

SALVIA PRATENSIS

Veldsalie

Salvia pratensis bloeit als eerste van de Salvia-familie, zo richting het einde van mei of begin juni. Het is daarmee een heel fijne plant om de periode tussen lente en zomer te helpen overbruggen. Veldsalie bloeit niet erg lang, maar is wel een van de mooiste salies als je het mij vraagt. De niet-gecultiveerde versie is inheems en op zichzelf al erg mooi en waardevol. Toch ben ik ook erg verliefd op cultivars als ‘Eveline’ en ‘Swan Lake’. Prachtig om aan de voorkant van de border te zetten.

HOOGTE

LAAG

STANDPLAATS

BODEMTYPE

BODEMSOORT

INHEEMS

PLUKBLOEMEN

WINTERGROEN

WINTERSILHOUET

GIFTIG

BLOEITIJD

60

seizoenslaag volle zon / halfschaduw lichte grond droog tot normaal ja

mei - juni

HOOGTE

LAAG

STANDPLAATS

BODEMTYPE

BODEMSOORT

INHEEMS

PLUKBLOEMEN

WINTERGROEN

WINTERSILHOUET

GIFTIG

BLOEITIJD

40 bodemlaag alle typen alle typen alle typen nee nee soms nee nee april mei

TIARELLA CORDIFOLIA

Schuimbloem

Tiarella doet het heel goed als bodembedekker, soms zelfs te goed. Ik gebruik deze plant veel als schaduwrijke onderbeplanting, onder kleinere bomen bijvoorbeeld, of in een vergeten hoek in de tuin. Bijkomend voordeel is de bijzondere bloei en er zijn tal van cultivars te vinden in allerlei kleuren, van blond tot donkerpaars blad. Het blad blijft groen zolang de winter niet te koud is, maar het kan ook zijn dat al het blad verdwijnt en je geen bedekte bodem hebt in het laagseizoen.

Handboek voor de bloementuin Handboek voor de bloementuin 24 25
ja nee ja nee

Hoofdstuk 1

Hoofdstuk 2

Hoofdstuk 3

Hoofdstuk 4

De tuin in de zomer

Inheemse beplanting

Plukproof in de zomer

Favoriete vaste planten in de zomer

Zomer

27

De tuin in de zomer

De planten die de brug slaan tussen lente en zomer zijn misschien wel mijn meest geliefde soorten. Het frisse groen van de struiken op de achtergrond en de eerste bloemen die nog onaangetast en vers staan te bloeien, hebben altijd iets bijzonders. Er is nog geen schade van droogte en geen uitputting van hitte: alles is nog vol goede hoop op een mooie zomerpiek. En die zomer? Die is een en al overvloed.

Handboek voor de bloementuin 28
HOOFDSTUK 1

SCHIKKEN

Je hoeft geen pro te zijn om een boeket mooi te schikken. De makkelijkste cheat is een niet-doorzichtige vaas, dan zie je de chaos onder het oppervlak niet en kun je de stelen erin zetten zoals je dat zelf wilt. Zolang je de hoofdrollen, bijrollen en figuranten op orde hebt. kun je al heel snel een mooi boeket maken. Leg alles per soort op een rijtje zodat je overzicht hebt en maak eerst alle stelen vrij van blad. Blad dat in het water hangt, maakt het water heel snel vies, waardoor je boeket minder lang mooi blijft. Begin met de hoofdrollen, ga verder met de bijrollen en eindig met de figuranten. Als je weet hoe je in je hand schikt, wissel je natuurlijk wel af.

WANNEER PLUKKEN?

‘Voor boeketten uit de tuin geldt geen 7-dagengarantie.’

Voor boeketten uit de tuin geldt geen ‘7 dagen goed’-garantie. Je plukt soms precies op het goede moment, en soms net niet. Ik maak me daar niet zo druk over. Zelfs als een boeketje maar twee dagen mooi is, vind ik het al de moeite waard. Er is uiteraard wel een ideaal moment om iets te plukken, en dat heeft vooral te maken met de knop en de pollen. Zodra je de knoppen ziet opzwellen en je al wat kleur begint te zien, weet je dat het bijna tijd is. Het is een kwestie van proberen of je dan ook meteen moet plukken, of moet wachten tot de knop open gekomen is. Sommige bloemen stoppen direct zodra je ze plukt, en dan blijf je achter met een dichte bloem. Dahlia’s doen dat bijvoorbeeld. Die bloem moet echt helemaal open zijn om mooi te blijven in de vaas. Hoe het ook zij, het beste kun je natuurlijk verse bloemen plukken. Met vers bedoel ik dat er nog niemand aan heeft gezeten, en nog preciezer: geen insecten. Zodra een bloem bestoven is, heeft ze haar functie vervuld. Op dat moment zal de plant haar energie gebruiken om zaad aan te gaan maken in plaats van bloemen. Pluk de bloem dus voordat er een insect bij heeft kunnen komen, en laat andere bloemen staan die wél bestoven mogen worden.

MOMENT VAN DE DAG

Pluk bij voorkeur ’s ochtends. Dat is vaak het koelste moment van de dag en dan zijn de bloemen het sterkst, omdat ze de hele nacht hun vocht hebben kunnen verdelen. Neem een emmer met koud water mee als je gaat plukken op een warme dag, dan kun je de bloemen direct in het water plaatsen. Zet de bloemen daarna een paar uur op een donkere en koele plek. Daardoor kunnen ze even acclimatiseren voor ze binnen in een vaas belanden. Zelfs compleet verlepte bloemen zullen dan weer mooi vers ogen. Gebruik een goede knipschaar om de bloemen van de

plant te knippen; een botte knipschaar kan de plant beschadigen. En knip de stengels zo laag mogelijk bij de grond, net boven het laatste blad.

LANG GENIETEN

Er zijn een paar elementen belangrijk voor het vers houden van bloemen in een vaas. Ten eerste is een schone vaas heel belangrijk. Bacteriën zorgen voor een vieze vaas, waardoor de stelen het water niet meer kunnen opnemen. Met een drupje afwasmiddel en een oude afwasborstel maak je de vaas na elke bos bloemen goed schoon. Schuin afsnijden is helemaal niet zo noodzakelijk: ze worden er beter of slechter van. En een druppel chloor hoeft ook niet per se. Zet je bloemen elke dag of om de dag in schoon, fris water. Dat is voldoende om de bloemen vers te houden (en het water gooi je natuurlijk bij je planten in de tuin). De vaaslengte wordt vooral bepaald door het moment van plukken. Een bloem die al wat ‘ouder’ is, staat logischerwijs minder lang in een vaas. Dat je bij bloemen uit eigen tuin geen ‘7 dagen goed’-garantie kunt verwachten, is misschien ook juist wel weer het leuke: elke paar dagen een nieuw boeket!

Handboek voor de bloementuin Handboek voor de bloementuin 30 31

HOOFDSTUK

Favoriete vaste planten in de zomer

In de zomer is er soms zo veel te kiezen dat we het overzicht verliezen.

En er is ook veel moois; daaruit moet je eigenlijk gewoon een selectie maken die onmisbaar is. Dit zijn wat mij betreft de onmisbare vaste planten voor het zomerseizoen.

Handboek voor de bloementuin 32
4
Agastache ‘Blue Boa’ (dropplant)

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.