WAAR DIEREN WONEN
Reis de wereld rond en ontdek habitats van de poolzee tot het tropisch regenwoud
Auteur
JOHN WOODWARD
Adviseur DR. NICK CRUMPTON
INHOUD
Hoofdredacteur Michelle Crane
Beeldredacteur Kit Lane
Assistent redactie Binta Jallow
Assistent vormgeving Katy Jakeway
Productie Jacqueline Street-Elkayam
Productiecoördinator Poppy David
Coverontwerp Stephanie Cheng Hui Tan
Verantwoordelijke coverontwerp Sophia MTT
Redacteur Francesca Baines
Manager beeldredactie Philip Letsu
Uitgever Andrew Macintyre
Adjunct uitgeefdirecteur Liz Wheeler
Beelddirecteur Karen Self
Uitgeefdirecteur Jonathan Metcalf
Illustrators Andrew Beckett (Illustration X), Peter Bull, Barry Croucher (The Art Agency), Chris@KJA, SJC Illustration, Sofian Moumene
Oorspronkelijke titel Habitats of the World Oorspronkelijke uitgever Dorling Kindersley, Limited One Embassy Gardens, 8 Viaduct Gardens, London, SW11 7BW
Copyright © 2023 Dorling Kindersley Limited, A Penguin Random House Company
Copyright © Nederlandse vertaling Lannoo Uitgeverij, Tielt, 2023
Vertaling Christelle Bogaert
Opmaak Keppie & Keppie
D/2023/45/214
NUR 212, 223
ISBN 978 94 014 9237 9
www.lannoo.com
www.de-leukste-kinderboeken.com
Registreer u op onze website en we sturen u regelmatig een nieuwsbrief met informatie over nieuwe boeken en met interessante, exclusieve aanbiedingen.
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch of op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
BIOMEN OP AARDE
Biomen op aarde
Een natuurlijke leefomgeving die zich uitstrekt over een groot gebied noemen we een bioom. Op het land wordt elk bioom bepaald door zijn geografie, klimaat en de planten die er groeien. Deze kaart toont de belangrijkste biomen en geeft een voorbeeld van elke soort.
Taiga
Een gordel van bossen die altijd groen blijven en vooral bestaan uit naaldbomen. De taiga strekt zich uit in het noordpoolgebied in het Hoge Noorden. Woestijn
Een gebied met planten en dieren die zijn aangepast aan de droogte. Alleen in de droogste, onherbergzaamste woestijnen is er geen leven.
IJs
De zeeën in het noord- en zuidpoolgebied bevriezen in de winter. Maar onder de ijsschotsen zit het water vol plankton en leven.
Gematigd regenwoud
Bergen Hoge bergen zoals de Andes hebben kale toppen. De lagere hellingen zijn echter rijke leefgebieden.
Gematigd grasland
Woestijn
Droog struweel
Tropisch grasland
Tropisch regenwoud
Bergen
Drasland
Zoet water
Mangroves
Koraalrif
Toendra
’s Winters is het land dat grenst aan de ijskappen in de poolgebieden bevroren en dor. In de lente komt alles echter tot bloei.
Zoet water
Zuivere rivieren, beken en meren zijn overal ter wereld een toevluchtsoord voor waterdieren en -planten.
Loofbos
In koele streken zoals Europa verliezen veel bomen in de winter hun bladeren. In de lente krijgen ze er nieuwe. Gematigd grasland Streken met koude winters en warme, droge zomers – zoals de Aziatische steppe – zijn van nature graslanden.
Drasland
In moerassen en broeken zoals de Pantanal in ZuidAmerika vinden heel verschillende dieren voedsel en onderdak.
Tropisch regenwoud
Bij de evenaar zorgt de tropische regen voor weelderige bossen die de rijkste leefgebieden op aarde zijn.
Tropisch grasland
Tropische gebieden met lange, droge seizoenen veranderen in grasland. In Afrika heet dat ‘savanne’.
Mangroves Zompige mangrovebossen groeien op beschutte, modderige kustgebieden in tropische streken.
Koraalrif
Koralen bouwen riffen in ondiepe, tropische zeeën en zijn verwant aan zeeanemonen. De riffen lijken op rotsen en zitten vol ander zeeleven.
Gematigd regenwoud
Op natte kusten met milde temperaturen, waar het zelfs ’s winters niet vriest, groeit een gematigd regenwoud.
Droog struweel
Land dat bijna net zo droog is als een woestijn, maar met taaie planten die zonder regen kunnen overleven, noemen we ‘droog struweel’.
papegaaivis heeft stevige kaken, die lijken op een snavel. Hij vermaalt het koraal om bij de wieren en algen te geraken die in de spleten groeien.
Kleine poetslipvissen helpen de papegaaivis door dode huid en parasieten op zijn lichaam en kieuwen te verwijderen.
Grote trevally
Plectropomus leopardus
Papegaaivis
Zeenaaktslak
is
Tritonshoorn
Doornenkroon
Een schildpadkopzeeslang peddelt met zijn lintachtige staart boven het rif. Hij speurt naar eieren die vissen tussen het koraal hebben gelegd.
Schildpadkopzeeslang
De zwartpuntrifhaai verkent het diepere water tussen het koraal. Behalve koraalvissen en zeekatten lust hij ook andere dieren.
KORAALRIF
Groot Barrièrerif, Australië
Het Groot Barrièrerif aan de noordoostkust van Australië is 2300 kilometer lang en het grootste koraalrif ter wereld. Miljoenen levende koralen bouwen er al duizenden jaren aan. Koralen zijn familie van de zeeanemonen en maken een kalkskelet om zich heen. In het zonovergoten rif leeft een verbluffende verscheidenheid van kleurrijke koraalvissen en andere dieren.
Lipvis
Zeekat
Zwartpuntrifhaai
Tosia australis,zeester
Koraalvlinders
Keizersvis
Soepschildpad
Luipaardtrekkervis
Doopvontschelp
Blauwgering de o c t o psu
Hersenkoraal
energie aan de kleine algen in het koraalweefsel, die het koraal van voedsel voorzien.
Een hersenkoraal bestaat uit tal van diertjes die samen een kolonie vormen. De zon levert
De doopvontschelp groeit in een spleet van het rif. Ze kan ruim honderd jaar oud en 120 centimeter lang worden.
De blauwgeringde octopus dankt zijn naam aan de fluorescerende blauwe cirkels op zijn vel. Zijn giftige beet doodt een mens binnen enkele minuten.
ROOFDIEREN EN PROOIEN
In elke omgeving zijn er planten of plankton die voedsel leveren. Dieren eten dat voedsel en gebruiken de energie die ze eruit halen vooral om dingen te doen. Slechts een klein beetje van de energie wordt omgezet in lichaamsweefsel (of vlees) dat roofdieren kunnen eten. Dat beperkt het aantal roofdieren. Er zijn dan ook meer planteneters dan toproofdieren zoals wolven. Dat zie je op deze energiepiramide van de toendra.
Poolhazen en lemmings zijn de belangrijkste kleine planteneters op de toendra.
In de zomer groeien en bloeien op de toendra lage planten zoals steenbreek.
VOEDSELWEB
Wolven zijn de belangrijkste toproofdieren van de toendra. Ze vangen veel verschillende prooidieren.
Roofdieren van de toendra zijn onder meer de hermelijn en de sneeuwuil, samen met jagers zoals de poolvos.
Toproofdieren
Roofdieren zonder natuurlijke vijanden staan bovenaan in de piramide. Ze moeten vaak een heel groot gebied bejagen om genoeg eten te vinden.
Secundaire consumenten
Kleinere roofdieren jagen op planteneters. Die jacht slorpt veel van de energie op die ze uit hun voedsel halen.
Primaire consumenten
Grazende planteneters die een deel van de energie gebruiken als bouwstoffen voor hun lichaam.
Producenten Groene planten maken onder invloed van het zonlicht suikers aan, die ze gebruiken als bouwstenen voor hun stengel en bladeren.
Aap 7, 8, 9, 13
Antilope 9, 11, 22
Arend 7, 8, 26
Beer 26-27, 31, 32
Bergen 2, 20-21
Bever 26
Bizon 24
Boom 10, 24
Boreaal woud
zie Taiga
Bos 8-9, 24-25, 26-27
Buidelmuis 18
Chinchilla 21
Das 14
Dolfijn 7, 30
Drasland 3, 6-7, 12-13
Droog struweel 3, 18-19
Eekhoorn 14, 25
Eland 27
Emoe 19
Gematigd grasland
3, 22-23
Giraf 11
Gordeldier 20
In een voedselketen is één plant of dier de voedselbron van het volgende in de ketting. Muizen eten zaden en worden zelf gegeten door uilen. Maar de natuur is veel ingewikkelder dan dat, elk dier eet meer dan één soort voedsel. Zo ontstaat er eigenlijk een voedselweb in plaats van een simpele voedselketen. Hiernaast zie je hoe dat in de poolzeeën verloopt.
Zoöplankton zoals krill voedt zich met heel kleine algen die als fytoplankton in het water drijven.
De Arctische kabeljauw eet zoöplankton, maar ook kleine vissen en andere dieren.
IJsberen jagen op zeehonden en hun jongen, maar vangen ook grote vissen zoals Pacifische zalmen. Geen enkel dier jaagt op de ijsbeer.
Zoöplankton
Jachtluipaard 10
Jaguar 12
Kaaiman 13
Kangoeroe 18
Katachtigen 10, 14, 21
bos 9, 25
drasland 6-7, 12-13
Koraalrif 3, 4-5
Krab 6
Krokodil 6
Kwal 31
Leeuw 10
Lemming 28, 32
Loofbos 3, 24-25
Luipaard 9
Lynx 25
Mangrove 3, 6-7
Miereneter 18
Octopus 5
Olifant 8, 11
Os 29
Otter 12, 16
Paard 23
Papegaai 9, 12
Pardelkat 13
Planten 10, 14-15, 24, 32
Poema 14
De Groenlandse walvis is zodanig aangepast dat hij het kleine, op garnalen lijkende zoöplankton uit het water kan zeven.
De larghazeehond achtervolgt en eet middelgrote vissen zoals de Arctische kabeljauw, maar vangt ook krabben en garnalen.
De walrus voedt zich voornamelijk met de mosselen en krabben die op de zeebodem leven, maar eet ook vis.
De Pacifische zalm jaagt op zeevissen zoals de Arctische kabeljauw en andere kleinere vissen.
Grauwe franjepoot
De grauwe franjepoot is een oceaanvogeltje dat zich voedt met het kleine zoöplankton.
Spin 16
Stekelvarken 26
Struisvogel 21
Taiga 2, 26-27
Tijger 6
Toendra 3, 20-21, 28-29, 32
Tropische leefgebieden
grasland 3, 10-11
regenwoud 3, 8-9
Uil 24, 27, 29
Vis 4-5, 6-7, 16-17, 30-31, 2
Vleermuis 6
Voedselweb 32
Vogel 14-15, 18-19, 20-21, 28-29, 32
bos 8-9, 24-25, 26-27
grasland 10-11, 22-23
water 6-7, 12-13, 16-17, 32
Vos 20, 28
Walrus 30, 32
Walvis 30, 32
Wasbeer 15
Woestijn 2, 14-15, 18-19
Gorilla 9
Grasland 10-11, 22-23
Haai 5, 30
Haas 28, 32
Hagedis 15, 18, 19
Hert 20, 24, 27, 28
Insect 10, 16, 17
Poolzeeën 2, 30-31, 32
Regenwoud 3, 8-9
Roofdieren 32
Schildpad 15, 22
Schubdier 9
Slang 8, 15, 24
grasland 10, 23 water 5, 7, 17
DANKBETUIGINGEN
Wolf 29, 32
Woud zie Bos
Zebra 11
Zeehond 30, 31, 32
Zeester 4
Zoet water 3, 6-7, 12-13, 16-17
Zwijn, wild 8, 24
De uitgever wil deze mensen graag bedanken: Carron Brown, Sheila Collins, Simon Mumford en Jenny Sich voor het design; Steve Crozier en Stefan Podhorodecki voor het retoucheren; Elizabeth Wise voor het register; en Rob Perry voor de visualisatie.
De uitgever bedankt ook onderstaande mensen voor de toestemming om hun beelden te gebruiken: Andrew Beckett (Illustration X) p. 8–13; Peter Bull p. 14–15; Chris@KJA Artists p. 6–7, 18-25; Barry Croucher (The Art Agency) p. 26–27, 30–31; Stuart Jackson Carter p. 16–17; Sofian Moumene p. 4–5, 28–29
Alle andere beelden © Dorling Kindersley
Meer informatie: www.dkimages.com