

Concerttoelichting
PROGRAMMA
dirigent Luis Castillo-Briceño orgel Cameron Carpenter piano Ralph van Raat
Samy Moussa (1984)
A Globe Itself Infolding voor orgel en orkest (2014) Nederlandse première
Heather Pinkham (1989) Nowhere and No-When voor piano en orkest (2018) Nederlandse première
• I.
• II. pauze
Camille Saint-Saëns (1835–1921)
Symfonie nr. 3 in c, op. 78 ‘Orgelsymfonie’ (1886)
• Adagio – Allegro moderato –Poco adagio
• Allegro moderato – Presto –Maestoso – Allegro
Einde concert ca. 22.00 uur

Cover: Orgelpijpen. Foto Greg Willson (Unsplash)
Vorige uitvoeringen door ons orkest:
Moussa A Globe Itself Infolding: eerste uitvoering door ons orkest
Pinkham Nowhere and No-When: eerste uitvoering door ons orkest
Saint-Saëns Symfonie nr. 3: Nov 2018, orgel
Geert Bierling, dirigent Michel Plasson
Een uur voor aanvang van het concert geeft Bart de Graaf een inleiding op het programma, toegang € 7,50. Kaartjes zijn aan de zaal te verkrijgen tegen pinbetaling.
Voor Vrienden is de inleiding gratis.

Parijs in 1886, het jaar dat Saint-Saëns er zijn Derde symfonie schreef. Schilderij van Vincent van Gogh, coll. Van Gogh Museum, Amsterdam
Hemel, aarde en sterren
Het orgel, koning der instrumenten, brengt ons in kerken en kathedralen in contact met het hemelse. Het symfonieorkest verklankt in concertzalen de zielenroerselen van stervelingen. In dit concert komen die twee werelden samen, terwijl de piano op onderzoek gaat tussen de sterren.
Eeuwig tussen hemel en aarde Sammy Moussa, een van de grote Canadese componisten van zijn generatie, versmelt met A Globe Itself Infolding uit 2016 het hemelse en het aardse. De poëzie van de ‘vrome religiecriticus’ William Blake en het visioen van profeet Ezechiël in het Oude Testament (Ezechiël I:4-6 en 15-16) vormen daarbij de leidraad. Blake omschreef in zijn epische gedicht Milton ‘a globe itself infolding, like a sun’ en Ezechiël zag ‘een wiel dat draait in een wiel’ en vuur dat in zichzelf vouwt.
In de eerste helft van het stuk speelt het orgel als een onafhankelijke kracht tegen de achtergrond van het orkest, totdat het na een korte cadens geleidelijk aan het orkest wordt ingezogen. Halverwege raken de rollen omgekeerd. ‘Het orgel geeft alle impulsen, maar er is een zekere ambiguïteit aan zijn palet toegevoegd: je vraagt je soms af of de kleuren van het orgel vermengen met die van het orkest of dat het juist het orkest is dat het orgel kleurt’, aldus Moussa. Het stuk eindigt zoals het begint, waardoor een ‘loop’ ontstaat en de muziek tot in de eeuwigheid kan klinken.
Boodschap tussen de sterren
De in Nederland woonachtige Californische pianist, componist en musicoloog Heather
Pinkham richtte haar blik op de sterren met haar pianoconcert Nowhere and No-When uit 2018. Ze schreef het voor Ralph van Raat, die zich als pianist én piloot graag tussen hemel en aarde beweegt. Het uitgangspunt van de compositie is de Fermi-paradox, die de grote statistische waarschijnlijkheid van het bestaan van intelligent buitenaards leven contrasteert met het gebrek aan bewijs daarvoor.
Het stuk in twee titelloze delen begint met het geluid van de sterren: een NASA-opname van de lichtkromme van een van de Keplersterren, die is omgezet naar hoorbaar geluid. Dit signaal wordt door de solist overgenomen, waarna pauken, fluiten, klarinetten en strijkers de imitatie volgen. Dan expandeert de muziek in een eigen klankwereld, waarbij de piano de rol van onderzoeker vervult. In het tweede deel begint de piano alleen, wat de mogelijkheid van de Fermi-paradox symboliseert dat we als mensheid volstrekt alleen zijn in het universum. In deze passage heeft de componist een gecodeerde boodschap verborgen, die uw auteur ondanks verwoede pogingen helaas niet heeft weten te ontcijferen.

Kosmische jet in de Carina-nevel, gefotografeerd door de Hubble-telescoop. Foto NASA
Muzikale werelden versmelten De symfonie kende in Frankrijk nog geen grote traditie toen Camille Saint-Saëns –amper 18 jaar oud – in 1853 zijn Eerste schreef. Misschien hadden Franse componisten het altijd een te Duits genre gevonden, zwaarwichtig en geleerd, dat niet zou passen bij het Franse ideaal van lichte helderheid. Als dat al zo was, was Saint-Saëns’ eersteling als een zwaluw die een nieuwe lente inluidt.
In slechts enkele jaren tijd volgde er een reeks van Franse symfonieën. Tegelijkertijd raakte Frankrijk in de ban van Wagners bedwelmende opera’s. Duitse muziek leek opeens niet meer iets van een andere planeet. Maar het tij keerde al snel. De FransPruisische oorlog van 1870-71 wakkerde anti-Duitse sentimenten aan. Camille SaintSaëns richtte in 1871 de Société nationale de musique op, om de Franse toonkunst te promoten. Het lag niet voor de hand dat hij ooit nog en symfonie zou schrijven. Maar toen de Londense Philharmonic Society er in 1885 een bij hem bestelde, nam hij die opdracht toch aan.
Dat had twee redenen. Enerzijds was hij in zijn eigen Société op een zijspoor gezet door een Wagneriaanse factie. Met een échte Franse symfonie kon hij hun een koekje geven van eigen deeg. Anderzijds speelde een persoonlijke crisis een rol. In 1878 waren zijn beide zoontjes gestorven: Jean-François aan een kinderziekte, André door een val uit een raam. Saint-Saëns verweet het zijn vrouw en hun huwelijk strandde. De componist liep met zijn ziel onder de arm, en herkende in de symfonie een uitgelezen vehikel voor zijn persoonlijke gevoelens.
De dood is dan ook nooit ver weg in SaintSaëns Derde symfonie. Dat begint al in het eerste deel. Na een stemmige introductie klinkt een eerste thema dat gebaseerd lijkt op de melodie van het Dies Irae uit de
Rooms-Katholieke dodenmis. Toch is de muziek vooral triomfantelijk. In plaats van te zwelgen in de dood, viert Saint-Saëns de overwinning van het leven en droomt hij van de wederopstanding van de Franse Symfonie. In zijn toelichting bij de première benadrukte hij daarom de vernieuwende elementen, zoals de toevoeging van twee virtuoze pianopartijen en de prominente rol voor het orgel - vandaar uiteraard de bijnaam ‘Orgelsymfonie’.
Het Dies Irae-thema knalt de zaal in vol triomf en energieke opgewektheid – de dood is overwonnen
Ook nieuw was het cyclische karakter van de symfonie. Want hoewel de symfonie uiteenvalt in de traditionele vier delen, beoogde Saint-Saëns een tweedelig werk, waarbij het eerste deel als introductie geldt voor het Poco adagio en het scherzo de opmaat vormt tot het Maestoso. Het vredige tweede en het majestueuze vierde, de delen met orgel, vormen het zwaartepunt van de symfonie waarin evenwicht het wint van onrust. Vooral in het slotdeel speelt het orgel een hoofdrol: het Dies Irae-thema dat de delen verbindt knalt de zaal in vol triomf en energieke opgewektheid – de dood is overwonnen. Saint-Saëns was erg tevreden met het resultaat: ‘Ik heb het alles gegevens dat ik in me had. Wat ik hier bereikt heb zal ik nooit meer benaderen.’ Kort na de première van de Orgelsymfonie overleed Saint-Saëns’ vriend Franz Liszt, exponent van ‘kamp Wagner’. Aan hem droeg Saint-Saëns de symfonie op. Niet als rouwbeklag, maar als viering van Liszts leven en oeuvre.
Alexander Klapwijk


Cameron Carpenter • orgel
Geboren: Titusville PA, USA
Studie: eerste piano- en orgellessen op vijfjarige leeftijd; orgel aan de Juilliard School of Music, New York; buiten Juilliard piano bij Miles Fusco en compositie bij Kendall Durelle Briggs
Doorbraak: 2009, Grammy-nominatie, als eerste organist ooit
Optredens: wereldwijd – plaatsen zonder orgel bezoekt hij met zijn eigen International Touring Organ
In tien woorden: ‘Een gevallen engel die het orgel zijn zondigheid weer teruggeeft’ (Die Zeit)
Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2025
Luis Castillo-Briceño • dirigent
Geboren: San José, Costa Rica
Studie: viool-, fluit-, piano- en orgellessen, studie orkestdirectie bij Christoph-Mathias Mueller en Johannes Schlaefli (Zürcher Hochschule der Künste) en bij Mark Stringer (Universität für Musik und darstellende Kunst Wien)
Prijzen: Forum Dirigieren Fellow 2024, BBC Music Magazine Rising Star 2023
Doorbraak: Grand Prix International Conducting Competition Rotterdam 2025
Ervaring: London Philharmonic, Luxembourg
Philharmonic, Los Angeles Philharmonic
Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2025

Ralph van Raat • piano
Geboren: Naarden, Nederland
Specialiteit: hedendaagse pianomuziek – een fascinatie sinds zijn veertiende
Studie: piano aan de Conservatorium van Amsterdam en bij Claude Helffer (Parijs), Ursula Oppens (Chicago), Liisa Pohjola (Finland) en Pierre-Laurent Aimard (Keulen); musicologie aan de Universiteit van Amsterdam
Solo-optredens: Los Angeles Philharmonic, London Sinfonietta, BBC Symphony Orchestra, Melbourne Symphony Orchestra, Koninklijk Concertgebouworkest
Debuut Rotterdams Philharmonisch: 2006
Foto: ICCR
Foto: Dovile Sermokas
Foto: Heather Pinkham
Orkestleden Agenda
do 9 oktober 2025 • 20.00 (!) uur
zo 12 oktober 2025 • 14.15 uur
dirigent Tarmo Peltokoski
viool Daniel Lozakovich
Tsjaikovski Vioolconcert
Sjostakovitsj Zevende symfonie ‘Leningrad’
vr 17 oktober 2025 • 20.15 uur
zo 19 oktober 2025 • 14.15 uur
dirigent Kazuki Yamada
piano Alexandre Kantorow
Takemitsu How Slow the Wind
Saint-Saëns Vijfde pianoconcert ‘Egyptische’
Berlioz Symphonie fantastique
Music for Breakfast 1
zo 26 oktober 2025 • 10.30 uur
Dudok in het Park musici en programma zie rpho.nl
do 30 oktober 2025 • 20.15 uur
vr 31 oktober 2025 • 20.15 uur
dirigent Robin Ticciati
piano Yuja Wang
Haydn Chaos uit Die Schöpfung
Ligeti Pianoconcert
Mahler Vijfde symfonie
Harry Potter in Concert, deel 1
zo 12 november 2025 • 19.30 uur
do 13 november 2025 • 19.30 uur
vr 14 november 2025 • 19.30 uur
za 15 november 2025 • 19.30 uur
zo 16 november 2025 • 13.30 uur
dirigent Justin Freer
Williams Harry Potter and the Philosopher’s Stone
Chef-dirigent
Lahav Shani
Eredirigent
Yannick Nézet-Séguin
Vaste gastdirigent
Tarmo Peltokoski
Eerste viool
Marieke Blankestijn, concertmeester
Vlad Stanculeasa, concertmeester
Quirine Scheffers
Hed Yaron Meyerson
Saskia Otto
Arno Bons
Rachel Browne
Maria Dingjan
Marie-José Schrijner
Noëmi Bodden
Petra Visser
Sophia Torrenga
Hadewijch Hofland
Annerien Stuker
Alexandra van Beveren
Marie Duquesnoy
Giulio Greci
Tweede viool
Charlotte Potgieter
Frank de Groot
Laurens van Vliet
Elina Staphorsius
Jun Yi Dou
Bob Bruyn
Eefje Habraken
Maija Reinikainen
Babette van den Berg
Melanie Broers
Tobias Staub
Sarah Decamps
Altviool
Anne Huser
Roman Spitzer
Galahad Samson
José Moura Nunes
Kerstin Bonk
Janine Baller
Francis Saunders
Veronika Lénártová
Rosalinde Kluck
León van den Berg
Olfje van der Klein
Jan Navarro
Cello
Emanuele Silvestri
Gustaw Bafeltowski
Joanna Pachucka
Daniel Petrovitsch
Mario Rio
Eelco Beinema
Carla Schrijner
Pepijn Meeuws
Yi-Ting Fang
Killian White
Paul Stavridis
Contrabas
Matthew Midgley
Ying Lai Green
Jonathan Focquaert
Arjen Leendertz
Ricardo Neto
Javier Clemen Martínez
Fluit
Juliette Hurel
Joséphine Olech
Manon Gayet
Fluit/piccolo
Beatriz Baião
Hobo
Karel Schoofs
Anja van der Maten
Hobo/althobo
Ron Tijhuis
Klarinet
Julien Hervé
Bruno Bonansea
Alberto Sánchez García
Klarinet/ basklarinet
Romke-Jan Wijmenga
Fagot
Pieter Nuytten
Lola Descours
Marianne Prommel
Fagot/ contrafagot
Hans Wisse
Hoorn
David Fernández Alonso
Felipe Freitas
Wendy Leliveld
Richard Speetjens
Laurens Otto
Pierre Buizer
Trompet
Alex Elia
Adrián Martínez
Simon Wierenga
Jos Verspagen
Trombone
Pierre Volders
Alexander Verbeek
Remko de Jager
Bastrombone
Rommert Groenhof
Tuba
Martijn van Rijswijk
Pauken/slagwerk
Danny van de Wal
Ronald Ent
Martijn Boom
Harp
Albane Baron