

![]()


juli/augustus) van de Nederlandstalige

Bondsnieuws
Geslaagden Zeestage
CMAS WK OW-fotografie
Reportages
Starbucks versus CMAS-logo
De octopus, een zeemonster









informatieblad van NELOS vzw
Het duikmagazine Hippocampus (kortweg Hippo genoemd) draagt de wetenschappelijke naam van het zeepaardje en is het bondsblad van NELOS vzw, de Vlaamse duiksportfederatie. We informeren over zaken die van belang kunnen zijn voor onze jeugdduikers, sportduikers, instructeurs, technische duikers, duikers met een handicap, vrijduikers, vinzwemmers en onderwaterhockeyers. Ook artikels over het onderwaterleven, onderwaterfotografie en -videografie, duikbestemmingen en allerlei technische en wetenschappelijke info met betrekking tot de duiksport komen aan bod.

Na de federalisering van België in 1978 ontstonden onder de koepel van de Belgische Federatie voor Onderwateronderzoek en -Sport (BEFOS/FEBRAS), die stichtend lid is van de wereldfederatie CMAS (World Confederation of Underwater Activities), de Nederlandstalige Liga voor Onderwateronderzoek en -Sport (NELOS) en de Ligue Francophone Belge de Recherches et d'Activités Subaquatiques (LIFRAS). Sindsdien zijn 'Hippocampus' en 'Hippocampe' de officiële bondsbladen van respectievelijk NELOS en LIFRAS. Beide bladen staan al meer dan 50 jaar op de bres voor nuttige informatie aan de Belgische duiker. In Vlaanderen wordt NELOS vertegenwoordigd door 154 duikscholen en -clubs. Met meer dan 10.000 leden is NELOS zonder meer de grootste duikfederatie in Vlaanderen.
Download in het documenten centrum de NELOSstructuurbrochure voor meer info over wie wat doet binnen NELOS.

Via je duikschool kan je het persoonlijk verzekeringskaartje bekomen, met daarop volgende info: Policy number: ARENA 2.009.718/010

In geval van repatriëring/hospitalisatie ten gevolge van een duikongeval in het buitenland 'Call Center': +32 3 253 69 16
Coverfoto: Droogpakduiker in de steengroeve 'de Barges'. Camera: Nikon 7100, ISO 200, 1/250 sec. bij f/16. Lens: Nikkor 16 mm F/2.8 D Fisheye. Foto: Peter Ryngaert. Buddy/model Katia Callewaert.

e laatste periodiek van het jaar tijdig rondkrijgen om hem begin november al bij de drukker te krijgen, is telkens een huzarenstukje, want voordien is er nog de Zeestage (met veel nawerk, zoals de foto's op onze flickrpagina plaatsen), zijn er nog allerlei NELOS-activiteiten, korte vakantieperiodes en vaak ook nog evenementen van onze sponsors waaraan deelgenomen moet worden. Gelukkig heb ik een goed werkend redactieteam, maar ook zij zijn vrijwilligers … sommigen zijn ook nog actief binnen andere commissies. Daar was het ook druk met onder andere het uitwerken van Diamanten club, het plannen van een nieuwe website, de voorbereiding van de beursstand op Dive-Expo, de uitwerking van de proclamatie OBK, … en anderen hadden ook nog eens een drukke periode op hun werk, waardoor tussendoor iets voor onze Hippocampus doen, moeilijk werd.
Daaruit blijkt toch weer dat we extra vrijwilligers kunnen gebruiken, zeker bij het redactieteam (vooral om teksten te editeren en na te lezen), bij de Audiovisuele Commissie (zie de vraag om een enquête in te vullen in de vorige Hippo), bij de Commissie Marketing en Communicatie (mensen met MarComervaring), … Stuur gerust een e-mail naar de desbetreffende commissies als je je wil inzetten als vrijwilliger.
Uiteindelijk is het toch weer gelukt. Voor je ligt een goed gevuld duikmagazine met een goede afwisseling aan bondsnieuws en andere interessante geschiedkundige, wetenschappelijke of biologische artikels.
Veel lees- en duikplezier!

Voor een gedetailleerd overzicht van het bondsnieuws in deze uitgave, zie blz.: 4
Stond het CMAS-logo model voor het Starbucks-logo? 6-8
Brandweerduikers, mollen onder water (Safety Dive Day) 10-12
De octopus, een gevaarlijk zeemonster 14-17
Een weekje duiken in Pembrokeshire 20-23
Duikgeschiedenis deel 7 26-32
Hoe (on)gezond is de lucht in je zwembad? 34-35
Waar komt het OK-teken vandaan? 36-37
Duikmateriaal onder de kerstboom 44-45
Duikinstructeurs in de baggerwereld 48-53
Duikspinsels: Duikvrienden 5 Skubba &Fred: Pompen of verzuipen 13
Jeugdduikhoekje - De kleinere visjes van de Put van Ekeren ................................................. 18-19
In de kijker: De laatste duik van Guy Segers 24-25
Wist je dat er onder water ook panda's leven? 39 In de kijker: 40 jaar Calypso-team 40-41
In de kijker: Duikschool Nereus Kuurne ............... 42
Rusteloze Zee (Joannes Marijnen) 43 Persbericht: boot Düsseldorf 46
(Marleen Piessens) 54-55
Regionale info
Dive-Expo, 6 en 7 december 2025.
kan nu al toegangstickets
op de website: www.dive-expo.be. Geniet van een korting van -10% op dagtickets en -15% op weekendtickets door de code 'CMAS' in te vullen bij aankoop van een ticket.
Antwerpse Verstandhouding voor Onderwateronderzoek en - Sport www.avos.be
Brabantse Vereniging voor Onderwateronderzoek en -Sport www.bravos-vzw.be
Vereniging der Limburgse en Kempische Duikscholen www.limos-vzw.be
Oost-Vlaamse Vereniging voor Onderwateronderzoek en -Sport www.ovos.be
West-Vlaamse Vereniging voor Onderwatersport www.wevos.be
Correcties, tips en/of opmerkingen i.v.m. de cursusboeken, dossiers of documenten van NELOS stuur je naar: cursus@nelos.be. De andere e-mailadressen waarin PPT, documenten of instructormanual staat, zijn niet meer in gebruik.

Sterke prestaties Red Mermaids
Red Mermaids lieten een sterke indruk achter op de Europe-Africakwalificaties in augustus 2025.

25 jaar jeugdduiken binnen NELOS
Het jeugdduikverhaal startte in 1999 en ondertussen zijn we al 25 jaar bezig met jeugdduiken binnen NELOS.

Fotowedstrijd in Monaco
De 2e Challenge International de Photographie Sous-Marine in Monaco werd gebruikt als voorbereiding op het CMAS wereldkampioenschap onderwaterfotografie.

De Nationale Jeugdduikdag bij 't Koepeltje in Scharendijke was een succesvolle happening waar meerdere van onze commissies aan meewerkten.
Uitbreiding Duikershuis
68 70
Naar jaarlijkse traditie vond begin oktober het wereldkampioenschap onderwaterfoto en -film plaats. Dit jaar waren we te gast in Spanje, op de Medeseilanden nabij L’Estartit. 58 62 74
DIVES-nieuws
Een aantal zaken die beschikbaar zijn en die nog niet door iedereen actief gebruikt worden of voldoende gekend zijn.

88 60 86 66 76 78
Exploratiestage 2025
Verslag van de Exploratiestage in Saint-Raphaël.
90

Gezond en ethisch sporten
Om als sportfederatie erkend te worden en te blijven, dienen we aan alle voorwaarden te voldoen overeenstemmend het decreet inzake gezond en ethisch sporten.
Onder andere omwille van de nood aan extra ruimte werd de eerste verdieping van het Duikershuis uitgebreid.
Geslaagden Zeestages
De nieuwe 2* en 3*Instructeurs lichting 2025 van CMAS Belgium (Zeestages 2025 van NELOS en LIFRAS).
Bull's eye
Target shooting is populair bij LIFRAS. Onze leden hebben er minder interesse in, maar onbekend is onbemind ... 72

WK CMAS OW-foto- & -videografie

van het Veiligheidscomité
Decompressie & successieve duiken: diepere en langere duiken zorgen ervoor dat je meer stikstof opneemt, zodat je snel in een decompressieduik belandt.

Spelen met licht in de Barges
Na info over de gesteenten in een steengroeve en wat foto- en videotips kon de opgedane kennis getoetst worden tijdens een duik in de Barges.

Paradiving wereldbeker OW-foto
In L'Estartit vond de eerste wereldbeker onderwaterfotografie plaats voor duikers met speciale noden (aangepast duiken bij LIFRAS).

94

Diamanten club
In 2026 wil NELOS van ledengroei een streefdoel maken en al haar clubs (duikclubs, vrijduikclubs, vinzwemclubs en onderwaterhockeyclubs) hierin ondersteunen.
Duiken was de lijm in de groep, de gemeenschappelijke factor en vaak ook het onderwerp van gesprek. Het bracht ons samen op de trainingen, aan de bar na die trainingen, in Zeeland en zelfs in Egypte en de Malediven. We vierden verjaardagen en oudejaarsavond en gingen met de hele bende op weekend. Het waren leuke tijden.
Ondertussen zijn we heel wat jaren verder. De groep komt in z'n geheel al een tijdje niet meer samen en de meesten duiken al lang niet meer. Als de gemeenschappelijke factor wegvalt, verandert de dynamiek. Het duiken, dat ons ondertussen z'n 25 jaar geleden samenbracht, haalde ons misschien ook net wel weer uit elkaar.
Levens veranderen, wijzelf ook. Wij bleven met de duiksport bezig en dat vulde onze agenda. Er was niet altijd ruimte voor alles wat we wilden doen en dan moet je keuzes maken. Hoewel dat niet helemaal bewust gebeurde, bleef er van de groep langzaam maar zeker steeds minder over.

Tot we een paar weken geleden weer samen op een feestje waren. Duiken is dan wel niet langer de lijm tussen ons, maar dat is helemaal niet nodig. Misschien plakt iets anders even goed. Hetzelfde wordt het nooit meer, maar dat is ook oké. We zullen zien.
Nog steeds staat de groep als 'duikvrienden' tussen mijn contactpersonen in WhatsApp, als een herinnering aan lang vervlogen tijden...

Advertentie
Meer informatie: www.nelos.be/initiatie

Deze gratis duikinitiatie is speciaal voor:
Naam en voornaam
Zoek via de clubzoeker een duikschool die initiaties aanbiedt en informeer bij hen wanneer je er terechtkan voor een initiatie.

De gelijkenis tussen het Starbucks-logo en het logo van CMAS (Confédération Mondiale des Activités Subaquatiques) valt veel mensen op, vooral door hun ronde vorm, het gebruik van een centraal figuur, en – bij de eerste versies – de cirkelvormige tekst rondom het beeldmerk. Toch is deze gelijkenis vooral toevallig en te verklaren door algemene ontwerpprincipes en niet door een directe relatie of bewuste kopie.
Het eerste Starbucks-logo kwam er in 1971. Het heeft wel wat weg van het CMAS-logo, dat als sinds 1959 een zeemeermin voorstelt die twee staarten vasthoudt. Sommige duikers vermoeden dat het CMAS-logo misschien model gestaan heeft voor dat van Starbucks. Maar is dat wel zo?
oorsprong en ontwerp van het CMAS-logo
Het CMAS-logo is ontworpen als internationaal symbool voor duik- en onderwatersporten. Bij haar oprichting op 11 januari 1959 had de CMAS nog geen logo aangenomen. De prioriteit lag bij het opstellen van de statuten en diverse formaliteiten. Het eerste embleem, voorgesteld door Roger Foucher-Créteau, directeur en redacteur van L'Eau et la vie sous-marine, werd niet overgenomen. Maar het idee van twee duikers, één in een duikpak met een duikfles en één vrijduiker – onder water jagend – bleef behouden.
Om het 'globale' aspect van de confederatie te symboliseren, werd een planisfeer toegevoegd die de twee aardse halfronden voorstelt. Deze staat vermeld in de nummers 1 tot en met 4 van het CMAS-Informatiebulletin:
• nr. 1, 7 maart 1959: geboorte van de CMAS;
• nr. 2, april 1959: studie van zwemmen met vinnen door Luigi Ferraro;
• nr. 3, mei 1959: Wereldkampioenschap onderwaterjacht in Malta;
• nr. 4, juni 1959: wedstrijden van 1959.

De maand juli ging voorbij zonder een CMAS-nieuwsbrief en de vijfde editie, gedateerd 16 augustus 1959, introduceerde een nieuw logo. Het logo toont een gestileerde afbeelding van een wezen dat affiniteit met de zee, de oceanen en als dusdanig met de duiksport heeft.
Pierre Perraud (voorzitter, 1985) legt uit: "Tijdens een vriendenbezoek aan het dorp Sospel (Alpes-Maritimes, Frankrijk) zagen Philippe Tailliez, Camille Onda en Jacques Dumas een mannelijke en vrouwelijke sirene, beide met twee staarten, gegraveerd op het fronton van een huis". Deze hermafrodiet (tweeslachtigheid, waarbij

het organisme zowel de mannelijke als de vrouwelijke geslachtsorganen heeft) is een bekend esoterisch symbool. Het leek hen meteen een ideaal embleem voor CMAS. De zeemeermin was een perfect symbool voor de zee en de oceanen, terwijl de twee staarten enerzijds 'techniek' en anderzijds 'sport' konden vertegenwoordigen (destijds bestond het wetenschappelijk comité nog niet). Aanvankelijk eenvoudig gekopieerd door François Clouzot, of volgens sommigen zijn neef, werd dit logo later vereenvoudigd en gestileerd tot het logo dat we vandaag de dag kennen.
Bij één van de eerste versies van het logo staat de afbeelding centraal in een cirkel, met daaromheen de naam van de federatie. Zo'n cirkelvormig ontwerp met tekst in een band rondom het beeldmerk, komt veel voor bij organisaties die internationaal herkenbaar willen zijn.
Door de jaren heen evolueerde het CMAS-logo, maar bleef steeds zijn eigenheid behouden. De eerste versie – eigenlijk meer een


kladversie – werd mooier uitgewerkt en er werden vier attributen – een zeester, een amfoor, een vis en een anker – aan toegevoegd om de link naar de duiksport te verduidelijken. Een cirkel, zoals in de kladversie, zat er niet meer rond, maar samen met de rondingen van de staarten en het letterwoord CMAS bovenaan, had het logo een cirkelvormig uitzicht. Deze versie wordt beschouwd als het originele ontwerp. Later werd er een buitencirkel toegevoegd waarin


de tekst 'CMAS WORLD UNDERWATER FEDERATION' kwam te staan. Naargelang de behoeften werd het logo met of zonder de buitencirkel gebruikt.
Eind 20e eeuw werd het CMAS-logo vereenvoudigd en kreeg het daardoor een moderner uitzicht. Geen cirkel rond het logo en de schubben op de staarten werden verwijderd, net zoals de eerder toegevoegde attributen. Daarnaast werd het lettertype voor CMAS strakker. Buiten enkele kleurvarianten, een ander lettertype, andere groottes en posities van het woord CMAS en al of niet een omschrijvende tekst naast het logo, bleef het logo vele jaren ongewijzigd.
Echter, de mentaliteit van de samenleving veranderde door de jaren heen. Het logo moest plots genderneutraal worden. De borsten moesten zeker al verwijderd worden en volgens sommigen waren er onderaan testikels waarneembaar. Wellicht logisch omdat een hermafrodiet model had gestaan.
In 2022 bracht CMAS haar nieuw genderneutraal logo uit, strakker en moderner,

maar nog steeds de typische zeemeermin met de twee staarten. Het logo van de Wereldfederatie wordt sindsdien – conform een beslissing tijdens de Algemene Vergadering CMAS – door elke aangesloten federatie gebuikt als logo voor hun federatie, met onder het logo het land van de respecievelijke federatie. Hierdoor is de connectie van de federatie met CMAS duidelijker (zie Hippo 290 – sept./okt. 2022 – het nieuwe CMAS-logo). oorsprong en ontwerp van het Starbucks-logo
Het verhaal over Starbucks begint in 1971 in de geplaveide straten van de historische Pike Place Market in Seattle. Hier opende Starbucks zijn eerste vestiging, waar klanten vers gebrande koffiebonen, thee en specerijen van over de hele wereld konden meenemen.
Volgens het boek van Howard Schultz 'Pour Your Heart Into It: How Starbucks Built a Company One Cup at a Time' is de naam van het bedrijf geïnspireerd op het klassieke verhaal 'Moby Dick', maar niet zo direct als velen aannemen. Eén van de oprichters






was fan van Moby Dick en stelde de naam 'Pequod', naar het schip in het boek, voor. De andere oprichters vonden dit geen goede naam en stelden 'Starbo' voor, naar een mijnstadje in Mount Rainier. Het oorspronkelijke Moby-Dick-idee en 'Starbo' kwamen uiteindelijk samen in de naam Starbuck, naar het eerste bemanningslid van de Pequod: Mr. Starbuck.
Voor het merklogo wilden de oprichters van Starbucks een nautisch thema dat verwees naar de zeevaarttraditie en het avontuurlijke karakter van koffiehandel. Grafisch ontwerper Terry Heckler vond inspiratie in een 16e-eeuwse (of mogelijk 15e-eeuwse) gravure van de Vikingen. Op de houtsnede was een soort zeemeermin met twee staarten te zien. De 'tweestaartige sirene' of Melusine – de slangengodin of waternimf – is een bovennatuurlijk wezen uit de Griekse mythologie die wel vaker in oude gravures en houtsneden voorkomt, al dan niet met twee visstaarten afgebeeld. Het wezen werd vervolgens het middelpunt van het ronde logo met de merknaam in een band eromheen. Het logo was van 1971 tot 1987 bruin, verwijzend naar de focus van het merk (koffie en natuurlijke ingrediënten), maar werd daarna meer opvallend groen, symbool voor groei en frisheid. In de loop der jaren werd het logo veranderd om te voorkomen dat bevolkingsgroepen beledigd zouden worden. In de oorspronkelijke versie had de sirene een ontbloot bovenlijf en was het
onderlichaam volledig zichtbaar. In een tweede versie waren de borsten van de sirene bedekt door haar, maar was de navel nog steeds zichtbaar. In de huidige versie zijn zowel de navel als de borsten niet zichtbaar en is alleen het uiteinde van de staarten zichtbaar. Het originele logo is nog wel in gebruik bij de eerste vestiging van Starbucks in Seattle. In 2011 koos Starbucks een nieuw logo, naar aanleiding van het 40-jarig bestaan.
In die laatste versie zit een verborgen boodschap. Dankzij het ingenieuze werk van ontwerpers vind je perfectie in imperfectie. Het geheim van het Starbucks-logo is te vinden in het gezicht van de sirene. Het is een klein detail, maar het is de moeite waard om op te merken en te beseffen hoe geraffineerd het is. Je vindt het kleine detail rechtsboven in de gezichtskenmerken van het personage. Ja, bij de rechterneus. Is je daar iets opgevallen? De neus is asymmetrisch. Kijk goed en je ziet een lange schaduw aan de rechterkant van de neus.
Maar waarom heeft de koffieketen hiervoor gekozen? Om het menselijker, toegankelijker en natuurlijker te laten lijken. Als je kijkt naar het gezicht in het logo vanaf versie 1987, dan zie je dat het gezicht niet asymmetrisch is. De toegevoegde schaduwachtige imperfectie maakte het imperfect perfect. Wat betekent dat voor het Starbucks-logo? Imperfectie is geen vloek, het is natuurlijke
schoonheid – een boodschap voor iedereen dat ze hun imperfecties moeten accepteren, want dat is wat ons allemaal menselijk en natuurlijk maakt. Het is een briljant gevonden betekenis die uit dit logo van het koffiemerk spreekt.
Is er een directe relatie tussen beide logo's?
Er is geen bewijs dat het Starbucks-logo direct is geïnspireerd op het CMAS-logo of andersom. Starbucks baseerde zijn logo op oude gravures en het maritieme thema van koffiehandel, terwijl CMAS een universeel herkenbaar sportlogo wilde creëren met een link naar het watermilieu waarin we onze sport beleven. De overeenkomsten tussen het Starbucks- en het CMAS-logo zijn vooral het gevolg van vergelijkbare universele ontwerpprincipes (cirkel, centraal maritiem figuur, tekstband) die vaak worden gebruikt voor herkenbaarheid en autoriteit. Beide logo's zijn onafhankelijk van elkaar ontstaan en weerspiegelen hun eigen achtergrond en doelgroep. De gelijkenis is dus toeval en geen bewuste imitatie. Er is dus geen sprake van een bewuste basislink tussen beide organisaties.


Op woensdag 4 juni 2025 was er de 10e editie van de 'Safety Dive Day', die net zoals de jaren voordien georganiseerd werd in de steengroeve van Vodelée. Wellicht was dit de laatste editie, want het organiserende team stopt ermee. Wel in schoonheid, want opnieuw was het een succesvolle happening waarop meer dan 300 duikers van veiligheidsdiensten – zoals brandweer, politie en defensie –aanwezig waren om er te duiken en de banden tussen de verschillende diensten nauwer aan te halen. CMAS Belgium was één van de sponsors en daarom mocht iemand van het redactieteam van Hippocampus deelnemen. We schreven al meermaals iets over de 'Safety Dive Day', een concept dat steeds hetzelfde was. Daarom bekijken we nu eens één van de duikende veiligheidsdiensten van naderbij. We vonden Ronny De Laet, majoor bij de brandweerzone Vlaams-Brabant west en naast brandweerduiker ook NELOS 2*Instructeur, bereid om een artikel over brandweerduiken te schrijven. Als illustraties plaatsen we de sfeerbeelden van de 'Safety Dive Day 2025' erbij.
Eén van de vele specialisaties bij de brandweer is onder meer brandweerduiker. Brandweerduikers worden ingezet bij allerlei oproepen: persoon, auto, drenkeling, berging … te water bij weer en wind, dag en nacht. We verwachten dan ook kandidaat-duikers die fysiek presteren. Daarnaast kunnen alle

ervaren brandweermannen of -vrouwen brandweerduiker worden als ze slagen voor de ingangsproeven. Er zijn twee mogelijke manieren om in te stromen: via Module 1 als je nog weinig of geen duikervaring hebt of via Module 2 als je voldoende duikervaring hebt.
Module 1
Kandidaten krijgen 10 duiklessen in blokken van 4 uur (2 uur theorie en 2 uur praktijk). Op het einde van deze lessenreeks leggen ze een examen niveau 2*Duiker af (20 meter dynamische apneu nadat ze 200 m gezwommen hebben binnen de 5 minuten, vervolgens 30 seconden statische apneu, 2x bril ledigen, gecombineerde oefening en tussen de flessen). Als ze slagen voor theorie en praktijk worden ze verwacht om acht duiken te doen op drie voorziene dagen. Een NELOS-duiker is vanaf het brevet van 2*Duiker van Module 1 vrijgesteld.
De ingangsproef … hieraan durft zelfs de ervaren 2*Duiker zich wel eens te mispakken. We starten in het zwembad met een examen niveau 3*Duiker, waarbij de apneu van 45 seconden na het 200 m zwemmen de borstkassen heen en weer durft te schudden. De rest is quasi hetzelfde als het eindexamen Module 1. Eens dit euvel overwonnen is, beginnen we aan de openwaterproeven. Ook hier sneuvelen wel eens kandidaten. Een bootje dropt ons, zodat een diepte van 15 m gehaald kan worden en de kandidaat een krachtredding kan uitvoeren met de instructeur, om vervolgens 100 m te slepen, gevolgd door 500 m vinzwemmen aan de oppervlakte binnen de 20 minuten.

De geslaagde kandidaten krijgen een theoretische lessenreeks te verwerken, waarin zowel duikgeneeskunde, verdrinking, onderkoeling als zoekmethodes en tactiek uitgebreid aan bod komen.
In het zwembad maken de kandidaten kennis met een volgelaatsmasker en droogpak. Vervolgens starten ze aan de buitenduiken, waarbij telkens het licht langzaam uitgaat! We starten met vrij helder water en eindigen in de dokken van Antwerpen, waar je quasi blind de oefeningen moet uitvoeren. Ook de stroming en de stress nemen langzaam toe. Zo dienen de kandidaten verschillende zoekmethodes te gebruiken om voorwerpen op te sporen, dienen ze een auto te lokaliseren, te inspecteren en aan te slaan om hem te bergen. Uiteraard allemaal op het gevoel.


Als kers op de taart mogen de kandidaten een verdomd zware pop bovenbrengen en die slepen. Dit alles dienen ze met precisie uit te voeren, zowel boven als onder water – want marge voor fouten is er niet. En dan wacht hen een theoretisch en praktisch examen in de dokken.
We verwachten een brandweerduiker die doorzettingsvermogen heeft, een duiker die


kalm blijft bij de meest zware omstandigheden en daarbij de nodige aandacht heeft voor veiligheid voor de slachtoffers én voor zichzelf. De kandidaat-brandweerduiker wordt zowel boven (seingever) als onder water (brandweerduiker) beoordeeld. De jury bestaat uit een instructeursgroep met jarenlange ervaring in het brandweerduiken. Deze instructeurs zijn verbonden aan een provinciale brandweerschool om de
Advertentie
neutraliteit tijdens de examens te bewaken. de eerste brandweerduik
De spanning begint al voordat de brandweerduiker het water ingaat. De informatie is schaars, de tijd (het gouden uur) dringt en de verwachtingen zijn hooggespannen. Aan de waterkant staan familieleden, omstanders, politieagenten; de emoties in hun blikken gaan door merg en been.



Zodra de duiker onder water gaat, verandert de omgeving opnieuw. De communicatie wordt beperkt tot beknopte instructies van de seingever via het volgelaatsmasker. De zichtbaarheid is vaak minimaal. De duiker navigeert op de tast, op het gevoel. De richting en zoekmethode worden bepaald door de seingever, want dieptemeter en kompas zijn in vele gevallen onbruikbaar. Een tweede brandweerduiker staat gedurende de gehele duik stand-by. Eén brandweerploeg bestaat uit twee duikers en één seingever.
De vondst van een lichaam of auto is het moment waarop alle training en voorbereiding op de proef worden gesteld. Het is een schok, hoe je je er ook op voorbereidt.
De brandweerduiker moet de emoties en de psychologische impact telkens onmiddellijk opzijzetten. De focus moet liggen op het protocol: het lichaam zo snel mogelijk naar boven brengen of veilig stellen ingeval van een berging. Het is een zware taak, die diepe sporen kan nalaten. De duikers en


seingevers zijn daarom getraind om elkaar te ondersteunen.
De opleiding brandweerduiker is alleen toegankelijk voor brandweermensen en die krijgen elk jaar info waar en wanneer de cursus georganiseerd wordt.

Skubba & Fred
De pogingen om de lucht in de emmer te verversen door die om te draaien mislukten. Soms had Skubba geluk en bleef er een beetje lucht in, maar dat was steeds te weinig om in de emmer te kunnen ademen. Het water stond boven zijn mond.
Alleen de emmer aan de kant sleuren en hem dan weer het water ingooien, lukte iedere keer. Hoewel dit vermoeiend was, betekende dit toch dat hij een ganse namiddag kon blijven duiken. En dat zonder dat hij hoofdpijn kreeg. Waar was Fred nu weer mee bezig?
Na de zoveelste trip naar de waterkant botste hij op Fred. Zijn vriend stond op het droge met een fietspomp en een lange darm in zijn handen.
"Wil je hiermee de lucht in de emmer verversen?", vroeg Skubba. Hij wist immers dat Fred steeds met oplossingen voor zijn duikproblemen kwam opdraven.
"Jawel. Ik sluit één uiteinde van de darm aan op de fietspomp en steek het andere uiteinde in de emmer. Als jij zorgt dat het uiteinde in de emmer blijft, dan pomp ik. Op die manier zou je steeds verse lucht moeten hebben. Als ik blijf pompen zal het teveel aan lucht uit je emmer ontsnappen", zei Fred.
Simpel plan. Zou moeten lukken. Skubba wierp de emmer weer in het water en dook er met de darm in. Met één hand hield hij zijn zelfgemaakte duikhelm vast en met de andere hand de luchtdarm. Voor hij onder water ging, zag hij nog net hoe Fred begon te pompen. Het ffft-geluid vertelde hem dat er verse lucht in de emmer kwam. Het waterpeil zakte beetje bij beetje en na een tijdje zag hij luchtbelletje van onder de rand ontsnappen. Het werkte.
Hij kon nu langer onder water blijven. Af en toe moest hij boven water komen, omdat hij tijdens een beweging de luchtdarm verloor. Maar als alles goed ging, kon hij met volle teugen van de onderwaterwereld genieten. Hij zag visjes, rode bolletjes die zwommen, lange draden die op planten leken (of waren het planten die op lange draden leken), … Telkens wanneer hij boven kwam, kon Fred delen in zijn, nee hun, ontdekkingen. Eindelijk kon hij duiken! Hij droomde al van ontdekkingen en verre duikreizen. Hij zou de meest ervaren duiker ter wereld worden.
Zo ging dit dagen door. Fred stond aan de kant te pompen, terwijl Skubba onder water zat en genoot van al het moois dat hij zag. Beiden waren gelukkig. En ze zouden nog zo gestaan hebben, mocht Skubba niet op een mooie dag gevallen zijn. Die duikdag wou Skubba een vis van dichtbij bekijken. Hij had al ontdekt hoe hij dieper kon

duiken door zich voort te trekken aan de 'draden'. Maar vooruitbewegen had hij nog niet gedaan. In feite kon hij, met veel moeite, enkel naar boven en naar beneden, en een beetje naar voor of naar achter leunen. Als hij dit laatste deed, zag hij veel luchtbellen en kwam het water hoog in zijn emmer.
Maar op die dag wou hij de grote vis volgen. Eén stap ging, maar bij zijn tweede stap geraakte zijn rechtervoet vast in één van de draden, waardoor hij zijn evenwicht verloor. Zijn linkervoet botste tegen het stuk treinrail. In zijn poging om recht te blijven trok hij aan één kant van de emmer. Daardoor kwam hij scheef te staan. Met een 'klokgeluid' ontsnapte de lucht. Verstrikt in de draden kwam Skubba naar boven.
"Ik wil kunnen voortbewegen!", riep hij naar Fred, die nog stond te pompen en verbaasd naar het gebeuren keek.

Door de eeuwen heen fluistert de zee haar geheimen aan wie durft te luisteren: verhalen over tentakels die kolkende wateren omhelzen, over schaduwen die als eilanden oprijzen en de dapperste zeevaarders doen verstijven van angst. Eeuwenlang werd de octopus - meester in vermomming en illusie - afgeschilderd als een angstaanjagend zeemonster. Denk aan zeeliedenverhalen over gigantische tentakels die schepen in de diepte trokken of mythische wezens, zoals de kraken. Het dier kreeg de reputatie van gevaarlijk roofdier uit de diepte, maar dat beeld doet de octopus onrecht. In werkelijkheid is het een schuw en teruggetrokken dier, eerder een meester in camouflage en ontsnapping dan in aanval. Met zijn uitzonderlijk geheugen, probleemoplossend vermogen en verrassende intelligentie, hoort de octopus thuis in de hoogste region van het dierenrijk. en van het dierenrijk.
De Romeinse geschiedkundige Claudius Aelian (2e en 3e eeuw na Christus) schreef het volgende:
"Ik hoor dat een octopus in Dicaearchia, in Italië, een monsterlijke omvang had bereikt en voedsel uit de zee versmaadde en verachtte. Zo gebeurde het dat dit wezen daadwerkelijk aan land kwam en naar voorwerpen greep. Vervolgens zwom het omhoog door een ondergrondse riool die het afval van de genoemde stad in zee loosde en kwam terecht in een huis aan de kust. Daar hadden enkele Iberische kooplieden hun lading opgeslagen: ingelegde vis in immense potten.Het dier sloeg zijn tentakels om de aardewerken potten, brak ze met zijn greep en smulde van de ingelegde vis".
Aelian schreef dat één van de kooplieden de octopus wilde bevechten om hun voedsel te beschermen, maar te bang was omdat het dier "te groot was om door één man te worden bestreden".
Plinius Secundus, beter bekend als Plinius de Oudere, een Romeinse schrijver, natuuronderzoeker en encyclopedist, werd in 23
of 24 na Christus geboren. In zijn Naturalis Historia beschreef hij diverse natuurverschijnselen, waaronder de octopus. Hij noemde hem "een vis die zijn tentakels als armen gebruikt".
Plinius schreef ook over de kracht van de octopus en zijn vermogen om zeelieden met geweld te grijpen.

de duistere middeleeuwen en later
In de middeleeuwen bleef de octopus angstverhalen voeden en nachtmerries oproepen. Thomas van Cantinpré (1201-1271), ook bekend als Thomas Cantimpratensis, Thomas Brabantinus of Thomas van Bellenghem was suffragaanbisschop van Kamerijk en afkomstig uit Bellingen bij Sint-PietersLeeuw in Brabant. Hij schreef in zijn Liber de natura rerum:
"Een octopus is een vis, zoals Plinius zegt, die zijn tentakels als armen gebruikt. Dit dier heeft zo'n sterke armen dat het soms een matroos die achteloos op een schip staat met geweld grijpt en hem de zee in sleept, en tevreden is met zijn vlees: want hij eet graag vlees. Octopussen zijn het talrijkst in de zee bij Venetië".
Pierre Denis de Montfort (1766 –1820), een Frans natuurwetenschapper, spande de kroon met zijn bewering dat een tiental Britse oorlogsschepen in één nacht in 1782 verdwenen, aangevallen en tot zinken zouden zijn gebracht door reusachtige octopussen. De Britten, die best wisten wat er met hun
schepen was gebeurd, spraken hem tegen, maar het kwaad was geschied: de octopus kreeg voor jaren de stempel van afzichtelijk, kwaadaardig en gevaarlijk monster mee. Dan was er nog de Franse natuurwetenschapper Jules Michelet die in zijn boek 'La Mer' uit 1861 het volgende pende:

"De octopus belichaamt het vreemde, het groteske, het karikaturale, het angstaanjagende. Hij doet denken aan een embryo dat ten strijde trekt: een wrede, woedende, zachte en tegelijk gespannen, haast doorzichtige foetus die moordlustig ademt. Want de strijd die hij voert, dient niet alleen om zich te voeden. Hij moet vernietigen. Zelfs verzadigd, zelfs stervend, blijft hij verwoesten. Elk schepsel ziet hij als een mogelijke vijand. Bij elke gelegenheid slingert hij zijn lange tentakels — of beter gezegd: zwepen, gewapend met zuignappen — naar voren. Nog voor het gevecht losbarst, verspreidt hij zijn verlammende dampen: een verdovende uitwaseming, een magnetische kracht die
de strijd zelf overbodig maakt". kraken, inktvis of octopus?
Scandinavische zeelieden meenden soms een groep eilanden te zien. Als zij dichterbij voeren, bleken de eilanden te bestaan uit een massa hoofden, horens en zwaaiende tentakels, die zelfs de grootste schepen konden vastgrijpen en laten zinken. Ze noemden het beest 'kraken'. Er werd beweerd dat de kraken een schip kon meetrekken in de enorme draaikolk die hij bij het duiken veroorzaakte. Waarschijnlijk werd er een zootje gemaakt van verschillende dieren die in de verbeelding (al dan niet na enkele bekers rum) tot één afschuwelijk monster samensmolten:
• Enerzijds de reuzenkraak (Enteroctopus dofleini), een ver familielid van de gewone kraak of gewone octopus (Octopus vulgaris). Het grootste intact gevonden exemplaar was 13 meter lang en woog meer dan 275 kg.
• Anderzijds de reuzeninktvis (Architeuthis spec.), een soort pijlinktvis die alleen in de diepzee voorkomt, maar af en toe aanspoelt. Deze 'calamar' wordt maximaal 22 meter lang. Dat het dier de grootste ogen heeft van het dierenrijk (ze kunnen tot 30 cm groot zijn) zal zeker niet tot zijn aaibaarheid bijgedragen hebben.


Carolus Linnaeus benoemde de kraken als inktvis met de wetenschappelijke naam Microcosmus in de eerste uitgave van zijn Systema Naturae (1735), een taxonomische classificatie van levende wezens, maar liet hem weg uit latere uitgaven. Het monster werd beschreven door Erik Pontoppidan, bisschop van Bergen, in zijn boek 'The Natural History of Norway' uit 1755.
De Franse schrijvers Victor Hugo (18021885) en Jules Verne (1828-1905) droegen graag hun steentje bij tot de demonisering van de arme octopus. Zo schreef de eerste in zijn boek Les Travailleurs de la Mer: "Tous les idéals étant admis, si l'épouvante est un but, la pieuvre est un chef-d'œuvre" (Als alle idealen aanvaard worden, en angst een doel is, dan is de octopus een meesterwerk).
De Nautilus van Verne kelderde dan weer net niet door aanvallen van een reusachtige octopus.


Vanaf de tweede helft van de 19e eeuw werd de inktvis gretig door allerlei karikaturisten en reclamemakers ten tonele gebracht. Het alomvattende aspect van het octopus-
lichaam dat zijn tentakels uitspreidt en alles controleert, is immers een sterk visueel item. In satirische afbeeldingen werd het dier telkens als een gemene machtswellusteling naar voor gebracht.


De minderheidsgroepen zijn er het eerste slachtoffer van. Ondermeer de vrijmetselaars, die als bloeddorstige achtpotigen worden afgebeeld. De 'Rue Cadet' was de zetel van de 'Grand Orient de France', de grootste loge en daar huisde het monster volgens Achille Lemot in het Christelijk magazine Le Pèlerin van 18/12/1904. Het weekblad La Bastille schilderde de vrijmetselarij in 1906 dan weer af als een octopus met het hoofd van een Jood die alle gelederen van de maatschappij in zijn tentakels houdt.
In de Verenigde Staten nam de karikaturist Thomas Nast het op tegen de Katholieke kerk. Op het einde van de 19e eeuw verscheen deze antiklerikale prent.

Maar ook de Duitsers, overwinnaars van de Frans-Duitse oorlog van 1870, kregen een veeg uit de octopuspan. Het verdrag van Frankfurt verplichtte Frankrijk niet alleen tot het betalen van een forse schadevergoeding, maar het land verloor ook territorium

in de vorm van het industrieel belangrijke en door een aanzienlijke hoeveelheid Duitsers bevolkte Elzas-Lotharingen. De herovering van dit gebied werd een obsessie kenmerkend voor het revanchisme, dat één van de krachtigste motieven vormde voor de betrokkenheid van Frankrijk in de Eerste Wereldoorlog.
In 1938 kloeg Joseph Plank (auteursnaam Seppla) de 'Globale Joodse Samenzwering' aan met een inktvis, waarvan de kop verdacht veel leek op het hoofd van Winston Churchill.

In de Amerikaanse reeks Don Wislow of the Navy van Frank Victor belaagde de octopus van 1934 tot 1955 geregeld de stripheld. Zijn avonturen werden in 1942 zelfs verfilmd.


De Franse Communistische partij bracht in 1951 een affiche uit om de Amerikaanse inmenging aan te klagen. De affiche werd betaald door arbeiders uit de Renaultfabrieken.
In vele tekenverhalen kreeg de octopus de rol van meedogenloze moordenaar, die te allen prijze moest vernietigd worden. Zo ook in de strip De Zwarte Valk uit 1970, al ging het hier om een metalen cephalopode.
Jommeke en co namen het in 1996 in Santa Monica op tegen een een boosaardige, vuurspuwende inktvis. Gelukkig liep alles goed af.


En ja, ook de filmwereld maakte van de octopus een vreselijk monster. In '20.000 mijlen onder zee', een stomme film uit 1907 van de Franse regisseur Georges Méliès, losjes gebaseerd op de gelijknamige roman van Jules Verne, kwam deze scène voor aan het einde van de film.
In 1953 werd Jean-Jacques Cousteau een grote pleitbezorger voor de octopus. Hij zei:
"Victor Hugo's verschrikkelijke monster is niet alleen een schuw dier, het heeft ook een verbazingwekkend aanpassingsvermogen, en de octopus verdient een promotie
in de hiërarchie van de intelligente dieren".
Vandaag is de octopus goed op weg naar rehabilitatie, en niet alleen op het kleine scherm. Talloze studies bewijzen zijn intelligentie, sluwheid, scherp gezichtsvermogen en groot aanpassingsvermogen.
Bijzonder is de voorspelling van de natuuronderzoeker Théodore Monod (1902-2000) dat het menselijke ras na haar verdwijning opgevolgd zou kunnen worden door afstammelingen van koppotigen.
Een voorproefje hiervan is misschien te vinden op etsy.com, waar je dit speelgoedje voor € 8,74 kan bestellen
PATRICK SWINNEN


Onderwaterbiologie
En hier duiken we weer even het zoete water in, meer specifiek in het zoete water van de Put van Ekeren. Dit keer gaan we, zoals beloofd, op zoek naar de minder grote vissen die er rondzwemmen, maar die op zijn minste even mooi zijn. En mysterieus, want zo makkelijk vind je ze niet. Zet je duikbril maar op scherp!
Eerst gaan we op zoek naar de kleine modderkruiper (Cobitis taenia ). Dit visje is zeer mooi, maar erg schuw. Je duikt best bij schemering en dan vind je hem op de bodem schuifelend tussen al het groen. Zijn lijfje is langgerekt (ongeveer tien centimeter lang) met mooie donkere vlekken op zijn flanken. Aan zijn bekje zitten zes tasters, een soort stugge baardharen, die hij gebruikt om de zanderige bodem om te woelen op zoek naar voedsel. Hij is een echte omnivoor, een alleseter dus. Hij lust zoöplankton (microscopisch kleine diertjes), algen, dood organisch materiaal, … een echt opruimertje. Als je arendsogen hebt, zie je soms dat hij een stekeltje onder zijn oogje uitklapt, een beschermingstrucje wanneer hij zich belaagd voelt.
Een ander elegant visje is de pos (Gymnocephalus cernua). Hij is familie van de baars, die je in een vorige Hippocampus al hebt ontmoet (en hopelijk ook al tijdens je duik in de Put). Hij kan redelijk groot worden, tot twintig centimeter lang, maar de posjes in de Put zijn meestal kleiner. Zijn lijfje is bruingoud van kleur met talloze donkerbruine vlekjes. Zijn rugvin is best spectaculair wanneer hij ze volledig opzet, net een scherm met puntige stekels. Zoals alle baarzen is de pos een roofvis, een echte carnivoor (vleeseter). Hij jaagt op insectenlarven (het babystadium van insecten), waterpissebedden, vlokreeftjes, zoöplankton en nog veel meer. Als roofvis moet de pos goed kunnen jagen. Dit lukt hem aardig met twee nuttige lichamelijke aanpassingen. Zijn zijlijn (dit is de lijn die je duidelijk op zijn flank ziet lopen van de kieuw tot zijn staart) is sterk ontwikkeld. De zijlijn bevat gevoelige zenuwcellen die de geringste druk kunnen opvangen die ontstaat door de waterverplaatsing van een voorbijzwemmend smakelijk hapje. En zijn oog lijkt een beetje op het oog van een kat. Op het netvlies van zijn oogje zit een reflecterend laagje (het tapetum lucidum), zodat hij zelfs met weinig licht in troebel water nog goed kan zien. Heb je ooit het oog van een kat zien oplichten in het donker, dat is datzelfde reflecterend laagje.
Nu even kennismaken met de – naar mijn bescheiden mening –mooiste vis uit de Put: de zeelt of louw (Tinca tinca). Deze mooie vis heeft een prachtige olijfgroene kleur en heel kleine schubjes die je nauwelijks kan zien. Hij heeft heel bolle vinnen waarmee hij sierlijk en heel snel kan zwemmen. Heel speciaal is dat de iris van zijn oog (het gekleurde deel van een oog dus) rood van kleur is. De zeelt is familie van de karper en dan weet je meteen wat hij zoal eet, nl. alles wat hij uit de zanderige bodem kan filteren met zijn twee forse baarddraden. Dit is dus een allegaartje van








dierlijk en plantaardig voedsel: plantendeeltjes, algen, zoetwaterslakjes, insectenlarfjes, vlokreeftjes, dood organisch materiaal, … De zeelt is erg schichtig. Als je hem wil observeren moet je echt stil blijven hangen en zeker niet beginnen vinzwemmen of wapperen met je handen. Vaak zwemmen ze met een paar soortgenoten samen. Het leuke aan jonge zeelten is dat ze heel speels gedrag vertonen met elkaar. Ze buitelen over elkaar als jonge puppy's.
En welke vis in de Put kan je erg doen schrikken? Een grote snelle witte schaduw die echt niet thuis hoort in onze geliefde zoetwaterput, de spookachtige albino meerval (Silurus glanis). Goed, ik geef toe, eigenlijk hoort hij niet thuis in het rijtje 'kleinere visjes van de Put van Ekeren', want onze albino meerval is best groot en meet ondertussen toch al een flinke meter. Maar toch wil ik deze bewoner even bespreken. Hij hoort hier niet thuis en is waarschijnlijk vele jaren geleden uitgezet. Nu ja, hij doet niemand kwaad en richt geen schade aan de biotoop aan. Hij leeft zijn eenzame leven in een voor hem groot 'aquarium'. Onze 'huismeerval' is een beenvis. Zijn goed ontwikkeld skelet is dus volledig verbeend. Zijn grote afgeplatte bek is perfect aangepast om de bodem goed om te woelen met zijn zes zeer lange baarddraden. Hij eet zowat alles en is een goede opruimer. Ach, eigenlijk wordt onze 'huismeerval' door alle duikers echt wel gekoesterd.
En laat je ook eens verrassen door een heel speciale vis: de paling (Anguilla anguilla). Ja zeker, ook deze vis kan je ontmoeten tijdens je duik in de Put. De paling is de meest merkwaardige vis die er bestaat.Ik stip hem hier maar heel even aan, omdat ik er in de volgende Hippocampus uitgebreid op zal terugkomen.
Waarom? Zijn manier van leven is zo merkwaardig dat daar veel over te vertellen valt. Dus als je meer wil weten over deze vis: een uitgebreide special in de volgende Hippocampus. Tot dan!
KIKI VLEESCHOUWERS

Op zondag 17 juli 2025 trekt onze karavaan zich op gang. 15 duikers, drie mobiele compressors, een dertigtal flessen en twee RIB's vertrekken richting Wales, Pembrokeshire meer bepaald. Eerst gaat het naar Calais en via de overzet naar Dover. Vandaar doen we nog een 300-tal kilometer naar Swindon voor een eerste overnachting. De vakantie begint morgen pas echt.
Na een gezellig ontbijt vervolgden we onze weg naar onze bestemming voor die week. Rond het middaguur arriveerden we bij Penty Parc, een statige Engelse villa op een uitgestrekt domein. De eigenaren ontvingen ons met een gastvrijheid die we nog nooit eerder hadden ervaren. De koffie stond klaar, er waren verse koekjes en zelfs voor getijdenboekjes was gezorgd. Dit bleek slechts een voorproefje van de oprechte, Welshe vriendelijkheid.
Tijdens een korte rondleiding ontdekten we dat we op een unieke plek verbleven. We hadden de beschikking over een balzaal, een gigantisch salon, een eetkamer, een aparte bar, een volledig
uitgeruste keuken en zelfs een leeskamer. Het hield niet op! Iedereen had zijn eigen kamer, verdeeld over de East en West Wing.
Voor we de diepte in doken, was het tijd om de boten te water te laten. Milford Haven werd onze uitvalsbasis, op een half uur rijden van onze luxueuze villa.
Later die middag hadden we een cruciale afspraak met de lokale duikclub. Hun kennis over de grillige duikvensters en de beste duikplekken zou van onschatbare waarde blijken.
Ook hier werden we koninklijk ontvangen. Alle geheimen werden openlijk gedeeld. Het besef hoe belangrijk deze informatie was, zou pas later tot ons doordringen. Wat een topkerels, die Welshmen!

The Lucy
Op maandag was het dan eindelijk zover, de eerste duikdag. We besloten om te starten met het wrak The Lucy. Dit wrak ligt voor de kust van Skomer Island. We twijfelden nog even of we het wrak dan niet de rotsen langs de kust wilden beduiken, want enkele zeehonden zaten ons verwelkomend aan te kijken. Onze contactpersoon had ons ingefluisterd dat het haalbaar is om beide te combineren, dus gingen we daarvoor.
Er ligt een boei op het wrak en via de daallijn kwamen we makkelijk aan op de locatie. We zakten nog even door tot een diepte van 39 m en stegen vervolgens langzaam op langs de romp naar het dek van het schip. Het wrak is mooi bewaard en we
konden voorzichtig de ruimtes binnengaan. We waagden ons niet te diep. Er was veel opdwarrelend stof en het zicht was niet geweldig. Het wrak is weinig begroeid, naast een paar grote spinkrabben zagen we niet bijzonder veel leven. We besloten de diepte te verlaten en gingen op een diepte van ongeveer 20 meter op kompas richting de kust. Bijna onmiddellijk kwamen we op grote blokken die ons richting de kant brachten. Vanaf een tiental meter diepte zijn de rotsen begroeid met kelp. Het lijkt wel een tropisch woud. Het duurde niet heel lang voor de eerste zeehond ons kwam begroeten. Tussen de blokken zagen we noordzeekrabben, spinkrabben, enkele kreeften en heel veel lipvissen. Niet slecht voor een eerste duik. Na een half uurtje varen, waren we weer aan de haven en hadden we geluk of was het door de schippers goed gepland, maar we konden onmiddellijk binnenvaren. De haven kom je binnen via een sluis, ook daar moesten we rekening mee houden bij de planning van de duiken.
Eenmaal terug bij onze 'mansion' was het tijd om het mobiel vusltation in gang te zetten. De oude elektriciteitsinfrastructuur bleek niet altijd opgewassen tegen het geweld van onze compressors, maar uiteindelijk vonden we toch de juiste combinatie van stekkers om het licht aan te houden. We waren vertrokken. Gelukkig zijn er in de
wijde omgeving geen buren te bespeuren en konden we dus tot laat in de avond onze gang gaan.
De tweede dag voeren we naar de de 'mysterieuze kloven van Mew Stone'. We vielen tussen grote blokken en beperkten ons tot 30 m, maar de bodem zakt nog een eindje door. We volgden de wand en doken van het ene rotsblok naar het andere, ertussen zijn de kloven breed genoeg ze om te verkennen. Wat opviel was de begroeiing met dodemansduim en we zagen opnieuw veel spinkrab en noordzeekrab en heel veel lipvis in alle formaten. Het zicht was goed, een 7-tal meter, en er was weinig tot geen stroming zolang we aan de juiste kant van de blokken bleven. Naar het einde van de duik toe zochten we een plekje om ondiep uit te duiken, maar ondieper dan 12 m vonden we niet, andere buddyparen hadden meer geluk. We deden dus onze trappen in 'den bleu'. Aan het touwtje werden we even omringd door kleine kwalletjes en zo hadden we toch weer wat om te bekijken.
Terwijl we nog wat op de boot bleven voor de dagelijkse apero kwam de wind sterk opzetten en trok de stroming stevig aan. We ondervonden aan den lijve dat het goed selecteren van de duikvensters echt wel super belangrijk is.
De derde dag was het opnieuw een dik half uur varen. Stacks Rock is relatief ondiep, we vielen op zo’n 12 m tussen de kelp. Aan mijn rechterkant zat een zeehond een beetje verbaasd te kijken. Ik kon hem bijna aanraken. We bleven stilzitten en haalden de camera boven. Hij poseerde net lang genoeg voor een leuk filmpje en schoot dan weg. We zochten een beetje diepte en verlieten het kelpwoud.
Veel meer dan 15 m haalden we niet. We gingen op onderzoek uit tussen de blokken en vonden opnieuw de spinkrabben, noordzeekrabben en lipvissen. We besloten op zoek te gaan naar onze zeehond, maar we zagen hem uiteindelijk niet terug. Na een duik van 77 minuten werden we opgepikt door de RIB. De lunch gebeurde op de boot, omdat we een 2de duik hadden gepland, maar het duikvenster gooide roet in het eten. Aan Skomer Island zijn een paar plekken die werden aangeduid als duikbaar buiten het getij en we zetten koers in die richting.
De tweede duik deden we bij Skomer Island. We vielen op een diepte van ongeveer 20 m en daalden af tot 26 m. Het landschap is desolaat. Het deed me een beetje denken aan een steengroeve met grote blokken op

het zand, maar met weinig begroeiing. Wat opviel was dat de bodem bezaaid is met schalen van spinkrabben, ze liggen echt overal. Het lijkt wel een slagveld, waarbij de spinkrabben de veldslag hebben verloren.
Terug aan ons verblijf moesten er, omwille van de twee duiken, een dubbel aantal duikflessen worden gevuld en dat duurde tot laat in de avond. Het werd duidelijk dat twee duiken per dag niet echt een haalbare kaart is als je ook nog een beetje van de vakantie wil kunnen genieten.
De vierde dag, bij The Smalls, moest het hoogtepunt van de reis worden. Daar duiken was omwille van de meteo enkel die dag mogelijk. We gingen duiken bij een klein onbewoond eilandje midden in de oceaan, een dik uur varen met de RIB's. We werden gewaarschuwd dat het wel een verraderlijke duik kon zijn. De stroming kan er heel snel opkomen en het duikvenster is mogelijk heel klein. Bovendien zaten we rond springtij.
We moesten vroeg vertrekken, rekening houdend met het getij, het schema van de sluis en de lange vaartijd. We hadden geluk, de zee was zo plat als een biljartlaken, de zon scheen en het was aangenaam warm.
Niet dat we de voorbije dagen slecht weer hadden, maar dit voelde toch meer als zomer. Onderweg kwamen we heel wat zeevogels tegen, een mooi schouwspel. Na een 50-tal minuten varen, kwamen we aan op onze locatie. Veel idyllischer dan dit wordt het niet. Een rots met een vuurtoren. De rotsen lagen bezaaid met zeehonden. Ze waren nieuwsgierig en kwamen heel dicht bij de boten een kijkje nemen.
Een probleem was de grote hoeveelheid kwalletjes in het water. Het waren dezelfde als op de tweede dag en ze zien er met de lange tentakels niet geheel ongevaarlijk uit. Het liet ons wel toe een idee te hebben van de stroming en die leek zo goed als afwezig. We waren nog iets voor het geplande venster, maar besloten zo snel mogelijk te water te gaan. Dichter bij het eiland waren de kwalletjes veel minder aanwezig, zodat we veilig in het water konden rollen.
We vielen op een diepte van 28 m. De rotsen zijn werkelijk bezaaid met dodemansduim, prachtig! Er zit duidelijk veel leven op deze


plaats, één van onze mededuikers wist zelfs een hondshaai te spotten. De deining wiegde ons heen en weer, maar van echte stroming was er voorlopig geen sprake. Mijn buddy en ik bewogen ons rond het eiland naar de andere kant. We werden al snel achtervolgd door een paar nieuwsgierige zeehonden.
Ze vonden het blijkbaar leuk om ons langs achter te besluipen om dan over ons hoofd heen weer voor ons plaats te nemen. Dat ging zo een tijdje door tot we doorhadden dat er boven ons hoofd nog een viertal
nieuwsgierige zielen ons bespioneerden.
We waren een dik half uur onderweg en kwamen opnieuw in het kelp terecht. De zeehonden bleven ons achtervolgen en door het vele draaien en keren langs de kanaaltjes waren we onze oriëntatie kwijt. We staken even ons hoofd boven water en waren nog steeds uit het zicht van de boten aan de achterkant van het eiland. We hadden nog meer dan voldoende lucht en probeerden rustig uit te duiken en nog wat te genieten van onze achtervolgers. We doken uiteinde-

lijk 65 minuten en nog steeds was er geen noemenswaardige stroming.
We kwamen boven, maar lagen nog steeds uit het zicht van de boten en moesten op onze rug nog een eindje vinzwemmen, maar de golven dreven ons in de juiste richting terwijl de zeehonden ons de hele tijd gezelschap bleven houden. Volgens mij was het voor hen ook een interessante dag. We werden al snel opgepikt en zochten onmiddellijk dieper water op. De zee was nog steeds heel kalm en iedereen was laaiend enthousiast over deze duikplaats. Toen we besloten huiswaarts te keren, werden we onderweg nog verrast door een schooltje dolfijnen dat lang rond onze boten bleef hangen of hadden we ze toch stiekem een beetje gevolgd?
Een perfecte dag, het werd moeilijk om dat te verbeteren.
De vijfde dag was opruimdag, aan alle mooie liedjes komt een einde. We besloten een plaats dichtbij op te zoeken en er was animo in de groep om nog een wrakje te doen. Op aanraden van onze vriend van de duikclub deden we The Behar, in de havenmond.
Het wrakje ligt noordelijk van de kardinaalboei die zijn naam draagt. Het ligt ondiep, we haalden maximaal 13 m. Het is grotendeels vergaan. Het achtersteven is het meest interessante deel, daar zijn de structuren nog duidelijk zichtbaar. Hoe meer we

naar de voorsteven gingen, hoe minder er overbleef van het wrak.
Onze collega’s spotten vlak naast het wrak opnieuw een paar hondshaaitjes. We doken verder richting kant en zochten nog wat leven op de rotsblokken onderweg. Het zicht was niet geweldig en we verloren elkaar naar het einde van de duik toe uit het oog. We deden de verliesprocedure, zagen elkaar weer aan het oppervlak en beëindigden de
duik. Een mooie afsluiter van een mooie week.
We eindigden onze reis met een dinertje in een lokaal restaurant en kunnen terugblikken op een fantastische week. We beginnen alvast met de plannen voor volgend jaar.
STEVEN DE SITTER
Meer dan veertig jaar geleden bracht Guy Segers zijn vakanties door aan de Middellandse Zee, waar hij zich als enthousiaste medewerker inzette in de duikcentra van Agay. In zijn vrije uren verkende hij, op advies van Franse duikers en enkele Belgische pioniers, nieuwe duiksites.

Op nauwelijks één zeemijl buiten Le Dramont ontdekte Guy een uniek onderwaterlandschap: een groot duikgebied met rotspieken die vanop 70 à 100 meter diepte oprijzen tot een vijftigtal meter. Het rif was weelderig begroeid met hoornkoralen in geel en rood, soms groter dan anderhalve meter. Niet verwonderlijk
dat de site al snel de bijnaam 'Le Jardin du Dramont' kreeg.
Elke rots kreeg een eigen naam: L'Infernal, Le Sémaphore, Le Jackpot, Le Tunnel, Les Calanques en het later ontdekte Paradise. Eén van de mooiste natuurlijke bergruggen werd zelfs naar Guy genoemd: Le Jardin de Guy.


Op 24 oktober 2024 overleed Guy Segers. Enkele leden van de Yellow Diving School zetten hun schouders onder het creëren van een gedenkplaat. Al snel kwamen we uit bij clublid Kris Van Geel. Als kunstschilder vereeuwigde hij Guy in een portret, geschilderd met acryl en zorgvuldig gegoten in epoxy.
Met de hulp van Ronny Margodt en enkele mede-instructeurs van NELOS vond de gedenkplaat half augustus 2025 haar weg naar de zeebodem. Gemonteerd op een zwaar betonblok met aangepast montageframe werd alles, met behulp van hijsballons, afgezakt tot op 55 meter diepte, uitkijkend over de zuidwestflank van de sec naar de verschillende rotspieken van de Jardin.
In overleg met zijn vrouw Cinneke werd besloten ook Guy's as boven zijn geliefkoosde duikplaats te verstrooien. Op woensdag 3 september 2025, bij gunstig weer, verzamelde een delegatie een van achttal duikers van de Yellow Diving School samen met enkele NELOS-prominenten boven Jardin de Guy.
Vanop de boot van Ronny brachten Cinneke en dochter Michelle de asverstrooiing tot stand, terwijl vrienden en clubleden volgden vanop omliggende boten. Nadien doken de YDS-duikers, onder leiding van Ronny en Marc Van Gorp, af naar het kunstwerk en brachten we een laatste groet.
Ondertussen hebben ook delegaties van Lifras- en NELOS-instructeurs de plaats bezocht om hulde te brengen.
De dag werd afgesloten met een warme

samenkomst op de camping, waar Cinneke iedereen bedankte bij een verzorgd hapje en drankje.
Met zijn ontdekkingen, zijn passie en zijn kameraadschap heeft Guy een blijvende stempel gedrukt op de duikgemeenschap. Wij verliezen een vriend, een mentor en een pionier, maar zijn Jardin blijft een levend monument onder water.
In naam van de Yellow Diving School willen we onze diepe dank uitspreken aan Ronny Margodt voor zijn tomeloze inzet en zorg om het gedenkplaatproject tot stand te brengen. Dankzij zijn toewijding rust het kunstwerk vandaag op de Jardin de Guy, precies daar waar Guy zijn mooiste ontdekkingen deed.
Evenzeer gaat onze dank uit naar de instructeurs van Agay Diving Services – Marc Van Gorp, Harry Engelen, Danny Darmont, Sven Vandekerckhove, Frank Verschaeve en Glenn Tessens die met hun hulp, tijd en vriendschap hebben bijgedragen om dit project te verwezenlijken.
Een bijzonder woord van dank gaat naar Kris Van Geel, die met groot vakmanschap en met gevoel het prachtige portret van Guy ontwierp en schilderde en het omzette in een uniek kunstwerk voor onder water. Zijn creatie geeft de Jardin een ziel en zorgt dat Guy's aanwezigheid blijvend voelbaar is.
Dankzij jullie allemaal hebben we niet alleen een gedenkplaats gecreeerd, maar ook een plek vol vriendschap, herinnering en verbondenheid. We gaan je missen mateke, maar we weten nu waar we je kunnen terugvinden.
Een warme samenkomst sloot de gedenkdag af.


Op voorstel van de Engelsman George Edwards (1804-1893) produceerde Christian Augustus Siebe (1788-1872) een eigen versie van een volledig gesloten duikpak waaraan een helm met behulp van twaalf bouten was bevestigd. Hoe dit duikpak zo'n succes werd dat het een wereldwijde bekendheid verwierf, het beeld van het beroepsduiken bepaalt en het zijn ontwerper de titel van 'vader van het duiken' bezorgde en meer lees je in deze aflevering.
Siebe paste zijn eigen open duikpak aan, maakte het volledig waterdicht en voegde de uitlaatopening van Norcross toe. Hij ging zelfs nog een stap verder: zijn uitlaat werd bediend door de duiker, die lucht kon uitblazen wanneer hij dat nodig achtte. Het feit dat de duiker zijn luchttoevoer kon regelen, had twee grote voordelen. Ten eerste kon de luchtdruk in het pak worden opgebouwd wanneer de duiker een grotere diepte wilde bereiken, om zo weerstand te bieden aan de toenemende waterdruk en dus squeeze tegen te gaan. Ten tweede kon de duiker, in het geval hij niet met de oppervlakteploeg kon communiceren en niet naar boven kon worden gehaald, zijn pak met lucht opblazen totdat het als een ballon vol was en zo zelf naar de oppervlakte kon drijven. Dit veiligheidselement heeft door de jaren heen het leven van vele duikers gered.
De duiker kroop via de hals in het eendelig pak. De combinatie helm en borstplaat werd met een losse flensconstructie met schroeven aan het pak vastgeklemd. Zijn gesloten duikpak, aangesloten op een luchtpomp aan de oppervlakte, wordt het eerste effectieve standaard duikpak en het prototype van de harde duikhelmen die vandaag de dag nog steeds gebruikt worden.

Ondanks het indrukwekkend werk van de Deanes en anderen op talrijke wrakken, waaronder de Royal George, had het open pak het
ernstig nadeel dat de duiker niet ver naar voren kon leunen zonder dat de helm volliep met water. Als een duiker struikelde of in een gat viel, kon hij gemakkelijk verdrinken. Een gesloten pak heeft dan ook de voorkeur, omdat dit in geen enkele omstandigheid water binnenlaat en het gevaar van verdrinking quasi geëlimineerd is. Met zo'n pak kan een duiker in bijna elke positie werken.
De eerste kans voor Siebe om de waarde van zijn pak te bewijzen, kwam al snel nadat hij het had getest en op de markt had gebracht. Gelukkig voor Siebe was het Bethellpak, het eerste gesloten pak dat in Groot-Brittannië verscheen een jaar nadat de Amerikaan Leonard Norcross in 1834 zijn versie patenteerde, niet de oplossing, althans niet voor de duikers van kolonel Pasley die toen de Royal George borgen. Ze vonden namelijk dat het afsluiten van het tweedelige pak bij de taille ondraaglijk veel tijd kostte. Ze knipten het al snel open en maakten er een open pak van. Daarom gaf Pasley Siebe toestemming zijn duikpak te leveren en in mei 1840 plaatste de 'Naval Storekeeper General' de eerste bestelling voor een door Siebe vervaardigd duikpak. Op 26 augustus 1840 leverde hij een verbeterde versie met een onderbroken schroefdraadring, waardoor voor het eerst een helm van het borststuk kon worden verwijderd. De 'duikersbegeleider' hoefde de helm slechts een achtste slag los te draaien om hem eraf te tillen. De standaard duikuitrusting, in wezen het ontwerp van Deane, zoals aangepast door Edwards, was een feit. In Britse kringen gewoonlijk 'standard dress' genoemd en in Noord-Amerika 'heavy gear' of 'hard hat' wordt deze uitrusting tot op de dag van vandaag vrijwel ongewijzigd gebruikt.
geboorte van onderwaterberging en -sloopwerken
Nadat kolonel Pasley het gesloten duikpak van Siebe had geaccepteerd, plaats-
ten de duikers, die bijna elke dag werkten, waterdichte metalen cilinders gevuld met dynamiet op geselecteerde punten op het wrak en verlieten ze vervolgens het water waarna het dynamiet elektrisch werd ontstoken. Daarna keerden ze terug naar het wrak om het puin op te ruimen ter voorbereiding van de verdere sloopwerkzaamheden. Deze taak, die traag en moeizaam verliep, omdat de explosies klein moesten zijn vanwege het omringend vaarwater, nam vijf en een half jaar in beslag. Maar uiteindelijk werd de klus geklaard, dankzij het pak van Siebe, en ontstond er een nieuw vakgebied, die van onderwaterberging en -sloopwerk.
eerste rapport over squeeze
Ondanks de jarenlange duikwerken met eenvoudig materiaal vielen er geen dodelijke slachtoffers tijdens de bergingswerken van de HMS Royal George. Er werden wel een aantal ongelukken genoteerd. Het meest ernstige ongeval vond plaats toen de luchtslang van een duiker brak en alle lucht uit zijn helm ontsnapte. De duiker vertelde later dat hij het gevoel had dat hij werd verpletterd door de druk van het water. Gelukkig voor hem werd zijn benarde situatie opgemerkt door de oppervlakteveiligheid en werd hij onmiddellijk naar boven gehaald, met een gezwollen gezicht en nek, bloedend uit zijn oren, ogen en mond. Hij bracht meer dan een maand door in het ziekenhuis en mocht nooit meer duiken. Het is een klein wonder dat hij dit squeeze-incident overleefde. Helmduikers waren zeer bang voor een squeeze-incident, omdat dit vaak fataal was (en een gruwelijk dood is).
Een jaar na Siebes pak bouwde de Brit W. H. Taylor een gepantserd duikpak met scharnierende gewrichten om op 50 m diepte te kunnen werken. Het pak, dat vanaf de oppervlakte van lucht werd voorzien, had accordeonachtige gewrichten van verenstaal, versterkt en water-
dicht gemaakt met leer. De uitlaat liep rechtstreeks in het omringende water via een korte slang die zich ter hoogte van de taille van de duiker bevond. De inwendige druk moest groter zijn dan de waterdruk op die diepte. De zachte stoffen van de scharnieren zouden waarschijnlijk bezwijken bij blootstelling aan aanzienlijke drukverschil.

Er was in die tijd niet veel interesse in een gepantserd duikpak, maar het idee was er. Toen later decompressieziekte en stikstofnarcose werden erkend als gevaren voor helmduikers, groeide de belangstelling voor gepantserde, atmosferische pakken. Binnen de tien jaar werden er andere pakken gemaakt om diepten van 60 tot 90 m te bereiken en tegen het einde van de eeuw konden sommige zelfs 180 m bereiken. Ze werden voornamelijk gebruikt wanneer er werk op grote diepte moest worden verricht of bij lange duiktijden. Het gepantserd duikpak werd echter nooit wijdverbreid omwille van een aantal nadelen:
• Hun gewicht en omvang beperken de mobiliteit. Duikers zijn afhankelijk van het oppervlak om zich te verplaatsen.
• Ze zijn duur in productie en onderhoud.
• Een duiker verdrinkt onmiddellijk als er bij een lek water binnenstroomt. En binnenstromen is zacht uitgedrukt, want op grote diepte is een waterstraaltje door het groot drukverschil dodelijk.
eerste regulatiemechanisme
In datzelfde jaar, 1838, vroeg de Franse
arts Manuel Théodore Guillaumet (18011852) een patent aan voor een regelaar met dubbele slang. Met dit systeem kreeg de duiker lucht vanaf de oppervlakte via een slang die was aangesloten op een 'on demand'-regelaar, maar niet gecompenseerd naar de omgevingsdruk.

De uitgeademde lucht ontsnapte via een tweede slang. Hij presenteerde zijn apparaat aan het comité van de Franse Academie van Wetenschappen. Dit ontwerp is het oudste bekende automatisch regulatiemechanisme voor een duiker. De arts voorzag de duiker ook van een vest die hij naar believen kon opblazen of leeg laten lopen. Hoewel dit duidelijk een BCD is, laat de tekening niet zien hoe de duiker het vest kon gebruiken. De uitvinding werd vanwege veiligheidsproblemen nooit in massa geproduceerd.
opblaasbare reddingsgordel
In datzelfde jaar won Hoxton Thornthwaite in Londen een prijs voor zijn ontwerp van een opblaasbare gordel voor duikers. Deze band werd onder de armen rond de taille gedragen en was uitgerust met een cilinder met samengeperste lucht.

In de beschrijving wordt vermeld dat de gordel volledig kon worden opgeblazen door het openen van een kraantje. Aangezien er geen andere manier was om de gordel op te blazen, moeten we concluderen dat dit een opblaasbare reddingsgordel was.
eerste melding van decompressieziekte bij duikers
Zoals we weten werd het gesloten duikpak van Siebe intensief gebruikt bij de berging van het Britse oorlogsschip HMS Royal George. Tijdens deze berging meldden de duikers dat ze last kregen van 'reuma en kou', gezien de werkomstandigheden ongetwijfeld symptomen van decompressieziekte, hoewel dat nog niet als dusdanig herkend werd.
ontstaan van het buddysysteem
Ik heb lang gezocht naar het ontstaan van het buddysysteem binnen onze sport. Volgens het woordenboek Merriam-Webster dateert het eerste bekende gebruik van de uitdrukking 'buddysysteem' uit 1942. De uitgevers definiëren het buddysysteem als "een regeling waarbij twee personen worden gekoppeld (met het oog op wederzijdse veiligheid in een gevaarlijke situatie)". Hoewel de eerste duiken met de Cousteau-Gagnan ontspanner soloduiken waren, voerde Cousteau na een aantal schokkende duikincidenten het buddysysteem in. De YMCA zou volgens sommige auteurs aan de basis van het buddysysteem in de duiksport liggen, omdat deze organisatie startte met het opleiden van openwaterzwemmers tot duikers. De YMCA beschouwde het buddysysteem als een logische voortzetting van de 'zwem nooit alleen'-regel van hun zwem- en reddingsprogramma's.
Maar ons buddysysteem is veel ouder dan de YMCA of Cousteau. Het vindt zijn oorsprong tijdens het bergen van de HMS Royal George (ik had beloofd dat dit wrak een belangrijke rol speelde). Het systeem werd tijdens deze bergingswerken vanaf 1839 toegepast om de veiligheid te verhogen (hoewel er ook sprake was van een incident, eerder een onderwatergevecht, door dit systeem).
Tijdens de Krimoorlog gebruikten de Russen een nieuw verdedigingsmiddel tegen de Britse en Franse marine, de zeemijn. De kleefmijn was gekend, maar deze geheel nieuwe zeemijn was van een ander kaliber en kreeg door zijn effectiviteit de naam 'Infernal Machine' (apparaat uit de hel) mee. Deze ingenieuze zeemijn van de Zweedse ingenieur, uitvinder en industrieel Immanuel Nobel the Younger (18011872) (ja, de vader van Alfred Nobel) was
vrijwel zeker het eerste wapen van dit type. Ze werd bedacht in de jaren 1840, toen Nobel in dienst was van de Russische tsaar.

De 'Infernal Machine' werd aan de zeebodem verankerd, zodat ze net onder het wateroppervlak bleef drijven en werd tot ontploffing gebracht met een elektrische stroom die via een kabel vanaf een boot of vanaf de kust werd geïnitieerd. Elke mijn had dus een ankerlijn en een elektrische kabel. Omdat niemand wist hoe deze nieuwe apparaten onschadelijk te maken, vormden ze een onoverkoombare, dodelijke hindernis.
eerste caisson, eerste rapport over het Toynbeemanoeuvre, eerste saturatieduikers
De Franse geoloog Jacques Triger (18011867) vond in 1841 het 'Trigerproces' uit voor het graven door drassige grond met behulp van een caisson onder druk ('caisse' is een kist in het Frans). Triger wordt gezien als de uitvinder van de caisson, hoewel het idee om perslucht te gebruiken om water op te pompen al in 1826 door Von Derschau werd bedacht en in 1830 door Cochrane werd gepatenteerd.
De eerste caisson bestond uit vier ijzeren cilinders met een diameter van ongeveer 1 m en een lengte van 5 tot 6 m. De combinatie van buizen werd tot een diepte van 20 m afgezonken en gebruikt om een kolenmijn in Chalonnes te graven en door het drijfzand onder de Loire te dringen. In zijn eerste rapport uit 1845 merkte Triger oorpijn op tijdens de compressiefase. Hij merkte ook op dat bij 3 atm (3 bar) kaarsen helder branden, het onmogelijk was om te fluiten, stemmen een nasaal accent hadden en de ademhalingsfrequentie af-
nam en er minder inspanning nodig was om taken uit te voeren.

In latere rapporten merkte Triger op dat oorpijn werd verlicht door te slikken (hij wist van het bestaan van de buis van Eustachius af). Dit manoeuvre kennen we als duikers goed om onze oren te klaren. Hij schreef ook over een hond en een vogel die vele dagen in de caisson in leven waren gebleven. Er werd niets vermeld over de toestand van deze dieren na de decompressie, maar ze waren in ieder geval de eerste 'saturatieduikers'.
In zijn verslag vermeldde Triger eveneens gevallen van decompressie- of caissonziekte bij twee mijnwerkers. De ene klaagde over een "zeer scherpe pijn" in zijn linkerarm, de andere over pijn in zijn knieën en linkerschouder. Deze mijnwerkers hadden 4,25 uur bij 2,4 atm gewerkt. De mijnwerkers probeerden de pijn te verlichten
door hun lichaam in een positie te zetten op een manier die leek op de 'Grecian Bend', een in die periode modieuze houding voor vrouwen. De symptomen werden later naar analogie de 'bends' genoemd. Als behandeling werd er niet herdrukt, maar werd er met succes (toeval?) alcohol op de aangetaste gebieden gemasseerd waarna beide mannen weer aan het werk konden.

De operatie om de HMS Royal George te bergen kwam in 1843 ten einde. Het wrak had zijn rol in de duikgeschiedenis vervuld. Een laatste bijdrage is dat op basis van de ervaring die was opgedaan bij het bergen van dit schip, de Royal Navy een duikschool oprichtte.

B. Pol en T.J. Wattelle (beiden Fransen) constateerden in 1847 "verschillende ongewenste symptomen", zoals bewusteloosheid, convulsies en overlijden na decompressie bij caissonwerkers in Lourdes. Ze merkten op dat bij één werknemer symptomatische verlichting werd bereikt door hercompressie. Hoewel dit wordt beschouwd als het eerste gerapporteerde geval waarin de effectiviteit van hercompressie als behandeling wordt beschreven ".. een zekere en snelle manier van verlichting zou zijn om onmiddellijk
te comprimeren en vervolgens zeer voorzichtig te decomprimeren", is er geen bewijs dat ze hercompressie routinematig toepasten bij de getroffen werknemers. Ze constateerden ook dat er een verband bestond tussen de symptomen, de diepte en de duur van de blootstelling, en de snelheid van de decompressie. Ze zagen ook dat fitte 18-jarigen minder vatbaar waren voor decompressieziekte dan oudere werknemers en concludeerden dat caissonarbeiders tussen de 18 en 26 jaar oud moesten zijn. Hun gegevens werden in 1854 gepubliceerd.
Als je nu geschiedkundige feiten over de duikklok begint te missen, dan ben je bij de les. Rond het jaar 1850 verdween dit populair duikapparaat. De helmduiker was de vaste waarde voor het uitvoeren van onderwaterwerken geworden en de caisson had de duikklok overbodig gemaakt. Deze laatste transformeerde tot de duikkamer, een soort van volledig gesloten duikklok die vooral gebruikt werd voor observaties en werken op grote dieptes.
eerste succesvolle ontsnapping uit een duikboot
Duiken mocht dan niet zonder gevaar zijn, met een onderzeeër varen was zeker risicovol. Als er iets met je boot gebeurde, dan werd je vaartuig je graf. Tot in 1851 was er nog niemand met succes uit een duikbootwrak ontsnapt. In dat jaar deden Bauer, Witt en Thomsen dit wel uit de onderzeeër 'Brandtaucher' (Brandduiker) en dat deden ze door hun beheersing van de wetenschappelijke principes van de onderwaterwereld. Toen hun duikboot door defect naar de bodem van de haven op 16 m zakte, overtuigde Bauer de twee anderen van zijn kennis van de wetten van de druk en gaven ze hun kapitein de toestemming om de onderzeeër onder water te zetten. Bauer opende een kraan met verbinding naar buiten, omdat hij wist dat hij het drukverschil moest wegwerken. Als hij de onderzeeër gedeeltelijk kon laten vollopen en de druk binnenin op 2,6 atmosfeer kon brengen, zou het totale drukverschil over de luikdeur tot nul dalen. De deur zou dan gemakkelijk opengaan en alle drie de onderzeebootbemanningsleden zouden zich in veiligheid kunnen brengen. De toename van de partiële druk van het kooldioxide was tijdelijk moeilijk te verdragen, wat leidde tot
kokhalzen en verstikking, maar de onderzeeër liep snel vol en de druk werd geëgaliseerd. Het trio werd door de vrijgekomen luikdeur naar buiten geblazen en schoot veilig naar de oppervlakte, alsof ze "kurken van champagneflessen" waren, zoals Bauer het later omschreef.
eerste illustratie van een duiklamp

In de 'Almanach de L'Illustration' editie 1853 staat een afbeelding van Sicards gesloten zuurstofrebreather en een onderwaterlamp. Dit zou de eerste illustratie van een duiklamp kunnen zijn, hoewel ze al een tijdje in gebruik waren.
eerste duiker-ontmijner
Het probleem van de zeemijn, 'Infernal Machine', was nog steeds niet opgelost wanneer de Britse Royal Navy in oktober 1854 John Deane benaderde om zijn duikhelm mee te nemen naar de Krim, waar de oorlog voor hen niet goed verliep. De initiële opdracht voor John was om de Britse marine te helpen bij het opruimen van gezonken Russische wrakken die de haven van Sebastopol blokkeerden. John was 's werelds meest ervaren helmduiker en hij had een methode bedacht om met explosieven wrakken te slopen voor berging. Hij was dus de ideale man voor deze klus, maar omdat de marine hem niet dicht genoeg bij de wrakken kon krijgen, vroegen ze hem of hij niets aan de Russisch zeemijn kon doen.
John dook daarna op de plek waar enkele mijnen de toegang tot de Zee van Azov blokkeerden en, alsof dat nog niet gevaarlijk genoeg was, sneed hij de elektrische kabels door. Bij zijn eerste doorsnijactie kon hij er niet zeker van zijn dat
de mijnen niet zouden ontploffen, maar gelukkig gebeurde dat niet en dus wist hij dat hij de rest zonder gevaar kon doorsnijden. Zodra de elektrische ontstekingskabel was doorgesneden, konden de ankerlijnen worden doorgesneden. Hierdoor dreven de mijnen naar de oppervlakte, waar ze door zeelieden konden worden opgeruimd. John wist een pad door het mijnenveld vrij te maken, waardoor de Britse vloot de Zee van Azov kon binnenvaren en de bevoorradingslijnen van de Russen kon afsnijden. Hiermee kwam er een einde aan het beleg van Sebastopol. John Deane was een held. Nooit eerder had iemand al duikend geprobeerd een zeemijn onschadelijk te maken en daardoor was hij de eerste duiker-ontmijner. eerste voorstel voor het voorkomen van de caissonziekte door geleidelijke decompressie
In 1855 beschreef Littleton 25 gevallen van decompressieziekte bij caissonwerkers die gedurende enkele maanden werkzaam waren bij de bouw van een brug over de Tamar bij Saltash, Cornwall in Engeland. Tijdens deze bouw werden caissons tot een diepte van 28 m gedreven. Bij de ernstige vorm van de ziekte werden werknemers enkele minuten na decompressie getroffen door pijn in de ledematen, verlamming en bewusteloosheid. In minder ernstige gevallen was er alleen pijn in de ledematen en gewrichten. In een poging om deze symptomen te verklaren, herinnerde Littleton zich dat Robert Boyle in de 17e eeuw een opvallende luchtbel had waargenomen die heen en weer bewoog in het oogvocht van een adder die was gedecomprimeerd. Littleton geloofde dat de oorzaak van de decompressiesymptomen het 'ontsnappen van lucht' was, waardoor druk op de hersenen ontstond. Als methode om deze symptomen te voorkomen, adviseerde Littleton een geleidelijke toepassing en vermindering van de druk. eerste onderwaterfoto
De Britse advocaat en natuurkundige William Thompson maakte in 1856 de eerste onderwaterfoto's met een camera die op een statief was bevestigd. Thompson liet een timmerman een waterdichte houten kist maken waarin een 10 op 13 cm natte collodiumglasplaatcamera kon worden geplaatst. Om de platen binnen een uur voor te bereiden en te ontwikkelen, was een donkere tent op het strand nodig. De
William Thompson maakte in 1856 deze onderwaterfoto door een waterdichte houten kist met daarin een natte collodiumglasplaat van 10 op 13 cm te belichten.

kist had een zwaar sluitermechanisme, waaraan Thompson een touw bevestigde om de sluiter vanuit een roeiboot te bedienen.
Samen met een vriend roeide Thompson de Weymouth Bay in Dorset op en liet hij zijn camera zakken totdat het statief stevig op een rotsrichel stond. Dit was ongeveer vijf meter onder het wateroppervlak. Zijn belichtingstijd was ongeveer tien minuten. Het resultaat wordt beschouwd als 's werelds eerste onderwaterfoto, hoewel de foto alleen troebele grijstinten laat zien en je niet kunt uitmaken wat er gefotografeerd werd. Hopelijk was de foto in 1856 duidelijker.
De Amerikaanse schoenmaker en uitvinder Lodner D. Phillips (1825-1869) ontwierp in 1856 het eerste volledig gesloten atmosferisch duikpak (Davis, 1951). Zijn ontwerp bestond uit een tonvormig bovenlichaam met gewelfde uiteinden en was het eerste ontwerp met kogelgewrichten in de beweegbare armen en benen. Het pak had minstens acht gewrichten. De armen hadden gewrichten bij de schouders en ellebogen, de benen bij de knieën en heupen. Het pak had een ballasttank op de rug, een enkel kijkvenster,
een mangatdeksel als ingang aan de bovenkant en eenvoudige manipulatoren aan het uiteinde van de armen.

Lucht werd aangevoerd en afgevoerd via een dubbele slang die aan de bovenkant van het pak naar binnen ging. Het pak had een hijsoog in het midden van het luikdeksel om het omhoog en omlaag te halen. Enkele van de interessantere kenmerken waren de handbediende schroefpropeller op heuphoogte aan de voorkant van het pak, de extra manipulatoren die uit de
taille staken en het bereik van de gebruiker vergrootten en de 'drijfballon' die aan de bovenkant was bevestigd en bij toenemende diepte zeker zou zijn ingeklapt. Er zijn geen bewijzen dat het Phillipspak ooit is gebouwd, maar veel kenmerken van het ontwerp zijn terug te vinden in vergelijkbare, meer succesvolle pakken die meer dan een halve eeuw later zijn gemaakt.
eerste publicatie over de gevaren van caissonwerken
In de periode vóór 1861 werden verschillende gevallen van decompressieziekte gemeld bij caissonwerk. Verschillende mensen zoals de Fransen Pol en Wattelle (1847), Littleton (1855) en Bucquoy (1861), stelden een langzamere decompressie voor. Eugène Bucquoy publiceerde niet alleen de gevallen, maar ook een verslag over de gevaren van werken met perslucht. Hij was waarschijnlijk de eerste die dit deed. In 1863 adviseerde Foley recompressie als de "echte specifieke" behandeling voor decompressieziekte.
eerste patent voor een tuba
We weten ondertussen dat de snorkel al in 1631 bij de Spaanse Commissie gekend was, maar om één of andere duistere reden was deze kennis verloren gegaan. Althans, er werd niet meer over geschreven.

De snorkel leek toen ook niet op onze moderne versie. Daarom besloot ik om het verhaal van de tuba nieuw leven in te blazen door degenen die de tuba verbeterden in het spotlicht te zetten.

We beginnen opnieuw in 1863 wanneer de Amerikaan Schofield een patent voor een tuba kreeg. Hij was echter niet bedoeld om mee te duiken, maar voor gebruik tijdens zwemlessen en hij werd geen 'snorkel' genoemd.
eerste mechanisch aangedreven duikboot
De 'Plongeur' ('Duiker') was een Franse onderzeeër die op 16 april 1863 te water werd gelaten. Hij was een uitvinding van een marineofficier, kapitein Siméon Bourgeois (1815-1887), en betekende uiteindelijk een revolutie voor de toekomst van de oorlogsvoering op zee. Deze onderzeeër was de grootste tot dan toe (42 meter lang met een waterverplaatsing van 420 ton) en de eerste die door mechanische (in plaats van menselijke) kracht werd aangedreven. De romp was volledig van ijzer en de propellers werden aangedreven door perslucht. De Plongeur kon enkele uren na elkaar een snelheid van vijf knopen aanhouden. Het ballastmechanisme was echter slecht ontworpen. De eerste proef in diep water liep bijna fataal af toen de bemanning grote moeite had om weer aan de oppervlakte te ko -
men. Om geen levens meer te riskeren, verklaarde de Franse marine de Plongeur ongeschikt voor verder gebruik en verbouwde hem tot een grote wateropslagtank. Franse uitvinders gingen daarna snel aan de slag om een beter model te ontwerpen.
eerste duikboot die een schip tot zinken brengt
Tijdens de Amerikaanse Burgeroorlog bouwden de geconfedereerden verschillende kleine onderzeeërs, Davidboten genoemd, vermoedelijk ter ere van David Bushnell. Ze hadden de vorm van een sigaar, omdat ze waren gebouwd van cilindrische stoomketels afkomstig van rivierboten op de Mississippi. De lengte varieerde van 7 tot 13 m met een bemanning van negen op de grootste modellen. Aangedreven door dezelfde soort handbediende schroeven die de 'Turtle' bijna 100 jaar eerder had gebruikt, konden ze vier knopen halen. Op hun boeg droegen ze een explosieve lading, bestaande uit 45 kg buskruit met een vertraagde ontsteking, bedoeld om op de traditionele wijze aan de romp van een vijandelijk schip te worden bevestigd.
Eén van de Davidboten, de CSS Hunley, onderscheidt zich als de eerste onderzeeër ooit die een vijandelijk schip in oorlogstijd tot zinken bracht. Tot dan toe had de on-
derzeeër zich niet onderscheiden. Hij was tijdens tests twee keer gezonken, waarbij de negenkoppige bemanning telkens verdronk. Een nieuwe bemanning kreeg de taak om een Yankeepantserschip, de Housatonic dat een blokkade van Charleston, South Carolina, handhaafde, te laten zinken of te beschadigen.
Bij zonsondergang op de avond van 17 februari 1864 viel de Hunley zijn doel aan. De lading ontplofte voortijdig en zowel de Hunley als de Housatonic werden door de enorme explosie opgeschrikt. Opnieuw kwam de duikbootbemanning om het leven en deze keer ging ook de boot verloren (waarschijnlijk overvaren door een federaal schip op jacht naar de aanvaller). Slechts vijf opvarenden van de Housatonic kwamen om, maar de Yankees waren één van hun beste pantserschepen verloren.
eerste gebruik van elektrisch licht en het eerste onderwaterobservatorium
Na twee door implosie mislukte pogingen om grote diepten te bereiken met houten exemplaren (in 1774 door de Engelsman John Day in de haven van Plymouth en in 1831 door de Spanjaard Cervo) ontwierpen twee Amerikanen, Richards en Wolcott, in 1849 een metalen, bolvormige duikkamer die met kettingen moest worden neerge -

laten en opgehaald. Er was geen voorziening om de kamer van verse lucht te voorzien. Desondanks had de kamer wellicht nieuwe recorddiepten kunnen bereiken als hij was getest, maar door gebrek aan financiële middelen werd hij nooit gebouwd.

De Franse industrieel, ingenieur en uitvinder Ernst Bazin (1826-1898) bouwde in 1864 een metalen observatorium om te zoeken naar een schat die in de baai van Vigo, Spanje, was gezonken. De kamer was gemaakt van fijn staal, verbonden met het oppervlak door middel van kabels en voorzien van twee kijkvensters en een externe elektrische lamp voor verlichting. Net als de kamer van Richards-Wolcott had ze geen toevoer van verse lucht en moest de inzittende het doen met de lucht die vóór het onderdompelen was opgesloten. Deze beperking weerhield Bazin er niet van om een anderhalf uur te verblijven op de verbazingwekkende diepte van 80 m, bijna drie keer zo diep als enig ander apparaat ooit had bereikt. eerste vraaggestuurde, gecompenseerde ontspanner
De Franse mijningenieur Benoît Rouquayrol (1826-1875) en luitenant van de marine Auguste Denayrouse (1837-1883) patenteerden in 1865 een apparaat voor ademhaling onder water. Het bestond uit een horizontale stalen tank met perslucht
(ongeveer 40 bar) op de rug van de duiker, die via een klep was verbonden met een mondstuk. Via een slang werd er vanaf de oppervlakte verse lucht in de lagedruktank gepompt. Gepatenteerd als de 'Aerophore', leverde het apparaat alleen lucht wanneer de duiker inademde, via een membraan dat gevoelig was voor de waterdruk van buitenaf. De ademautomaat stuurde alleen lucht in het mondstuk van de duiker wanneer hij ademhaalde, in plaats van constant, waardoor geen kostbare lucht verloren ging. Dit was de eerste vraaggestuurde, gecompenseerde ontspanner voor gebruik onder water. Omdat de duiker de naar hem toe gepompte lucht relatief langzaam verbruikte, moesten de pompen aan de oppervlakte, die in die tijd beperkt waren in
kracht en debiet, minder hard werken om lucht naar de duiker toe te pompen dan bij een helmduiker. Hierdoor kon het Rouquayrol-Denayrouzeapparaat op grotere diepten worden gebruikt dan de duikuitrustingen met een helm uit die tijd.
De duiker kon, net als bij Driebergs Triton, de slang loskoppelen en een paar minuten met alleen de tank op zijn rug duiken. Het apparaat werd jaren gebruikt door de Franse marine en was een voorloper van de moderne duikuitrusting.












Wil je zeker zijn van de beste vluchten, beschikbaarheid op populaire duiklocaties en de mooiste combinaties? Dan is het slim om nu je reis voor 2026 te plannen. Wij zijn gespecialiseerd in duikreizen en stellen met plezier een complete reis voor je samen, helemaal afgestemd op jouw wensen. Zeker in Azië maken we vaak combinaties van meerdere locaties en duikgebieden – maatwerk is onze kracht. Zowel voor individuele reizigers of groepen zoals duikverenigingen. Neem contact met ons op voor persoonlijk advies of een vrijblijvende offerte op maat.


Bezoek ons tijdens de DiveXpo op 6 en 7 december 2025 op stand 114-115 om samen met ons je duikvakantie te bespreken!
• Vluchten vanuit Nederland, Duitsland en België
• Er zijn reizen voor alle duikniveaus
• Geheel verzorgd en ontspannen op reis



• Fantastisch duiken op topbestemmingen
• Al 30 jaar de specialist in duikreizen
• Advies op maat van onze specialisten


Sander Patricia





Julia Sandra








Alfred Bernard, professor in de toxicologie aan de UCLouvain, leerde pas zwemmen toen hij dertig werd. Hij werd ook nooit Duiker-Redder. Vandaag gelden zijn studies over de luchtkwaliteit in zwembaden nochtans als toonaangevend.
Zowat twintig jaar geleden leidde hij een wetenschappelijk onderzoek over de gezondheid van de luchtwegen bij kinderen. Hij vergeleek hierbij kinderen en tieners uit de Brusselse agglomeratie met leeftijdsgenoten uit de Ardennen.
Tot zijn grote verbazing bleek dat de Brusselse kinderen minder ademhalingsziekten vertoonden dan de Ardeense jeugd, en dat spijts de (veel) grotere luchtverontreiniging in onze hoofdstad.
Uit doorgedreven onderzoek van de levensgewoonten van beide groepen bleek dat de kinderen uit landelijke gebieden vaker, en eveneens vanaf veel jongere leeftijd, het zwembad bezochten dan hun Brusselse tegenhangers. Meer nog, de analyse bracht een significant verband aan het licht tussen het aantal luchtwegeninfecties en het geregeld bezoek aan overdekte zwembaden.
De boosdoener werd snel gevonden: trichlooramine (NCl3), een gas dat we in bijna alle zwembaden inademen.
Wat is trichlooramine?
Trichlooramine, ook stikstoftrichloride genoemd, ontstaat door de vorming van chlooramines in het water. Het is een vluchtige, irriterende en giftige gasvormige stof die ontstaat door de reactie van chloor met stikstofhoudende verbindingen als zweet, urine, huidschilfers en cosmetica. Het is verantwoordelijk voor de bekende chloorlucht in het zwemdok.
Trichlooramine irriteert de luchtwegen en kan symptomen veroorzaken zoals hoesten, benauwdheid en kortademigheid. Het kan ook zorgen voor geïrriteerde ogen, een droge huid en andere huidreacties.
Bij zwembadpersoneel en redders kan langdurige blootstelling leiden tot beroepsziekten zoals rhinitis en beroepsastma.

Vooral de blootstelling aan chloramine is een boosdoener. Dat ontstaat door de vermenging van chloor met organische materie, urine zeg maar. Chloramine werkt irriterend op longen, vooral bij kinderen jonger dan 2 jaar, want zij hebben immature en kwetsbare longen (longen zijn pas volgroeid na zes jaar).
Naast trichlooramine komen ook monochlooramine (NH2Cl) en dichlooramine (NHCl2) voor in zwembaden. Monochlooramine wordt gebruikt als desinfectiemiddel in drinkwater en reageert minder sterk met organisch materiaal dan trichlooramine. Het wordt ook toegepast in de voedselindustrie en andere toepassingen zoals koelsystemen. Monochlooramine is veilig voor drinken en baden mits de concentratie binnen bepaalde limieten blijft.
Bij mono- en dichlooramine in het zwembadwater komt er vooral stikstofgas vrij. Dat ontsnapt na een tijdje vanzelf in de lucht. Trichlooramine, die de typische irriterende chloorgeur veroorzaakt, ontstaat ook als gas en komt door de beweging in het water naar boven. Daar blijft de geur vaak hangen op een laag tussen de lucht en het water.
controle en grenswaarden VLAREM II (Vlaams reglement betreffende de milieuvergunning) hanteert bij overdekte zwembaden voor trichlooraminen in de lucht een grenswaarde van 500µg/m3.
Deze waarden werden begin deze eeuw vastgelegd als gevolg van het onderzoek van Prof. Bernard. In Frankrijk, Duitsland of Zweden bedragen de grenswaarden 200 tot 300µg/m3. Zelfs in Wallonië bedraagt het toegelaten maximum 300µg/m3
De reden dat het in Vlaanderen 'een beetje meer mag zijn' is de kostprijs. Om de waarden te doen dalen moet je meer ventileren, en dat kost geld, veel geld, vooral door de stijging van de energieprijzen.
Oefen ik dan beter met een gasmasker dan met een duikmasker in het zwembad?
Bij onze duiktrainingen in het zwembad komen veel ademhalingsoefeningen aan bod. Wij zuigen de zwembadlucht, en dus de trichlooraminen, als het ware in het diepste van onze longen. Daar tast het gas het luchtwegepitheel aan. Dat luchtwegepitheel is de bekleding van de luchtwegen en dient als een belangrijke verdedigingslijn tegen ziekteverwekkers. Het bestaat uit cellen die slijm produceren om micro-organismen te vangen en cellen met trilharen die dit slijm omhoog bewegen en afvoeren. Het epitheel

is essentieel voor de gezondheid van de longen en het behoud van de luchtwegfunctie.
Dus toch maar een gasmasker? De Hoge Gezondheidsraad stelde in haar advies van 20 mei 2005 dat: "Blootstelling aan chlooramines in zwembaden dient in elk geval zo laag mogelijk gehouden te worden, zonder de microbiologische veiligheid van het zwemwater in het gedrang te brengen. Belangrijke maatregelen zijn dan ook voldoende ventilatie en elementaire hygiëne bij de baders, zoals douchen vóór het zwemmen en niet urineren in het water"
Aan jou om te oordelen, al blijken zwembadoefeningen met een duikmasker toch iets confortabeler dan met een gasmasker. Plassen in het zwembad doen we sowieso niet, toch?
Het onderwerp is actueel en verontrustend
Op 11 juni 2025 werden een aantal parlementaire vragen over trichlooramine en de luchtkwaliteit van de zwembaden gesteld aan de Vlaamse minister van Welzijn.
Enkele uittreksels uit haar antwoord:
• Er worden geen standaard luchtmetingen uitgevoerd door het Departement Zorg, dit gebeurt enkel op basis van klachten van baders. Op de waterkwaliteit worden wel standaard metingen uitgevoerd.
• In de afgelopen 5 jaar werden er twee luchtmetingen gevraagd bij dezelfde
zwembadinrichting, de eerste op grond van klachten, de tweede na het nemen van gevraagde maatregelen.
• Departement Zorg voerde in het verleden twee projecten uit voor trichlooraminemetingen: één keer in 2015-2016 en één keer in 2018 in respectievelijk 70 en 125 zweminrichtingen.
• Momenteel worden er geen zwembaden gemonitord op trichlooramine.
Het probleem is gekend, maar er wordt actueel weinig of niets ondernomen. De bal wordt door de betrokken ministers van de drie gewesten trouwens doorgespeeld naar de eigenaars van de zwembaden. Zij staan in voor het naleven van de normen. Volgens de gezagdragers dragen de gebruikers, baders, redders en duikers ook zelf de verantwoordelijkheid om klacht in te dienen wanneer er ziekten of andere gevolgen optreden na het inademen van trichlooramine. Dit kan in Vlaanderen via het meldpunt: kwaliteitzwemwater.be/nl/meldpunt
Na een klacht wordt er – normaal gezien –onmiddellijk gevraagd aan de zwembadeigenaar om de lucht- en waterkwaliteit te meten.
Of dit de sympathie tussen de zwembaddirectie en je duikclub zal bevorderen is natuurlijk ook de vraag.
Als duiker gebruiken we het OK-teken in plaats van de 'duim omhoog', want dat laatste zou verwarring scheppen (omdat dit het teken is om te stijgen).
Maar waar komt dat OK-teken vandaan? En wanneer werd het voor het eerst toegepast?
Ringgebaren, gevormd door de wijsvinger en duim met de overige vingers gestrekt, kwamen in Griekenland al voor in de vijfde eeuw v.Chr. en zijn te zien op beschilderde Griekse vazen als uitdrukking van liefde, waarbij de duim en wijsvinger kussende lippen zouden nabootsen. Wanneer iemand in het oude Griekenland dat gebaar naar een ander maakte, was het een gebaar dat iemand zijn liefde voor de ander betuigde. Het sentiment werd meer overgebracht door de aanraking van de vingertoppen dan door de ring die ze vormden. Als uitdrukking van instemming, precisie en goedkeuring kan het gebaar worden teruggevoerd tot het Rome van de eerste eeuw, waar de Romeinse retoricus Marcus Fabius Quintilianus het naar verluidt gebruikte.

Tegelijkertijd verscheen het teken in de boeddhistische en hindoeïstische diaspora als een symbool van innerlijke perfectie. Etholoog Desmond Morris stelt dat de samengeknepen duim en wijsvinger precisie uitstralen bij het letterlijk of figuurlijk be-

grijpen van iets, en dat de vorm die door hun vereniging ontstaat de belichaming van perfectie vertegenwoordigt – een cirkel – vandaar de transculturele boodschap van het gebaar dat alles 'exact klopt' of 'perfect' is.

Vroege verslagen over het gebruik van het teken in de Engelstalige wereld dateren uit Chirologia uit 1644 van de Britse arts-filosoof John Bulwer, waarin hij schreef: "De natuurlijke taal van de hand, samengesteld uit de spreekbewegingen en de daarbij behorende gebaren". Van de vele handgebaren die Bulwer beschreef, omschreef hij er
één als "De bovenkant van de wijsvinger bewoog in verbinding met de nagel van de duim die ernaast ligt, de andere vingers in de richting van de andere vinger" en zei dat dit "geschikt was voor degenen die relateren, onderscheiden of goedkeuren".
In het begin van de 19e eeuw werd het gebaar in de Verenigde Staten geassocieerd met de letters 'O' (gevormd door de cirkel) en 'K' (afgeleid van de gestrekte vingers). Hoewel niet precies bekend is hoe het OK-gebaar en de bijbehorende verbale uitdrukking zijn ontstaan, dateert de Engelse professor Allen Walker Read de opkomst van het gebruik van de uitdrukking in een

humoristisch stuk uit 1839 in de Boston Morning Post, waarin de uitdrukking 'o.k.' wordt beschreven als een verkeerde spelling van 'all correct' als 'oll korrect', in een tijd waarin acroniemen voor verkeerd gespelde woorden in zwang waren. In de Angelsaksische wereld werd het gebaar in de loop van de negentiende eeuw gekoppeld aan de gelijktijdig opgekomen afkorting 'OK'.
In de communicatie die duikers gebruiken, heeft het OK-teken de specifieke betekenis "alles is OK", gebruikt als vraag en als antwoord op die vraag. Duikers wordt geleerd om altijd dit teken te gebruiken en niet het duim omhoog-gebaar, omdat dit laatste betekent dat een duiker moet opstijgen.
Het is niet duidelijk wanneer het OK-teken in het duiken is geïntroduceerd, maar het moet na 1839 en de introductie van het buddysysteem zijn geweest als een manier om onder water te communiceren.
Op afstanden waar het standaard OK-gebaar moeilijk te zien kan zijn, gebruiken duikers grotere signalen als alternatief, ofwel met één hand boven het hoofd en de elleboog zijwaarts gebogen, ofwel met beide handen boven het hoofd tegen elkaar, zodat de armen een 'O' vormen voor 'OK'.
Dit gebaar met het hele lichaam wordt ook gebruikt als 'OK' in Japan, waar het gebaar met één hand geldtransacties aanduidt in plaats van 'OK' te betekenen.
Het OK-teken, officieel genaamd 'OK Hand Sign', heeft de betekenis "oké", "goed" of "perfect" en werd toegevoegd aan de Unicode-standaard in Unicode versie 6.0 op 11 oktober 2010 en later opgenomen in Emoji 1.0 in 2015.


In de Amerikaanse gebarentaal (ASL) betekent het teken het cijfer negen. In sommige Europese, Zuid-Amerikaanse en Midden-Oosterse landen kan het gebaar echter als beledigend of obsceen worden opgevat. In Brazilië verwijst het naar het menselijke achterwerk – vergelijkbaar met iemand "je bent een klootzak" noemen. In Turkije kan het een homofobe of seksuele belediging betekenen; het rondje symboliseert een lichaamsholte. In Griekenland wordt het gezien als een vulgaire verwijzing, vooral wanneer het naar iemand wordt gericht. In de zuidelijke regio's van Frankrijk kan het 'waardeloos' of 'niets waard' betekenen, hoewel het in het noorden vaker positief is. Ook in Tunesië staat het symbool voor 'nul' of 'niets waard', wat als beledigend kan overkomen. In Duitsland wordt het in sommige contexten als een seksueel gebaar geinterpreteerd. In het Midden-Oosten, zoals Iran en Irak, wordt het soms geassocieerd met het 'boze oog' of gebruikt als vloek; in andere contexten geldt het als obsceen. In Venezuela en delen van Zuid-Amerika kan het een schuine, seksuele betekenis hebben. In Spanje kan het net zoals in Brazilië en Griekenland als een grof gebaar beschouwd worden. In Australië is de interpretatie re-
gionaal variërend, maar in sommige delen wordt het gezien als een obsceen gebaar. In Japan kan het OK-gebaar iets heel anders betekenen, namelijk 'geld' of 'munten'.
In internationale situaties, zoals bij duikers of toeristen, is het raadzaam het gebaar voorzichtig te gebruiken en rekening te houden met lokale interpretaties. Dan maar beter het teken 'duim omhoog' gebruiken i.p.v. het OK-teken? Ook daar moet je mee opletten. In Griekenland, Irak en Iran is dit teken even krachtig als het tonen van de middelvinger.


Het gebaar met twee armen 'OK' (persoon die OK gebaart) is een overduidelijke bevestiging met OK-gebaar en werd in 2010 toegevoegd aan Unicode als U+1F646. Het 'gezicht met OK-gebaar' werd in 2015 onderdeel van Emoji 1.0.

Nee, natuurlijk heb ik het niet over echte beren, maar over zakpijpen. Die kennen we allemaal uit de Oosterschelde, met de doorschijnende zakpijp ( Ciona intestinalis ) als meest voorkomende soort. Zakpijpen kom je echter zowat in elke zee ter wereld tegen en ze zijn niet altijd even saai van kleur.
Reeds in 2017 vonden duikers van het Kume-eiland in de Japanse Ryukyu-archipel wel een heel bijzondere variant. Het dier lijkt op een babypanda in een halloweenkostuum. Een lokale duikshopeigenaar maakte er al snel een toeristische attractie van, waardoor er steeds meer beeldmateriaal van de panda’s op het internet opdook.
In 2018 trok dit de aandacht van Naohiro Hasegawa, een manteldierenexpert aan de Hokkaido-universiteit.
Door middel van crowdfunding werd het nodige geld bij elkaar gesprokkeld om in 2021 een expeditie op touw te zetten naar Tonbara, een rotsachtig uitsteeksel nabij Kume. Dit gebied is enkel toegankelijk in de winter vanwege de wind en de stroming. De wetenschappers verzamelden enkele specimens en publiceerden in 2024 uiteindelijk een pa-
per over de ontdekking, waarin deze zakpijp als nieuwe soort – Clavelina ossipandae –werd beschreven.
De skeletpandazakpijp ('skeleton panda sea squirt' of 'skeleton panda ascidian' in het Engels) leeft op een diepte van 10 tot 20 meter, stevig verankerd op het koraal, in sterke stromingen. Hij vormt kolonies van één tot vier doorzichtige individuen, die elk tot 2 centimeter groot worden.
De witte delen, die op botten lijken, zijn bloedvaten die dwars door hun lichaam lopen. Zakpijpen hebben twee openingen: de orale en de atriale sifon. De zwarte pigmentvlek tussen beide sifons, de twee zijdelingse zwarte strepen en de zwarte endostyle (een klier onderaan de orale sifon) maken de associatie met een panda compleet. De onderzoekers kunnen echter geen verklaring bedenken voor dit patroon.


Twee andere soorten binnen dit geslacht vertonen vergelijkbare patronen, maar verschillen in kleur: donkerblauw op lichtblauw bij Clavelina moluccensis en blauw op geel bij Clavelina viola
De dieren kunnen zich aseksueel voortplanten door knopvorming, maar zijn als hermafrodiet ook niet vies van geslachtelijke voortplanting. Ze bezitten zowel eierstokken als testikels en beschikken over een broedzak waarin eieren en larven zich ontwikkelen.
Tijdens de expeditie werden ook nog andere specimens uit Kume verzameld, die zeker tot in 2024 nog op een beschrijving wachtten. Waarschijnlijk zullen die minder tot de verbeelding spreken dan deze pandazakpijp.
Het blijft opwindend dat zelfs gewone duikers nog altijd nieuwe soorten kunnen ontdekken. Kijk dus maar goed rond op je volgende duikbestemming – wie weet vind jij wel de volgende unieke levensvorm!

2025 markeert een bijzonder jaar voor onze duikschool. Ter gelegenheid van ons veertigjarig bestaan organiseerden we een feestelijk jubileum op de top van de Heistse Berg, in de schaduw van de watertoren. Het werd een samenkomst voor zowel huidige leden als oud-bestuursleden, met een indrukwekkende opkomst. Onder de aanwezigen bevonden zich ook twee van onze stichtende leden, Jacques De Troeyer en Roger Vandermieren.


Samen met zes anderen – onder wie Guy Bosmans, die zich verontschuldigde – vormden Jacques De Troeyer en Roger Vandermieren in 1985 het eerste bestuur van onze duikschool. Tijdens het jubileumfeest mochten we ook Michel Declerq verwelkomen als vertegenwoordiger van het NELOS-Bestuur, Ralph Balduck en Elke Steens namens AVOS en burgemeester Dirk Van Noten. Allen spraken lovende woorden over onze vereniging en de vele vrijwilligers die al veertig jaar lang het fundament vormen van ons succesverhaal.
NELOS overhandigde ons een prachtige sculptuur, symbool voor samenwerking. AVOS had ook een cadeautje voor elk actief lid. Vanuit de club zelf kreeg ieder lid een warme muts en een geborduurde patch met ons logo als aandenken. Na de officiele plechtigheden was het tijd om aan te schuiven bij het feestbuffet, waarna de DJ het startsein gaf voor een feestavond die tot in de vroege uurtjes duurde – een nacht om niet snel te vergeten.
In de voorbije veertig jaar kende onze duikschool tal van hoogtepunten. In 1990 behaalden we de overwinning in de Noordzeerally in Blankenberge en ontvingen we van de gemeente Heist-op-den-Berg de trofee 'Sportclub van het Jaar'. Voormalig clublid Luc Derdin sleepte meerdere prijzen in de wacht met zijn onderwaterfoto's en -video's en realiseerde in 1992 in opdracht van NELOS de promofilm Sportduiken met NELOS. Met diverse archeologische tentoonstellingen haalden we niet alleen de regionale en landelijke pers, maar ook de televisie.
Hoewel we de afgelopen jaren afscheid na-

men van een hele generatie leden, zit ons ledenaantal opnieuw in de lift. Nog mooier is de verdere ontwikkeling van onze jonge duikers die hun brevet willen uitbreiden en ons monitorenteam willen versterken. In dit feestjaar vierden we bovendien dat Gert
Laeremans zijn 1*instructeurstitel behaalde. De toekomst van onze duikschool oogt bijgevolg veelbelovend. Met hernieuwde energie en een groeiende groep enthousiaste leden kijken we vol vertrouwen uit naar de volgende mijlpaal: ons 50-jarig bestaan!

Want een NELOS-duikschool is meer dan alleen duiken, het is samen activiteiten organiseren, elkaar steunen als het nodig is, samen plezier maken, altijd een beetje op vakantie zijn, het zijn vrienden, een duikfamilie, een 'way of life' …
SASCHA DELCOL



Duikschool Nereus uit Kuurne is in een volledig nieuw jasje gestoken.
Sinds de komst van een nieuw bestuur is er een frisse wind door de club gewaaid, niet alleen aan de buitenkant, maar vooral binnenin de organisatie. Er wordt nieuw leven geblazen in de vereniging met een vernieuwde website, een eigen digitaal magazine én een drukke kalender vol activiteiten.
Op die kalender prijkt onder andere onze clubreis naar Egypte tijdens de tweede week van de paasvakantie. Maar hét evenement waar we alle duikers uit Vlaanderen en omstreken nu al warm voor willen maken, is onze tweedehandsbeurs.
Wanneer? Zaterdag 21 maart 2026. Waar? Hoeveschuur Vande Walle, Kuurne. Uur? 14.00 tot 19.00 uur.
Ben je je duikmateriaal ontgroeid of ligt er nog perfect bruikbare uitrusting ongebruikt in je kast? Dan is dit het moment om je materiaal een tweede leven te geven. Voor slechts 6 euro kan je een tafel huren en je spullen aanbieden aan een enthousiast duikpubliek.
Ben je net op zoek naar een koopje of wil je je uitrusting uitbreiden? Ook dan ben je meer dan welkom. De toegang is gratis voor alle bezoekers die willen rondsnuffelen en vergelijken en zo misschien wel dat
ene pareltje op de kop tikken.
We zorgen bovendien voor een gezellige sfeer: de kleinsten kunnen zich uitleven op een springkasteel en in ons café Nereus vind je een hapje en een drankje om even bij bij te praten met mededuikers.
Kortom: onze tweedehandsbeurs wordt dé ontmoetingsplaats voor duikers die materiaal willen verkopen, kopen of simpelweg ervaringen willen delen.

Wil je graag zelf een tafel reserveren? Stuur dan snel een mailtje naar bestuur.nereus@ gmail.com. De plaatsen zijn beperkt.
Advertentie

Duikschool Nereus kijkt ernaar uit om jullie massaal te verwelkomen in Kuurne. Samen maken we er een bruisende dag van!
MAXIME SCHAEK, PR-VERANTWOORDELIJKE

Bekende duikmerken
Eigen hersteldienst
Vulstation tot 300 bar
Openingsuren: wo. – do. & vr. 16.30 – 19.00 u za. 10.00 – 12.00 u & 13.00 – 16.00 u van 1 november tot 1 maart gesloten op do.
Antwerpsestraat 258 – 2850 Boom 03 888 43 34 – zevenzeeen@telenet.be
Rusteloze zee
nooit rust de rusteloze zee nooit ademt er de stilte onzichtbaar hoort ge nog haar eeuwenroep in pikzwart grimmend grauw van nevelnacht
één met heelal gepijnigd door orkanen druisend tegen strand waar vuurtorens flitsen de grenzen van haar rijk woelt zonder rust de rusteloze zee
Joannes Marijnen








Duikmateriaal
verzameld door Ivo Madder
Enkele ideetjes op gebied van duikmateriaal om aan de kerstman te vragen.
Scubapro
Het Scubapro 'Navigator Lite' trimvest is licht van gewicht, opvouwbaar en perfect voor de reizende recreatieve duiker die de voorkeur geeft aan de luchtkamer achter maar wel in de vorm van een eenvoudig, duurzaam jacket.
De 'Navigator Lite' heeft ook iets wat alle andere Scubapro trimjackets niet hebben: een vervangbare hoes over de luchtkamer die ver krijgbaar is in zes kleurencom binaties, zodat je kunt mixen & matchen met je andere duikma terialen. Richtprijs: 469,00 euro. Meer info op: www.scubapro.com

Het Tusa 'Zensee Mask M1010' lichtgewicht duikmasker is Tusa's eer ste frameloze masker, voorzien van innovatieve technologie, met panoramisch uit zicht voor een extra breed gezichtsveld. Tusa heeft een unieke '3D SYNQ' pasring ontwikkeld die is geïntegreerd in de masker 'skirt'. Dankzij deze technologie past de 'skirt' zich aan aan alle gezichtsvormen, wat zorgt voor de ideale pasvorm, afdichting en onderwaterervaring. De 'Swift Buckle 3D' is een onopvallende gesp en samen met de 3D-maskerriem zorgt dit voor soepele, moeiteloze aanpassingen. Verkrijgbaar in de kleuren wit, zwart, zilver, indigo en kaki. Richtprijs: 105,00 euro. Meer info op: www.tusa.com

Mares heeft de duikapp voor de Apple Ultra gelanceerd, een innovatieve softwareoplossing die de Apple Watch Ultra transformeert tot een volwaardige duikcomputer en duikers een krachtige nieuwe tool biedt direct op hun pols. "Deze lancering is een belangrijke mijlpaal voor ons merk en voor de duikindustrie", aldus Richard Murphy, productmanager bij Mares. "We hebben onze diepgaande kennis van duiktechnologie gecombineerd met de hardware-innovatie van Apple om een slimme, elegante en betrouwbare onderwaterervaring te bieden".
Kenmerken:
3 Bühlmann ZH-L16C-algoritme met twee gradiëntfactoropties.
3 Digitaal logboek met kaartweergave.
3 GPS-tracking om duikin- en uitgangen te markeren.
3 Nitrox-compatibiliteit (21%–50%)
3 Geïntegreerd digitaal kompas.
3 Hartslagmeting.
3 Naadloze firmware-updates via de Mares-app.
De Mares-app is gratis verkrijgbaar in de App Store. De Ultra-duikfunctionaliteit kan worden ontgrendeld via een in-app-aan-

koop in de Mares-app (9,99 euro/maand of 79,99 euro/jaar).
Meer info op: www.mares.com
Nauticam
De Nauticam 'MFO-3' is een geavanceerde water-contact optic (een natte voorzetlens) die speciaal ontworpen is voor onderwatermacrofotografie met full-frame en APS-C systeem camera’s in onderwaterbehuizingen. Als derde generatie in de MFO-serie biedt hij fotografen een krachtig hulpmiddel om close-focus macro-opnamen te maken – ideaal voor blackwaterachtige omstandigheden – zonder dat er lenzen of poorten gewisseld hoeven te worden.
Hij zet langere macrolenzen (90 - 105 mm) om naar een effectieve lengte van ongeveer 60 mm, met een grotere beeldhoek (van 23° naar 38°). Werkafstand van 0 mm tot ca. 1.500 mm – geschikt voor alles van minus cule naaktslakken tot grotere onderwerpen, zoals bijv. een 'frogfish'. De 'MFO-3' weegt slechts 120 g negatief en is dus makkelijker te hanteren dan bijv. de SMC-3. In de vol gende Hippocampus brengen we een uitge breide test van deze voorzetlens. Richtprijs: 580,00 euro.

Meer info op: www.onderwaterhuis.nl
Camaro
De naadloze Camaro 'Seamless Bonding 5 mm' duikhandschoenen zijn ideaal om in de winterperiode mee te duiken zonder koude handen te krijgen. Zelfs tijdens ijsduiken blijven de handen warm! Samen met redactielid Hoesy kon ik ze onlangs testen in Oostenrijk en we moeten bevestigen dat eens je een paar van deze handschoenen hebt gebruikt, je nooit meer andere wilt. Ze behoren tot de categorie warmste handschoenen voor onder water. Bovendien zijn ze erg comfortabel in gebruik, zijn ze makkelijk aan te doen en zitten ze letterlijk als gegoten. Ondanks dat ze 5 mm dik zijn, geven ze nog steeds veel bewegingsvrijheid.
De 'warmte' en de bewegingsvrijheid komen voort uit de productiewijze. Doordat deze handschoenen niet gestikt, maar volledig verlijmd zijn, zijn ze naadloos en daardoor waterdicht. Aan de buitenzijden van de handschoenen zit een elastische beschermlaag van soepel nylon. De bin-

nenkant van deze handschoenen is voorzien van dezelfde nylon laag. Dat zorgt ervoor dat de handschoenen gemak kelijk aantrekken en geeft een versterking aan het ne opreen. De nylon laag aan de binnenzijde zorgt er mede voor dat er een dunne filmlaag van water in de handschoenen zit die de warmte van de handen vasthoudt.
Camarohandschoenen sluiten iets strakker aan op je huid en voelen daardoor kleiner aan. Bij twijfel is de grotere maat aan te bevelen. Elk paar handschoenen is onderhevig aan slijtage. Daarom heeft Camaro een lichte beschermcoating aangebracht op de vingers en in de handpalm. Niet te dik, want dan worden de handschoenen te stug! Leverbaar in de maten XS, S, M, L, XL, XXL.
Advertentie
terduiken nodig, weet dan dat de Camaro 'Seamless Bonding' handschoenen er niet enkel in 5 mm zijn, maar ook in 3 mm en zelfs 1 mm. Richtprijzen respectievelijk: 79,95 euro, 59,95 euro en 54,95 euro.
Op alle Camaroproducten zit 3 jaar servicegarantie. Dus ook op deze handschoenen. Zelfs van toepassing bij gebruikersfouten! (Gebruikelijke slijtage is uitgesloten van deze service).
Meer info op: www.camaro-watersports
Dé Indonesië duik- en reisspecialist, van Pulau Weh tot Triton Bay
Merapi Tour & Travel organiseert individuele rondreizen én duikreizen over de gehele archipel. Van de makkelijk bereikbare bestemmingen als Bali, Komodo en Bunaken, tot de pareltjes als Wakatobi, Raja Ampat, de Molukken en Alor.

Check onze 2026 duikspecials, onder andere naar Alor en nieuwe duikbestemmingen in Sulawesi!
Kijk op onze Duiken pagina op www.merapi.nl voor het volledige aanbod. Staat jouw droombestemming er niet bij, dan gaan we daar direct naar op zoek!
Op duikreis met jouw vereniging? Vraag ons naar de mogelijkheden!
Merapi Tour & Travel Prinses Irenestraat 58, 6611 BK Overasselt www.merapi.nl, Tel.: +31-888 111 999, info@merapi.nl





Van 17 tot en met 25 januari 2026 wordt boot Düsseldorf terug ‘the place to be’ voor heel wat watersportliefhebbers: 16 beurshallen gevuld met boten, duik- en surfuitrusting, accessoires en vakantiebestemmingen. In de hallen 11 en 12 ligt de focus op duiken en duikuitrusting, met het Dive Center (Hal 12) en het populaire podium als hart van de hal. Hier presenteren toonaangevende producenten en dealers de nieuwste trends en kunnen duikers op een breed scala aan producten rekenen.
Als 'boot Düsseldorf' op 17 januari 2026 negen dagen lang haar deuren opent, zal ze wederom hét baken van de internationale watersportindustrie zijn. "De exposerende bedrijven en dealers verwachten van de nr. 1-vakbeurs voor jachten, boten en watersport positieve impulsen en een boost voor de mondiale markt. Dit is wat we uit de gesprekken met gerenommeerde marktleiders de afgelopen weken hebben kunnen opmaken", zegt Petros Michelidakis, directeur van boot Düsseldorf, over de huidige situatie. De maanden na boot 2025 hebben bewezen dat er een licht herstel in de orderboeken gaande is. Michelidakis voegt
toe: "Natuurlijk zijn we nog ver verwijderd van het marktniveau van 2019, maar we zien duidelijke signalen dat er betere tijden aankomen. In veel landen is vooral de vraag naar middelgrote en grote motorboten extreem goed".
De hallen voor motorboten met middelgrote motorjachten en familieboten (Hal 1), motoren, kleinere motorboten en visboten (3), Scandinavische bestsellers met alternatieve aandrijfsystemen (4), 'Super Boats' en speedboten (5), motoren en RIB's (9) en de luxe jachthallen 6 en 7 (Super Yachts) zijn enorm in trek; de marktleiders zijn vrijwel allemaal weer aan boord. Ook het aanbod
Advertentie

aan uitrusting en accessoires in 'Hal 10' is goed vertegenwoordigd. Hier kunnen bezoekers uitkijken naar technische uitrusting voor zeilen en motorvaren. De hallen 11 en 12 zijn zoals steeds 'the place to be' voor de duikers, met het Dive Center (Hal 12) en het populaire podium als hart van de hal.
Alle watersportliefhebbers, en zij die het willen worden, kunnen hun volgende vakantie direct op boot in 'Hal 13' (duikliefhebbers ook in Hal 12) boeken. Meer info op: www.boot.com






Geschreven door Adeline Dutrieux (geoloog en 1*Instructeur bij Nemo Mons) en Olivier Malbrancke (expert ingenieur en 3*Instructeur bij Stingrays).

Wist je dat België en Nederland twee wereldleiders zijn op het gebied van waterbouw? Adeline en Olivier zijn collega's in het Engineering, Design and Technology-team van DEME en werken ondersteunend voor baggerprojecten over de hele wereld. Als duikers zijn ze allebei instructeur bij LIFRAS/ NELOS en waren ze uitgenodigd om hun verhalen met jullie te delen.
mariene engineering
DEME heeft zijn fundamenten in de baggerindustrie en is intussen uitgegroeid tot een toonaangevend waterbouwkundig bedrijf.
Baggerbedrijven uit België en Nederland kregen hun befaamde expertise door de specifieke uitdagingen langs onze kusten. Havens werden ontwikkeld en moesten worden onderhouden. Rivieren zoals de Schelde moesten worden uitgediept, zodat grotere schepen de haven van Antwerpen konden bereiken. Kustlijnen en rivieroevers moesten worden beschermd tegen erosie om het binnenland te beschermen. Denk aan de beroemde kustbeschermingswerken aan de deltawerken. Ze resulteerden bijvoorbeeld in infrastructuur als Neeltje Jans, waardoor het voor ons als duikers nog steeds mogelijk is om in onze prachtige Oosterschelde te duiken. Ondertussen voerden de Belgische en Nederlandse bedrijven grote projecten uit over de hele wereld.
In de afgelopen decennia zijn de werken aan de maritieme infrastructuur uitdagender geworden. De energietransitie is een belangrijke drijfveer. De expertise van bedrijven als DEME en hun innovatiedrang maakten dergelijke projecten mogelijk.
• We bouwen de grootste windparken op zee. We bouwen ook 's werelds eerste energie-eiland in de Belgische wateren.
• We bouwen de langste afgezonken tunnels. Naast de Scheldetunnel als onderdeel van de Oosterweelverbinding bouwen we mee aan de 18 km lange Fehmarnbelttunnel tussen Denemarken en Duitsland.
• We saneren op grote schaal verontreinigde grond.
•


Wat is baggeren?
Een baggerwerk zal grond herpositioneren in een aquatisch milieu. Afhankelijk van het doel van de werken kan de focus liggen op het verwijderen van de grond van een bepaalde locatie, op het positioneren van de grond op een bepaalde locatie of een combinatie van beide. Dit kan gaan van onderhoudswerkzaamheden om havens toegankelijk te houden voor koopvaardijschepen, tot landaanwinningsprojecten voor diverse doeleinden.
Tijdens het baggeren kan merverschillende soorten grond of rots gewerkt worden. Sommige tuigen snijden in de grond en pompen die weg met behulp van een pompsysteem. Anderen graven de grond mechanisch uit. De keuze van het type tuig is afhankelijk van verschillende factoren zoals de grondsoort, hoe gemakkelijk het gebied toegankelijk is of de afstand waarover de grond verplaatst moet worden.
mariene sedimenten
De zeebodem wordt gevormd door een opeenhoping van deeltjes die door rivieren en via de wind worden meegevoerd. Als algemene regel geldt dat er, afhankelijk van de hydrodynamische krachten, een gelaagdheid is van afzettingen van de kust tot de open zee: grind, kiezels, naar zand, over slib (zeer fijn zand) tot ten slotte klei, die zich ophoopt in diepe of beschutte gebieden. Na verloop van tijd en op diepte worden deze sedimenten omgezet in sedimentair gesteente. Dit fenomeen wordt de diagenese genoemd. De klei wordt kleisteen of schalie, het slib wordt siltsteen, het zand wordt zandsteen en grind wordt conglomeraat of breccia (afhankelijk van de hoekigheid van de stenen). Deze gesteenten worden de sedimentaire gesteenten genoemd en vormen één van de grootste groepen gesteenten (vergeleken met de magmatische en metamorfe gesteenten).
kalkstenen gevormd uit koraalriffen
Als je op riffen in tropische wateren duikt, verken je letterlijk de levende geologie –want deze kalksteen is van biologisch oorsprong! Het is eigenlijk een 'bioconstructie', omdat de carbonaatskeletjes van de koralen groeien op gesteenteplatformen of ondergedompelde vulkanische eilanden. In de loop van duizenden jaren worden zo enorme massieve kalksteenstructuren opgebouwd.

Bovendien hopen de stekels van zee-egel, schelpen en sponzen zich op, want ook zij zijn gemaakt van calciumcarbonaat (of aragoniet). De beste voorbeelden zijn natuurlijk te vinden in Australië: het Great Barrier Reef en Ningaloo Reef (of het Groot Barrièrerif en het Ningaloorif) .
Maar het is niet nodig om zo ver te gaan om koraalriffen te vinden. De steengroeven rond Philippeville waren ooit koraalriffen in een ondiepe tropische zee tijdens het Devoon (419 tot 359 miljoen jaar geleden, toen planten het land veroverden en er een explosie was van koraalriffen en visdiversiteit).
zeebodemtopografie
Kennis over de lokale geologie en het kunnen lezen van bathymetrische of nautische zeekaarten helpen je ook om de beste duikplek te vinden. Fijne sedimentafzettingen in de buurt van riviermondingen of in kalme baaien verhoogt het risico op slecht zicht
en troebelheid en wrakken worden sneller begraven, maar ze zijn meestal ook beschut. Scapa Flow bijvoorbeeld, is een haven gesitueerd in een gletsjerdal, gevormd door het dicht slib en door sedimenten.
Aan de andere kant zullen sterke en snelle stromingen zandribbels en duinen vormen en voedingsstoffen aanvoeren, met een dominante zandige en/of rotsachtige zeebodem tot gevolg. Wrakken zullen in dergelijke omstandigheden eerder onbedolven blijven liggen en de omgeving zal gunstiger zijn voor de groei van hoornkoralen (ook gorgonen genoemd), sponzen en koralen en meestal een hotspot van leven worden. De ondiepe zandbanken van het Engelse Kanaal bevatten tal van wrakken uit de Tweede Wereldoorlog die nog niet allemaal begraven zijn.
Soms kan erosie als gevolg van sterke stromingen onderzeese kloven en ravijnen vormen, met steile wanden zoals op de Spaanse Medeseilanden (L'Estartit).

GEBIED VAN ZAND EN MODDER

Het onderwaterlandschap is gevormd door geologische processen, zoals platentektoniek, vulkanisme en erosie. Kloven en steile ravijnen, onderzeese bergen, bergkammen en onderwatervulkanen creëren gevarieerde duikplekken met verticale muren, uitsteeksels, grotten en boogvormige gesteenteformaties. Enkele voorbeelden zijn de cenotes in Mexico en de Blue Hole in Belize. Het zijn ingestorte grottenstelsels, met hun Kars genese op kalksteenrotsen die ooit in geologische tijden boven de zeespiegel lagen. Dichter bij ons is Gozo op Malta beroemd om zijn grotten. Lavastromen en zwarte zandstranden zijn gunstig voor het bouwen van riffen, maar ook voor het creeren van grotten en tunnels. De basaltstromen verharden aan de buitenkant, maar blijven van binnen warm, de lava vloeit weg en laat tunnels achter, zoals de onderwaterlavatunnels van Hawaï voor grotduiken of de vulkanische gesteenteformaties op de Azoren. Een andere iconische 'geologische
ROTSACHTIG
GEBIED
KORAALRIF
duik' is de Silfrakloof in IJsland. Je duikt er tussen twee tektonische platen (Eurazië en Amerika).
Een sleephopperzuiger is een vrij varend baggerschip dat is uitgerust met één of twee zuigpijpen aan één of twee zijden van het schip. Op het einde van de zuigpijp is een sleepkop bevestigd die over de zeebodem wordt gesleept. Deze sleepkop kan de niet al te harde zeebodem (slib, klei, zand of grind) losmaken en mengen met de waterstroom die wordt gecreëerd door een baggerpomp in het schip. Dit grond-watermengsel wordt naar de hopper (open laadruim) in het schip gepompt. Grondsoorten, zoals zand of grind, zullen in het ruim bezinken en het overtollige water zal dan via een verstelbare overloop overvloeien, terug naar de zee. De overlooppijp gaat door de kiel van het schip. Hij is instelbaar, zodat het gewicht en dus de diepgang van het schip gecontroleerd kan
worden. De lading kan op deze manier worden geoptimaliseerd. Voor niet-bezinkende grond, zoals slib of modder, zal de overvloei niet gebruikt worden.
Als het schip volgeladen is, kunnen de baggerpijp(en) weer aan dek worden gebracht. Het schip kan richting een loslocatie varen. Ondertussen kan de baggerpijp worden onderhouden. Eventueel puin, stenen en kleverige klei kunnen uit de sleepkop worden verwijderd.
Lossen kan op verschillende manieren:
• 'Dumpen': de grond valt uit de bodemdeuren in de kiel van het schip.
• 'Rainbowen': door de grond in een mengsel met water terug te pompen, door een spuitstuk op de boeg van het schip. Op deze manier kan zand worden gespoten op een landaanwinning enkele tientallen meters voor het schip (zie foto op de eerste pagina).
• 'Walpersen': door de grond in een mengsel met water terug naar buiten te pompen, via een pijpleiding waar het schip op zich aan gekoppeld heeft. Deze leiding kan enkele kilometer lang zijn en brengt het zand-watermengsel op de juiste locatie.
• 'Backfillen': door de grond in een mengsel met water terug te pompen, door de zuigpijp om de grond op een precieze manier onder water te storten. Deze methode wordt bijvoorbeeld gebruikt om afgezonken tunnelelementen te bevestigen of om kabels of leidingen in hun sleuven af te dekken.



de sleepkop
De sleepkop is het onderdeel van de zuigpijp dat vergelijkbaar is met de zuigkop op je stofzuiger. Om de productie te controleren, bestaat de sleepkop uit een vast deel en een beweegbaar deel, het vizier genoemd. Het vizier kan met pistons in de zeebodem worden geduwd. Extra tanden op het vizier en jetwaterstralen onder de sleepkop vergemakkelijken de penetratie van het vizier in de bodem. Hoe dieper het vizier de grond doordringt en hoe sneller het schip vooruit beweegt, hoe groter de productie. Typische vaarsnelheden liggen tussen de 2 en 3 knopen wanneer de sleepkop de bodem wegneemt.
Een snijkopzuiger is een stationair baggertuig. Tijdens het baggeren vaart hij niet vrij rond, maar werkt hij rond een paal (spud), geplaatst op de zeebodem. Het schip maakt bogen rond deze werkpaal door via de zijdraden aan twee ankers te trekken. Ondertussen is een snijkop bezig met het doorsnijden van de soms zeer harde grond of rots. Na het snijden wordt de grond vermengd met water en kan dit mengsel worden weggepompt richting een zandschip (dat op stortzones op zee kan lossen) of via een pijpleiding naar een landaanwinning. Om voorwaarts te kunnen vorderen, wordt er na iedere zwaai een stap voorwaarts gezet door de werkpaal, die op de spudcarrier gemonteerd staat, naar achter te duwen. De hulp paal dient om het schip ter plaatse te houden wanneer de werkpaal terug vooruitgezet moet worden. Dit noemen we stappen.


Voor alle duidelijkheid: een sleephopperzuiger (trailing suction hopper dredger – TSHD) gaat over het volledige schip. De sleepkop is de zuigmond (zoals van een stofzuiger) die over de bodem gaat.
Idem bij de cutterzuiger (cutter suction dredger – CSD). Dit is het volledige schip. De cutterkop of snijkop is de 'boorkop' die door de grond snijdt.
Een tekening van een cutterzuiger (Cutter suction dredger – CSD). Op de tekening zijn de cutterkop (rechts), één van de twee zijankers, de werk- en hulppaal (links) duidelijk te zien.
De 'cutterkop' of snijkop is te vergelijken met een boorkop. Hij bestaat uit meerdere bladen die op een steunring zijn gemonteerd en aan de voorkant samenkomen.

Kustbeschermingsproject, Ivoorkust.
Op de verschillende bladen zijn tanden geïnstalleerd die grond tot zeer hard gesteente kunnen snijden of breken. Het gesneden materiaal wordt in de snijkop geschept en daar gemengd met water.
Adeline, geoloog
Tekening van een snijkop. De diameter van de snijkop kan meer dan 4 meter bedragen.




Na het behalen van mijn master in de geologie in Luik, volgde ik een doctoraat in de mariene geologie in Engeland. Ik had de gelegenheid om de dieptes tot meer dan 3.500 meter te verkennen door deel te nemen aan oceanografische campagnes over hydrothermale ventilatieopeningen en polymetallische nodules (ook wel mangaanknollen genoemd). Zo probeerden we hun ontstaan beter te begrijpen. Terug in België wilde ik in de maritieme wereld blijven en ging ik aan de slag bij DEME. Sindsdien ben ik bezig met
het modelleren van de zeebodem en ga ik het veld in, in havens of in de buurt van de kust. Mijn rol is het verzamelen van de eerste gegevens die essentieel zijn voor de modellering van de zeebodem. Dit omvat onder andere het boren vanaf kleine platformen om zo sedimentkernen op te halen. Ook ga ik soms aan boord van een schip om geofysisch onderzoek uit te voeren om het reliëf van de zeebodem en de structuur van de ondergrond in kaart te brengen.
Op missie zijn de werkdagen lang en veeleisend: 12 uur per dag, zes dagen per week! Maar als de gelegenheid zich voor-


doet, probeer ik toch een paar duiken te maken. Zo kon ik de wateren van Sardinië verkennen en mijn eerste zeepaardje ontmoeten in Bombinhas in Brazilië!
Wanneer ik duik …
Ik kijk graag naar de geologische geschiedenis van de duikstek en ik ben nieuwsgierig naar de grondsoort onder me: het rode marmer van Vodelée, de conglomeraatkliffen van Portofino, de vulkanische bogen onder water in de Azoren, ... Onder water vind je me misschien met mijn handen in het substraat om het te bekijken. Ik kan het niet laten om het zand te beschrijven en natuurlijk verzamel ik het overal waar ik ga.
Al van jongs af aan was ik erg geïnteresseerd in (elektronische) techniek en in de maritieme wereld. 'Boys and toys'. Voor mij waren dat grote technologische schepen. Dit resulteerde in een ingenieursdiploma en daarna ook in een maritiem
diploma. In 2007 begon ik te werken bij DEME. Ik voelde me te jong om de hele dag achter een computer te zitten en ben eerst aan boord van de schepen gaan varen als stuurman. Hoewel ik ingenieur ben, ben ik onderaan de ladder aan boord van een sleephopperzuiger begonnen met het onderhoud van de Schelde en de Belgische havens aan de kust. Na 9 jaar de wereld rond te hebben gevaren, waarin ik 5 jaar 'chief officer' was, heb ik de overstap gemaakt naar het hoofdkantoor. Tijd om de praktijk met de theorie te combineren. Momenteel werk ik als expert engineer, waarbij ik verantwoor-

delijk ben voor onze baggersimulatoren. Hier kunnen we onze bemanning en ingenieurs trainen in het optimaal inzetten van een hopper- of een cutterzuiger. Van tijd tot tijd ga ik nog steeds aan boord tijdens projectinterventies of om mensen op te leiden op de echte schepen. Dit brengt me over de hele wereld. Helaas laten de plaatsen waar we komen of de timing het vaak niet toe om werken en duiken te combineren.
Wanneer ik duik …
De link tussen mijn werk en duiken is natuurlijk snel gelegd. Het gebeurt alle -

maal onder water. Ik weet niet waarom, maar het trekt me aan. Als instructeur probeer ik het beste uit de mensen te halen. Ik probeer de beste manieren te vinden om dat te doen. Dit gebeurt zowel in mijn werk als verantwoordelijke voor onze baggertechnische trainingen op de simulatoren als in de duikwereld als instructeur in de club, als voorzitter van de West-Vlaamse Regionale Cel Duikonderricht (WEVOS-DO) en als lid van het Brevettencomité van NELOS. Het komt allemaal samen ...



Het rijke onderwaterleven van de Oosterschelde.






West-Afrikaans zeepaardje (Hippocampus algiricus) - Tenerife.


Naam
Marleen Piessens
Brevet/titel
Fotografiebrevet
Club
3*Duiker, DHV, OW-biologie geen
Thalassa Diving Gent
Duikt sedert
Aantal duiken
Aantal fotoduiken

Anemoon heremietkreeft (Dardanus pedunculatus - Filipijnen.



zomer 2019 450 200
Duikplaatsen
Camera

Nederland (Oosterschelde), Frankrijk, Spanje, Canarische eilanden, Azoren, Kaapverdië, Filipijnen, Galapagos
OM System Tough TG-6
Behuizing PT-059
Lenzen
niet van toepassing
Videolamp
Backscatter MW-4300
www.fb.com/marleen.piessens/photos_albums

dwergtarbot

Verzameld door Wim Van Doeselaer
uit Hippocampe nr. 32
december 1970


De goedbedoelde 'Besten wensen' op de cover bewijzen dat het Nederlands in de Hippo toen nog wat stroef was.
Statistieken
BEFOS-FEBRAS telt 4.761 leden met een kader van 153 instructeurs.
Vergadering de Nationale Monitors
Het is van het grootste belang dat al de verantwoordelijken onverbiddelijk de rush naar de diepte zouden afremmen; de diepte is inderdaad gemakkelijk te bereiken, maar zo gevaarlijk voor mensen zonder ervaring en training.
van de duiksport in
De 19 Artikels van de verordening van de provincie Zeeland worden in hun geheel gepubliceerd.
De invoering van een brevet voor de verhoging van de duikveiligheid in Zeeland heeft men verlaten. Wat ons rest is de betaling van een vergunning die ons sterke restricties oplegt ten aanzien van gebieden waar gedoken mag worden, de wijze waarop we onze sport beoefenen en de voorschriften waar we ons aan hebben te houden.


uit Hippocampus nr. 131
december 1990

derricht de stijgproef van 35 m afgeschaft. Om dezelfde reden maar ook om de gekende 'Belgische drang' naar de diepte mee te helpen afzwakken, worden de 10 duiken op 50 m niet meer vereist. Daarentegen wordt er nu wel ervaring in het duiken vanaf een boot gevraagd. De geslaagden zullen uiteindelijk als inwijding in het NELOS-Duikonderricht een brede uiteenzetting krijgen over rechten en plichten en de deontologie van de NELOS-Instructeur.

uit Hippocampus nr. 181
december 2000


De stages van 1 tot 10:
1 dag slecht weer
2 geëngageerde stagevoorzitters
3 comfortabele boten
René Crepin, verantwoordelijke Duikonderricht BEFOS

45 jaar geleden
uit Hippocampus nr. 81

december 1980

Parcours tussen twee duiktoestellen
Rekening houdend met de evolutie van het materieel heeft het Duikonderricht beslist dat het gebruik van de eentraps-rugontspanner zonder terugslagklep niet meer verplicht is voor het Elementair (1*D) en Middelbaar (2*D) Brevet.
Het uitzicht van de Hippocampus heeft in de loop van dit jaar een ware metamorfose ondergaan. Met de aankoop van een Desk Top Publishing systeem zijn de teksten en de lay-out nu op quasi professionele wijze samengesteld. De vierkleurenomslag en de regelmatig aangehouden steunkleur helpen dit effect nog verhogen.
Jacques Bernaerts, Hoofdredacteur
De nieuwe 2*Instructeurs: Danny Cnudde, Gilbert De Bondt, Werner De Jonghe, Carlo Joseph, Willy Krill, Elmar Masureel, Walter Mellaerts, Linda Peeters, Luc Thienpont, Bernard Van de Meersch, Marc Van Gorp, Frans Van Handenhove, Eddy Van Landeghem, François Van Landeghem, Johan Vansteenbeeck, Danny Van Zegbroeck.
Wijzigingen in de proeven 1*I
In haar voortdurende bekommernis om de veiligheid te vergroten en ook de berekende risico's terug te dringen, heeft het Duikon-
4 woelige nachten
5 drukke dagen
6 gesignaleerde mérous
7 toffe personeelsleden van Le Grand Large en het CIP
8 intense duiken
9 hechte duikploegen
10-tallen herinneringen voor het leven … en 14 nieuwe 2*Instructeurs: Jean-Pierre Coppens (Orka), William De Clerck ('t Zeepaardje), Ronny De Laet (The Seamasters), Eric De Maertelaere (Stingrays), Geert D'Heere (Moby Dick), Johan D'Hoe (DIOS), Eddy Dielen (Aquanauten), Eric Geirnaert (Manta), Dirk Heyndrickx (Breevenduikers), Marcel Ilands (Yellow Diving), Fabiola Michiels (Safe Diving), Wim Sas (Diestse Sportduikers), Jean Van Houtven (Aquanauten), Rikkie Volz (Samantha) … en 2 nieuwe 3*Instructeurs: Roel Paessens (BCD), Sven Vandekerckhove (A.D. Dalton).
Medische inzichten in het diepzeeduiken
De Medische Commissie heeft een nieuwe cursus duiker-hulpverlener uitgebracht 'Medische inzichten in het diepzeedui -
ken'. De verschillende medewerkers en de eindredacteuren hebben ervoor gezorgd dat het een echt referentiewerk is geworden.
Professor Giorgio Stabile kwam het symbool @ tegen in zakenbrieven uit de 16e eeuw. Het verwees toen naar de maateenheid 'amfoor'.

uit Hippocampus nr. 231 15 jaar geleden

november/december 2010

Na de stichting van de Belgische Federatie BEFOS-FEBRAS in 1957 besefte men spoedig dat door de spectaculaire groei van de duiksport de opleiding en het examineren van de nieuwe instructeurs beter moest worden georganiseerd. De Franse zuidkust was de aangewezen plaats om stages te organiseren: daar was immers de duiksport ontstaan. In 1960 werd voor Cassis gekozen, dan jarenlang Bendor en nu Boulouris.
Nieuwe 2*Instructeurs: Anton Colpaert (De Waterman), Mark Crahaij (Poseidon), Jan David (WDS), John De Block (BCOS), Rony De Putter (Gobio Divers), Dave Hulpiau (Hydra), Etienne Malaise (Stingrays), Benny Smolders (DUKLO), Dieter T'siolle (Stingrays), Bruno Vanderbeken (Actina), Dieter Van Itterbeeck (BCD), Herald Vercauteren (CVD), Jan Vermeiren (2DIVE 4), Dirk Wuyts (AKO).
Nieuwe 3*Instructeurs: Nancy Deloz (Kempische Duikschool) en Eddy Dielen (Aquanauten).
Veerse Meer herleeft dankzij Katse Heule
Het Zeeuwse woord 'heule' betekent 'geul'. Na de watersnoodramp van 1953 is het Veerse Gat afgesloten en werd het een meer: het Veerse Meer. Dit kwam de waterkwaliteit niet ten goede. De oplossing die Rijkswaterstaat bedacht was een doorgang (een heule) onder de Zandkreekdam te maken nabij Kats. Daardoor ontstaat er een mini-getijdenbeweging van ongeveer 15 cm die de recreatiehavens niet in het gedrag brengen. Dit alles heeft een gunstige invloed op het planten- en dierenbestand. Vele soorten, die helemaal verdwenen waren uit het Veerse Meer, duiken terug op.


Jubileum
45 jaar Diepzeeduikschool (DDT) Tienen


John Maes, Commissie Deltagebied
Commissie Onderwaterhockey

Red Mermaids laten sterke indruk achter op Europe-Africa kwalificaties (Dordrecht, 17–23 augustus 2025).
In augustus 2025 vertrokken de Red Mermaids, onze Belgische nationale onderwaterhockeyploeg, met volle moed naar Dordrecht voor de prestigieuze 'CMAS 1st Intercontinental Championship – Europe/Africa', het kwalificatietoernooi voor het wereldkampioenschap van 2027 (cmas.orgeuropeafricauwh2025.com).
Sterk resultaat: 3 overwinningen uit 6 wedstrijden
Gedurende de poulewedstrijden presteerden de Red Mermaids boven verwachting: van de 5 gespeelde wedstrijden werden er 2 gewonnen. Hieronder vind je een overzicht van de resultaten:
• 18 augustus 2025: België – Duitsland 8-4 – Een krachtige start tegen een traditioneel sterke tegenstander. België -Duitsland is een klassieker en altijd heel spannend om tegen te spelen.
• 19 augustus: België – Nederland 0-16 – Een duidelijke nederlaag tegen een topteam in Europa, geen schade. De eerste helft was niet goed maar we hebben ons toch mooi herpakt in de 2e helft. Helaas is er geen tegengoal uit gekomen.
• 20 augustus: België – Turkije 2-4 – Een nauwe wedstrijd, net aan verloren. Dit resultaat hadden we nooit verwacht. Zeker als je weet dat Turkije de dag erna Nederland verslaat met 2-1.
• 20 augustus (tweede match): Polen – België 4-6 – Een clutch-overwinning tegen Polen.
• 21 augustus: België – Polen 2-5 – Een revanche is helaas uit gebleven mede ook door een aantal zieken in het team, wellicht iets fout gegeten.
• 22 augustus: België – Duitsland 6-3 – Een zeer spannende wedstrijd die initieel eindigt in 3-3. Door verlengingen van 2 keer 5 min hebben de Mermaids nog 2 goals kunnen maken.


Analyse: prestaties boven verwachting
• Win-verliesverdeling: 3 overwinningen (Duitsland x2, Polen), 3 nederlagen (Nederland, Turkije, Polen).
• Grote tegenstanders: De zware nederlaag tegen Nederland toont het kwaliteitsverschil, maar de overwinning tegen Duitsland én het halen van drie zeges benadrukken de doorzettingskracht van de ploeg.
• Veerkracht en progressie: De comeback-overwinning tegen Duitsland op de slotdag laat zien dat de Red Mermaids stelselmatig sterker werden naarmate het toernooi vorderde.
Waarom dit zo belangrijk is?
1. Internationaal niveau tonen: De ploeg toonde dat het kan winnen van gevestigde Europese hockeynaties.
2. Ondersteuning en exposure: Met live-streaming via CMAS TV en sociale media had het team de kans om zich breed te tonen op www.belgiumuwh.be en www.europeafricauwh2025.com.
3. Toekomstplannen: Deze goede resultaten vormen een stevige basis voor de voorbereidingen op het wereldkampioenschap van 2027 in Frankrijk.


De Red Mermaids hebben tijdens de Europe-Africa kwalificaties in Dordrecht (17–23 augustus 2025) laten zien dat ze beschikken over talent, doorzettingsvermogen en het vermogen om sterke tegenstanders te verrassen. Met drie overwinningen uit zes wedstrijden hebben ze een stevige stap gezet op weg naar het wereldtoneel. Hun groei is zichtbaar, en we kijken uit naar wat dit team in de toekomst nog kan bereiken!
Subcommissie Jeugdduiken en Wetenschappelijke Commissie

Op 24 augustus 2025 was er de Nationale Jeugdduikdag bij 'Het Koepeltje in Scharendijke', een succesvolle happening waar meerdere van onze commissies aan meewerkten.
De grote open ruimte aan het strand van het Grevelingenmeer én het prachtige weer, met het zonnetje zo nu en dan gesluierd en met weinig wind zorgden, samen met de ongedwongen, maar goed geoliede organisatie door NELOS en de duikscholen, voor een heerlijk vakantiegevoel.
Deze vierde editie was een echte voltreffer met deelname van 12 clubs: 53 jeugdduikers, 17 jeugdduikinstructeurs en 21 jeugdbegeleiders. Samen met een aantal minderjarigen, die al een 1* of 2*- brevet hebben en hun begeleiders, goed voor in totaal 125 duikers.
Het dagprogramma kwam tot stand door samenwerking van de Subcommissie Jeugdduiken, de Wetenschappelijke Commissie, de Audiovisuele Commissie, de Subcommissie Hulpverlening, de Commissie Redactieteam Hippocampus en de Commissie Marketing en Communicatie.
Dit alles werd vakkundig gecoördineerd door Sylvia Malfait. Die samenwerking gaf jeugdduikers de kans om op één dag de

kwalificatiebrevetten bioloog, hulpverlener, fotograaf en vaartuig 1 te behalen. Na de verwelkoming door Franklin Forrez, voorzitter van de Subcommissie Jeugdduiken, trapte Alexia Semeraro van de Wetenschappelijk Commissie de dag af met een workshop fauna en flora.
Intussen bleven de duikscholen hele karrevrachten materiaal aansleuren… niet enkel duikgerief, ook om te picknicken vindt her en der een ware volksverhuis plaats. In een mum van tijd toverden diverse duikscholen de open ruimte om tot hun mobiele duikwinkel, maar net zo goed tot een beachbar, een openluchtkeuken, kortom tot een Blankenberge in 't klein.
Terug naar fauna en flora met als thema dit jaar neteldieren. Huh? Niemand wordt graag geneteld! Wat een idee voor een thema! Maar Alexia bracht de boodschap met enthousiasme. Aan de hand van mooie afbeeldingen deelde ze haar kennis. In twee aquaria toonde ze levende oorkwallen en golfbrekeranemoontje. En een leuk ex-


traatje, naast de neteldiertjes vonden ook ribkwalletjes en een toevallig passerend zeenaaldje hun weg naar het aquarium. Wie tijdens de workshop oplette, kreeg een schat aan weetjes mee. Elke jeugdduiker kreeg een geplastificeerde A5-fiche om nadien de poliepen, schijfkwallen, ribkwallen en anemoontjes nog eens te kunnen bekijken en te leren herkennen. Het begin van een reeks "fauna/flora themafiches"? Wie weet …
De hoofdactiviteit was vanzelfsprekend het duiken. De jeugd kon duiken vanaf de kant, maar dankzij de medewerking van schipper Gert Jacobs en zijn vrouw Ellen Lambrechts waren bootduiken ook mogelijk. Voor sommigen was dat hun eerste keer en dat maakte het toch wel een spannende ervaring. Door het enorme succes van deze editie moest onze schipper het traject van het instappunt aan de steiger naar de dropzone wel héél vaak afleggen, maar uiteindelijk genoten de vele liefhebbers van hun bootduik. Een speciale dank je wel aan de schipper!



Hoe ze ook te water gingen, 't Koepeltje biedt zowel rechts als oost van de steiger voor allen, zelfs heel ondiep, een prachtig begroeide bodem, krioelend van leven. Van begin tot einde behield de kantveiligheid, Katia Callewaert en Kamiel Kempeneers, het overzicht over welke duikers onder water waren.
Wanneer je aan kinderen die uit het water kwamen, vroeg of ze iets moois gezien hadden, kwam er steevast een brede glimlach op hun gezicht: "veel te veel om op te noemen", "prachtig is dat hier", "ik wil zo rap mogelijk terug het water in", ... En na beetje doorvragen werd de lijst met waarnemingen erg lang. Iedereen zag jonge sepia's, krabbetjes, kreeftjes, garnaaltjes, zeesterren, visjes, vele soorten wieren, anemonen, kwalletjes, oesters, mosselen, slakjes, … De kinderen deden hun relaas met sprekend enthousiasme: "Die kreeft had scharen zo groot als mijn voorarm!" of "Die noordzeekrab, daar was wel voor twee dagen eten aan!" Al dan niet met de hulp van hun begeleider wordt het nog specifieker en raakt




de lijst aangevuld met fauna die niet iedere duiker gezien heeft: sepiola's, botervissen, zeenaalden, steurgarnalen (vooral de rugstreepsteurgarnaal), maar ook paling en rode poon werden gespot. Heel wat jeugdduikers zijn zo'n rijkdom aan onderwaterleven niet gewoon.
Rond het middaguur bleek weer eens dat gezellig samenzijn bij alle clubs een essentieel onderdeel is van de beleving. Overal werd uitgebreid gepicknickt.
Intussen vonden de andere workshops plaats. Wie interesse had in hulpverlening kon onder leiding van Paul Thielemans en Christophe Van Cleven heel wat bijleren, om vervolgens zelf reanimatie te oefenen op de QCPR-poppen, mét AED, net zoals het nu bij de volwassenen aangeleerd wordt. Wie oog had voor fotografie ging luisteren naar Gery Beeckmans en die kent er wel wat van! En zeg nu zelf, na je duik prachtige onderwaterbeelden kunnen tonen aan niet-duikers wekt zoveel meer interesse dan er gewoon over vertellen!
Vanzelfsprekend deden de meesten bij dit mooie weer nog een tweede duikje. En ge-


loof het of niet, er werd nog meer gespot dan in de voormiddag. Kwam dat doordat de kinderen al wat vertrouwd waren met de duikplaats en daardoor rustiger en gerichter rondkeken? Of doordat de zoekpatronen van voormiddag nog vers in het geheugen zaten, zodat herkenning vlotter ging? Misschien lag het gewoon aan het uur van de dag? Dat zal wel een raadsel blijven, alleszins hebben alle duikers hun ogen goed de kost gegeven.
Terug op het droge bleek de tijd voorbijgevlogen te zijn en moest er stilaan gedacht worden aan opruimen om huiswaarts te keren, maar niet vooraleer de behaalde kwalificatiebrevetten afgestempeld werden in de blauwe paspoorten door onder andere Natalie Decrock, voorzitter van de Commissie Marketing & Communicatie. Op de koop toe kreeg elke jeugdduiker een leuk geel brooddoosje mee naar huis, zo kreeg een oude stock alsnog een nuttige bestemming.
De medewerkers die dit programma met hart en ziel uitgebroed en in goede banen geleid hebben, kregen tot slot nog een bedankje en daarna kon de rust weerkeren aan de oevers van 't Koepeltje.
P.S.: Was jouw jeugdduikschool niet van de partij? Noteer 23 augustus 2026 al in je agenda voor de volgende editie, details verschijnen tijdig in de NELOS-agenda.


Als beginnende duiker is het grootste deel van je duiken te omschrijven als recreatieve duiken die je binnen de nultijd uitvoert. Naarmate je vordert en je andere dieptes mag gaan opzoeken, begint het element decompressie volop mee te spelen. Elke duik zorgt voor stikstofopname in je lichaam en bij nultijdduiken kom je boven met een aanvaardbare hoeveelheid stikstof die je lichaam kan verdragen. Diepere en langere duiken zorgen ervoor dat je meer stikstof opneemt, zodat je snel in een decompressieduik belandt.
Omdat we het afgelopen jaar een aantal decompressieongevallen zagen waarbij diepte, koude en vrij korte tussentijden steeds de gemeenschappelijke elementen waren, willen we graag nog enkele aanbevelingen rond decompressie en successief duiken onder de aandacht brengen.
duiken bij koude
Koude is hoe dan ook een factor bij het duiken, waarvan we weten dat hij decompressieziekte in de hand kan werken. De reden is dat er een gestoorde gasopname en -afgifte is bij koude, omdat de weefseldoorbloeding verandert. Koude zorgt er immers voor dat er een samentrekking (vasoconstrictie) is in de buitenste bloedvaten, waardoor in een stijgfase de stikstof moeilijker afgegeven wordt en de kans op een deco-ongeval vergroot.
Zorg dat je hier de nodige aandacht aan besteedt door volgende maatregelen te nemen:
3 Hou jezelf warm voor de duik door je kledij. Handschoenen, sjaal en muts
zijn geen overbodige luxe, net zoals een extra laagje.
3 Hou je lichaam vanbinnen warm voor en na de duik door het drinken van warme dranken. Geef hierbij de voorkeur aan soep, thee of koffie. In tegenstelling met wat vroeger vaak beweerd werd, is koffie niet vochtafdrijvend. Het stimuleert wel de nieren, waardoor je sneller moet plassen, maar het totale vochtvolume in je lichaam blijft gelijk.
3 Zorg dat je in warme en droge duik kledij kan stappen. Als je in de winter gaat duiken, zorg er dan voor dat je minstens in een droog natpak kan stappen.
3 Doe je een tweede duik, waarbij je dus onvermijdelijk een nat en koud natpak opnieuw aantrekt, dan kan een ther moshirt al veel opvangen. Ook een ander paar droge neopreen sokken voor in je duikbotjes en een droog badpak of droge zwembroek helpen. Heb je een tweede natpak in je bezit, dan is het een goed idee om dit bij erg koud weer mee te nemen.
3 Een droogpak is bij duiken in koud water uiteraard aangenamer dan een natpak.
3 Beperk je tweede duik in tijd.
3 Doe tijdig teken als je koud begint te krijgen, want het duurt dan vaak nog een kwartier vooraleer je het natte pak kan uittrekken.
3 Ontdoe jezelf van je natte kledij en trek warme droge kleren aan.
3 Besteed ook aandacht aan je schoe



en begin ruim op voorhand je lichaam al te hydrateren. Veel kleine hoeveelheden vocht tussendoor worden makkelijker geabsorbeerd door het lichaam.
duiken met korte tussentijden
Bij een duik waarbij je voortdurend tot tegen je nultijd aanleunt en de computer net geen trappen aangeeft, dien je zeker de nodige voorzichtigheid te hanteren. Het maken van een veiligheidstrap kan hier een groot verschil maken, net zoals het traag stijgen in de laatste meters. Je lichaam heeft immers een hoeveelheid stikstof opgeslagen die in de buurt komt van de limieten.
Elk lichaam is anders en oververmoeidheid, dehydratatie of alcohol kunnen hier een groot verschil maken. Je computer kan wel tot tegen de nultijd gaan en gedraagt zich elke duik volgens een identieke fabrieksinstelling, maar je lichaam heeft mogelijk minder marge die dag en is onderhevig aan variabele factoren.
conservativiteit duikcomputer
Bij intensief duiken gedurende meerdere dagen is het aanbevolen om je duikcomputer wat conservatiever in te stellen. Hiervoor verwijzen we naar de regionale bijscholingen rond gradiënt factoren die recent gegeven werden en waarvan
De drukverschillen zijn het grootst vanaf 10 meter en zeker in de laatste meters. De aanbevolen stijgsnelheid is 10 meter per minuut en veel duikcomputers geven een nog lagere snelheid aan in die laatste meters. Dat is vooral van belang om de microbellen in je bloedbanen goed uit te filteren en ervoor te zorgen dat ze de tijd krijgen om het lichaam via de longfilter te verlaten.
Het is sterk aangeraden om de laatste drie meters zeer geleidelijk aan en traag te stijgen, d.w.z. figuurlijk stapsgewijs of vinger voor vinger naar de oppervlakte te stijgen en voor deze laatste drie meter een minuut te nemen.
De veiligheidstrap wordt steeds aanbevolen en is zo een enorm belangrijk middel om de microbellen in je lichaam te reduceren. Het uitvoeren van een veiligheidstrap van 5 minuten op 5 meter doet je gradiënt met ongeveer 10% dalen en zorgt ervoor dat je dus nog veel overtollige stikstof kan afgeven. Het belang van het uitvoeren van deze trap is zeer duidelijk aangetoond en



nemen om die te herstellen. Je kan opnieuw afdalen naar je trapdiepte en daar je trappen verder uitvoeren. Je primair decompressiemiddel dient hierbij nog steeds te werken. Is dat niet het geval, dan moet je kunnen overschakelen naar je secundair decompressiemiddel. Deze maatregel is wel onderworpen aan enkele voorwaarden:
) Er zijn geen symptomen van een deco-ongeval.
) De duiker is steeds begeleid.
) De omstandigheden zijn haalbaar (geen sterke stroming, voldoende lucht, geen koude).
) Je doet geen successieve duiken meer.
) Er is voor minstens 1 uur observatie.
) Je stijgt langzaam naar de volgende trap of naar de oppervlakte.
Ook het toedienen van vocht na de duik blijft zeer belangrijk. Dit zorgt voor een goede weefseldoorbloeding en helpt dus om de overtollige stikstof te elimineren. Falen beide decompressiemiddelen, dan moet je altijd naar een decompressiecentrum!
Bij symptomen die wijzen op een deco-ongeval is wederonderdompeling absoluut verboden. In dat geval is het belangrijk dat je zuurstof krijgt en naar een decompressiecentrum gaat.
Wat zijn nu deze symptomen?
Het eerste symptoom van een decompressieongeval is ontkenning. Niemand wordt graag geconfronteerd met lichamelijk letsel en er is de angst om iets fout gedaan te hebben. Het is belangrijk om naar de feiten te kijken. Bij een iets te snelle stijging de laatste 10 meter na een nultijdduik op 20 meter diepte is het risico beperkt, maar het doorbreken van 10 minuten decompressieverplichting na een lange decompressieduik op 40 m geeft een totaal ander verhaal.
Het is daarnaast ook belangrijk om een eerlijke zelfevaluatie te maken. Ben je veel te snel gestegen en heb je je trappen doorbroken, waarbij je weet dat er weinig conservatief gedoken is, dan weet je dat je dit ernstig moet nemen. Als je symptomen vaststelt die wijzen op een deco en alles in je hoofd zegt dat het een deco is, behandel het dan als een deco. Gaat het over lichte symptomen, zoals bijv. zware vermoeidheid of
schapen en vlooien, dan dien je zuurstof te krijgen en contact op te nemen met een decompressiecentrum. Bij ernstige symptomen, zoals zenuwsymptomen die zich uiten in verlammingen, spraak- of gevoelsstoornissen, stuipen of problemen met het evenwicht, verwittig je onmiddellijk de hulpdiensten via 1-1-2. In afwachting van hun komst, is het krijgen van zuurstof essentieel. Hou er rekening mee dat in dat geval de meldkamer de hulpverleningsprocedures zal opstarten en dat je in functie van de diagnose naar een geschikt ziekenhuis wordt gebracht.
Zorg er bij voorkeur voor dat ook je buddy meegaat en neem zeker ook je duikcomputer mee. Neem ook je kledij mee en eventueel een boek of tijdschrift, want elektronische apparaten zijn niet toegelaten in de decompressiekamer. Ken jezelf en wees eerlijk over je eigen toestand. Het is beter een duik over te slaan dan te duiken met een lichaam dat recuperatie nodig heeft.
zuurstof krijgen
Het krijgen van zuurstof is, samen met voldoende hydrateren, een belangrijke eerste stap. Zuurstof zal de symptomen van een decompressieongeval aanpakken, waardoor ze gereduceerd en geminimaliseerd worden, maar zuurstof alleen zal geen soelaas brengen. Doordat de symptomen gemaskeerd worden, is het noodzakelijk om ook de stap te zetten naar een decompressiekamer, waarbij je de nodige behandelingen zal krijgen om de oorzaak van het probleem aan te pakken.
Bij een incident met doorbreking van de trappen en/of een te snelle of ongecontroleerde stijging, is het belangrijk dat je nog enige tijd na de duik goed geobserveerd wordt. Alles hangt ook hier af van de situatie.
durige douches zijn eveneens afgeraden net omdat ze de huid stimuleren aan de buitenzijde en dus schapen en vlooien kunnen veroorzaken. Wees zuinig met alcohol. En vliegen is uiteraard verboden, conform de regels van de Niet-Vlieg-Tijd. Ook het opzoeken van hoogte in de bergen is absoluut te vermijden. Denk bijv. aan eilanden, zoals Corsica of de Canarische Eilanden waar intensief gedoken wordt en waar je ook vrij snel van zeeniveau tot 2.000 meter hoogte kan gaan. Denk hier zeker aan als je een uitstap wil maken na het duiken.
besluit
Decompressieduiken zijn niet anders dan een gewone duik, maar ze dienen naast een grondige duikplanning ook op vlak van je lichamelijke toestand goed ingeschat en voorbereid te worden. Tijdig hydrateren en het correct uitvoeren van je decompressieverplichtingen zijn belangrijk. Het maken van een veiligheidstrap en traag stijgen tijdens de laatste meters zorgen voor extra veiligheid. Verliep de duik niet zoals gepland en word je geconfronteerd met symptomen, maak dan een goede evaluatie en neem de juiste beslissingen. Zuurstof toedienen, water drinken en de hulpdiensten verwittigen met een eerlijke en correcte beschrijving van de feiten, zijn hierbij essentieel en in je eigen belang.
DIRK CALLAERT, NAMENS HET VEILIGHEIDSCOMITÉ
Nitrox als alternatief ademgas
Met nitrox als alternatief ademgas kan je langer duiken en de decompressiefase uitstellen maar dit verandert niets aan de manier waarop je dient te decompresseren. Als je duikcomputer op lucht is ingesteld, dan kan nitrox meer veiligheid bieden.

Algemeen alarmnummer: 112. Universitair ziekenhuis Antwerpen: tel. 03 821 30 55 (24/24 uur).
Militair Hospitaal Koningin Astrid, Centrum voor hyperbare zuurstoftherapie: Bruynstraat 1, 1120
Neder-over-Heembeek (afrit 6 op de ring rond Brussel), tel. 0800
Medisch Centrum Hyperbare Zuurstoftherapie: 's-Gravenpolderseweg 114, Goes, Nederland, tel. +31 113 23 42 90 (24/24 uur)

Subcommissie Jeugdduiken


Hoe begin je een evolutie van 25 jaar neer te schrijven?
Het begint met het verhaal dat de bedoelde jeugd de kinderen zijn tussen 8 en 14 jaar. Duiken kan altijd al vanaf 14 jaar binnen de reguliere opleidingen.
Het jeugdduikverhaal zelf startte in 1999 toen toenmalig 2*Instructeur Ginette Desmedt een verhandeling moest schrijven om haar titel van 3*Instructeur te behalen. Initieel moest het een verhandeling worden die zou aantonen dat jeugdduiken geen goed idee was, maar haar opzoekwerk en de vele gesprekken met de believers van toen zorgden voor het tegenovergestelde. Het zaadje dat NELOS nodig had om het jeugdduiken, zoals we het nu kennen, op te starten, was gezaaid. Natuurlijk werd Ginette 3*Instructeur en kreeg zij de onvoorwaardelijke steun van de toenmalige voorzitter van het Duikonderricht, John Remue, om een Subcommissie Jeugdduiken in de steigers te zetten en er een stevige constructie van te maken. Met de steun van het toenmalig Bloso werd dit project levensvatbaar en zo werd het jeugdduiken in NELOS binnengehaald.

In april 2002 werd de eerste officiële Algemene Vergadering gehouden en werden de pioniers zoals Ginette Desmedt, Walter Willems, André Valkenaers, Etienne Schamp en Marc Geerlinks verkozen om te zetelen binnen de commissie. De eerlijkheid gebiedt ons wel om te vermelden dat Etienne en Marc reeds bezig waren met jeugdduiken binnen Lifras en dat ze hun ervaring uit
van de Subcommissie Jeugdduiken.
Frankrijk hadden gehaald, evenals André Valkenaers die hier ook een actieve rol in speelde. Onze dank gaat uit ook naar Roland Vanden Eede, die als duiker-arts mee ondersteuning gaf aan dit project.
En we waren op weg. Langzaam, maar zeker werd een kader van jeugdbegeleiders en instructeurs gevormd om in de te stichten

jeugdduikscholen de jeugd te leren duiken op een verantwoorde en veilige manier.
Deze lessen vonden steeds tijdens een weekend in het najaar plaats op het Domein Hofstade, in het befaamde Bloso-sporthotel. Ik heb er zelf in 2003 mijn titel van Jeugdduikinstructeur behaald.
Ondertussen was er een reglement opgesteld en was er een lespakket waarin vooral gefocust werd op het verschil in lesgeven aan jeugd en volwassen. Dat werd geïllustreerd met heel wat praktische voorbeelden. Ik herinner mij nog de beroemde uitspraak van Etienne Schamp: "Keep de hardware, change de software".
Het waren speciale weekenden met mensen die allemaal eenzelfde doel hadden, nl. onze jeugd leren duiken. Dat de setting niet ideaal was, was op dat moment was nog geen issue. Het jeugdduiken zat in de lift.
De jeugdinstructeurs met ervaring binnen de jeugdduikscholen konden dan ook de volgende stap nemen en evaluator worden. Er werden jeugdduikscholen opgericht en opgevolgd en het kader werd met raad en daad bijgestaan door de leden van de Subcommissie Jeugdduiken.
Zoals in iedere commissie werden er vergadering gehouden en voorstellen gedaan.
De organisatie van de nationale jeugdduikdag was daar één van. Tegelijkertijd stonden onze vrijwilligers niet stil en gestaag steeg het aantal jeugdduikscholen en dus ook het aantal begeleiders en instructeurs.
Ikzelf kwam in 2008, nadat ik in 2007 3*Instructeur geworden was, binnen in de Subcommissie Jeugdduiken. Ginette, Walter en

André dachten dat ik een goede aanwinst zou zijn en coöpteerden mij. Ik werd er ook door de andere leden warm onthaald.
Ik werkte mee, gaf les werd en werd Instructeur Jeugdduiken-Evaluator. Samen met Eric De Maertelaere en Frank Deleersnijder startte ik een jeugdduikschool bij de Stingrays in Deerlijk.
Ondertussen werd ik officieel lid van de Subcommissie Jeugdduiken en ik deed er mijn werk met veel plezier. Toen Ginette in 2010 haar afscheid als voorzitter aankondigde, werd ik naar voor geschoven en ook verkozen binnen het College der 3*Instructeur. Bedankt Ginette voor het vertrouwen!
Ondertussen waren er ook verschillende anderen binnen de commissie actief, waaronder Peter Grade, Walter Vervloesem, Nancy Deloz, Hannelore Sprengers, Rudiger Degol, Jirka degol, Hugo Godts, Fab Michiels, Herman Van den Heuvel.
We evolueerden mee met de tijd en de weekenden in het sporthotel werden vervangen door educatief verantwoorde lessen die in het Duikershuis plaatsvonden en er nog steeds plaatsvinden. Na lang beraad werden ook de praktijklessen in het zwembad vervangen door stagelessen in de jeugdduikscholen zelf.
Het boek ‘Jeugdduiken voor Jeugdduikers’ verscheen dankzij het het redactieteam, bestaande uit Hannelore Sprengers, Inge Dekort, Ivo Madder, Katrijn Ools, Kiki Vleeschouwers, Patrick Van Hoeserlande (Hoesy) en Peter Bosteels, maar vooral dank aan Hoesy voor zijn fantastische verhalen over Skubba en Fred met de bijpassende tekeningen van Peter Bosteels. Het boek, uitgebracht in 2013, wordt nog steeds als

een referentiewerk voor jeugdduiken beschouwd. De foto op de cover is van een goede vriend van mij die een ware passie had voor het jeugdduiken, maar helaas niet meer onder ons is. Hij kon zijn passie geluk kig wel doorgeven.
Ondertussen evolueerden de inzichten en middelen en werden de lessen daar steeds aan aangepast. De PowerPointpresentaties werden professioneler en we konden altijd rekenen op enthousiaste lesgevers. Vooral bij onze arts Guy Vandenhoven hangt iedereen aan de lippen en dan hebben we het nog niet gehad over Hugo Godts. Met zijn ongelofelijke fantasie kan hij de Wet van Archimedes uitleggen met behulp van een gewone appelsien. Je moet het maar kunnen.
Ja, het jeugdduiken viert dus haar 25e verjaardag binnen NELOS en 15 jaar daarvan mag ik voorzitter van de subcommissie zijn. Wat we in die periode verwezenlijkt hebben, kan alleen dankzij de ongelofelijke mensen waarmee ik mocht samenwerken en nog steeds mee samenwerk.
Kers op de taart was de massale opkomst van meer dan 50 jeugdduikers op onze nationale jeugdduikdag van dit jaar aan het ’t Koepeltje in Scharendijke, een dag die in goede banen werd geleid door Sylvia Malfait. Deze dag toonde aan dat de toekomst verzekerd is.
Ik mocht dit jaar met veel trots een ex-jeugdduiker proficiat wensen in Boulouris met zijn titel van 2*Instructeur en dat is echt een bekroning van alle jeugdduikbegeleiders en instructeurs.
FRANKLIN FORREZ, VOORZITTER SUBCOMMISSIE JEUGDDUIKEN
NELOS-Bestuur
Op 7 september 2025 was het exact 24 jaar geleden dat het NELOS-Duikershuis officieel zijn deuren opende. In 2001 nam NELOS – als grootste duikliga van Vlaanderen én België – hier haar intrek, niet enkel als administratieve zetel, maar als warme thuis voor duizenden duikers.
In dit gebouw vinden talloze vergaderingen plaatst van comités en commissies. Er worden lessenreeksen georganiseerd en examens afgenomen. Het is echter ook de dagelijkse werkplek voor het NELOS-secretariaat. Door de toenemende vraag naar ruimte werd een tijd geleden groen licht gegeven voor een renovatie en uitbreiding van de eerste verdieping met meer ruimte voor onze vaste medewerkers en een extra vergaderruimte die ter beschikking staat van onze organisatie.
Vandaag, bijna een kwarteeuw later, schrijven we opnieuw geschiedenis. Het Duikershuis kreeg er een prachtig nieuwe uitbreiding bij die niet alleen extra ruimte biedt, maar ook symbool staat voor groei, samenhorigheid en toekomstgerichtheid. Dit huis is nooit zomaar een gebouw geweest, het is: 3 een plek van ontmoeten en begroeten; 3 van leren en connecteren;
3 van jubilarissen eren én examenstress doorstaan;
3 van kabbelende vergaderingen en af en toe een stormachtige discussie;
3 van rodewijnflessen ledigen én toekomstplannen smeden.
Kortom: een thuis.
bliksemsnel in beton gegoten
De werken gingen van start op 20 februari van dit jaar – jawel, dit jaar! – en verliepen in een tempo waar menig bouwheer enkel




van kan dromen:
) week 8: start van de werken;
) week 20: muren recht, dak erop;
) week 24: houten buitengevel geplaatst;
) week 26: binnenruimte casco klaar;
) week 27: volledige vloerbekleding geïnstalleerd – “Ideaal voor een aperitiefje!”, aldus de commissie Sportduiken;


) week 29-31: bouwverlof + voorbereidend schilderwerk, elektriciteit, ventilatie en verwarming;
) week 34: glazen wand, afwerking schilderwerk en vast meubilair;
) week 36-38: audiovisuele installatie en inrichting.





Toen we als bestuur in week 27 een foto zagen van de geplaatste houten vloerbekleding en we beseften dat het einde van de werken begin september zou vallen, kon de voorzitter van de Commissie Sportduiken niet anders dan dit koppelen aan een klein aperitiefje. Op zaterdag 6 september vond immers de Collegevergadering der 3*Instructeurs plaats. Daarmee werd de einddatum vastgeklikt. Zo geschiedde, want in de eerste week van september werden de laatste klussen afgewerkt en werd de ruimte klaargestoomd voor gebruik.
Dit strak geleide huzarenstuk werd nauwkeurig gecoördineerd vanuit onze eigen rangen. En dus klonk het applaus extra luid voor Franklin Forrez, die dit project niet alleen leidde alsof het zijn hoofdberoep was, maar dat eigenlijk deed als side dish. Onder het goedkeurend oog van alle aanwezige 3*Instructeurs werd het lint dan ook officieel doorgeknipt en werd een toast uitgebracht op dit nieuwe hoofdstuk.
een huis om in te wonen, een toekomst om in te duiken
Deze nieuwe uitbreiding is meer dan extra ruimte. Het is een belofte. Een belofte dat NELOS blijft investeren in haar leden, in opleiding, in vriendschap, in haar medewerkers en in de magie van samen bouwen – boven én onder water. Want wie hier binnenstapt, voelt het meteen: 'Dit is geen gebouw. Dit is thuiskomen in onze duiksportfederatie NELOS'.




Als dank voor het geleverde werk kreeg Franklin niet alleen een keelverzachtende attentie – verbouwen maakt immers stof – maar ook een uniek heraldisch wapenschild, ontworpen als ode aan zijn karakter. Het kon niet anders dat Franklin, een man van timing, toewijding en temperament – en uiteraard ook van zeegoden en zeepaarden, een aantal marine elementen in zijn wapenschild verwerkt kreeg.

• Drie sterren op blauw – Poseidon, Thalassa en Melusine: de mythische krachten van de zee.
• Drie sterren op rood – symbool voor zijn vurige passie met referentie naar zijn 3 sterren als instructeur.
• Zeepaarden – die zijn onvermoeibare werklust symboliseren.
• Drietanden – die symbool staan voor zijn autoriteit en vakmanschap.
• Een kroon – letterlijk de kroon op het werk.
• En… de timmermanshaai – ook wel bekend als de zaagvis. Voor een bijkomende hamerhaai was er helaas geen plaats meer... die was niet meer op voorraad.

Sir Franklin… we nemen onze hoed af voor de uitvoering en begeleiding van deze werken, chapeau!





De nieuwe NELOS 2*Instructeurs




De nieuwe NELOS 3*Instructeurs


















LIFRAS
Vogelpik of darts heeft de laatste jaren aan populariteit gewonnen. Bovendien hebben wapens altijd al een bepaalde aantrekkingskracht uitgeoefend op mensen. Maar wat heeft dit nu te maken met onze geliefde onderwatersport?
Tijdens de Ronde Tafels, eind 2024, hebben Ronny en Sven gepolst naar de interesse om een Commissie Target Shooting binnen NELOS op te starten. Hier kwam zeer weinig tot geen respons op, waarmee dit item van de tafel werd geveegd. Maar onbekend is onbemind – dacht ik – en ik trok op oorlogspad. Duikschool Scylla uit Aarschot had reeds een initiatie in deze sporttak gehad vanuit LiFRAS, waar deze discipline al enkele jaren beoefend wordt.
Samen met Lieven Lenaerts van Scylla en onderwaterfotograaf Jef Driesen van de Audiovisuele Commissie trokken we naar het zwembad in Anderlecht, waar LIFRAS opleiding target shooting geeft in de club EPSM (Ecole de plongée sous-marine). Daar werden we hartelijk ontvangen door Gilles Heinemann en Thibault Hayt, de drijvende krachten achter target shooting binnen LIFRAS.

Alvorens we tot actie overgingen, werden we eerst op de hoogte gebracht van de strikte veiligheidsregels die target shooting vereist.
3 Enkel in de afgebakende zones mag je te water gaan.
3 Je blijft steeds binnen je eigen baanvak.
3 Enkel de schutter mag zich in de schietzone bevinden.
3 Een harpoen wordt enkel geladen in de laadzone en blijft te alle tijde op de targetzone gericht.
3 Je vinger ligt nooit op de trekker, maar wel ernaast en je wapen is steeds naar beneden gericht, nooit naar het wateroppervlak.
Het niet volgen van deze regels heeft onmiddellijk het verlaten van het zwembad als gevolg! Het blijven tenslotte wapens waar we mee sporten en die kunnen ernsti-

ge blessures veroorzaken bij foutief gebruik. Om te kunnen starten met target shooting, heb je geen duik- of vrijduikbrevet nodig. Het is een op zichzelf staande discipline binnen de onderwatersport met eigen brevetten. Een goede beheersing van je apnea is natuurlijk wel een vereiste, vermits je voor deze sport enkel een duikbril, snorkel, loodgordel en vinnen nodig hebt en je dus geen flessen gebruikt. De target en de harpoen werden voorzien door Lifras, die enkele opleidingssets ter beschikking heeft.
Binnen het target shooting bestaan er verschillende disciplines die je kan beoefenen:
) Doelgericht schieten: 10 schoten (2 op elk van de 5 rozen) binnen 10 minuten; precisie is zeer belangrijk.
) Biatlon: 3 parcours van 15 m heen en terug in apnea en daarbij op 3 rozen naar keuze schieten; zowel tijd als precisie zijn zeer belangrijk.
) Super-biatlon: 5 parcours van 10 m heen en terug in apnea met minstens 3 schoten binnen de grote zwarte ringzone, tijd is hier de belangrijkste factor.
) Estafette: per ploeg van 4 elk 2 schoten doen op de buitenste rozen, tijd is ook hier de belangrijkste factor.
Lifras werkt met volgende brevetten voor target shooting:
) T1 schutter niveau
) T2 schutter niveau
) Begeleider Doelschieten (type instructeur)




) Gecertificeerde Doelschieten (instructeur-trainer)
) Scheidsrechter niveau 1
) Scheidsrechter niveau 2
Het brevet T1 is het basisbrevet en omvat een theorieles waarin materiaal, veiligheid, ongevallen, voorwaarden en reglementering aan bod komen. Tevens moet je ook het doelgericht schieten en de biatlon in het zwembad tot een aanvaardbaar einde brengen.
Het brevet T2 kan enkel behaald worden na deelname aan wedstrijden. Voor de geïnte-
resseerden, op 30 november 2025 zal er een Belgisch kampioenschap worden georganiseerd door LIFRAS.
Het belangrijkste attribuut binnen target shooting is natuurlijk de harpoen. Harpoenen op luchtdruk worden niet toegelaten binnen deze discipline. Enkel de harpoenen met elastiek kunnen gebruikt worden. Die zijn reeds te koop vanaf een kleine 100 euro. Gangbare lengtes zijn 90 en 100 cm.
verzekering
Arena zorgt voor de verzekering binnen

LIFRAS, maar hoe zit het met de reglementering omtrent bezit en vervoer van dit wapen? Deze vraag stelde ik mij ook en ik ben ten rade gegaan bij onze eigen Juridische Commissie. Wat blijkt, de wapenwetgeving in ons Belgisch rechtssysteem is hierover zeer vaag en moeilijk.
Volgens de wapenwet zouden harpoengeweren ingedeeld worden onder de 'vrij verkrijgbare wapens'. Ze zouden pas vergunningsplichtig zijn wanneer de kinetische energie van het projectiel, gemeten op 2,5 m afstand van het uiteinde van de loop, meer dan 7,5 Joule bedraagt. Bij onderwatergeweren meet men daarvoor de totale lengte en de lengte van de loop zonder de pijl of harpoen, en de kinetische energie uit het water.
Het dragen en het gebruik van 'vrij verkrijgbare wapens' is onderworpen aan een 'wettige reden'. Die wordt, in tegenstelling tot wat het geval is met de vergunningsplichtige wapens, niet in de wet omschreven.
Samengevat oordeelt de Juridische Commissie dat het bezit van een brevet of het bewijs van de opleiding voor een brevet, het niet gebruiksklaar zijn van het wapen en het tijdstip en de plaats van bezit samen met een grote dosis gezond verstand het bezit en transport van een harpoen rechtvaardigen en dat het dus toegelaten zal worden door een rechtbank.
onderricht en beoefenen
Met enige trots werden zowel Lieven Lenaerts als ikzelf op het einde van de lessenreeks geproclameerd tot LIFRAS T1.
Mochten jullie na het lezen van dit artikel zin hebben in een initiatie, stuur dan een mailtje via mike.melis@nelos.be. We bekijken in samenspraak met Gilles en LIFRAS waar en wanneer dit kan georganiseerd worden. En wie weet kunnen we deze discipline later ook binnen NELOS onderrichten en beoefenen …
Audiovisuele Commissie

Op 20 september 2025 verzamelden een twintigtal duikers zich aan de rand van de steengroeve van de Barges voor een nieuwe editie van 'Spelen met licht'. Dit jaarlijkse evenement, georganiseerd door de 'cel Foto en Film van WEVOS' in samenwerking met de Audiovisuele Commissie van NELOS, combineert duiken met creativiteit, educatie en een flinke dosis verwondering. Na enkele succesvolle sessies in de duiktank van Zwevegem werd dit keer voor het eerst uitgeweken naar open water – en wat voor een decor!
De namiddag ging van start met twee inspirerende gastsprekers. Biologe en gepassioneerd onderwaterfotografe Ruth Teerlynck gaf een heldere en praktijkgerichte uitleg over het gebruik van licht onder water.
Begrippen als diafragma, sluitertijd en ISO-waarde werden tot leven gebracht door concrete voorbeelden. Ruth toonde hoe de positionering van flitsers het beeld volledig kan transformeren: eenzelfde foto werd telkens opnieuw getoond, maar met een andere flitsopstelling. Het resultaat? Een visuele les in lichtbeheersing die meteen uitnodigde tot experiment.
Daarna nam Katia Callewaert van de Wetenschappelijke Commissie ons mee op een geologische reis door België. Ze legde uit hoe gesteentes zoals zandsteen, leisteen, basalt en porfier ontstaan, hoe we ze kunnen herkennen in Belgische steengroeves en welke fossiele sporen we daar nog kunnen aantreffen. Een fascinerende inkijk die elke duiker aanzet tot een meer explorerende blik onder water.
Na de theorie was het tijd voor de praktijk. Samen met mijn buddy Melanie Stubbe dook ik het water in. Ik zou als model fungeren, terwijl Melanie – gewapend met haar GoPro 12 – de tips van Ruth meteen in

de praktijk bracht. Ondanks onze beperkte ervaring en ons eenvoudig materiaal konden we verrassend snel aan de slag. We experimenteerden met posities, belichtten objecten vanuit verschillende hoeken en ontdekten dat de mooiste beelden vaak op beperkte diepte ontstaan. Daar speelt het natuurlijke licht een betoverend spel met de omgeving. Zonnestralen breken door het wateroppervlak, takken vormen een mysterieus schouwspel, gesteentes tonen hun textuur en vissen glijden rustig voorbij.
Na de duik was er nog tijd voor een gezellige debriefing. Bij een drankje werden de eerste ruwe beelden gedeeld, ervaringen uitgewis-

seld en de gastsprekers bedankt voor hun inspirerende bijdragen.
Het werd een dag vol leren, proberen en verwonderen. Spelen met licht in de Barges bewees opnieuw dat onderwaterfotografie niet alleen draait om techniek, maar ook om nieuwsgierigheid, samenwerking en het durven kijken met andere ogen. Zin om zelf eens mee te duiken? We kijken alvast uit naar de volgende editie – en nemen voortaan een extra laagje kennis mee onder het oppervlak.


DAVID MEIRESONNE & MELANIE STUBBE






Advertentie


Audiovisuele Commissie
Samen met Tim Steenssens had Gery Beeckmans de eer om België te vertegenwoordigen op de '2e Challenge International de Photographie Sous-Marine', die plaatsvond van 4 tot 7 september 2025 in Monaco en georganiseerd werd door CESMM Monaco. We brengen hier hun verslag.
Wanneer we spreken van een perfecte organisatie, dan kunnen we zeker verwijzen naar 'CESMM Club de Plongée Monaco'. De ontvangst was hartelijk, de omkadering stijlvol en de ervaring verrijkend!
Onze challenge was een wedstrijd voor onderwaterfotografen uit de tien stichtende landen van CMAS. Lang geleden, in 1959, werden de akkoorden voor de oprichting van CMAS in Monaco ondertekend onder leiding van commandant Cousteau. België was één van de stichtende landen.
Uit elk land werd één duo afgevaardigd/ uitgenodigd. Voor ons een ideaal scenario om zo een extra 'training', en vooral eentje die gepaard ging met de nodige stress, in te lassen als voorbereiding op het CMAS Wereldkampioenschap in Spanje. Belangrijke
factoren waren de zeer korte tijd van aanwezigheid (aankomen op donderdag en de wedstrijd op vrijdag) en drie duiken op voor ons onbekende stekken.
De lenskeuze werd dus lastig en mogelijk namen we een foute beslissing bij de eerste duik. Onze keuze viel op groothoek, terwijl net hier prachtige vissen in beeld kwamen. Ook hadden we hier perfect dubbelopnames kunnen maken.
De tweede en derde duik waren aan het Oceanographic Museum van Monaco, een imposant gebouw waar we aan de voet van de rotsen in het water gingen. Niet eenvoudig, want het weer was omgeslagen. Veel wind en een deining van anderhalve meter maakten het aanmeren aan de boeien uitdagend.




De derde duik was een echte nachtduik. Onze duikdag, die om 06.00 uur was begonnen, eindigde dan ook pas omstreeks middernacht.
De dag erna volgde de selectie van de beelden en we deden een wandeling door Monaco, waar we ons konden vergapen aan de rijkdom en blitse auto/boten. We sloten in stijl af met een galadiner en zicht op alle beelden die gemaakt werden door de verschillende teams.
Op zondag waren we te gast bij Prins Albert II in het Oceanographic Museum van Monaco, in een prachtige zaal met veel historische waarden. Aan het museum werd een film overhandigd door Anna Arzhanova, president van CMAS.
Frankrijk won de wedstrijd, hoe kon het ook anders, gevolgd door Monaco en buurland Italië.
Wij behaalden een 4e plaats in de categorie macro en eindigden overall op de 5e plaats. Belangrijk zijn de leerpunten die we kunnen meenemen naar het wereldkampioenschap in oktober 2025 in l'Estartit.
Een leerrijke en onvergetelijke ervaring om te koesteren. Graag danken we dan ook CMAS Belgium en de organisatie om dit mogelijk te maken.
blennie.





CMAS Belgium vaardigde drie delegaties af, een fototeam en een videoteam voor het CMAS Wereldkampioenschap, en een fototeam dat deelnam aan de eerste organisatie voor para-atleten. Van de 21 aangekondigde landen waren er uiteindelijk 19 aanwezig. Het merendeel kwam uit Europa maar ook delegaties uit Chili, Cuba en Japan kleurden de wedstrijd.
Voor de fotowedstrijd werden Tim Steenssens met zijn buddy Andy Lambert afgevaardigd, voor de videowedstrijd Rudy De Witte en zijn partner Florence Van Gaever, allen leden van NELOS. De para-atleet was Thierry Dagnelie, met als eerste begeleider
Pilar Ruiz Lopez, later aangevuld met een tweede begeleider Marc Allemeersch, allen leden van LIFRAS. Het volledige CMAS Belgium team werd ondersteund door Gery Beeckmans als kapitein.
Het foto- en filmteam ging een week voor het kampioenschap ter plaatse trainen om de duikstekken te leren kennen en vooral om onderwerpen te vinden. Vooraf waren er al teambuildings in België en Nederland. Een goede voorbereiding die later zou lonen. De organisatie van de wedstrijden werd door de Spaanse federatie en ook de Catalaanse federatie tot in de puntjes verzorgd. Bovendien kon iedereen rekenen op de nodige bij-
Naar jaarlijkse traditie vond begin oktober het wereldkampioenschap onderwaterfoto en -film plaats. Dit jaar waren we te gast in Spanje, op de Medes-eilanden nabij L’Estartit.
stand. Bij de technische meeting na de openingsparade in het hartje van l'Estartit, was er even opschudding. Het bestuur van het natuurreservaat Medes kondigde de regel 'ZERO CONTACT' aan op de Medeseilanden. Park rangers en de duikploegen van de Guardia Civil zouden erop toezien dat de deelnemers geen contact maakten met de wanden of de bodem. Per boot werden drie rangers meegestuurd om dit, gewapend met camera's, te controleren. Zondigen tegen de 'no touchy touchy' regel betekende de diskwalificatie van die duik.
Voor onze para-atleet ging het op de trainingsdag goed fout en mede daardoor werd alsnog een tweede begeleider toegewezen.
Thierry heeft een verlamming van de onderste ledematen, beweegt zich voort via de armen en zijn eerste begeleider Pilar droeg het fototoestel. Marc was verantwoordelijk voor de houding en positie van de benen. Door deze ingreep werden bij de beeldvorming mooie resultaten bereikt. Zij oogstten dan ook veel begrip en respect bij alle deelnemers.
Ons fototeam was gestart met een strak plan: een week lang oefenen op één specifieke foto. Maar dan volgde er een ongelukkige loting. De cruciale duik waarop het diende te gebeuren, was duik vier in het rijtje en dat bleek heel nadelig.
Elk duikteam mag vier duiken maken en mag tijdens deze duiken 170 bar lucht of nitrox verbruiken.
Het videoteam had meer geluk. Dankzij de voorbereiding wisten ze precies wat, waar en wanneer te filmen. Als de talrijke vissen dan ook meewerken, krijg je de kans om een mooie documentaire te maken.
Op zo'n kampioenschap wordt het minste foutje afgestraft en dus waren de zenuwen strak gespannen. Het Belgische team was echter voorbeeldig, deelde lief en leed, werkte samen en ging er vol voor.
Na de vier duiken was het tijd voor de selectie bij de fotografen en voor de montage bij de videografen. Het was nog even hard doorwerken, vooral 's nachts. Tim werd bij zijn selectie vakkundig bijgestaan door zijn buddy Andy en bij het videoteam week Florence geen centimeter van de zijde van Rudy.




Al het beeldmateriaal werd tijdig ingeleverd en we konden uitkijken naar de proclamatie op zaterdag 11 oktober 2025.
Onze vrije dag besteedden we aan een cultureel bezoek aan het Dalimuseum, afgewisseld met de nodige hapjes en drankjes. Op zaterdag werd ik door mijn team in de bloemen gezet, wat heel leuk was. Maar al snel steeg de wedstrijdkoorts opnieuw.
proclamatie
De eerste medailles waren voor Thierry: brons en zilver. Zijn creatief beeld viel helaas niet in de prijzen, ook al viel de foto bij de ganse zaal in de smaak.
In de categorie video was er de prachtige vijfde plaats van Rudy en Florence voor hun documentaire. Met deze mooie positie lieten ze zeven landen achter zich.
Toen was het de beurt aan Tim, die van de zenuwen zat te bibberen op zijn stoel. Groot was zijn verbazing toen hij tweemaal het podium op mocht als vice-wereldkampioen, een keer met zijn visportret en een keer in






categorie

Vice-wereldkampioen Tim Steenssens vertelt over het CMAS Wereldkampioenschap:
Tijdens de trainingsweek doken we viermaal op Ferranelles, dus die plaats kenden we het beste. Omdat we daar telkens weer een prachtige schorpioenvis terugvonden, wilden we deze absoluut als visportret. Het is namelijk een dankbaar onderwerp met zijn karaktervolle kop en prachtige rode kleur.
We hadden het plan om een panning foto te maken met gekleurd backlight en uitgelichte vis. Niet simpel, maar na
vier oefenduiken zat de dril er goed in.
Met een 'zero touch policy' op de Medeseilanden was een perfect trimvermogen noodzakelijk. Een extra bedanking naar belichtingsman Andy die soms als een soort statische stuntman boven de vis hing met in iedere hand een flitser met snoot.
Nu een plan is één ding, maar dat is buiten de natuur gerekend. Op de wedstrijd zelf was nota bene door de ongelukkige loting

de categorie groothoek zonder model. Een knalprestatie. Zijn creatieve foto viel niet in de smaak en ook de close-up viel buiten de prijzen.
Dit was een prachtige bekroning van een mooi kampioenschap, afgesloten met een mooi feest en de dag erna voor iedereen een veilige thuiskomst. Wie waren de grote winnaars? Zoals gebruikelijk waren dit Italië, Portugal, Turkije en Spanje.
Namens het team dank ik graag, NELOS, LIFRAS en CMAS Belgium voor de steun en begeleiding. Het kampioenschap 2026 zal in Bali plaatsvinden. We kijken al uit naar wie we dan kunnen afvaardigen.
zo uitgevallen dat we moesten wachten tot duik 4, de laatste duik dus, om onze foto te kunnen maken. Tijdens de duik vinden we vrijwel direct een prachtig exemplaar. Maar hoe hard de flitser ook gaat, ik krijg maar geen kleur in de foto. Het duurt even voor we doorhebben dat deze oude rakker helaas al zijn kleur is verloren, grijs, misschien een beetje bruinig, maar hij kon echt niet dienen als model.
Na 40 minuten rond 21 m diepte was het



helaas nog zonder wedstrijdwaardige foto tijd om onze weg terug naar boven in te zetten. Op het laatste nippertje vinden we op 18 m nog een murene, die we onmiddellijk op de foto zetten. Helaas hebben we geen tijd voor een langere sessie. Volgens het reglement moeten we bovenkomen met een maximumverbruik van 170 bar. In mijn geval moest er nog 30 bar op de fles zitten na de duik en dat was exact het geval.
Een echte rollercoaster, dit maakt van zo'n shoot-outwedstrijd echt een sport. De blijdschap bij het vinden van de schorpioenvis, de teleurstelling als blijkt dat het de kleurloze nonkel is, de lichtjes opkomende stress bij het zien van de manometer, de adrenaline bij het vinden van de murene. Een foto, waarvan ik vond dat die beter kon, dus we waren niet helemaal tevreden. Ook natuurlijk omdat we het plan niet wisten uit te voeren. Toch wat teleurgesteld. Wisten wij toen veel dat we toen eigenlijk al twee medailles op zak hadden.
Er waren zeven categorieën: macro, vis, groothoek, groothoek met model, thema 'grouper' (tandbaars), creatief en smartphone.
Je mocht maximaal aan vijf categorieen meedoen, maar dan moest één ervan smartphone zijn. Zonder smartphone dus maximum vier categorieën, waar wij dus voor kozen.
We zonden volgende beelden in voor volgende categorieën::
• creatief: murene met paars achtergrondlicht.
• vis: een slijmvis.
• macro: een zeenaaktslak.
• groothoek: gorgonen.


Inzending voor de

Advertentie


COMPLEET VERZORGDE DUIKVAKANTIE AAN BOORD VAN ÉÉN SEA SERPENT LIVEABOARD!
Droom jij van een duikvakantie waarbij alles tot in de puntjes geregeld is? Dit is je kans! Diving World en Sea Serpent vieren 26 jaar exclusieve samenwerking en ze trakteren met een geweldige winactie Jij maakt kans op een compleet verzorgde liveaboard duikreis naar de Rode Zee!
INCLUSIEF: SCAN DE QR-CODE & DOE MEE!
Retourvluchten naar Egypte
Inclusief bagage tot een maximale waarde van € 500 7 nachten liveaboard reis voor 1 persoon in een gedeelde hut op een boot van de Sea Serpent vloot (vertrekdatum in overleg)
Verblijf op basis van soft all-inclusive Alle lokale haven-, milieu en kustwacht belastingen inbegrepen
Van 6 tot 12 oktober 2025 vond op de Medeseilanden – L'Estartit, een iconische duiklocatie in Catalonië (Spanje), de eerste Wereldbeker onderwaterfotografie plaats voor duikers met speciale noden (aangepast duiken bij LIFRAS).
Aan deze wereldprimeur nam CMAS Belgium deel met een LIFRAS-team bestaande uit Thierry Dagnelie (aangepast duiker niveau 2 – fotograaf), Pilar Ruiz (aangepast duikinstructeur) en Marc Allemeersch (aangepast duikassistent).
Tijdens de twee eerste oefenduiken kon de duiktechniek worden verfijnd, de zeebodem worden ontdekt en de strategie voor de wedstrijdduiken worden uitgewerkt.
Onder een bijna zomerse zon en een bijna spiegelgladde zee konden de deelnemers hun creativiteit de vrije loop laten, met inachtneming van de reglementaire beperkingen, maar vooral voor het eerst tijdens een CMAS-fotografiewedstrijd een duik zonder contact met de zeebodem ... vanwege het natuurreservaat.
wedstrijdcategorieën
Er waren vijf fotografiedisciplines: vissen, macro, de thematische categorie 'tandbaars', creativiteit, groothoek zonder duiker en 'smartphone'. Gezien de logistieke moeilijkheden heeft het Belgische team niets ingediend in deze laatste categorie.
Na vier duiken – in twee dagen – van elk ruim veertig minuten hadden we onze foto's geselecteerd en slechts één foto per categorie gekozen. Soms een moeilijke en soms een verstandige keuze. Onze foto's werden aan de deskundige juryleden voorgelegd. De creatieve foto leek in de smaak te vallen bij onze fotografenvrienden van het wereldkampioenschap dat op hetzelfde moment op dezelfde locatie plaatsvond. Naar onze mening weerspiegelde deze foto de geest van onze aangepaste

duik: een Playmobilduiker in een rolstoel, ondersteund door de hand van een andere duiker, beiden in open water met een paar luchtbellen.
Inzending voor de categorie 'creativiteit'.
Op zaterdag 11 oktober had de jury, onder voorzitterschap van Anna Arzhanova (voorzitter van CMAS) en verder bestaande uit Eduardo Centelles Alonso (voorzit-


ter van de Spaanse federatie) en Albert Hernandez (voorzitter van de Catalaanse federatie en organisator) de eer om, in aanwezigheid van talrijke autoriteiten en alle deelnemers, de uitslag bekend te maken.
Ons aangepaste duikteam, totaal onervaren maar ondersteund door Gery Beeckmans, kapitein van het Belgische WK-team van onderwaterfotografen en -videografen, stond twee keer op het podium. We ontvingen een zilveren medaille in de categorie thematisch en een brons in de categorie groothoek. We behaalden een vierde plaats voor onze macrofoto van een 'doris'. Het enige wat we jammer vinden, is dat we geen medaille hebben gewonnen voor onze symbolische creativiteit. We hadden er echt op gerekend.
Naast de enthousiasmerende resultaten hebben we een geweldige tijd gehad met de andere teams die aan onze wedstrijd deelnamen. Ondanks de competitieve context hielpen we elkaar in een geest van samenwerking. We hebben veel geleerd en ervaringen uitgewisseld, we steunden elkaar en we hebben vooral genoten.
De steun van LIFRAS en CMAS Belgium weerspiegelt de belangstelling voor de ontwikkeling van deze sportdiscipline, die zo rijk is aan uitwisselingen. Bedankt!
We hebben maar één wens ... deze buitengewone menselijke ervaring zo snel mogelijk opnieuw beleven.
MARC ALLEMEERSCH, NAMENS HET CMAS BELGIUM PARADIVINGTEAM



Advertentie


We starten dit artikel met een opfrissing van een aantal zaken die binnen DIVES beschikbaar zijn en die nog niet door iedereen actief gebruikt worden of voldoende gekend zijn.
Allereerst doe ik een oproep aan alle instructeurs om zich via de evaluatorzoeker ter beschikking te stellen om proeven af te leggen en zeker voor opleidingen die cluboverkoepelende ondersteuning nodig hebben, zoals de technische opleidingen en nitroxopleidingen, …
Het secretariaat krijgt vaak vragen van kandidaten die op zoek zijn naar een instructeur om een proef af te nemen en via de tool kunnen de kandidaten zelf iemand contacteren. Je kan je beschikbaarheid per opleiding en zelf tot op proefniveau ingeven.

Klik hiervoor in de menubalk op 'evaluatorenzoeker', daarna rechts boven op 'zichtbaarheid aanpassen'.

Je kan dan aangeven wat je zichtbaar maakt, je e-mailadres en/of je telefoonnummer. Klik ook op 'waarvoor mogen

mensen jou contacteren', waarna zich een scherm opent met alle opleidingen waar je proeven van kan afnemen. Je kan daar de opleidingen selecteren waarvoor je proeven wilt afnemen en eventueel in de opleiding verder doorklikken op proefniveau. De kandidaten zullen je dankbaar zijn.
Vervolgens wil ik nog even toelichten welke informatie DIVES beschikbaar stelt via Grafana. Als je op je naam rechtsboven klikt en daarna op profiel/statistieken zie je de mogelijkheid om te klikken op Grafana. Er opent zich een pagina met informatie over je
activiteiten per maand, een overzicht van al je behaalde brevetten en de datum waarop, de top 10 van je duiklocaties en je duikbuddy's en de statistiek over je persoonlijke tags en gelogde fauna en flora.
Tenslotte wil ik nog even herhalen dat het mogelijk is om via instellingen (te bereiken door op je naam te klikken) je gasmengsels of tags vast te zetten per duik. Als je weet dat je de ganse week op nitrox duikt of altijd met een sidemountconfiguratie, is het interessant om dit op voorhand in te stellen. Op die manier moet je dit niet per duik ingeven.


interessante updates
Er zijn enkele interessante updates doorgevoerd in het digitale duikplatform DIVES die het gebruiksgemak en de transparantie voor duikers en instructeurs verbeteren:
) Theorie aftekenen door, omwille van medische redenen, niet-actieve instructeurs: Instructeurs die momenteel medisch niet in orde zijn, kunnen voortaan toch theorie-activiteiten aftekenen. Voor zwembad- en duikactiviteiten blijft een geldige medische keuring wel verplicht.
) Brevet zichtbaar in logboek: Duikers kunnen nu in hun logboek zien wanneer ze een brevet behaald hebben. Een handige toevoeging voor het opvolgen van je duikcarrière!
) Aanpassing dieptebeperkingen: Er zijn verfijningen aangebracht in de dieptebeperkingen, met een duidelijker onderscheid tussen luchtduiken en duiken in het kader van technische opleidingen.
) Status Zeestage zichtbaar: Voor alle kandidaten 2*I, kandidaten 3*I en 3*Instructeurs is er nu een extra blok 'Status Zeestage' zichtbaar op hun profielpagina. Dit laat toe om de vereiste duiken voor deelname aan de Zeestages op te volgen.
) Melding voor beginnende duikers: Duikers met minder dan 15 duiken krijgen voortaan, naast de melding of ze al of geen proeven mogen afleggen, ook een melding bij 15 gelogde duiken.
) Verduidelijking bij inactiviteit: De melding die verschijnt wanneer een duiker drie maanden niet gedoken heeft, is verduidelijkt en afgestemd op de NELOS-Infomap. Deze melding wordt niet meer getoond aan duikers zonder lopende opleiding.
) Nieuwe duikzone 'Indische Oceaan': Duikers kunnen nu ook persoonlijke duiklocaties aanmaken in de zone Indische Oceaan.
) Verbeterde zoekfunctie voor zeedieren: Dankzij samenwerking met het WORMS-team is de zoekfunctie voor zeedieren geoptimaliseerd. Je kan nu ook makkelijker zoeken op Nederlandstalige namen.
) Badges en voortgang: De eerstvolgende badge die kan behaald worden en de voortgang hiervan kan nu eenvoudig gevolgd worden.
) IDEAL-filtering: De IDEAL wordt niet langer getoond aan gebruikers die niet in aanmerking komen voor een uitbetaling van prestaties.
) Sidemountduiken: Duiken van het type sidemount zijn nu voorzien van een eigen icoontje, waardoor ze beter herkenbaar zijn.

Er wordt nog volop gesleuteld aan het automatiseren van de inschalingen en een vervanging van 'Eventbrite' voor bijscholingen. Meer hierover in de Hippocampus van begin volgend jaar.
LUTGART STALS, NAMENS HET DIVES-TEAM

Vanaf het eerste moment werden we ondergedompeld in de warme sfeer die zo typerend is voor NELOS. De vriendschap, collegialiteit en behulpzaamheid van het kader zorgden ervoor dat iedereen zich meteen thuis voelde. De Exploratiestage bood een veilige en stimulerende omgeving, waarin elke deelnemer op eigen tempo kon groeien. Er was ruimte voor vragen, voor fouten, voor leren – zonder druk, maar met duidelijke begeleiding.
duiken met diepgang
We maakten acht duiken op prachtige stekken rond Saint-Raphaël. De Middellandse Zee toonde zich van haar mooiste kant: helder water, kleurrijke flora en fauna en indrukwekkende rotsformaties. Elke duik was een ontdekkingstocht, begeleid door instructeurs die hun kennis en ervaring met passie deelden. Veiligheid stond steeds voorop, maar ook plezier en verwondering kregen alle ruimte.
Naast het technische en praktische aspect van het duiken, was er ook veel aandacht voor persoonlijke ontwikkeling. De Stage gaf inzicht in wat het betekent om verantwoordelijkheid te nemen, om samen te werken en om te reflecteren op je eigen handelen. Er ontstonden nieuwe vriendschappen, we voerden diepgaande gesprekken en we creeerden een netwerk van buddy's waarmee we in de toekomst zeker nog het water zullen induiken.
Eind september 2025 trokken we met een enthousiaste groep van 17 deelnemers en 7 begeleiders richting Boulouris, een charmant kustplaatsje nabij Saint-Raphaël.
Samen met de voorzitter, de logistiek verantwoordelijke en de groepsverantwoordelijke telde onze groep 27 personen. Een bonte mix van duikers uit alle hoeken van het land, met uiteenlopende achtergronden en elk met hun eigen ervaring, maar met één gemeenschappelijke passie: duiken.





een bijzondere dank aan Nancy
Een speciale vermelding verdient Nancy Deloz, de groepsverantwoordelijke. Met haar heldere visie, haar scherpe maar rechtvaardige oordeel en haar pragmatische aanpak wist ze de groep te motiveren, bij te sturen en te inspireren. Ze gaf richting zonder te domineren en creëerde ruimte voor groei zonder betutteling. Haar betrokkenheid en leiderschap maakten een wezenlijk verschil in het verloop van de Stage.
een blijvende indruk
Na een kleine week vol leermomenten, uitdagingen en plezier, keerden we huiswaarts als een hechte en verantwoordelijke groep. De Exploratiestage was meer dan een duikopleiding, het was een ervaring die ons als duikers én als mensen heeft verrijkt. We kijken met dankbaarheid en warme herinneringen terug op deze bijzondere week.
Wat hebben we gezien?


Bedankt NELOS, voor de kansen, de begeleiding en de inspiratie.
NATASJA LIPPENS, CINDY BRASPENNING EN MARC DRUART
Advertentie
Alles inbegrepen van maandag tot vrijdag: 5 nachten, volpension

10 duiken aan € 539 per persoon.


Diep duiken:
6 duiken aan € 336 per persoon. (vullen met zuurstof mogelijk)
6 personen minimum
Federale API

Aan tafel met Eric Sels, onze federale API/ombudsman.
In december 2013 bracht de Vlaamse overheid het vernieuwde GES-decreet uit. Om als sportfederatie erkend te worden, en te blijven, dient ze aan alle voorwaarden te voldoen overeenstemmend het decreet van minister Muylders inzake gezond en ethisch sporten.
Als vzw diende NELOS zich te conformeren aan het vernieuwde GES-decreet (2013) om erkend te blijven en verder in aanmerking te komen voor subsidies. Er werden nieuwe richtlijnen opgesteld voor duikscholen, clubbesturen, duikinstructeurs en beleidsverantwoordelijken. Onze federatie diende te schakelen en deed dat uitstekend. Sportieq looft NELOS dan ook voor haar aanpak. Vandaag vind je alle info over gezond en ethisch sporten op de NELOS-website in het documentencentrum in het intern reglement. Ook het vernieuwde tuchtreglement werd hierin opgenomen.
Sportieq
(fusieorganisatie van het Centrum Ethiek in de Sport = ICES en Gezond Sporten) is een door Vlaams minister van Sport erkende organisatie voor beleidsondersteuning en praktijkontwikkeling op het gebied van ethisch sporten.
op zoek naar een waardige opvolger
Met het droevige overlijden van federatie API, 3*I Eddy Dielen, op 05 juni 2017, diende
NELOS noodgedwongen uit te kijken naar opvolging. Eric Sels, 3*I, die al 10 jaar ervaring had in de NELOS-Ereraad, leek een geschikte kandidaat voor deze functie en
API
Aanspreekpersoon Integriteit. Deze persoon is op clubniveau het eerste aanspreekpunt bij vermoedens van grensoverschrijdend gedrag, zoals intimidatie, discriminatie, pesten of seksuele integriteitsschendingen, Een API luistert, adviseert en verwijst door.
hij werd kort daarna benoemd als Federale API/ombudsman door het NELOS-Bestuur. in de wieg gelegd om te duiken
Vader Sels, 3*I, en moeder Sels,
het Midden Brevet en een jaar later, in 1974, zijn Hoger Brevet. Daarop wordt hij 1*I en in 1978 2*I. Het is in die periode dat de hele familie Sels de overstap maakt naar BCD in Ganshoren. In 1983, nu 42 jaar geleden, wordt hij
onder andere op de cover van Hippocampus nr. 299.


Hoger Brevet (vandaag 4*D brevet). Je begrijpt dat het ten huize Sels al duiken was wat de klok sloeg.
ombudsman/ombudsvrouw
Een ombudsman of ombudsvrouw is een onafhankelijke en onpartijdige persoon. Het woord ‘ombudsman’ komt uit het Zweeds en betekent ‘vertegenwoordiger’. Hij/zij bemiddelt bij problemen, zoekt naar oplossingen en kan aanbevelin gen doen om structurele problemen te voorkomen. Het woord ‘man’ in ombudsman heeft niets met het geslacht te maken. Het is afgeleid van het Latijnse woord ‘mandataris’, wat ‘gevolmachtigde’ betekent. Bij de NELOS-ombudsman kan je terecht met elke klacht die of elk probleem dat enigszins iets te maken heeft met NELOS, duiken, vrijduiken, vinzwemmen of onderwaterhockey.
Als 14-jarige sluit Eric aan bij duikschool Neptunus, te Mechelen. Op de dag waarop hij 16 jaar wordt, 29/06/1972, behaalt hij zijn Lager Brevet (16 jaar was toen ook de minimumleeftijd voor dit brevet). In 1973 behaalt Eric
tijdens de Zeestage in Bendor Nationaal Monitor nr. 101. Binnen NELOS heeft Eric, als 3*I, tal van functies opgenomen zoals voorzitter van de Ereraad, Verantwoordelijke der brevetten en lid van het bestuur Sportduiken.
De laatste jaren legt hij zich eveneens toe op onderwaterfoto-
fed-API en ombudsman
Bij NELOS combineert Eric vandaag de functies van federale API en ombudsman. Beide functies overlappen elkaar deels, maar de benadering van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag noodzaakt uiteraard een totaal andere aanpak dan bijvoorbeeld een ruzie op clubniveau. Bij melding, onthulling of vaststelling van fysiek, psychisch of seksueel grensoverschrijdend gedrag valt een club-API terug op een handelingsprotocol en in functie van de ernst en de aard van de situatie kan er overlegd worden met de federale API en andere officiële instanties. Nochtans komt voor beide functies luisteren steeds op de eerste plaats. Wanneer Eric gecontacteerd wordt, reageert hij zo snel mogelijk. Na een eerste contact probeert hij

fotografieduiken doet hij liefst met vaste buddy
Weemaes. Met zijn werk pronkte hij
'face to face', een gesprek te hebben. Het is belangrijk om altijd alle partijen te aanhoren. Bij bemiddeling als ombudsman over
bijv. strubbelingen op clubniveau toont de tegenpartij soms oprecht spijt van wat er gebeurd is. In dat geval kunnen er, mits akkoord van de 'klagende' partij en na een gezamenlijk gesprek, veel plooien worden gladgestreken. Als er advies moet gegeven worden zijn het steeds dezelfde pijlers waarop men zich kan baseren: het intern reglement, de gedragscode van het NELOS-lid en de deontologie van de NELOS-instructeur. Met een dosis gezond verstand en voormelde reglementen kom je al een heel eind. Het laatste jaar werd Eric als fedAPI acht keer en als ombudsman twaalf keer gecontacteerd.
worden door juridisch onderlegde leden. Om alle rechten van elke partij in een geschil te vrijwaren voorzien de procedures van de JC bepaalde termijnen, die strikt worden toegepast. In geval van feiten van vermeend grensoverschrijdend ge-
Als federale API/ombudsman kan Eric snel schakelen. Met 10 jaar ervaring in de Ereraad heeft hij een brede kennis, maar toch

Uiteraard kan je met een klacht ook terecht bij de Juridische Commissie (JC). De JC is een door NELOS vzw aangesteld tuchtorgaan en heeft rechtsmacht om te oordelen over de leden en clubleden van NELOS vzw. Deze commissie heeft
drag kan Eric als federale API zelf klacht neerleggen bij de JC, die dan ambtshalve een tuchtprocedure kan opstarten. An-

een strikt werkingsreglement en procedures die ondersteund
derzijds kan in uitzonderlijke gevallen de JC aan de federale API vragen om als bemiddelaar op te treden in een lopende tuchtprocedure.
zal hij soms, anoniem en in absolute discretie, advies inwinnen bij derden of bij de Juridische Commissie. Klachten kunnen heel uiteenlopend zijn: meningsverschillen, ruzies, leeftijdsdiscriminatie, grensoverschrijdende reacties op sociale media, ...
Als (club)-API kan je 'zaken' die iemand je toevertrouwt niet zomaar gaan doorvertellen. Een API heeft een discretieplicht die inherent is aan zijn functie als vertrouwenspersoon. Wil een club-API bij bijv. zijn clubvoorzitter een 'second opinion' krijgen dan moet hij/zij dit eerst overleggen met het slachtoffer. Enkel als hij/ zij daarvoor toestemming krijgt, kan hij/zij hiermee naar buiten komen bij derden.
stand van API-zaken
NELOS telt vandaag 155 clubs. 133 clubs hebben één of meer geregistreerde club-API’s. Opvallend is wel dat er 204 club-API's werden geregistreerd door het NELOS-secretariaat. Dit betekent dus dat een groot aantal clubs meerdere API's telt, maar dat ze niet allemaal de functie van club-API bekleden. Van de 204 club-API's zijn er 174 volledig bijgeschoold. Hierbij een warme oproep

aan het (klein) aantal club-API's dat nog niet is bijgeschoold. 13 clubs hebben vandaag nog geen club-API. Het is een sterke aanbeveling dat deze clubs beroep doen op de regionale API. Daarom is het belangrijk dat deze clubs de contactgegevens van hun regio-API bekendmaken op hun website. Daarnaast is het evident dat clubs steeds gsm-nummer en/of e-mailadres van hun API op de website plaatsen. Het contacteren van API's moet laagdrempelig zijn, daarom horen de contactgegevens van deze personen makkelijk terug te vinden zijn op een clubwebsite.
NELOS moet jaarlijks een update van haar integriteitsbeleid en een plan van aanpak indienen om de nodige subsidies te
dat het merendeel van de club-API's geschoold is. Personen die aangeduid werden als club-API, maar nog niet alle bijscholingen volgden kunnen terecht op de website van Sportieq, de Vlaamse Sportfederatie of andere externe organisaties. Jaarlijks worden meerdere onen offline bijscholingen georganiseerd. Een deelnamebewijs kan ter registratie doorgestuurd worden naar het NELOS-secretariaat.
• De federatie-API zal de bijscholing 'Goed reageren op grensoverschrijdend gedrag als trainer' volgen bij Sportieq en daarop de info aanpassen, zodat ze toepasbaar wordt voor onze werking.
• De tweejaarlijkse terugkomavond voor club-API's zal voor de tweede maal georganiseerd wor-
Tot slot werd besloten om het huidige Adviesorgaan eind dit jaar om te vormen tot het Ethisch overlegcomité. Verantwoordelijke voor veilig sporten en voorzitter van het Duikonderricht, Sven Vandekerckhove, zal hier een tandem gaan vormen met Eric Sels, samen met de drie assistent API’s op federaal niveau: Dirk Saman, Lutgart Stals en Franklin Forrez (deze laatste is eveneens API jeugdduiken), de regionale API's en Hannelore Sprengers als medewerkster van het NELOS-secretariaat. Er wordt een vast jaarlijks overlegmoment ingepland, zodat de nodige informatie kan uitgewisseld worden. Met de toevoeging van de regio-API's wordt getracht de betrokkenheid te vergroten en hen mee zeggenschap te geven over de te varen koers met betrekking tot de integriteit en het welbevinden van ieder NELOS-lid.
Een nieuw organigram dat rekening houdt met deze wijzigingen wordt binnenkort opgemaakt.

verkrijgen van Sport Vlaanderen. Het adviesorgaan plaatste volgende items op de agenda voor 2026:
• Bijscholingen: de federatie zal zelf geen bijscholingen meer organiseren om-
den in het najaar 2026. Net zoals in 2024 zullen hier een aantal cases (uit de praktijk) besproken worden met de aanwezige API's. Daarnaast zal ook een gastspreker van Sportieq een bepaald thema belichten.

We moeten het niet onder stoelen of banken steken, ook bij NELOS heeft het ledenaantal na corona klappen gekregen. En nee, het is geen probleem van onze federatie alleen, maar het heeft wel invloed op onze werking. We investeren tijd in hobbyhoppers, minder leden groeien door naar kadertitels en hebben we vrijwilligers nodig, dan vissen we allemaal in dezelfde vijver.

In 2026 wil NELOS van ledengroei dan ook een streefdoel maken en al haar clubs (duikclubs, vrijduikclubs, vinzwemclubs en onderwaterhockeyclubs) hierin ondersteunen. Ze doet dat door een campagne, waarin je diamanten club wordt door enerzijds deel te nemen aan acties die door NELOS worden uitgerold en anderzijds door zelf acties op touw te zetten. Zoals in de vorige Hippocampus al aangehaald, promoten de verschillende acties die aan bod komen zowel NELOS als de disciplines die NELOS aanbiedt en zetten ze de individuele clubs in de kijker. Ze focussen bovendien op veilig sporten en respect voor elkaar en de
onderwaterwereld, waarden waar we in onze communicatie naar het grote publiek mee willen uitpakken.
acties
Er zijn tien acties omschreven die aansluiten bij de strategische en operationele doelstellingen die NELOS in haar beleidsplan 2025-2028 naar voren schuift. Zo geeft deze campagne uitvoering aan de missie en visie van onze federatie en concrete invulling aan het NELOS-beleidsplan.
De acties zijn verder uitgewerkt, zodat duidelijk is wat we met de verschillende acties willen bereiken. Een overzicht:
Focus: Respect voor de onderwaterwereld
Actie 1: Onderschrijven van een charter voor het ecologisch en milieubewust verantwoord duiken.
3 Clubs ondertekenen het charter.
3 Individuele leden ondertekenen het charter.

Actie 2: Deelnemen aan bijscholingen ecologisch verantwoord duiken.
3 Clubs nemen deel aan de bijscholing georganiseerd door NELOS in de regio’s.
3 Clubs organiseren de bijscholing zelf voor hun leden.
Actie 3: Opzetten van een ecoproject.
3 Clubs organiseren een project.
3 Clubs dienen het project in bij EUFECO.
Focus: Het bevorderen van de veiligheid
Actie 4: Promoten van de opleiding Duiker-Hulpverlener.
3 Clubs moedigen hun leden aan om de opleiding DHV te volgen en deel te nemen aan het examen.
3 Minstens 50% van de clubleden heeft een DHV-brevet.
Actie 5: Promoten van de bijscholing Duiker-Hulpverlener.
3 Clubs moedigen hun leden aan om jaarlijks een bijscholing DHV te volgen.
3 Ministens 10% van de leden met een brevet DHV schoolt zich jaarlijks bij.
Focus: Respect voor de mens
Actie 6: Promoten van het beleid rond ethisch verantwoord sporten.
3 Elke club beschikt over minstens twee officiële API’s, waarbij de leden terecht kunnen.
3 In elke club heeft minstens één API een officiële bijscholing gevolgd.
3 Elke club heeft een contactpersoon voor de Commissie Mental Coaching.
3 In elke club heeft ministens één persoon een bijscholing gevolgd over het aanbod/de dienstverlening van de Commissie Mental Coaching.
Focus: Het NELOS-aanbod bekendmaken binnen de organisatie
Actie 7: Promoten van het aanbod voor speciale doelgroepen.
3 Clubs promoten het jeugdduiken.
3 Clubs promoten het SND-duiken.
Actie 8: Promoten van de verschillende sporten die NELOS aanbiedt.
3 De verschillende sportdisciplines leren elkaars aanbod kennen.
Focus: Het NELOS-aanbod bekendmaken naar potentiële leden
Actie 9: Promoten van de clubwerking via verschillende (sociale)mediakanalen.
3 Clubs maken reclame voor één of meerdere disciplines die door NELOS worden aangeboden.
3 Clubs maken reclame voor hun eigen activiteiten.
Actie 10: Organiseren van initiaties.
3 Clubs organiseren initiaties voor individuele potentiële leden.
3 Clubs organiseren groepsinitiaties. praktisch
Door in te zetten op de verschillende acties, scoor je punten die omgezet worden in financiële middelen. De NELOS-bijdrages van alle nieuwe leden in 2026 (eerste leden die in 2025 geen lid waren van NELOS) stromen automatisch terug naar deze campagne.
Hoeveel er op het einde van de rit te verdienen valt, hangt dus af van het aantal clubs dat deelneemt en vooral van het aantal nieuwe leden. De campagne loopt van 1 januari tot 31 december 2026. Alle praktische informatie wordt via een NELOS-Info verspreid. Dan zal er ook ingeschreven kunnen worden.
De campagne 'Op weg naar goud' is complementair met 'Diamanten club' en wordt in 2026 verdergezet volgens het welgekende concept. Bepaalde acties leveren voor beide campagnes punten op en zijn dus dubbel interessant. Ook voor 'Op weg naar goud' kan je binnenkort inschrijven.
NATALIE DECROCK, NAMENS DE COMMISSIE MARCOM
Belgische Federatie voor Onderwateronderzoek en -Sport vzw
Voorzitter: Ronny Margodt
Gistelsteenweg 385 F 011 – 8490 Jabbeke
Gsm 0473 96 13 50 – voorzitter@nelos.be
Medevoorzitter: Marc Lycops
Avenue de la Liberté 158 boite 7 – 1080 Bruxelles Gsm 0473 81 68 62 – president@lifras.be
Penningmeester: Margaux Montrieux Tel. 015 29 04 86 – secretariaat@nelos.be
Bestuursleden:
Michel Declercq Pladijsstraat 8, 8370 Blankenberge Gsm 0475 56 56 18 – michel.declercq@nelos.be
Frédéric De Deyn Gsm 0476 63 06 13 – frederic.dedeyn@lifras.be
Philippe De Wilde Gsm 0477 57 24 23 – philippe.dewilde@lifras.be
Yvan Barthélemy Gsm 0496 55 30 99 – yvan.barthelemy@lifras.be
Sven Vandekerckhove
Acaciastraat 76 – 9890 Asper Gsm 0476 34 00 64 – duikonderricht@nelos.be
Secretariaat CMAS Belgium:
Margaux Montrieux
Jules Broerenstraat 38 – 1070 Anderlecht Tel. 015 29 04 86 – secretariaat@nelos.be

Ligue Francophone de Recherches et d'Activités Subaquatiques asbl
Président: Marc Lycops
Avenue de la Liberté 158 boite 7 – 1080 Bruxelles Gsm 0473 81 68 62 – president@lifras.be
Vice-Président: Frédéric De Deyn Gsm 0476 63 06 13 – frederic.dedeyn@lifras.be
Secrétaire Général: Laurie Brodkom Gsm 0472 74 20 37 – secretaire.general@lifras.be
Trésorier: Philippe De wilde Gsm 0477 57 24 23 – philippe.dewilde@lifras.be
Administrateurs:
Yvan Barthélemy
Gsm 0496 55 30 99 – yvan.barthelemy@lifras.be
Vincent Bonmariage
Gsm 0494 69 25 21 – vincent.bonmariage@lifras.be
Michaël Iezzi
Gsm 0471 10 87 591 – michael.iezzi@lifras.be
Mélanie Plisnier
Gsm 0474 11 03 07 – melanie.plisnier@lifras.be
Thibaut Vandermeulen
Gsm 0479 45 69 69 – thibaut.vandermeulen@lifras.be
Secrétariat:
Katia Van De Veegaete – katia@lifras.be
Muriel Van Blommen – muriel@lifras.be
Comptabilité: comptabilite@lifras.be
Jules Broerenstraat 38 – 1070 Anderlecht
Tel. 02 521 70 21

Er zijn relatief weinig problemen met de webshop en de meeste gebruikers kunnen vlot aankopen doen.
Veruit de meeste problemen komen voor als er moet ingelogd worden op de webshop om te genieten van één of ander specifiek voordeel dat uitsluitend bedoeld is voor NELOS-leden of een subcategorie ervan, zoals bijv. enkel voor NELOS-instructeurs.
Daarom nog even wat informatie over het inloggen op de webshop.
Waarom inloggen?
Als NELOS-lid of NELOS-club zie je meer producten en kun je genieten van ledenprijzen of speciale NELOS-acties op voorwaarde dat je geregistreerd bent.
Om te kunnen genieten van ledenprijzen, (club)kortingen, kortingacties, enz. moet je je registreren en herkenbaar zijn als NELOS-club of als individueel NELOS-clublid. Dit kan op de volgende manieren:

Accounts voor individuele NELOS-leden:
• e-mailadres: bij voorkeur zoals gekend in de NELOS-ledenadministratie of het eventuele persoonlijke NELOS-e-mailadres (voornaam. naam@nelos.be);
• je NELOS-ID (het NELOS-id bestaat enkel uit cijfers);
• clubnaam.
Accounts voor clubs:
• clubnaam@nelos.be
• clubnummer
• clubnaam
• het eventuele BTW-nummer
Indien de aangemaakte accounts niet aan de bovenstaande vereisten voldoen, zal je wel aankopen kunnen doen, maar niet genieten van kortingen of voordelige acties.
Wanneer ben je ingelogd?
3 Je bent ingelogd wanneer er rechtsboven een kopje (hoofd) naast de winkelwagen staat.
3 Uitloggen doe je door op het kopje te klikken en 'Uitloggen' te selecteren.


3 Je bent niet ingelogd wanneer er een hangslotje staat.
3 Door met de cursor op het hangslotje te klikken, kan er ingelogd worden met je gebruikersnaam en paswoord. gebruikersnaam en/of paswoord vergeten
Als je de gebruikersnaam en/of het paswoord niet meer weet, kun je bij het inloggen klikken op 'Wachtwoord vergeten?'.
Dan krijg je een e-mail met je gebruikersnaam dat verbonden is aan het opgegeven e-mailadres en kun je je paswoord terug instellen.
NELOS-Infomap 2025
Vergeet je NELOS-Infomap 2025 niet te bestellen via je club. Meer info hierover vind je in één van de laatste NELOS-Info's.
Opgelet: tijdig bestellen. Einde december worden de bestellingen afgesloten. Nadien nog een exemplaar bestellen kan dan niet meer.


De Nederlandstalige Liga voor Onderwateronderzoek en -Sport vzw (NELOS) is lid van de Koninklijke Belgische Federatie voor Onderwateronderzoek en -Sport vzw (CMAS Belgium), stichtend lid van de Wereldbond voor Onderwateractiviteiten (CMAS), erkend door Sport Vlaanderen en EUF-gecertificeerd.
Voorzitter & Public Relations: Ronny Margodt 0473 96 13 50 – voorzitter@nelos.be
Vicevoorzitter: Dirk Callaert 0477 88 14 68 – dirk.callaert@nelos.be
Penningmeester: Lutgart Stals 0492 23 07 06 – lutgart.stals@nelos.be
Boetiekverantwoordelijke: Rik Olievier 0475 64 31 71 – boetiek@nelos.be
Bestuurslid: Michel Declercq 0475 56 56 18 – michel.declercq@nelos.be
Bestuurslid: Franklin Forrez 0492 25 12 33 – franklin.forrez@nelos.be
Bestuurslid: Ivo Hubert 0475 49 87 24 – ivo.hubert@nelos.be
Bestuurslid: Ivo Madder 0475 73 32 01 – ivo.madder@nelos.be
Bestuurslid: Sven Vandekerckhove 0476 34 00 64 – sven.vandekerckhove@nelos.be
Secretariaat, ombudsman & API
Duikershuis – Margaux Montrieux Brusselsesteenweg 313-315 – 2800 Mechelen Tel. 015 29 04 86 – secretariaat@nelos.be www.nelos.be/secretariaat
Ombudsman: Eric Sels 0475 36 88 23 – ombudsman@nelos.be
Aanspreekpunt integriteit: Eric Sels 0475 36 88 23 – api@nelos.be
Beheerder solidariteitsfonds: Lutgart Stals solidariteitsfonds@nelos.be
Arena NV: tel. 02 512 03 04 – www.arena-nv.be arena@arena-nv.be (contactpersoon Inge Ghijsels) Dodelijk ongeval: binnen de 2 dagen ongevalsaangifte (maak een kopie voor jezelf) naar het NELOS-secretariaat verzenden. Zo snel mogelijk erna een verslag over de omstandigheden van het ongeval, vergezeld van een medisch attest over de doodsoorzaak. Arena NV mag ook op de hoogte gebracht worden.
Andere ongevallen: binnen de 15 dagen ongevalsaangifte naar het NELOS-secretariaat verzenden, vergezeld van de geneeskundige getuigschriften (maak een kopie voor jezelf). Attesten moeten door de dokter worden afgeleverd binnen de 3 dagen na het ongeval!
NELOS mental coach van wacht: 015 79 34 34
NELOS-noodnummer: 015 20 61 58
ALGEMEEN ALARMNUMMER Tel. 112
Universitair ziekenhuis Antwerpen Tel. 03 821 30 55 (24/24 uur)
Militair Hospitaal Koningin Astrid Centrum voor hyperbare zuurstoftherapie Bruynstraat 1, 1120 Neder-over-Heembeek (afrit 6 op de ring rond Brussel), Tel. 0800 12382
Medisch Centrum Hyperbare Zuurstoftherapie 's-Gravenpolderseweg 114, Goes, Nederland Tel. +31 113 23 42 90 (24/24 uur)

Commissie Sportduiken
Voorzitter en verantwoordelijke veilig sporten: Sven Vandekerckhove 0476 34 00 64 – voorzitter.sportduiken@nelos.be
Verantwoordelijke der brevetten: René Van Leeuwen 0475 65 53 55 – rene.vanleeuwen@nelos.be
Ereraad: Tony Devolder 0478 45 51 42 – voorzitter.ereraad@nelos.be
Subcommissie Jeugdduiken: Franklin Forrez 0492 25 12 33 – voorzitter.jeugdduiken@nelos.be
Subcommissie Technisch Duiken: Rik Olievier 0475 64 31 71 – voorzitter.std@nelos.be
Subcommissie Duikers met een Handicap: Dirk Damen 0475 44 83 14 – voorzitter.dmh@nelos.be
Subcommissie Hulpverlening: Dirk Saman 0475 26 79 20 – voorzitter.hulpverlening@nelos.be
Brevettencomité: Bruno Vanderbeken 0476 32 32 08 – voorzitter.brevettencomite@nelos.be
Comité Duikinnovatie: Lars Putteneers 0474 09 37 86 – voorzitter.duikinnovatie@nelos.be
Comité Didactiek: Lutgart Stals 0492 23 07 06 – voorzitter.edit@nelos.be
Veiligheidscomité: Dirk Callaert 0477 88 14 68 –voorzitter.veiligheidscomite@nelos.be Commissie Vrijduiken
Voorzitter: (ad-interim) Francesco Bruyland 0476 55 06 23 – voorzitter.vrijduiken@nelos.be
Commissie Vinzwemmen
Voorzitter: Free Duerinckx 0486 12 89 63 – free.duerinckx@nelos.be Commissie Onderwaterhockey
Voorzitter: Niels Balens niels.balens@nelos.be
Geneeskundige Commissie
Voorzitter, dopingpreventieverantwoordelijke en contactpersoon medisch verantwoord sporten: Herman Van Bogaert – 0475 48 23 35 voorzitter.duikgeneeskunde@nelos.be Duiksportgerelateerde medische vragen stel je via: medischevragen@nelos.be
Commissie Mental Coaching
Voorzitter: Elfrie van Poppelen 0497 44 60 03 – mental.coaching@nelos.be
Mental coach van wacht: 015 79 34 34
Audiovisuele Commissie (NELOSAC)
Voorzitter NELOSAC: Gery Beeckmans 0472 27 96 67 – voorzitter.audiovisueel@nelos.be
Voorzitter Subcommissie Foto: Erik De Groef 0478 25 09 21 – owf@nelos.be
Voorzitter Subcommissie Video: Erik De Groef 0478 25 09 21 – owv@nelos.be
Wetenschappelijke Commissie
Voorzitter Subcommissie Biologie: Tiny Heremans Tel. 016 22 56 98 – voorzitter.biologie@nelos.be Commissie Marketing & Communicatie
Voorzitter: Natalie Decrock 0485 17 86 79 – MarCom@nelos.be
Commissie Redactieteam Hippocampus
Voorzitter/hoofdredacteur: Ivo Madder 0475 73 32 01 – voorzitter.redactieteam@nelos.be
Juridische Commissie
Voorzitter: René Van Leeuwen 0475 65 53 55 – rene.vanleeuwen@nelos.be
informatieblad van NELOS vzw
Hoofdredacteur: Ivo Madder
De Bisthovenlei 46 – 2100 Deurne (Antwerpen) Tel. 03 290 54 06 – gsm 0475 73 32 01 redactie@nelos.be
Verantwoordelijke uitgever: Ronny Margodt Gistelsteenweg 385 F 011 – 8490 Jabeke ronny.margodt@nelos.be
Redactieteam: Luc Beets, Wim Bollein, Natalie Decrock , Jan Dieu, Melanie Gevaert , Ivo Madder, Patrick Swinnen , Marijke Van Cauwenberghe , Wim Van Doeselaer , Patrick Van Hoeserlande, Stef Van Uffel
Vormgeving: Jan Dieu, Ivo Madder, Marijke Van Cauwenberghe
Publiciteit: Lien Aerts Brusselsesteenweg 313-315 – 2800 Mechelen Tel. 015 29 04 86 – publiciteit@nelos.be
Drukkerij: Moderna Printing Schoebroekstraat 50 – 3583 Paal-Beringen www.moderna.be
Hippocampus verschijnt 5 maal per jaar: februari, april, juni, september en december. Oplage: meer dan 10.000 exemplaren. ISSN-nummer: 1782-8414.
Gedrukt op:
Editie januari/februari: vóór 5 december
Editie maart/april: vóór 5 februari
Editie mei/juni: vóór 5 april
Editie september/oktober vóór 15 juni
Editie november/december: vóór 5 oktober
Zie 'MediaPack' op: www.nelos.be/mediapack
Hippocampus kan je downloaden in pdf-formaat via de NELOS-website, meer bepaald op pagina: www.nelos.be/Hippo-archief
Hippocampus doorbladeren op Issuu via: https://issuu.com/ivomadder
De redactie en de uitgever zijn niet verantwoordelijk voor de inhoud van de geplaatste advertenties. Ongevraagd toegestuurde redactionele teksten en/of foto's worden niet teruggestuurd. De artikels ter publicatie in de Hippocampus moeten binnen zijn bij de redactie minstens 45 dagen vóór de maand van verschijning.
Overeenkomstig de Europese privacywetgeving (GDPR – General Data Protection Regulation – of ook genoemd Algemene Verordening Gegevensbescherming – AVG), die op 25 mei 2018 volledig van kracht werd in iedere lidstaat van de EU, melden wij dat je persoonsgegevens worden bijgehouden in een bestand. Wij verbinden ons ertoe deze gegevens enkel te gebruiken voor de verzending van ons tijdschrift en de administratie van de liga overeenkomstig het doel van onze organisatie. Je hebt inzageen correctierecht.
Niets van deze uitgave mag overgenomen worden zonder schriftelijke toestemming van de verantwoordelijke uitgever.
Adresveranderingen enkel via het secretariaat van je duikclub waar je als 1e lid ingeschreven bent. Lid van:


www.facebook.com/NELOSvzw www.facebook.com/hippocampusredactie
24 Examen AI/Initiator – S2C + M3
Herkansing
Duikershuis, Mechelen – 19.00 - 22.00 u
26 Online Bijscholing Eindexamen Didactiek 1*Instructeur voor jury
19:30 - 22:00
27 Ronde Tafel regio WEVOS
Clubhuis NDI, Sint Jorisstraat 64, 8870 Izegem 19.30 - 22.00 u
29 Specialisatieopleiding Jeugdduiken
Theorie deel 2
Duikershuis, Mechelen – 09.00 - 17.00 u
01 Bijscholing Trainingen van Jeugdige Duikers – regio LIMOS GCOC Oosterhof, Dr. Vanderhoeydonckstraat 56, Lummen – 20.00 - 22.00 u
04 Ronde Tafel regio AVOS
Duikershuis, Mechelen – 19.30 - 22.00 u
06-07 Dive-Expo 2025
Antwerp Expo, Jan van Rijswijcklaan 191, Antwerpen – 09.30 - 18.00 u www.facebook.com/DiveExpo

Bezoek ons tijdens Dive-Expo 2025 op stand 10. Je kan nu al toegangstickets kopen op de website: www.dive-expo.be. Geniet van een korting van -10% op dagtickets en -15% op weekendtickets door de code 'CMAS' in te vullen bij aankoop van een ticket.
07 Prijsuitreiking OBK foto en video
Zondag 07/12 van 13.00 - 17.00 u, in de grote zaal van Dive-Expo.
13-14 Lowland Photo Festival
Cultuurcentrum Ter Dilft, Sint-Amandsesteenweg 41, Bornem – 09.00 - 18.00 u www.landschapvzw.com
15 Bijscholing Trainingen van Jeugdige Duikers – regio AVOS Sportcentrum Mariënborgh, Edegem 20.00 - 22.00 u
18 Bijscholing Trainingen van Jeugdige Duikers – regio WEVOS Clubhuis Stingrays, Beukenhofstraat 44, Vichte – 20.00 - 22.00 u
02 Examen 2*I – limiet inschrijvingen 08-11 Salon de la plongée sous-marine (Duiksportbeurs in Parijs) Exhibition Park - Hall 4, 1 place de la Porte de Versailles 75015, Parijs – 09.00 - 18.00 u www.salon-de-la-plongee.com
10 Examen Theorie 3*I Duikershuis, Mechelen – 08.00 - 18.00 u 17-25 boot Düsseldorf
Düsseldorf Exhibition Centre - D-40474 Düsseldorf, Am Staad (Stockumer Höfe) – 09.00 - 18.00 u www.boot.com
20 Technisch duiken start opleiding CCR-D-NTx Duikershuis, Mechelen – 19.30 - 22.30 u
26 Technisch duiken - start opleiding ERD Duikershuis, Mechelen – 19.30 - 22.30 u
31-01 Duikvaker 2026
Expo Houten – Meidoornkade 24 3992 AE Houten 10.00 - 18.00 u

01 Algemene
08 Herexamen Didactiek Theorie 1*I
Gemeentelijk Sportcentrum, Kleistraat 204, Aartselaar – 13.00 - 16.00 u
08 Herexamen Didactiek Zwembad 1*I
Gemeentelijk Sportcentrum, Kleistraat 204, Aartselaar – 16.00 - 19.00 u
09 Technisch duiken – start opleiding NTD
Duikershuis, Mechelen – 19.30 - 22.30 u
11 Subcommissie Jeugdduiken
Evaluatorenvergadering
Duikershuis, Mechelen – 20.00 - 22.00 u
14 Herexamen Theorie 3*I
Duikershuis, Mechelen – 08.00 - 13.00 u
14 AV College 3*I
Duikershuis, Mechelen – 13.00 - 17.00 u
16 Plenaire Vergadering Subcommissie
Duikers met een Handicap
Duikershuis, Mechelen – 20.00 - 22.00 u
17 Plenaire Vergadering Subcommissie
Technisch Duiken
Duikershuis, Mechelen – 20.00 - 22.00 u
18 Plenaire Vergadering Subcommissie Jeugdduiken
Duikershuis, Mechelen – 20.00 - 22.00 u
19 Plenaire Vergadering Subcommissie Hulpverlening
Duikershuis, Mechelen – 20.00 - 22.00 u
22 Academische Zitting – AV van de NELOS-instructeurs
29 Opleiding Begeleider - Duiken met Speciale Noden
Duikershuis en Nekkerpool – 19.00 - 17.00 u
26 Examen 2*I – Theorie
Duikershuis, Brusselsesteenweg 313-315, Mechelen – 09.00 - 17.00 u
01 Indienen verhandeling 3*I
07 Herexamen 2*I – Theorie
Duikershuis, Mechelen – 19.00 - 22.00 u
11 Kick-off Zeestages 2*Instructeur
Duikershuis, Mechelen – 20.00 - 22.00 u
12 Verdediging verhandeling 3*I
Duikershuis, Mechelen – 19.00 - 23.00 u
22 Limiet inschrijvingen Zeestages 2*I en 3*I
23-30 Technische Stage
Inschrijving verplicht – Datum onder voorbehoud
Raadpleeg de uitgebreide lopende agenda op www.nelos.be voor meer info.
Opgelet! Inschrijven voor activiteiten, bijscholingen en examens georganiseerd door NELOS, gebeurt via Eventbrite tot uiterlijk 4 dagen voor de activiteit. De inschrijvingslink is terug te vinden in de lopende agenda op de NELOS-website of in één van de respectievelijke NELOS-info's.
Controleer even of het evenement inderdaad plaatsvindt. Items voor de onze lopende agenda kan je melden aan: Ivo Madder – redactie@nelos.be














Tijdens de BARE Droogpak inruilweken is je oude droogpak geld waard (ongeacht het merk of staat)!
Ruil je oude droogpak in en ontvang een inruilkorting die kan oplopen tot maar €550,- op geselecteerde BARE droogpakken. De BARE droogpak inruilweken zijn van 1-10-2025 tot en met 15-12-2025. Vraag je erkende BARE dealer naar de voorwaarden en mogelijkheden.
De Bare X-Mission, HD2 Expedition, Sentry en Guardian worden standaard geleverd met bretels, een luxe droogpaktas, een Bare muts en de Ultra Warmth Dry Hood ter waarde van €109.

Exclusief voor de Bare HD2 Tech Dry en Bare X-Mission de volgende 10 gratis aanpassingen. Of kies voor alle modellen voor volledig maatwerk (+€299,-):
☑ Armen verlengen/inkorten (gratis) ☑ Benen verlengen/inkorten (gratis) ☑ Torso verlengen/inkorten (gratis)
☑ Middel aanpassen (gratis) ☑ Kuiten kleiner/groter (gratis)
Verschillende kleur opties (gratis)
Polsseals neopreen (gratis)
Nekseal Latex (gratis)
Boots naar keuze (HD of Soft) (gratis)
Borduren naam op flap pocket (gratis)