EXPO tekstboek havo inkijkexemplaar

Page 1


Expo

Beeldende vakken

Bovenbouw havo/vwo

Auteurs Pien School

Barbara Koppe

Marie Mart Roijackers

Marije Sennema

Lotte van Elsacker

Rike Nijhoff-Brekveld

Ingemarie Sam

Zippora Elders

Redactie

Monique van der Hulst

S taal & R oeland BV

2023 Staal

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets van deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opname of enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

All rights reserved. No part of this publication may be reproduced, stored in a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means, electronic, mechanical, recording or otherwise without prior written permission of the publisher.

Beeldredactie

RoelKooisterVerbeeldingskracht, Amsterdam

Bureauredactie

Charlotte Journée, Nijmegen

Beeldinkoop

Imago Mediabuilders, Amersfoort

Boekverzorging

René van der Vooren, Amsterdam

Druk & afwerking

Wilco Art Books, Amersfoort

www staal-roeland.nl

ISBN 978 90 8325 742 6

Inhoud

1 Leren van kunst 6

Deel 1

Kunstbeschouwing

2 Vormen van beeldende kunst 14

2.1 Tweedimensionale kunst 16

2.2 Driedimensionale kunst 20

2.3 Audiovisuele kunst 24

2.4 Architectuur 28

3 Beeldende kunst analyseren 32

3.1 Voorstelling 34

3.2 Vormgeving — Compositie 38

3.3 Vormgeving — Kleur 42

3.4 Vormgeving — Vorm 46

3.5 Vormgeving — Licht & geluid 50

3.6 Vormgeving — Ruimte & lijn 54

3.7 Materialen 58

3.8 Technieken 62

Deel 2

Kunstgeschiedenis

4 Periode 800 v. Chr. – 400 n. Chr. 68

4.1 Griekse kunst 70

4.2 Romeinse kunst 74

5 Periode 300 – 1000 78

5.1 Karolingische kunst 80

5.2 Byzantijnse kunst 84

6 Periode 1000 – 1400 88

6.1 Romaanse kunst 90

6.2 Gotische kunst 94

7 Periode 1400 – 1600 98

7.1 Italiaanse renaissance 100

7.2 Noord-Europese renaissance 104

8 Periode 1600 – 1750 108

8.1 Italiaanse barok 110

8.2 Nederlandse barok 114

8.3 Franse barok en rococo 118

9 Periode 1750 – 1900 122

9.1 Neoclassicisme 124

9.2 Romantiek 128

9.3 Realisme 132

9.4 Opkomst moderne kunst 136

10 Periode 1900 – 1945 140

10.1 Expressie 142

10.2 Avant-garde & manifesten 146

10.3 Abstractie & functionaliteit 150

10.4 Kunst & staatsideologie 154

11 Periode 1945 – 1990 158

11.1 Naoorlogse abstractie 160

11.2 Interventiekunst 164

11.3 Conceptuele kunst 168

11.4 Postmodernisme 172

12 Periode 1990 – nu 176

12.1 Reacties op het postmodernisme 178

12.2 Engagement & activisme 182

12.3 Technologie & experiment 186

12.4 Nieuwe media & digitalisering 190

Begrippen 197

Leren van kunst 1

Hiernaast zie je een ruimte in Museum NXT in Amsterdam waarin 3D-scans van stenen en planten op de wand zijn geprojecteerd. Samen met de geluiden die je hoort, vormen de projecties een digitale wereld die reageert op bewegingen van bezoekers door sensoren die bij het werk zijn geplaatst. Doordat de reacties van het systeem vertraagd zijn, werken de acties van een eerdere bezoeker nog door voor de volgende. Dit zorgt ervoor dat je de geprojecteerde natuur niet onder controle kunt krijgen. Het werk is het resultaat van een samenwerking tussen een kunstenaar, een technisch bureau en een natuurhistorisch museum. Hun doel was om je als bezoeker op een symbolische manier te laten ervaren hoe de mens impact heeft op de natuur.

Kunst kan een gevoel of een oordeel bij je oproepen. Je wordt door kunst bijvoorbeeld verrast of ontroerd, of je vindt het werk

mooi of juist lelijk. Een kunstwerk kan je ook aan het denken zetten. Om kunst te kunnen beschrijven, onderzoeken en interpreteren op de manier die in het examen beeldende vakken van je wordt verwacht, heb je kennis over kunst nodig. Je moet bijvoorbeeld begrippen kennen die te maken hebben met de verschijningsvormen en beeldaspecten van beeldende kunst, architectuur en vormgeving. Daarover gaat deel 1 van dit boek, Kunstbeschouwing

Je kunt een kunstwerk vaak beter interpreteren als je meer weet over wat een kunstenaar met het werk heeft willen zeggen. Daarnaast is ook de manier waarop kunst zich in de geschiedenis heeft ontwikkeld belangrijk. Kunstenaars van nu laten zich nog steeds inspireren door kunst van vroeger. Hierover leer je meer in deel 2, Kunstgeschiedenis.

Heleen Blanken — Habitat (2020)

Kunst bekijken en beleven

Bij het kijken naar beeldende kunst merk je eerst op wat er wordt afgebeeld. Daarbij komen er direct gedachten en gevoelens bij je op; dat is een automatische reactie. Het gaat dan vaak om je oordeel over het werk of je beleving ervan.

Door te kijken naar kunst en erover te praten, leer je beter waarnemen en vergroot je je inzicht in jezelf, anderen en de wereld. Een methode om gestructureerd naar kunst te leren kijken is VTS (Visual Thinking Strategies). Kern van deze methode is het beantwoorden van drie standaardvragen: Wat gebeurt er in dit kunstwerk? Waaraan zie je dat? Wat kunnen we nog meer ontdekken? Je kunt de vragen individueel beantwoorden of samen met anderen. Uitwisseling met anderen zorgt ervoor dat je meer details gaat zien en meer betekenissen ontdekt in het werk.

De foto van de Britse fotograaf Matt Dunham hieronder is in The New York Times gebruikt voor een online uitwisseling volgens de VTS-methode. Het project Room with a Zoo bestaat uit een serie foto’s van een werknemer van de Londen Zoo die werd tentoongesteld als een van de dieren uit de dierentuin: een ‘mens in zijn natuurlijke omgeving’. Voor VTS worden altijd kunstwerken gekozen die ambiguïteit oproepen: ze kunnen op meer dan één manier worden uitgelegd.

Matt Dunham Room with a Zoo (2009)

Beter waarnemen

Via VTS kun je veel verschillende betekenissen vinden die in een kunstwerk verborgen zijn, ook interpretaties die de kunstenaar zelf niet had bedacht. Als je langer naar een kunstwerk kijkt, zie je steeds meer details. Door vaker intensief naar beeldende kunst te kijken, leer je ook in andere situaties beter op details te letten. De VTS-methode wordt daarom bij universiteiten ingezet om geneeskundestudenten beter

Losse elementen Het werk van Salvador Dalí heeft altijd meer dan één betekenis. Dit portret van zijn vrouw Gala is opgebouwd uit losse elementen. Hij heeft er een verwijzing naar de zeenimf Galatea uit de Griekse mythologie in verwerkt, maar ook zijn fascinatie voor atomen die is ontstaan door de eerste atoombomexplosies in 1945.

te leren waarnemen. Artsen die de symptomen van een patiënt heel goed bestuderen en beter kunnen omschrijven wat ze denken te zien, komen sneller tot de juiste behandeling. Zo kunnen ze ernstige complicaties bij patiënten voorkomen. Ervaring met het kijken naar beeldende kunst kan dus ook op heel andere gebieden effect hebben.

Niet te abstract Lou Loeber wil de kunst en het socialisme met elkaar verenigen. Ze vindt dat kunst een bijdrage kan leveren aan het bereiken van een socialistische maatschappij. Net als veel andere kunstenaars in haar tijd vereenvoudigt Loeber haar voorstellingen tot lijnen en kleurvlakken en laat ze details weg. Een kunstwerk mag niet té abstract zijn, want dan wordt het elitair en kan het volk het niet begrijpen. Kunst moet volgens Loeber voor iedereen betaalbaar zijn. Ze gaat zelfs haar schilderijen vermenigvuldigen, zodat ze niet te duur worden. Zo verweeft ze haar politieke overtuiging met haar werk.

Lou Loeber — Molen (versie 4) (1922)

Salvador Dalí — Galathea of the spheres (1952)

Inzicht in jezelf en anderen

Door goed na te denken over wat je ziet in een kunstwerk en welke gevoelens dit bij je oproept, leer je jezelf beter kennen. Als je je beleving van een kunstwerk bespreekt, ontdek je ook dat jouw ervaringen verschillen van die van anderen. Dat komt doordat iedereen anders in elkaar steekt en andere dingen heeft meegemaakt. Zo krijg je inzicht in je eigen identiteit en in de belevingswereld van anderen.

Een kunstwerk zegt ook vaak iets over de belevingswereld en identiteit van de kunstenaar. Kunstenaars verwerken in hun werk de onderwerpen die ze interessant en belangrijk vinden en vertalen die in een bepaalde materiaal- en beeldkeuze. Die vertaling noem je de expressie van de kunstenaar.

105

Hallucinerend De Japanse kunstenares Yayoi Kusama maakt driedimensionale kunstwerken in vrolijke kleuren, vaak bedekt met stippen. In sommige werken kun je rondlopen en soms kun je er zelfs aan meewerken. Bij The Obliteration Room krijgen bezoekers een vel gekleurde ronde stickers die ze op een volledig wit interieur mogen plakken. De werelden die Kusama creëert, hebben een hallucinerend effect. Zo nodigt ze haar publiek uit de wereld te ervaren zoals zijzelf.

Yayoi Kusama The Obliteration Room (uitvoering 2022)

Inzicht in de wereld

Kunstenaars reageren in hun werk actief op hoe ze de wereld ervaren. Door na te denken over de expressie van de kunstenaar en hierover te praten, kun je in contact komen met onderwerpen die wat verder van je eigen wereld af staan. Zo kun je iets leren over ervaringen of problemen die niet in jouw eigen omgeving, cultuur of land

Rampen De Malinese kunstenaar Abdoulaye Konaté signeert op deze foto zijn werk met naald en draad. Hij maakt zijn grote kunstwerken vooral van textiel. Dit is praktisch, omdat textiel in Mali gemakkelijker verkrijgbaar is dan verf. Veel van Konatés werk gaat over de politieke, sociale en economische ontwikkelingen in zijn land, bijvoorbeeld over hoe ecologische rampen in Mali een ernstig tekort aan drinkwater veroorzaken.

Abdoulaye Konaté — Mistral Technology, Money and Politics (2015)

spelen, maar wel in die van anderen. Soms is het de nadrukkelijke bedoeling van de kunstenaar om je aan het denken te zetten over maatschappelijke kwesties of misstanden. Het kijken naar beeldende kunst verbreedt en verdiept zo je levenservaring en vergroot je inzicht in de wereld.

Wegwerpproducten Kunstenaar Robin Frohardt poseert hier in een installatie waarin je kunt rondlopen en voorstellingen kunt bekijken. Met een team maakte Frohardt deze nabootsing van een echte supermarkt, met producten die allemaal gemaakt zijn van plastic afval. De voorstellingen hebben als doel de bezoekers te laten nadenken over de gevolgen van de consumptiemaatschappij en vooral van het gebruik van plastic wegwerpproducten. The Plastic Bag Store is in 2020 gestart in New York. Sindsdien is deze pop-upwinkel ook in een aantal andere steden in de Verenigde Staten te bezoeken geweest.

Robin Frohardt — The Plastic Bag Store (2020)

Titel pagina

Kunstbeschouwing Deel 1

Beeldende kunst analyseren 3

Je kunt kunst bekijken in een museum, maar ook in de openbare ruimte. Zelfs als je er niet naar op zoek bent, kun je buiten ineens worden geraakt door een kunstwerk. Dat overkwam veel mensen bij het project Waterlicht van Studio Roosegaarde, dat je ziet op de pagina hiernaast. Op het Museumplein in Amsterdam zagen op één avond meer dan 60.000 mensen een lichtshow die is gemaakt met LED-lampen en lenzen. Waterlicht is een virtuele overstroming die laat zien hoe hoog het water zou komen zonder menselijk ingrijpen. De bewegende lichten geven het gevoel dat je onder de zeespiegel staat en de golven boven je ziet. Deze collectieve ervaring laat het publiek nadenken over watermanagement en de impact van klimaatverandering.

Voor het ervaren van Waterlicht is geen speciale kennis nodig. Maar als je nauwkeurig wilt beschrijven welke keuzes de kunstenaar heeft gemaakt en wat voor effecten dat heeft, moet je bepaalde begrippen kennen. In dit hoofdstuk leer je beeldende kunst analyseren aan de hand van de volgende aspecten:

v Voorstelling

v Vormgeving

v Compositie

v Kleur

v Vorm, textuur & structuur

v Licht, geluid & tijd

v Ruimte & lijn

v Materialen

v Technieken

Studio Roosegaarde — Waterlicht op het Museumplein in Amsterdam (2015)

3.3 Vormgeving — Kleur

314

Sanja Marušić — Friends or Enemies (2018)

Kleur kan een bepaalde emotie overbrengen. Zo kan een felgekleurd kunstwerk vrolijker overkomen dan een kunstwerk met veel grijstinten. Soms kan kleur invloed hebben op de betekenis van het werk. Dankzij de felle kleuren lijkt Friends or Enemies op het eerste gezicht op een vrolijke dans van twee vrienden. Beiden dragen eenzelfde soort pak, waaraan je ziet dat ze bij elkaar horen. Van de gezichten van de figuren kun je weinig aflezen; alles wordt uitgedrukt door kleur. De fotograaf heeft de kleuren digitaal bewerkt en het contrast tussen het blauw en het rood versterkt. Hierdoor wordt de spanning tussen de twee mensen voelbaar.

Kleuren mengen

v Primaire kleuren De kleuren rood, blauw en geel. Met deze kleuren verf kun je alle kleuren mengen.

v Secundaire kleuren De mengkleuren die je krijgt door twee primaire kleuren met elkaar te mengen (secundair betekent tweede). Zo kun je oranje (rood en geel) maken, groen (blauw en geel) en paars (rood en blauw).

v Tertiaire kleuren De kleuren die je krijgt door een primaire kleur met een secundaire kleur te mengen of door alle drie de primaire kleuren te mengen (tertiair betekent derde). Door groen met een beetje rood te mengen, maak je bijvoorbeeld olijfgroen.

v Kleurencirkel Een schema dat laat zien welke nieuwe kleuren ontstaan door kleurmenging. In het midden staan de primaire kleuren, in de tweede ring de secundaire kleuren en in de buitenste ring de tertiaire kleuren.

Kleurhelderheid Voor zijn architectonische installaties werkt Krijn de Koning meestal niet met een kleurplan. Hij laat zich liever eerst inspireren door de omgeving van het werk en kiest vervolgens ter plekke zijn kleurgebruik. Aangezien dit werk in de kustplaats Margate in Engeland zou komen te staan, koos De Koning ervoor om zijn kleuren met een beetje grijs te mengen. Het felle licht aan zee zou de heldere kleuren anders te hard maken.

Krijn de Koning — Dwelling (2014)

v Lichtkleuren De primaire lichtkleuren zijn rood, blauw (violet) en groen licht. Alle kleuren op een beeldscherm worden gemaakt met deze drie kleuren. De secundaire lichtkleuren krijg je door twee primaire lichtkleuren te mengen. Zo ontstaat de kleur geel als je rood en groen licht mengt. Alle primaire lichtkleuren bij elkaar geven wit licht.

v Zuivere kleuren Primaire kleuren en secundaire kleuren noem je zuivere kleuren (of verzadigde kleuren). Kleuren die gemengd zijn met zwart, wit of meer dan twee primaire kleuren noem je onzuiver, omdat ze minder fel zijn geworden.

v Kleurhelderheid De hoeveelheid licht die een kleur weerkaatst. Kleuren zoals geel of oranje weerkaatsen meer licht dan bijvoorbeeld blauw en zijn daardoor helderder. Door kleuren te mengen kun je de helderheid veranderen.

v Kleurtoon Elke basiskleur waarin geen wit, grijs of zwart is gebruikt.

Kleurencirkel Dit werk van Hella Jongerius kan gezien worden als een kleurencirkel; de 300 vazen staan op kleur gerangschikt in een cirkelvormige opstelling. De verschillende kleuren zijn het resultaat van een onderzoek naar de verfsoorten van vroeger, die een andere samenstelling hadden dan nu. Zo werden er vaak mineralen zoals cadmium en koper gebruikt, of andere stoffen uit de natuur (aarde, planten enzovoort). Op de vazen combineert Jongerius oude natuurlijke kleuren met hedendaagse synthetische kleuren in verschillende patronen, waardoor de kleuren gaan leven.

Hella Jongerius — Coloured Vases (2010)

Kleurcombinaties

Combinaties van kleuren kunnen een kleurcontrast geven. Contrast betekent tegenstelling. Je kunt ook kleur als contrast gebruiken, bijvoorbeeld door een sombere voorstelling in felle, vrolijke kleuren te schilderen.

v Complementair kleurcontrast Dit contrast ontstaat wanneer je twee kleuren die in de kleurencirkel tegenover elkaar staan naast elkaar plaatst. De complementaire kleurcontrasten zijn rood en groen, oranje en blauw, en paars en geel. Wanneer je complementaire kleuren naast elkaar gebruikt, lijken de kleuren intenser.

v Warm-koudcontrast Bij dit contrast is een warme kleur, zoals rood of geel, te zien naast een koude kleur, zoals blauw. Warme kleuren lijken hierdoor meer naar voren te komen, terwijl koude kleuren meer naar de achtergrond lijken te gaan.

v Kwaliteitscontrast Een contrast tussen een heldere en een minder heldere kleur van dezelfde kleursoort, zoals het contrast tussen felgroen en donkergroen.

v Kwantiteitscontrast Een contrast tussen de hoeveelheden van twee kleuren die worden gebruikt in een kunstwerk, bijvoorbeeld een groot groen oppervlak met een klein rood vlakje erin. Een heldere kleur (geel) valt al op als je er weinig van gebruikt. Van een minder heldere kleur (paars) kun je veel meer gebruiken voordat die de aandacht trekt.

v Kleurfamilie Een verzameling kleuren die op elkaar lijken en allemaal dezelfde kleur als basiskleur hebben, zoals een verzameling van verschillende tinten blauw. Een kunstwerk met slechts één egale kleur of verschillende tonen uit dezelfde kleurfamilie noem je monochroom. Een kunstvoorwerp, beeld of bouwwerk met veel verschillende kleuren wordt polychroom genoemd.

v Optische kleurmenging Optisch betekent in het oog of in het zicht. Door kleuren niet vooraf op een palet te mengen, maar in stipjes of streepjes op het doek naast elkaar te zetten, zullen deze optisch worden gemengd tot één kleur. Zo kunnen blauwe en gele stipjes van een afstand samen groen lijken.

317

Complementair kleurcontrast Sofonisba Anquissola schilderde dit werk toen ze nog maar 23 jaar oud was. De schilder heeft veel aandacht besteed aan de kleding van de schakers, die in het echt haar jongere zusjes zijn. Het rood van de jurk van de oudste zus lijkt feller door de groene bladeren van de eikenboom. Ondanks de formele, deftige kleding zie je de ontspannen, speelse uitdrukkingen van kinderen die opgaan in hun spel.

Sofonisba Anguissola — Het schaakspel (1555)

Kleurfamilie Deze wandsculptuur laat allerlei verschillende tinten goud zien.

De Ghanese kunstenaar El Anatsui refereert hiermee aan de traditionele Kente-doeken, waarin goud ook de basiskleur is en die vaak door de Ghanese adel worden gedragen. Het werk is gemaakt van de goudkleurige doppen van flessen met sterke drank en verwijst daarmee ook naar het alcoholisme dat een steeds groter probleem vormt in Afrika.

El Anatsui — Earth’s Skin (2007)

Optische kleurmenging Dit schilderij bestaat uit veel verschillende gekleurde stipjes, die optisch worden gemengd. Zo lijkt de bomenrij op de achtergrond van het schilderij groen, terwijl er ook blauwe, gele en oranje stipjes tussen zitten. Door meer warme kleuren aan de rechterkant van de bomen te gebruiken en overwegend blauw aan de linkerkant, zorgt Paul Signac ervoor dat het schilderij de lichtval van die dag realistisch weergeeft.

Paul Signac Saint-Tropez, Fontaine des Lices (1895)

Kunstgeschiedenis Deel 2

Periode 1000 – 1400 6

In de late middeleeuwen heeft het christelijke geloof in West-Europa nog steeds een centrale plek in het leven van mensen. Hoewel de middeleeuwen vaak worden gezien als een tijd van stilstand, zijn er in de laatste eeuwen van deze periode juist veel ontwikkelingen op het gebied van beeldende kunst en bouwkunst. De Kerk is nog steeds de belangrijkste opdrachtgever en leidt de veranderingen. Daarnaast bepaalt de Kerk wat er wordt onderzocht op wetenschappelijk gebied. Onderzoek dat tegen de Bijbel ingaat of religieuze overtuigingen in twijfel trekt, wordt aan banden gelegd. Aan het hoofd van WestEuropese gebieden staan vorsten, die nog steeds werken met een systeem van leenmannen (feodaal stelsel). Maar de Kerk heeft bijna evenveel invloed op het dagelijkse doen en laten van de bevolking als de vorsten.

Kunst wordt in de middeleeuwen gemaakt door ambachtslieden die zijn verenigd in gilden. In een gilde werken vakmensen samen

en leiden ze elkaar op. Kunst verbeeldt in deze periode vooral religieuze verhalen. Originaliteit van de individuele maker wordt niet op prijs gesteld en kunstwerken lijken daarom sterk op elkaar. In de late middeleeuwen worden op veel plekken nieuwe kerkgebouwen en kloosters gebouwd. In steden wordt de bouwkunst zelfs een echte prestigekwestie; ze willen allemaal de mooiste en grootste kathedraal hebben. In die kerken zorgen ramen met gebrandschilderd glas voor een prachtig kleurenspel.

Op de pagina hiernaast zie je glas in lood met een voorstelling van de annunciatie. Dat is de aankondiging van de aartsengel Gabriël aan Maria dat ze in verwachting zal raken van Christus via de Heilige Geest. Maria krijgt in de middeleeuwen een belangrijke rol in het geloof. Het verhaal van de annunciatie wordt heel vaak verbeeld in de romaanse en gotische kunst. De functie van dit soort afbeeldingen is om gelovigen te leren over Bijbelverhalen.

Tijd van monniken & ridders

Tijd van steden & staten

Annunciatie met Maria en aartsengel Gabriël. Glas-in-loodraam in het klooster van Klosterneuburg, Oostenrijk (dertiende eeuw).

6.1 Romaanse kunst

Romaanse kunst is vooral te bewonderen in kerkgebouwen. Daar zijn de schilderingen, beeldhouwwerken en voorwerpen te zien die de middeleeuwse mensen meer moeten vertellen over het christelijke geloof. Een van de eerste dingen die je ziet voordat je het voorportaal (de narthex ) binnenstapt, is het timpaan boven de toegangsdeuren. Vaak is dit een ronde boog met versierde randen. In het timpaan wordt een Bijbels verhaal, zoals dat over het laatste oordeel, verbeeld. Dit is bijvoorbeeld te zien bij de kathedraal van SaintNazaire in Autun. Links op het timpaan staan mensen te wachten en rechts wordt hun ziel gewogen. Voldoet die niet, dan wordt de persoon verwezen naar de hel. De voorstelling is bedoeld om personen die de kerk betreden extra op het hart te drukken dat ze moeten leven als een goede christen, zodat hun ziel na de dood in de hemel terechtkomt.

602
Gislebertus — Het laatste oordeel, kathedraal Saint-Nazaire in Autun, Frankrijk (twaalfde eeuw)

Geschiedenis

In de loop van de middeleeuwen raken veel kloosters betrokken bij politieke corruptie en wereldse zaken. Als tegenbeweging ontstaan de orde van Cluny en de cisterciënzers. Ze houden zich streng aan de leefregels van Benedictus en vullen hun dagen met gebed en arbeid. Onderdeel van het werk van kloosterlingen is vaak het kopiëren van manuscripten. Kloosters spelen daardoor een belangrijke rol in de verspreiding van kennis. In de elfde eeuw roept de paus op tot de eerste kruistocht, waarna er nog vele volgen. Deze gewelddadige tochten worden gezien als ‘heilige oorlogen’. Jeruzalem moet bevrijd worden van het islamitische geloof en er is een grote drang om meer grond te bemachtigen. Tegelijkertijd ontstaat de bedevaart: een pelgrimstocht om tot bezinning te komen of boete te doen voor zonden. De plaats die de pelgrims bezoeken, is heilig: er heeft een wonder plaatsgevonden of er zijn belangrijke relieken te vinden.

Machtig klooster De abdij van Cluny groeit na de oprichting uit tot een groot klooster met veel aanzien en macht. Het klooster legt alleen aan de paus verantwoording af. Omdat Rome ver weg is, heeft Cluny veel zelfstandigheid en vrijheid. Het leven van de monniken wordt bepaald door de kernwaarden gehoorzaamheid, armoede en nederigheid. Maar hoe groter en belangrijker Cluny wordt, hoe verder de kloosterlingen van deze waarden af komen te staan.

Maquette van de abdij van Cluny, Noord-Frankrijk

Kunstgeschiedenis

Romaanse kunst heeft vooral een educatieve functie en wordt gebruikt om mensen die niet kunnen lezen iets bij te brengen over het geloof. De belangrijkste christelijke verhalen worden in bijna elke kerk afgebeeld. Denk daarbij aan de schepping ; de zondeval van Adam en Eva; de geboorte, het leven en het sterven van Christus en het laatste oordeel. In de christelijke iconografie zijn Bijbelse figuren herkenbaar aan attributen. Door personen in een bepaalde omgeving te laten zien, wordt duidelijk om wie het gaat en welk verhaal er wordt uitgebeeld. De fresco’s, beeldhouwwerken en glas-inloodramen met gebrandschilderd glas moeten indruk maken op de gelovigen; de kerk is immers het huis van God. Edellieden geven regelmatig opdrachten aan gilden om werk te maken voor henzelf of werk dat uit hun naam in de kerk wordt geplaatst. Tegelijkertijd zijn er ook geestelijken die vinden dat afbeeldingen moeten worden verbannen uit de kerk, omdat ze zouden afleiden van het geloof.

Slag in stripvorm Het Tapijt van Bayeux is een uniek kunstwerk, niet alleen vanwege de lengte (het is meer dan 70 meter lang), maar ook omdat het geen religieus onderwerp heeft en een van de weinige overgebleven wandtapijten uit de romaanse periode is. Het geeft de slag bij Hastings (1065) weer, onder leiding van Willem de Veroveraar. De gebeurtenissen van deze slag zijn levendig en expressief verbeeld als een soort stripverhaal.

Tapijt van Bayeux (detail) (ca. 1068)

Kenmerken

Schilderkunst en miniatuurkunst De makers van romaanse schilderingen en miniaturen focussen op het helder neerzetten van de (religieuze) voorstelling. De verhalen en figuren beelden ze met duidelijke (contour)lijnen en vormen af. De belangrijkste figuren beelden de kunstenaars het grootst af. Ruimtewerking brengen ze meestal alleen aan door plooien in kleding, zelden door toevoeging van schaduw. Afbeeldingen zijn veelkleurig en hebben vaak een decoratieve omranding met krullende lijnen, stippellijnen, boogjes of andere patronen. Figuren worden niet heel dynamisch weergegeven, sommige zijn ronduit statisch. Toch is hun houding expressiever dan die van hun voorgangers uit de Byzantijnse kunst.

Plafondschildering Helder gekleurde fresco’s vallen op in de verder vrij sobere interieurs van romaanse kerken. De schilderingen zijn vaak bij het altaar en op het plafond gemaakt. Dit fresco verbeeldt het Bijbelverhaal over de ark van Noach. De ark dobbert op het water en binnenin zijn de mensen en dieren verbeeld die vluchten voor de zondvloed. In het water eromheen zie je verdronken mensen.

Fresco van de ark van Noach in de abdij van Saint-Savin, Frankrijk (ca. 1100)

Beeldhouwkunst Ook in de romaanse beeldhouwkunst zijn vormen vereenvoudigd en is er weinig stofuitdrukking, behalve af en toe wat details in kleding. Figuren zijn houterig en de anatomische verhoudingen kloppen niet altijd. Veel beeldhouwwerken zijn in de vorm van reliëfs aan de buitenkant van kerkgebouwen te vinden. De timpanen en de wanden net naast de toegangsdeuren zijn voorzien van beelden. Losstaande beelden komen veel minder voor, maar er zijn wel beschilderde houten beelden in de kerken.

Wijsheid Dit beeld toont Maria met het kind Jezus op schoot. Maria is hier afgebeeld als de zetel van haar zoon. De stoel waarop zij zelf zit, wordt gedragen door twee kleine leeuwtjes; je ziet de pootjes onder haar voeten uitsteken. De leeuwenpoten verwijzen naar de troon van de Bijbelse koning Salomo die werd omringd door decoratieve leeuwen. Die troon wordt de ‘zetel der wijsheid’ genoemd.

Presbyter Martinus — Madonna (1199)

Bouwkunst De romaanse bouwstijl is vooral te zien in kerken en kloosters. Door het groeiende aantal christenen en de populariteit van de bedevaartstochten is er behoefte aan grotere kerken. Het bouwplan van kerken is gebaseerd op het Karolingische grondplan met een dwarsbeuk en een westwerk. Voor het plafond van het middenschip wordt in romaanse kerken een tongewelf gebruikt. Om het gewicht van het plafond te kunnen dragen, zijn de muren dik en hebben ze steunberen en slechts kleine rondboogramen. Romaanse kerken hebben vaak een toren boven de kruising van het middenschip en het dwarsschip (de viering). Onder de viering bevindt zich vaak een crypte.

Gewelven In deze kerk zijn in het plafond van het middenschip korte tongewelven haaks op elkaar aangebracht, waardoor er een kruisgewelf ontstaat. Op deze manier draagt het plafond deels zijn eigen gewicht en voert het de verdere druk gelijkmatig af naar de zuilen en ondersteunende muren. De wanden van het middenschip zijn opgebouwd uit de arcade op de begane grond met doorgangen naar de zijbeuken (of zijschepen). Daarboven is een dichte wand met fresco’s en daar weer boven een lichtbeuk met de ramen.

Interieur van de dom van Speyer, Duitsland (elfde eeuw)

Straalkapellen Langs de bedevaartroutes worden veel nieuwe kerken gebouwd. Pelgrims bezoeken deze kerken op hun weg naar het uiteindelijke bedevaartsoord. Voor de continue stroom aan pelgrims wordt er een kooromgang met straalkapellen (vooraan op deze foto) rond het altaar aangebouwd. Pelgrims kunnen zo langs de kapellen met de heiligenbeelden en relieken lopen om hun eer te betuigen of te bidden, zonder de mis te verstoren.

Exterieur van de kerk van Saint-Nectaire, Frankrijk (twaalfde eeuw)

Periode 1990 – nu

De opkomende globalisering zet ook aan het einde van de twintigste eeuw door. Na de ineenstorting van de Sovjet-Unie is Rusland politiek instabiel en in het Midden-Oosten wordt veel gevochten vanwege oliebelangen en religieuze motieven. Het Westen waant zich machtig en bijna onaantastbaar. Dat verandert met de aanslagen op het World Trade Centre en het Pentagon in 2001. Er ontstaat een nieuwe wereldorde, waarbij het Westen zijn positie als centrum van de wereld verliest.

In kunstwerken is vaak een mix van culturele invloeden te zien. Westerse en niet-westerse kunstenaars exposeren naast of met elkaar tijdens internationale kunstmanifestaties (vaak biënnales). Er is geen sprake meer van een centrum van de kunstwereld; in

Hypermodernisme 1995–nu

Nieuw traditionalisme 1990–nu

Deconstructivisme 1988–nu

Postkoloniale kunst 2000–nu

Ontmoetingskunst 1996–nu

Internetkunst 1994–nu

Gender art 1990–nu

Neoconceptuele kunst 1985–nu

verschillende gebieden wordt kunst gemaakt en getoond die internationaal van belang is.

Candice Breitz laat op de Biënnale van Venetië de ervaringen van zes vluchtelingen vertellen door twee Hollywoodacteurs. De verhalen zijn ingekort en gemonteerd. Ondanks het lege green screen op de achtergrond slepen de acteurs je mee in de reis die de vluchtelingen hebben afgelegd. In een andere ruimte worden dezelfde verhalen verteld door de vluchtelingen zelf en ben je vrij snel geneigd weg te lopen, omdat het saai is. De kunstenaar maakt hiermee pijnlijk duidelijk dat je sneller empathie voelt voor fictieve, maar overtuigende personages dan voor het werkelijke leed dat zich in de wereld afspeelt.

Tijd van televisie & computer 1950 – nu

architectuur

beeldende kunst

Candice Breitz — Love Story (2016, foto op Biënnale Venetië in 2017)
1201

12.2 Engagement & activisme

Na de millenniumwisseling worden steeds meer mensen zich bewust van de keerzijde van de economische welvaart. Grote crises, zoals de aanslagen op 11 september 2001, de kredietcrisis rond 2008 en een steeds urgenter wordende klimaatcrisis, maken duidelijk dat het verlangen naar méér, méér, méér niet langer houdbaar is.

Veel kunstenaars willen zich niet afzijdig houden en maken maatschappelijk geëngageerde kunst. Ze willen met hun werk iets onder de aandacht brengen, veranderen of bijdragen. Daarvoor werken ze steeds vaker samen met andere (artistieke) professionals of doelgroepen. Zo vaart The Waterpod van Mary Mattingly in 2009 langs vijf wijken in New York. Mattingly nodigt bezoekers, lokale bewoners en professionals uit om mee te denken over strategieën en ruimtes waarmee we (ernstige) gevolgen van klimaatverandering kunnen overleven. The Waterpod zelf is een futuristische ruimte met nieuwe duurzame technieken en levende biosystemen aan boord. Deze zijn ontworpen door een multidisciplinair en internationaal team van onder andere kunstenaars, designers, activisten en (scheeps)bouwkundigen.

1209
Mary Mattingly — The Waterpod Project (2009)

Geschiedenis

In de jaren negentig werken landen in de Europese Unie steeds intensiever samen. Grenzen verdwijnen geleidelijk en het wordt eenvoudiger om binnen de EU handel te drijven of in een ander land te werken of te studeren. Ook wereldwijd blijft de globalisatie toenemen door de opkomst van het internet en mobiele telefonie, toenemende internationale handel en goedkope vliegtickets. Gevoelsmatig komen andere landen en culturen hierdoor steeds dichterbij. Dit heeft invloed op de manier waarop ‘de ander’ wordt gezien. In Nederland zorgt de door migratie opgekomen ‘multiculturele samenleving’ voor maatschappelijke en politieke discussies. In westerse landen wordt er in toenemende mate kritisch gedacht over het eigen koloniale en slavernijverleden en hoe daarmee omgegaan zou moeten worden.

Koken als kunst Rirkrit Tiravanija wil met zijn kunst mensen samenbrengen en vindt dat kunst voor iedereen toegankelijk zou moeten zijn. Tijdens zijn beroemdste performances kookt hij gratis voor bezoekers van galeries. Hij vestigt de aandacht niet op zichzelf, maar laat door het delen van eten het gesprek tussen mensen op gang komen. De vuile vaat blijft in de galerie achter en wordt geëxposeerd als bewijs van de ontmoeting. Na de expositie wordt het kunstwerk weer opgeruimd.

Kunstgeschiedenis

Door de oplopende discussies en maatschappelijke crises voelen veel kunstenaars zich niet langer thuis bij de ironie van het postmodernisme. Ze tonen hun betrokkenheid bij achtergestelde groepen of misstanden in de maatschappij door bijvoorbeeld activistische kunst te maken, met hun werk kritiek te leveren of naar nieuwe oplossingen te zoeken. Sommigen willen het publiek bij hun werk betrekken of kunst voor meer mensen toegankelijk maken. Op allerlei plekken en manieren zoeken kunstenaars contact met de maatschappij.

Als reactie op de globalisering richten sommige kunstenaars zich soms juist expliciet op het lokale en laten zich bijvoorbeeld inspireren door specifieke gemeenschappen of gebruiken. Andere gaan juist liever internationale, multidisciplinaire samenwerkingen aan of gebruiken het internet om met internationale communities te werken.

Zingend ten onder Tijdens de beeldende opera Sun and Sea (Marina) kijken bezoekers vanaf een balustrade naar beneden. Daar zien ze badgasten die zichzelf insmeren met zonnebrand, spelen met een bal of zich ontspannen op hun handdoek. Ze lijken zich te vermaken en zingen prachtig. Maar wanneer je goed luistert, hoor je dat ze in prachtige harmonieën zingen over de rampzalige gevolgen van klimaatverandering. Het lijkt hun ontspannen dagje strand echter niet te bederven.

Rugile Barzdziukaite, Vaiva Grainyte & Lina Lapelytee — Sun and Sea (Marina) (2019)

Rirkrit Tiravanija — Performance in Galerie Patrick Seguin, Parijs (2019)
1210
1211

Kenmerken

Ontmoetingskunst Bij deze kunstvorm, die ook wel relational aesthetics wordt genoemd, staat de sociale omgeving centraal. De kunstwerken zijn objecten of projecten die het publiek uitnodigen tot het aangaan van relaties. Dat kan met de kunstenaar zijn, maar ook met andere toeschouwers of deelnemers. Bij gemeenschapskunst (community art) hebben projecten vaak een sociaal doel, zoals sociale banden bevorderen of groepen emanciperen. Participatie van deelnemers is een belangrijk onderdeel van ontmoetingskunst, maar verder kan de vorm erg uiteenlopen. De kunstvorm is over het algemeen populair bij subsidieverstrekkers en beleidsmakers, zoals gemeenten, omdat de kunstwerken een aantoonbaar sociaal doel hebben.

Kunst met de wijk Door de toenemende globalisering worden producten en diensten steeds anoniemer. Als tegenbeweging zet Jeanne van Heeswijk projecten op waarin ze de invloed van mensen op hun directe omgeving onderzoekt en stimuleert. In 2009 wordt het Wijkatelier op Zuid in Rotterdam geopend. Het modeatelier is een ontmoetingsplek waar bewoners uit de multiculturele wijk samenkomen. Iedereen neemt vanuit haar of zijn eigen achtergrond specifieke kennis mee. Kennis en ambachten worden uitgewisseld om samen kleding en textiel te ontwerpen en in de buurt te verkopen. Zo wordt lokale productie en ondernemerschap gestimuleerd.

Freehouse (geïnitieerd door Jeanne van Heeswijk)

— Wijkatelier op Zuid (vanaf 2009)

Gender art Vanaf de jaren negentig wordt gender zowel maatschappelijk als in de kunst onderzocht en bevraagd. Identiteit en seksualiteit spelen daarbij een belangrijke rol. Gender art staat vaak kritisch tegenover het gebruik van stereotypen en het gebruik van ingesleten rolpatronen. In de artistieke gemeenschap is er meer ruimte om te experimenteren met een onconventioneel uiterlijk of om een minder gebruikelijke voorkeur te laten zien dan in de samenleving in het algemeen.

Spelen met identiteit In het oeuvre van fotograaf Catherine Opie vind je veel portretten van mensen die niet in een duidelijk hokje passen op het gebied van gender en identiteit. Voor deze serie poseerden Opie zelf (linksboven) en haar vriendinnen uit de LHBTQ-gemeenschap met plaksnorren en -baarden en stereotiep ‘mannelijke’ accessoires. Ze kijken recht in de lens en confronteren de kijker met de vraag wat mannelijkheid eigenlijk is.

Catherine Opie — Being and Having (1991)

1212
1213

Postkoloniale kunst In het verleden hebben veel (westerse) landen andere landen gekoloniseerd. Dit heeft diepe sporen nagelaten. Tegenwoordig is er dan ook veel aandacht voor de schadelijke en traumatische gevolgen van kolonisatie en slavernij. Postkoloniale kunst kijkt kritisch naar deze geschiedenis en naar de wereld van na de kolonisatie en zoekt manieren om recht te doen aan de verschillende visies op het verleden.

1215 1214

Geld verdienen met armoede In de koloniale tijd wordt de bevolking van Congo Kinshasa door de Belgische overheid met veel geweld onderdrukt en worden lokale grondstoffen geëxporteerd. Tegenwoordig is Congo een heel arm land dat veel ontwikkelingsgeld ontvangt om de armoede te bestrijden. Renzo Martens komt erachter dat armoede de belangrijkste inkomstenbron is van het land. Hij reist met zijn kunstwerk rond om mensen ervan te overtuigen om hun armoede in te zetten om geld te verdienen. Hij probeert bijvoorbeeld lokale fotografen over te halen om niet langer foto’s van bruiloften te maken, maar armoede te gaan fotograferen en de foto’s in het buitenland te verkopen. Dat levert de fotografen immers veel meer geld op.

Renzo Martens — Episode 3: Enjoy poverty (2009)

Aan tafel! Deze tafel van Patricia Kaersenhout staat vol objecten en symbolen die verwijzen naar historisch belangrijke vrouwen van kleur. Het werk is een aanvulling op het kunstwerk The dinner party van Judy Chicago. Als statement tegen de geschiedenisboeken, waarin voornamelijk mannen een heldenrol vervullen, maakt Chicago in de jaren zeventig een tafel die plaats biedt aan historisch belangrijke vrouwen. De kritiek van Kaersenhout is dat Chicago voornamelijk Europese en Amerikaanse vrouwen aan tafel uitnodigt en belangrijke vrouwen van kleur overslaat.

Patricia Kaersenhout — Guess who’s coming to dinner too? (2017–2021)

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.