6e leerjaar
box 1 3
Info voor de leerkracht
Het link.mundopakket heeft als doel een duidelijke link te leggen vanuit het mundo wereldoriëntatiepakket naar de wiskunde- of taallessen van de kinderen. In elke box zit een linkbundel met een taal- en wiskundecontractwerk. Het pakket bestaat telkens uit een tweetal werkblaadjes per taak die de leerlingen zelfstandig kunnen maken. Het zijn fiches die vlot in te voeren zijn in een hoeken- of contractwerk. Op de fiches worden wiskunde- of taaloefeningen aangeboden binnen het thematische kader van het wereldoriëntatiethema. Je vindt ook telkens het ingevulde werkblad terug, zodat de kinderen ook zelfstandig hun werk kunnen corrigeren. In het volgende overzicht geven we de doelen mee die met de verschillende contractoefeningen bereikt kunnen worden. In de eerste kolom vind je telkens de oefening van de linkles terug, in de tweede kolom de doelomschrijving van het vakgebied en in de derde kolom verwijzen we naar de taal of rekenles uit kameleon (taal) en kompas (wiskunde), de taal- en wiskundemethode van onze uitgeverij, waar dit contractwerk kan bij aansluiten.
Wiskunde Oefening 1
De kinderen kunnen een breuk nemen van een grootheid en van een hoeveelheid. De kinderen kunnen breuken als verhouding gebruiken. De kinderen kunnen breuken gelijknamig maken. De kinderen kunnen breuken omzetten naar procenten.
Kompas 6 Week 3 les 1 Week 4 les 1 Week 8 les 1
Oefening 2
De kinderen kennen de standaardmaateenheden en de symbolen ervan betreffende gewicht en kunnen die correct gebruiken. De kinderen kennen de tiendelige verhouding tussen de maateenheden van gewicht en kunnen die gebruiken bij eenvoudige herleidingen. De kinderen kunnen bewerkingen betreffende gewicht uitvoeren. De kinderen kunnen een breuk nemen van een grootheid en van een hoeveelheid. De kinderen kunnen prijzen en hoeveelheden aflezen van prijslijsten.
Kompas 6 Week 3 les 1 Week 3 les 4
Oefening 1
Spelling: De kinderen kunnen woorden schrijven op –ig(e), -heid en –lijk(e).
Kam. Spelling 6 Les 1.2 en 1.3
Oefening 2
Taalbeschouwing: De kinderen herkennen een mededelende en bevelende zin. De kinderen kunnen een bevelende zin maken. De kinderen kennen de belangrijkste leestekens en kunnen ze correct gebruiken.
Kam. 6A Les 1.3
Oefening 3
Taalbeschouwing: De kinderen kennen de term bijvoeglijk naamwoord en kunnen die woordsoort herkennen in een zin. De kinderen herkennen werkwoorden zoals die in verschillende vormen in een tekst kunnen voorkomen en kunnen ze aanduiden. De kinderen kunnen een bevelende zin maken.
Kam. 6A Les 1.3 Les 1.8 Les 4.5
Taal
BOX 1 | INFO VOOR DE LEERKRACHT