TUSSEN BINNENLAND EN BRANDING
Jorryt
Jorryt
Laurens Maertens
‘Naar de zee’
[AANLEIDING] Het Belgische kusttoerisme kent een lange traditie. Sinds ‘het betaald verlof’ behoord een verblijf aan zee tot het collectieve geheugen van vele Belgen; zo ook tot die van mij.
Ik groeide op met zomers aan de Vlaamse kust. Dagenlang zeilde ik langs de kustlijn en leerde ik het ritme van wind, water en het getij kennen. De kust is voor mijn familie en mij een vanzelfsprekende plek van ontspanning, een landschap dat altijd anders is, maar tegelijk iedere vakantie ook onveranderlijk en vertrouwd voelt.
Pas later, gevormd door mijn opleiding als landschapsarchitect, keek ik met andere ogen naar datzelfde kustlandschap. Wat ik als natuurlijk en tijdloos beschouwde, bleek een door mensen vormgegeven en gecontroleerde ruimte. De duinen bleken opgesloten tussen appartmentsgebouwen en dijken en de schorren en slikken, waar ik flora en fauna leerde kennen, verdwenen. Mijn fascinatie voor de kust groeide uit tot een kritische betrokkenheid. Dit vormt de basis voor mijn ontwerpend onderzoek naar natuurontwikkeling aan de Vlaamse kust.
[DE OPGAVE] Mijn afstudeerproject is een onderzoek naar hoe natuurontwikkeling gedreven door de natuurlijke dynamieken een nieuwe balans tussen kustlandschappen en economie mogelijk maakt. Het resultaat is een ontwerpend onderzoek naar natuurontwikkeling aan de Vlaamse kust.
Hoewel kustverdediging essentieel is en blijft voor de veiligheid van mensen en infrastructuur, richt ik mij in dit afstudeerproject bewust niet op technische of harde beschermingsmaatregelen. Het gaat mij om het ontwerpen en onderzoeken van natuurlijke processen en ecosystemen als motor voor samenhang en biodiversiteit aan de Vlaamse kust.
Mijn afstudeerproject streeft daarmee naar het creëren en versterken van de oorspronkelijke dynamische kustnatuur, die mee-evolueert met de omgeving en tijd. Hiermee zal het een aanvullend perspectief bieden op het bestaande kustbeleid, dat naar mijn mening nog onvoldoende inzet op deze spontane natuurontwikkeling.
Gecombineerde kaart: bodem en reliëf van West-Vlaanderen
Deze bodemkaart gecombineerd met de hoogtekaart toont de verschillende elementen van de ondergrond, gevormd door natuurlijke en antropogene processen.
Aan de hand van deze ondergrond kunnen we ook het vroegere landschap reconstrueren: een dynamisch gebied bestaande uit restanten van geulen, kreken en duinengordels waar zand- en kleigebieden elkaar afwisselen.
De bodem vertelt ons niet alleen iets over het verleden, maar geeft ook inzicht in hoe water en natuur elkaar beïnvloeden. Vandaag leert de bodem ons hoe we zouden moeten omgaan met ruimtelijke planning en waterbeheer in het kustgebied.
- 65 66 - 71
Het Vlaamse kustgebied
Een ervaringsgerichte introductie
Het Noordzeelandschap
Een macro-ecosysteem
Biodiversiteit van de zeereep
De urgentie omtrent kustnatuur
Intermezzo
Interview - natuurwaarde
De transformatie van de kust
Een historische analyse
Intermezzo
Interview - historisch belang
Gefragmenteerd ecosysteem
Een versnipperd landschap
Intermezzo
Interview - geïntegreerde aanpak
De huidige kustvisie
Beperkt ecologisch perspectief
Landinwaards denken
Een gecombineerde visie
Intermezzo
Interview - compartimentering
De koppelkansen
74 - 83
88 - 89
Samenkomende belangen
Intermezzo
Interview - synergie
Literatuurlijst
Gebruikte bronnen
[INTRODUCTIE] Het Vlaamse kustgebied strekt zich uit langs de Noordzee en vormt een landschap waar natuurlijke dynamiek en menselijke ingrepen nauw met elkaar verweven zijn. Het gebied bestaat uit een afwisseling van stranden, duinen, polders, slikken en schorren, die een belangrijk macro-ecosysteem vormen voor diverse soorten.
Tegelijkertijd is de kust een recreatiegebied en economisch belangrijk door het toerisme, de havens en het waterbeheer. Dit spanningsveld tussen ecologische waarden en maatschappelijke functies maakt het Vlaamse kustlandschap al jaren uitdagend om te beheren èn ontwikkelen voor toekomstig gebruik.
Locatiebezoek: de route
De zeiltocht op zee en route over land
Als vertrekpunt voor mijn analyse ondernam ik een zeiltocht langs de Vlaamse kust. Waar het kustlandschap voor de meeste mensen vooral zichtbaar is vanaf het land, bood de zeiltocht mij de kans om een omgekeerd perspectief in te nemen, van zee naar land. Dit gaf een extra invalshoek op het kustlandschap: niet vanaf de zeedijk of via luchtbeelden, maar in directe relatie tot de natuurlijke processen zoals het getij en de wind.
De zeiltocht markeerde voor mij niet alleen het begin van mijn onderzoeksproces, maar bracht ook mijn persoonlijke interesse [‘s zomers zeilend langs de Vlaamse kust] in verbinding met een kritisch
landschappelijk bewustzijn als landschapsarchitect. Door deze twee perspectieven samen te brengen [persoonlijke betrokkenheid en analytische afstand] ontstaat een onderzoekshouding die het landschap niet alleen beschouwt als object van studie, maar ook als systeem waarin beleving en ecologie samenvallen.
Naar mijn mening is dit cruciaal om een visie te kunnen ontwikkelen voor zowel mens als natuur. Deze ervaringsgerichte start vanaf het water maakte het kustlandschap tastbaar als onderzoekslocatie: niet als een abstract beleid, maar als een beleefbaar systeem waarvan de ecologische samenhang centraal staat.
Projectontwikkeling in de haven Oostenoever in Oostende, West-Vlaanderen
Eerstelijnsbebouwing op de zeedijk De haan
Deze fotoreeks, gemaakt tijdens de zeiltocht, legt de wisselwerking vast tussen menselijke ingrepen en het natuurlijke kustsysteem. Ze laten zien hoe bebouwing, infrastructuur en industrie de ruimtelijke structuur van het landschap vormgeven. Ik zag hoe havens met een sterk industrieel karakter en woonkernen zich tussen de overblijvende
duinengordels hebben genesteld. Ook de landbouwpercelen verraden nog steeds de invloed van de getijdendynamiek in hun microreliëf. Natuur is er nog, maar slechts in versnipperde vorm. De zeereep, ooit een robuuste duinengordel, is sterk aangetast. De beelden maken duidelijk hoe mens en natuur langs de kust voortdurend met elkaar in dialoog blijven.
Verstedelijking in het kustgebied
Bron: Geopunt + eigen bewerking
Deze tweede reeks foto’s richt zich op het gebruik van de Vlaamse kust als recreatieruimte. Deze foto’s zijn genomen tijdens de zeiltocht, maar ook tijdens mijn wandelingen op het land. Ze laten zien hoe stranden, duinen en routes intensief
worden benut door wandelaars, zwemmers en andere recreanten. Natuurgebieden zoals het Zwin, laten zien hoe recreatie en natuur elkaar aanvullen wanneer ruimtelijke planning en beheer door de mens bepaald hand in hand gaan.
Primaire zeewering
Bresekes, Zeeuws-Vlaanderen
[INTERNATIONALE URGENTIE] Vlaanderen draagt niet alleen een lokale en nationale verantwoordelijkheid voor het behoud en het beschermen van de ecologische waarden, maar is ook wettelijk gebonden aan internationale natuurbeschermingsverplichtingen, zoals de Ramsarconventie en Natura2000. Ook maakt de Vlaamse kust deel uit van een groter Noordzeelandschap, de rand van de Noordzee, een macro-ecosysteem die zich uitstrekt van de Franse Opaalkust tot de Nederlandse Delta. We moeten dus niet alleen lokaal ecologisch herstel realiseren, maar ook onze rol opnemen in het behoud en herstel van een veel groter internationaal macro-ecosysteem.
De Noordzee
Verdeling van de Noorzee
Het Belgische deel
Beleidsmatig: het Belgische deel van de Noorzee
Het Belgisch deel van de Noordzee (3457 km²) neemt slechts een klein deel van de volledige Noordzee (575.000 km²) in, maar toch is het een zeer divers gebied op vlak van biodiversiteit. De Vlaamse zeereep vormt in dit geheel een onmisbare kraamkamer
Ecologisch: het Belgische deel van de Noorzee voor trekvogels, vissen en andere soorten die migreren tussen Noord-Europa en Afrika. De zeereep, bestaande uit delen van Noord-Frankrijk, West-Vlaanderen en ZeeuwsVlaanderen, verbindt de Atlantische oceaan aan de delta van de Schelde en de Maas.
Migratieroutes en doelsoorten Op Europese schaal
Verstedelijking van de kustgebieden Vermindering van kraamkamers
Verstedelijking
Verstedelijking van Vlaanderen
Bron: Geopunt
Door toenemende inpoldering en infrastructuur verdwenen deze waardevolle kusthabitats in de zeereep bijna volledig. Vooral slikken en schorren zijn hierdoor sterk in oppervlakte afgenomen. Slikken zijn modderen slibplaten die bij vloed onder water staan, terwijl schorren hoger liggen en zoutminnende planten zoals zeeaster en lamsoor herbergen.
Deze ecosystemen van het estuarium bieden essentiële kraamkamers en migratieroutes voor soorten als fint, houting, dwergstern. Ook zijn slikken en schorren belangrijke rust- en foerageerplekken voor bedreigde trekvogels zoals de strandplevier en de rosse grutto.
Op de kaarten hiernaast is zichtbaar hoe de kust door de jaren heen in toenemende mate rood kleurt, wat wijst op uitbreiding van bebouwing en infrastructuur. Deze trend benadrukt de kwetsbaarheid van de resterende natuur.
01 Hamford water, Essex UK
Bron: Google Earth, 2025
02 Schelde estuarium, Westerschelde NL
Bron: Edwin Paree, 2023
Verloren estuaria (rood)
Vermindering van kraamkamers
[URGENTIE] De huidige natuurpolitiek in Vlaanderen richt zich voornamelijk op soorten en habitats die weinig tot geen directe relatie hebben met het kustgebied. Omdat Vlaanderen sterk heeft ingezet op deze andere doelsoorten, zijn de typische kustsoorten en hun leefgebieden steeds meer verdrongen en in de verdrukking geraakt. Maar juist de kustecosystemen, een samenspel van zout- en brakwaterzones, duincomplexen, schorren, slikken en natte graslanden, hebben een uitzonderlijke ecologische waarde die andere doelsoorten aantrekken. Denk aan weidevogels zoals de velduil of de veldleeuwerik, en aan habitats zoals poldergraslanden en perceelsrandbegroeiingen met gemengde houtkanten.
Regionaal uitgestorven
Ernstig bedreigd
Bedreigd Kwetsbaar
Bijna in gevaar
Niet in gevaar Geen data
Bedreigde soorten in Vlaanderen
Bron: Natuurrapport 2020, Vlaanderen + eigen bewerking
Soorten zoals blaaswier en zeekraal zijn typische indicatoren van deze kusthabitats. Hun afnemende aanwezigheid wijst erop dat de kustecosystemen, de zones waarin deze soorten gedijen, steeds verder onder druk komen te staan. Oorzaken hiervoor zijn onder andere de klimaatverandering waardoor het zoutgehalte in het zeewater toeneemt en de watertemperatuurs stijgt.
Ook de strandsuppleties en baggerwerkzaamheden zijn oorzaken voor het verdwijnen van de kustecosystemen. Zoals de tabel hierboven laat zien is 7% van de soorten in Vlaanderen regionaal uitgestorven. 28% is [ernstig] bedreigd of kwetsbaar. Hun populaties zijn de afgelopen decennia sterk achteruitgegaan. Het overzicht hiernaast toont een aantal van de kustdoelsoorten en hun specifieke habitatbehoefte.
blaaswier
Fucus vesiculosus
Intergetijdenzone van rotsige en vaste kusten. Zoute, voedselrijke wateren.
bot
Platichthys flesus
Ondiepe, zandige tot slikkige kust- en estuariene gebieden.
bruinwier Phaeophyceae
Dynamische kusthabitats op harde substraten zoals stenen, palen en dijken.
garnaal Crangon crangon
Ondiepe, zanderige of slibrijke zeebodems met matige stroming.
haring Clupea harengus
Koel, zout tot brak water. Trekt in paaitijd naar zoetwaterrivieren.
helmgras
Ammophila arenaria
Droge, zanderige duinen waar het zand kan vastzetten.
zeekreeft Homarus gammarus
Rotsige of steenachtige zeebodems met schuilplaatsen zoals kieren.
zeealsem Artemisia maritima
Zilte, goed gedraineerde zand- of kleigronden in de kustduinen en slikken.
kabeljauw
Gadus morhua
Koel, zout water op zandof grindbodems, vaak op matige dieptes.
klein zeegras
Zostera noltei
Ondiepe, slibrijke of zanderige modderbodems van getijdenzones.
knotwilgwier
Fucus vesiculosus
Rotsachtige substraten in intergetijdenzone, blootgesteld aan getijdenwisselingen.
mossel
Mytilus edulis
Harde of stenige ondergronden in getijdengebieden.
oester
Ostrea edulis
Harde bodems in beschutte, zoute tot brakwatergebieden met matige stroming.
parnassia
Parnassia palustris
Vochtige, kalkrijke zand- of veengronden in duinvalleien en natte graslanden.
pijlinktvis
Loligo vulgaris
Ondiepe, zanderige of modderige zeebodems van de kustzone.
zeekraal
Salicornia europaea
Zilte, natte slikken en modderige schorren in de getijdenzone.
Dit beeld, geïnspireerd op de Waddenzee [UNESCOWerelderfgoed sinds 2009], schetst een toekomstscenario waarin de Vlaamse zeereep zich herstelt tot een veerkrachtig en biodivers landschap dat niet alleen bescherming biedt, maar ook fungeert als kraamkamer voor eerder beschreven kustdoelsoorten.
Sam Provoost
Landschapsecoloog
INBO – Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek
Natuurbeheer, vegetatiekartering, landschapsecologie
Sam Provoost voert al meer dan 25 jaar ecologisch onderzoek en beleidsvoorbereidend werk uit voor natuurbehoud aan de Belgische kust. Zijn focus ligt op de landschapsen vegetatiedynamiek in de duinen, waarbij hij een landschapsecologische benadering hanteert die fysische en biotische processen integreert.
“De kustpolder is een fossiel systeem, we houden al eeuwen het water tegen dat ons nu net zou kunnen redden.”
Het gesprek met Sam Provoost bracht een hele belangrijke ecologische laag in mijn denken. Hij confronteerde mij met het feit dat de kustpolders geen tijdloos gegeven zijn, maar een fossiel systeem: al duizend jaar losgekoppeld van zee en grotendeels onttrokken aan natuurlijke processen als sedimentatie en vernatting. Zijn inzichten in het bestaan van ondergrondse veenlagen [relicten van vroegere natte kustlandschappen] lieten mij beseffen dat niet elke plek geschikt is voor verzilting of inundatie, en dat een dynamisch kustbeleid
ook moet kijken naar waar verzoeting nog mogelijk is. Hij ziet de kustpolders niet enkel als laaggelegen gebied, maar als een systeem met geschiedenis én potentieel: waar vernatting, natuurlijke veenvorming of ecologische transitie opnieuw een plek kunnen krijgen, mits een zorgvuldige, lokale afweging. Dit heeft mijn ontwerpbenadering verrijkt: niet alle natuur is zilte natuur, en niet elke vorm van vooruitgang ligt in grootschalige ingrepen, maar vaak juist in het herkennen van wat er al ligt.
[ANALYSE] Om de problematiek van het huidige kustlandschap te begrijpen, is het essentieel terug te gaan in de tijd. Want de Vlaamse kust is niet statisch, maar het resultaat van eeuwenlange interactie tussen natuurlijke processen en menselijke ingrepen. Wat vandaag gezien wordt als een recreatieve zone met zeedijken en vakantieverblijven, was ooit een dynamisch landschap van schorren, slikken, duinengordels en getijdengeulen.
[Vroege Middeleeuwen 500–1000] De naam Vlaanderen vindt zijn oorsprong in de etymologische betekenis “overstroomd land”. In de vroege Middeleeuwen ontwikkeld het land van wad tot opgeslibde kustvlakte. In de vroege middeleeuwen was de Vlaamse kust nog een grotendeels natuurlijk getijdenlandschap. Uitgestrekte slikken en schorren, doorsneden door kreken en riviermondingen, overstroomden regelmatig met het getij. Het gebied was dynamisch en veranderde voortdurend door stormvloeden en de werking van de zee. Bewoning was beperkt en concentreerde zich op hoger gelegen ruggen en duinen, die enigszins bescherming boden tegen het water. De bewoners leefden voornamelijk van visserij, zoutwinning en kleinschalige landbouw. Toch werden de eerste stappen gezet naar landwinning: eenvoudige dijken en terpen [woonheuvels] boden bescherming en maakten gebruik van de vruchtbare slibgronden mogelijk.
Noordzeezanbank
500-1000 Vroege Middeleeuwen
Dynamisch Noordzeelandschap
Ondiepe vooroever Duinen
Slikken en schorren Natuurlijke dynamiek
Duinbos
Dynamiek van de zee
Duinen
Getijdennatuur
Inpoldering
500-1000 Vroege Middeleeuwen
Dynamisch getijdelandschap
1000-1300 Middeleeuwen
Een half ingepolderd getijdenlandschap
Getijdennatuur
Duinen Inpoldering
Nederzettingen
1000-1300 Middeleeuwen
Een half ingepolderd getijdenlandschap
[Hoge Middeleeuwen 1000-1300] Vanaf de hoge Middeleeuwen nam de bevolking toe en werd het kustlandschap steeds intensiever benut. Er volgde een periode van grootschalige inpolderingen en dijkbouw. Door samenwerkende gemeenschappen en abdijen werden nieuwe landbouwgronden ontgonnen uit de slikken en schorren. Het netwerk van dijken en afwateringskanalen groeide,
Inpoldering en ontwatering
waardoor het landschap meer en meer een door de mens ingericht cultuurlandschap werd. In deze periode ontstonden dorpen in de kustvlakte, vaak gelegen op terpen.
Het gebied bleef kwetsbaar, maar met andere bedreigingen zoals verzilting en stormvloeden. Het kustlandschap werd een spanningsveld tussen mens en natuur, tevens ook het hedendaagse spanningsveld.
Allerheiligenvloed
Bron: Hans Moser, 1570
[Late Middeleeuwen 13001500] In de late Middeleeuwen zette de inpoldering zich verder door en werd het landschap steeds strakker geordend. Het getijdenkarakter van grote delen van de kustvlakte verdween: waar eens slikken en schorren lagen, kwamen akkers, weiden en dorpen. Oude kreken werden vaak omgevormd tot sloten en afwateringskanalen, wat het landschap zijn kenmerkende
verkavelingspatroon gaf. Ook de IJzer werd omgevormd van getijdenrivier tot kanaal. Stormvloeden bleven een bedreiging. Zoals de Allerheiligenvloed in 1570, die ook in Vlaanderen stukken land overstroomde en nederzettingen verwoestte. Na elke overstroming volgden echter herstel en nieuwe inpolderingen, waardoor de mens steeds meer controle kreeg over het kustlandschap.
Ingrepen in het landschap Dynamiek van de zee neemt af
Getijdennatuur
Inpoldering
1300-1500 Late Middeleeuwen Getijdenlandschap
Wat in de vroege middeleeuwen begon met kleine dijken en nederzettingen, groeide na eeuwen van inpoldering en herbedijking uit tot het strak verkavelde polderlandschap dat zichtbaar is op de Ferrariskaarten van 1777. Het dynamische getijdengebied was intussen verdwenen en vervangen door een zorgvuldig ingericht cultuurlandschap van polders, dijken, afwateringssloten en akkers, waarvan de structuur nog steeds herkenbaar is in het achterland van de Vlaamse kust. Op dit fragment van de Ferrariskaart [ca. 1770] verschijnt Oostende als vestingstad aan zee, geflankeerd door duinen, polderakkers en weiden, met langs de kust Bredene en Mariakerke en landinwaarts bossen, kreken en dorpen als Stene, Zandvoorde en Gistel. Dijken, dreven en waterlopen geven ritme aan het open agrarische landschap.
Het kursaal in Oostende, 1890
Bron: Het verlangen naar zee
Strandcabines van Blankenbergen, 1890
Bron: Het verlangen naar zee
[19de-20ste eeuw] Met de industrialisering ontstond in de 19de eeuw een nieuw hoofdstuk in de Vlaamse kustgeschiedenis: het kusttoerisme. Waar de kustvlakte eeuwenlang vooral een strijdtoneel was tussen mens en zee, werd zij nu ontdekt als plek van ontspanning en vermaak. Badplaatsen zoals Oostende groeiden uit tot trekpleisters voor de elite, met luxe hotels, casino’s en wandelpromenades langs het strand. Tegelijk vluctten
stedelingen weg uit de uitdijende steden en zochten in de kust de nabijheid van de open ruimte. In de 20ste eeuw verbreedde dit toerisme naar de middenklasse, dankzij de uitbouw van de kusttram. De kust werd zo een toeristisch landschap, met een nieuwe economische en culturele betekenis en druk op het kustecosysteem: bebouwing, massatoerisme en infrastructuur veranderden het natuurlijke duinen strandlandschap ingrijpend.
Waar de Ferrariskaarten van 1777 nog een sterk agrarisch kustlandschap laten zien, is dat al in de 20ste eeuw grotendeels vervangen door een verstedelijkte gordel langs zee. In de loop van de 20ste eeuw zette de verstedelijking zich in versneld tempo door. De kuststrook verstedelijkte bijna aaneengesloten, met een lint van appartementen, hotels en infrastructuur. Na oorlogse activiteiten, havenuitbreidingen en wegenbouw legden extra druk op het landschap.
Tegelijkertijd verdwenen steeds meer natuurlijke overgangen tussen duin, polder en strand door bebouwing en recreatief gebruik. Waar de Noordzee ooit haar dynamiek tot diep in het binnenland uitoefende, raakte het landschap stukje bij beetje gefragmenteerd en gefixeerd. Vanuit landschappelijk perspectief drijven we steeds verder af van het oorspronkelijke kustlandschap. Vandaag, in 2025, is de Vlaamse kust één van de meest verstedelijkte kustzones van Europa.
Verstedelijking van Nieuwpoort-Bad, 1945-2025
Bron: De zomer van de vrijheid, 2021 + eigen bewerking
De bovenste luchtfotos van Oostende uit 1945 toont een stad die toen nog duidelijk ingebed lag in een landschap van polders, duinen en open ruimte. De bebouwing concentreerde zich rond de historische kern en de haven, terwijl de zeedijk en zijn omgeving nog relatief landelijk en open bleef. Vandaag oogt het beeld totaal anders. De stad is sterk uitgebreid, met een haast ononderbroken lint van appartementen en infrastructuur langs de kustlijn.
Deze vergelijking illustreert hoe snel de verstedelijking aan de Vlaamse kust is toegenomen in minder dan een eeuw. Waar
Nieuwpoort-Bad ooit een bescheiden vestiging was in het Noorzeelandschap, is het vandaag uitgegroeid tot een stad die bijna volledig ín de kuststrook is opgenomen.
Deze vergelijking is representatief voor de hele kustlijn. Langs de Vlaamse kust liggen, van west naar oost, de badsteden De Panne, Koksijde, Oostduinkerke, Westende, Middelkerke en Oostende. Verder oostwaarts volgen Bredene, De Haan en Blankenberge, waarna Zeebrugge en Knokke-Heist het rijtje afsluiten. Van west naar oost krijgt de kust daarbij een steeds meer gesloten en bebouwd karakter. De beleving van het Noordzeelandschap en het stedelijk karkater wordt een kloof die doorheen de jaren alsmaar groter wordt.
Muur van bebouwing op de zeedijk en achterliggende vakantiecampings.
Middelkerke en Westende
Door zeespiegelstijging verkleint het spuivenster tijdens piekafvoeren
Bij langere perioden van droogte
Zeespiegelstijging doet fossiel zout grondwater verder opkwellen
Grondwater
Zoetwater nodig om polders door te spoelen
Onttrekking zoet grondwater uit hoger gelegen zandgronden
21e eeuw
Onzichtbare landschappelijke problematiek
21e eeuw
Gefixeerd landschap
Getijdennatuur
Duinen Inpoldering
Prof. Dr. Soetkin Vervust
Assistent-professor landschapsecologie
Vrije Universiteit Brussel (VUB)
Klimaatadaptatie, landschapsecologie, ruimtelijke planning
Soetkin Vervust is verbonden aan de VUB en doet onderzoek naar de ecologische en ruimtelijke impact van klimaatverandering. Ze werkt rond de ontwikkeling van klimaatbestendige landschappen en natuurverbindingen. Haar expertise situeert zich op het kruispunt van ecologie, beleid en ontwerp, ze is medeonderzoeker binnen het Testerep-project, dat de toekomst van de Vlaamse kust onderzoekt door het verleden te presenteren.
“Terug naar een robuuster, adaptiever kustlandschap, zoals dat ook in het verleden bestond.”
Het gesprek met Prof. Dr. Soetkin Vervust bracht een historische en geomorfologische diepgang in mijn project. Haar toelichting op het ‘Testerep-project’ [dat de kustontwikkeling van de afgelopen 5000 jaar reconstrueert] maakte voor mij nog maar eens duidelijk hoe dynamisch en veranderlijk de Vlaamse kust altijd is geweest. Door haar uitleg over fossiele geulen, natuurlijke estuaria en openingen in de oude kustlijn begon ik mijn ontwerp niet langer te zien als een breuk met het verleden, maar juist
als een voortzetting ervan. De Testereppresentatie bood me bovendien argumentatie voor het creëren van openingen in de kustlijn, zoals ik dat voorstel in mijn project. Ze liet zien dat deze geulen in het verleden al bestonden en functioneerden binnen een dynamisch systeem van eb, vloed en sedimenttransport. Zij pleit dat het loslaten van delen van de kust geen radicale breuk is, maar een stap terug naar een robuuster, adaptiever kustlandschap, zoals dat ook in het verleden bestond.
[HET GEVOLG] Het Vlaamse landschap is in de loop der decennia door deze menselijke ingrepen sterk versnipperd geraakt. Door verregaande verstedelijking, grootschalige infrastructuurontwikkeling en intensief ruimtegebruik zijn natuurlijke systemen uit elkaar gerukt en gefragmenteerd. Hierdoor functioneert het landschap niet langer als één samenhangend macro-ecosysteem, maar als een gefragmenteerd ecosysteem.
< 1 1 tot 10 10 tot 100 100 tot 1000 > 1000
Versnipperingsgraad van natuur
Bron: Natuurrapport 2020 + eigen bewerking
Zoetwater en estuarium
Bos en open natuur
Agro ecosysteem
Stedelijk- en bebouwd gebied
Die gefragmenteerde ecosystemen belemmeren de groei van biodiversiteit en vergroten de kwetsbaarheid van deze ecosystemen door de klimaatverandering. De nog overgebleven kustecosystemen zie ik niet als restzones natuur, maar als systemen die cruciaal zijn voor biodiversiteit en de stabiliteit van het kustlandschap èn het binnenland. De kracht van de kustnatuur ligt niet in de afzonderlijke elementen, maar juist in hun samenhang en dynamiek.
De tabel hiernaast toont dat de versnipperingsgraad van de natuur in Vlaanderen zeer hoog is. Bijna 90% van de natuurclusters is kleiner dan 1 ha en 27% van de totale oppervlakte natuur is verdeeld over gebiedjes die kleiner zijn dan 10 ha.
De tabel hieronder toont dat de toename van stedelijken bebouwd gebied en de afname van landbouw de voornaamste redenen voor landgebruiksveranderingen zijn in het Vlaamse landschap. Zoals ook eerder besproken.
Landgebruiksverandering
Bron: Natuurrapport 2020 + eigen bewerking
Zeegrasvelden
Duinen
Zandbanken
Stranden
Slikken
Zeebodem
Zilte graslanden
Schorren
Duinstruweel
Ooit al een macro-ecosysteem
> Samen sterk
Duinen
Stranden
Zandbanken
Nu een gefragmenteerd ecosysteem
> Apart zwak
Graslanden
Economisch systeem
Recreatie
[Zee]visserij Waterveiligheid
Ruimtelijk systeem
Overgangen
Natuurlijke barrières
Leesbaar landschap
Geen restzones, maar macro-ecosyteem
Concept voor overgebleven kustecosystemen
Die kracht schuilt vooral in de gradiënten: de subtiele overgangen tussen droog en nat, zout en zoet, zand en klei. Het zijn net deze overgangszones zoals duinen, moerassen, schorren, slikken en natte graslanden, die een uitzonderlijke ecologische rijkdom herbergen en waarin natuurlijke processen elkaar versterken. Door meer natuur te maken, versterken we deze dynamiek en vergroten we de veerkracht van het landschap
Ecologisch systeem
Veerkracht
Aaneengesloten landschap
Habitatcreatie
Fysisch systeem
Sediment uitwisseling
Buffering zeegolven
Robuut kustfundament
De toekomst als dynamisch landschap
> Samen weer sterk
als geheel. De kaarten op de volgende bladzijden tonen duidelijk hoe de kuststrook steeds minder donker blauw, geel en oranje kleurt: steden, dorpen en infrastructuur nemen een groot deel van het vroegere kusten polderlandschap in. Dit legt enorme druk op de resterende natuurgebieden [zoals duinen, schorren en slikken] die vaak versnipperd en geïsoleerd zijn geraakt, zoals is te zien op de grote kaart.
Versnipperd door de mens
Verdwenen natuurlijk gradiënt
Erkend als biologisch waardevol, maar door beheer gefixeerd in plaats van dynamisch
Versnippering van de kustnatuur
Bron: Geopunt + eigen bewerking
Water
Strand
Kustduinen
Heide
Getijdennatuur
Bos
Grasland
Akker
Ander
1873
1969
2025
Evolutie landgebruik
Bron: INBO Vlaanderen en Geopunt + eigen bewerking 1777
Toon Verwaest
Kust-ingenieur
Waterbouwkundig laboratorium, Vlaamse Overheid
Kustbescherming, erosiebestrijding, stormimpact, geïntegreerd kustbeheer
Toon Verwaest werkt sinds 2005 als kustingenieur bij het Waterbouwkundig Laboratorium. Hij is betrokken bij de technische en beleidsmatige aspecten van kustveiligheid en erosiebestrijding. Zijn werk draagt bij aan duurzame langetermijnstrategieën voor de Vlaamse kustzone.
“Een geïntegreerde aanpak is essentieel om de zeespiegelstijging ook in de toekomst aan te kunnen.”
Toon Verwaest benadrukt aan mij nog eens de complexe dynamiek van de Vlaamse kust, waarbij natuurlijke zandaanvoer vanuit zee zorgt voor een zekere veerkracht tegen zeespiegelstijging. Tegelijkertijd geeft hij aan dat de precieze werking van deze processen onder versnelde stijging onduidelijk blijft, wat onzekerheid creëert voor toekomstig kustbeheer. Zijn uitleg over de mogelijke effecten van harde infrastructuren als zandvangers liet mij inzien dat lokale oplossingen onbedoeld elders erosie kunnen
veroorzaken, wat dus vraagt om een geïntegreerde en langetermijnvisie. Hij geeft aan dat het opgeven van land aan de kust op korte termijn maatschappelijk ongewenst is, maar op zeer lange termijn wellicht onvermijdelijk. Hiermee leerde ik ook het belang van een systemische aanpak, die rekening houdt met zowel natuurkundige als maatschappelijke aspecten. Dit vraagt volgens hem om een lange termijn benadering waarbij land opgeven mogelijk blijft, maar dan pas na vele generaties.
[PROBLEEMSTELLING] Er is binnen de huidige Vlaamse Kustvisie geen ruimte voor de terugkeer van het kustlandschap als een samenhangend ecosysteem. Dit komt omdat het beleid zich vrijwel uitsluitend richt op technische ingrepen en lineaire bescherming tegen het water, met als uitgangspunt het behoud van bestaande infrastructuren en bebouwing.
Ecologische processen zoals sedimentatie, verzilting, getijdenwerking en interacties tussen flora en fauna worden hierbij nauwelijks in rekening gebracht. Dit resulteert in een statisch en gefragmenteerd kustsysteem. In tegenstelling tot harde infrastructuur kunnen kustecosystemen wel meegroeien met de stijgende zeespiegel, bufferen ze stormvloeden, slaan ze koolstof op en herbergen ze een rijke biodiversiteit.
Zeewaartse kustvisie
Huidige beleid
kustlandschap 2100 December 2014
De mens heeft het kustlandschap dus vooral gezien als een beschermingslinie en recreatieruimte, waarbij de natuurlijke functies en mogelijkheden voor spontane natuurontwikkeling grotendeels zijn verdrongen of verdwenen.
De Vlaamse kustlijn is een harde, gefixeerde grens geworden die koste wat het kost wordt bewaakt en beschermd.
[MIJN VISIE] De huidige Vlaamse Kustvisie probeert het kustlandschap dus te fixeren, het wordt benaderd als een grens die koste wat het kost beschermd moet worden tegen de zee. Maar het kustlandschap is van nature geen grens, het is een dynamische overgangszone, gevormd door een samenspel van zowel landinwaartseals zeewaartse processen. Juist die voortdurende veranderingen van getijden, sedimentatie, verzilting en de wisselwerking tussen zoet en zout, vormen voor mij de essentie en de kracht van het Vlaamse kustlandschap.
Mijn visie vertrekt daarom vanuit een noodzakelijke aanvulling op de bestaande, zeewaartse benadering van het Vlaamse kustbeleid. Waar nu vooral wordt ingezet op technische ingrepen aan zeezijde, pleit ik voor een landinwaarts gerichte benadering waarin de natuurlijke dynamiek opnieuw een sturende rol krijgt in het landschapsontwerp. Hierbij is het belangrijk te erkennen dat kustverdediging noodzakelijk blijft om mensen, infrastructuur en economische
activiteiten te beschermen. Mijn visie sluit daarom harde infrastructuur niet uit, maar pleit voor een combinatie waarbij natuurlijke systemen zoveel mogelijk ruimte krijgen om mee te groeien binnen de visie. Kustverdediging én natuurontwikkeling vereisen in mijn visie dus een geïntegreerde benadering, waarbij zeewaartse maatregelen [zoals zandsuppleties] en landinwaartse ingrepen [zoals estuaria en brakwaterzones] samen functioneren.
Verbinding land en zee
Dynamische kustlijn
Ecologische verbindingen over land
Ruimte voor de ontwikkeling van getijdennatuur
Uitbreiding stranden en vooroevers volgens de Kustvisie
Bestaande natuur beschermen, beheren en versterken.
Bestaande getijdennatuur
Droge duinbossen & duinen
Grasland
Hoogstrand, laagstrand, vooroever en zandbank
Visie Vlaamse kust
Masterplan
Bron: Ugentmemorialis
Prof. Dr. Dries Bonte
Hoofddocent ecologie
Universiteit Gent - Vakgroep Biologie
Biodiversiteit, terrestrische ecologie en kustbescherming en -ecosystemen.
Dries Bonte is hoofddocent ecologie en verbonden aan BLUEGent en Marine@ UGent. Hij onderzoekt ecologische processen in kust- en landecosystemen, met aandacht voor biodiversiteit en verstoringsdynamiek. Zijn werk combineert fundamenteel onderzoek met toepassingen voor natuurbeheer.
“Op lange termijn zullen we niet anders kunnen dan keuzes maken: bepaalde zones opgeven en andere bewust behouden.”
Het interview met Dries Bonte hielp mij om mijn projectvisie niet alleen ecologisch te verdiepen, maar ook historisch en ruimtelijk te positioneren. Zijn toelichting op compartimentering als strategie om met zeespiegelstijging om te gaan, bevestigde mijn idee dat een selectieve terugtrekking uit bepaalde zones realistisch én noodzakelijk is. Bonte daagde mij uit om mijn voorstel te toetsen aan actuele sedimentdynamiek en erosiepatronen. Zijn verwijzing naar de Romeinse kustlijn als ‘baseline’ bood hierin een nieuw ankerpunt
voor het denken over lanschapsontwikkeling op langertermijn. Verder zette hij me aan het denken over de schaal van mijn project: hij wees erop dat ‘gaten’ in de kustlijn op kleine schaal niet werken door versterkte erosie, en pleitte voor grotere eenheden in een grensoverschrijdend perspectief. Ook zijn uitleg over zelforganiserende habitattypes (zoals schorren en slikken) en hun rol in ‘naturebased solutions’ gaf mij handvatten om mijn ontwerp ecologisch robuuster te maken, ook met oog op de toekomst.
[SAMENKOMENDE BELANGEN] Deze bredere benadering van het kustlandschap vraagt om een heroverweging van maatschappelijke belangen zoals landbouw, infrastructuur en ruimtegebruik. Niet door het land af te geven aan de zee, maar door het slim mee te laten bewegen met veranderende omstandigheden: koppelkansen. Koppelkansen zijn kansen om verschillende maatschappelijke, ecologische en ruimtelijke opgaven met elkaar te verbinden. In plaats van één probleem op te lossen met één maatregel, zoek je naar ingrepen die meerdere doelen tegelijk dienen. Daartoe onderzoek ik welke ecologische processen, landschappelijke gradiënten en overgangszones historisch aanwezig waren en vandaag nog functioneren of opnieuw geactiveerd kunnen worden in functie van het herstel van de natuurwaarde.
Door de kust niet langer als een harde grens te benaderen, maar als een brede overgangszone die diep landinwaarts reikt, ontstaan koppelkansen: ruimtelijke en ecologische verbindingen die verder gaan dan enkel natuurontwikkeling, zogenoemde ‘koppelkansen’. Denk aan brakwaterzones die landbouwgrond beschermen
tegen verzilting, schorren die stormvloeden bufferen of duinvalleien die bijdragen aan de drinkwatervoorziening. Kortom, kustlandschappen vormen een adaptieve, toekomstbestendige vorm van bescherming, die tegelijk ecologische, economische en maatschappelijke waarde genereert.
Thomas Crowther - ecoloog
“Het idee leeft dat een keuze voor de natuur ten koste gaat van de mens. Alsof we moeten kiezen: natuur of de economie. Maar dat is een hardnekkig misverstand.”
Erosie
Sedimentatie
Laag - hoog
Strekdammen aan de haven
Koppelkans sedimentatie en erosie
Bron: Geopunt + eigen bewerking
Deze koppelkanskaart toont de dynamiek van sedimentatie en erosie langs de kust. Een estuarium of natuurlijke riviermonding gekoppeld aan dit systeem zal de stroming van de zee beïnvloeden. Aangevoerd zand en slib uit de Noordzee en uit de IJzer hopen zich op in oevers en langs de zandbanken, waardoor erosie wordt afgeremd. Door de natuurlijke getijstroming rond de nieuwe monding van de IJzer ontstaat een natuurlijk evenwicht, zonder afhankelijkheid van kunstmatige zandsuppleties op deze plek. Zo worden zand en zeewater ingezet als bondgenoten. Het estuarium versterkt bovendien de groenblauwe kustbuffer: duinen, kwelders en zandplaten groeien mee met de zeespiegel en bieden tegelijk bescherming, ecologische meerwaarde.
Poelgrondpolders, laagtes in het maaiveld
Interne verzilting <1m onder maaiveld
Externe verzilting via havens
Zoetwaterbel in hogere zandgronden
Deze koppelkanskaart toont de meest urgente locaties waar verzilting in de kustpolder optreedt door de grondwaterdruk. Dit wordt niet als een probleem maar als een kans gezien: door bepaalde plekken gecontroleerd te laten verzilten ontstaan waardevolle zoet-zoutgradiënten, de basis van een estuarium. De verzilting wordt bewust gestimuleerd door ook zeewater toe te laten op het land. Deze natuurlijke overgangen creëren ruimte voor specifieke vegetaties, die op hun beurt weer specifieke vis- en vogelsoorten aantrekken. Brakwaterzones functioneren zoals ecologische transitiegebieden. Door verzilting toe te laten waar het kan, sparen we bovendien zoet water uit dat elders kan worden ingezet. Op die manier ontstaat een onzichtbare grens tussen zout en zoet water, die de veerkracht en ecologische rijkdom van het kustlandschap versterkt. 0 5km N
Industrie
Vakantiepark
Verstedelijking
Akkerland
Grasland
Natuurgebieden
Parochie
Fort langs de IJzer
Relict WOI
Koppelkans landgebruik
Bron: Geopunt + eigen bewerking
Deze koppelkanskaart illustreert hoe een estuarium nieuwe kansen voor landgebruik creëert. In plaats van louter gras- en akkerland ontstaan mogelijkheden voor verbinding, zilte teelten, aquacultuur en natuurontwikkeling, die op hun beurt de beleving en economische sector versterken. Zo groeit er een recreatief en ecologisch netwerk tussen kust en binnenland, waarin kwelders, wetlands en natuurgebieden bijdragen aan biodiversiteit, ruimtelijke kwaliteit en weerbaarheid tegen droogte en verzilting. De cultuurhistorische laag [forten en relicten uit WO I] blijft behouden en krijgt betekenis in dit nieuwe dynamische landschap. Het spanningsveld tussen verleden en toekomst toont dat landschap geen vast gegeven is, maar een systeem in constante verandering.
Overstromingsgebied
Hoofd- en secundaire waterloop
Dijken
Zoutwaterkanaal
Pompgemaal
Gravitair lossen zoet water in Noordzee
Koppelkans oppervlaktewater
Bron: Geopunt + eigen bewerking
Deze koppelkanskaart toont hoe het beheer van oppervlaktewater vandaag de dag werkt. In de toekomst fungeert het getijdenlandschap als een natuurlijk overstromingsbekken voor zowel zout als zoet water. Waar piekafvoeren bij hevige regenval gecontroleerd naar zee worden geleid, kan dit voortaan ook naar het nieuwe estuarium. Dankzij het getij werkt het estuarium als een natuurlijk systeem: water wordt 2x per dag in- en uitgelaten [op basis van eb en vloed]. Door het systeem als een natuurlijk systeem te beschouwen verkleinen we de afhankelijkheid van louter technische ingrepen zoals dijken en sluizen, en ontstaat ruimte voor adaptief waterbeheer waarin veiligheid, veerkracht en natuurlijke dynamiek elkaar beïnvloeden.
Bron: Deltares
Expert kunst- en estuaria beheer
Deltares
Overstromingen, zeespiegelstijging, toekomstbestendige infrastructuur
Marcel Taal is senior adviseur bij Deltares en gespecialiseerd in het beheer van kusten en estuaria. Hij werkt aan strategieën voor klimaatadaptatie, met aandacht voor de combinatie van veiligheid en ruimtelijke kwaliteit. Zijn werk richt zich op de wisselwerking tussen natuurlijke processen en infrastructuurontwikkeling in kwetsbare kustgebieden.
“Ruimte geven aan water en zand is geen verlies, maar vooruitdenken.”
Marcel Taal hielp mij om de implicaties van sedimentbalansen en zandbehoeftes op lange termijn scherper te begrijpen, onder andere via de rapporten over de zandige kust en sedimentbudgetten, waarin duidelijk wordt dat handhaven van een vaste kustlijn grootschalige interventies vereist. Dit zette me ertoe aan om niet enkel te denken in termen van behoud, maar ook van gecontroleerde aanpassing. Zijn referentie naar ‘ruimte voor dynamiek binnen systeemgrenzen’ heeft me bovendien
geholpen om mijn visie op compartimentering concreter te maken: als strategie waarbij delen van het kustsysteem gecontroleerd meebewegen met natuurlijke processen, terwijl andere zones actief worden beschermd. Zijn ervaring in het Scheldeestuarium en zijn rol in strategische projecten zoals het Nationaal Waterplan en het kustbeheerprogramma boden mij een kader om het Vlaamse kustvraagstuk niet louter technisch, maar ook beleidsmatig te benaderen.
Wim van Isacken
Projectleider gebiedsontwikkeling Vlaamse Landmaatschappij
Landinrichting, plattelandsontwikkeling, projectcoördinatie
Wim van Isacker leidt projecten bij de Vlaamse Landmaatschappij met een focus op integrale gebiedsontwikkeling. Hij begeleidt processen waarin landbouw, natuur en ruimtelijke ordening samenkomen. Zijn ervaring strekt zich uit over zowel strategisch ontwerp als lokale uitvoering.
“Het probleem is niet dat we niet weten wat moet gebeuren, het is dat we er maatschappelijk nog niet klaar voor zijn.”
Het gesprek zette mij aan het denken over de implicaties van het huidige, niet-dynamische kustbeleid, en over hoe dit beleid mogelijk botst met toekomstige noden zoals verzilting, zoetwatervoorziening en klimaatadaptief landgebruik. Mede door hem heb ik het belang van water als sturende factor in gebiedsontwikkeling scherp gesteld in mijn visie. Zijn nadruk op de verhoogde vastgoedwaarde van land en de politieke en maatschappelijke onwil om land op te
geven, onderstreepte de spanning tussen economische belangen en ecologische noodzaak. Tegelijk bood hij inzicht in alternatieve strategieën zoals het veranderen van landfuncties in het achterland, wateropvang in polders en de reeds ingezette verlegging van dijken langs de IJzer. Mede door dit gesprek ben ik gaan inzien dat terugtrekking niet enkel een technische of ecologische uitdaging is, maar vooral ook een socio-politieke. Ik zal ook moeten nadenken over koppelkansen binnen mijn visie.
250 jaar landschapsevolutie in beeld met behulp van AI | EMIS. (z.d.). https://emis.vito.be/nl/artikel/250jaar-landschapsevolutie-beeld-met-behulp-van-ai
Agentschap MDK. (z.d.). Kust. https://www.agentschapmdk.be/nl/afdelingen/kust
Allerheiligenstorm 1570, Moser. (1570). https://vls.m.wikipedia.org/wiki/Ofbeeldienge:Allerheiligen_ Moser_1570.jpg
België: geografie en ontwikkeling van polders. (2022).
Caron, B. (2021, 21 januari). We blijven maar zand naar de zee dragen. Hoelang nog? Knack. https://www. knack.be/nieuws/we-blijven-maar-zand-naar-de-zee-dragen-hoelang-nog/
Cornilly, J. (2024). Het verlangen naar zee: tweehonderd jaar vakantie aan zee en bouwen aan de kust.
Casteleyn, K. (z.d.). Complex kustvisieproject. https://www.arcadis.com/nl-nl/projects/europe/belgium/ kustvisie
Decleer, K. (2007). Europees beschermde natuur in Vlaanderen en het Belgisch deel van de Noordzee: habitattypen, dier- en plantensoorten.
DOV portaal: Bodem- en geomorfologische kaart. (z.d.). DOV Vlaanderen. https://www.dov.vlaanderen.be/ portaal/?module=public-
EMODnet MAP Viewer. (z.d.). EMODnet Viewer. Geraadpleegd op 10 april 2025, van https://emodnet. ec.europa.eu/geoviewer/
Geopunt | Digitaal Vlaanderen. (z.d.). https://www.geopunt.be/
GISWest Viewer for HTML5: Thema oppervlaktewater. (2025). GISWest Geoloket. https://www.geoloket. be/Html5Viewer/index.html?viewer=Water.GISWest-Geoloket&run=openThema&subthema=VHA
Metropolitaan Kustlandschap eindrapport. (2014, 1 december). Vlaams Bouwmeester. https://www. vlaamsbouwmeester.be/nl/mediatheek/metropolitaan-kustlandschap-eindrapport
Metropolitaan Kustlandschap rapport fase 1: Studieopdracht Metropolitaan Kustlandschap, fase 1 een ‘verkennende en methodologische’ analyse van de Belgische Kust. (z.d.). In Vlaams Bouwmeester. https:// www.vlaamsbouwmeester.be/nl/mediatheek/metropolitaan-kustlandschap-rapport-fase-1
Natuurrapport 2020. (z.d.). Vlaanderen.be. https://www.vlaanderen.be/publicaties/natuurrapport-2020
Programma naar een Rijke Waddenzee. (2020, 3 november). Onderwatercafés - Programma naar een Rijke Waddenzee: gemaakt door Nicolle R. Fuller van Sayo Studio in opdracht van het programma Naar een rijke Waddenzee en de Waddenvereniging. Programma Naar een Rijke Waddenzee. https://rijkewaddenzee.nl/ onderwatercafes/index.htm
Rottier, H., & Arnoldus, H. (1984). De Vlaamse kustvlakte: van Calais tot Saeftinge.
Stichelbaut, B. (2021). De kust 4 augustus 1945: de zomer van de vrijheid : unieke luchtfoto’s van Knokke tot De Panne vanuit een Amerikaans verkenningsvliegtuig.
Testerep-Project (S. Vervust PROF. DR. Landscape Archaeology). (2024, 17 december). https://testerepproject.be/nl
Trust, W. (z.d.). Hamford Water - Woodland Trust. Woodland Trust. https://www.woodlandtrust.org.uk/ visiting-woods/woods/hamford-water/
VRT MAX (W. Willaert). (z.d.). https://www.vrt.be/vrtmax/luister/radio/r/radio-2-middag-in-westvlaanderen~25-5/radio2-middag-in-west-vlaanderen~25-16672-0/fragment~564d849c-01c9-4c7a-95f87601ca514124/?utm_campaign=web-migratie&utm_medium=redirect&utm_source=radio2-be
Waterbouwkundig Laboratorium. (2025, 8 mei). https://www.waterbouwkundiglaboratorium.be/nl Kustvisie. (2024, mei). Vlaanderen.be. https://www.vlaanderen.be/kustvisie
Tussen Binnenland en Branding
© 2025, Laurens Maertens Uitgegeven in eigen beheer
Alle afbeeldingen, tenzij aangegeven zijn eigen werk. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt in enige vorm of enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopie ën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Augustus 2025
Master Landschapsarchitectuur
Academie van Bouwkunst