Signalen gebruiken
Risicodieren Binnen een koppel zijn er altijd risicodieren, bijvoorbeeld achterblijvers. Zij zullen het eerst door ziekte, watergebrek of andere onvolkomenheden worden getroffen. Zij zijn de signaaldieren. Aan de risicodieren kun je het eerste aflezen dat er iets mis is. Dubbele reden om hier alert op te zijn. Dieren die door hun gedrag of uiterlijk aanleiding geven tot problemen kun je ook tot de risicodieren rekenen. Niet als slachtoffer, maar als veroorzaker. Bedenk voor je bedrijf welke dieren en problemen dat zijn en hoe je tijdig hierop kunt inspelen.
te c
Een echt signaal herhaalt zich. Denk na over wat je ziet en over het verband met de omstandigheden: gebeurt het vaker? Op andere tijden? Bij andere dieren? Op andere bedrijven? Ga zelf kijken of vraag er iemand bij. Ga ook eens ‘s avonds en ‘s nachts kijken.
Weet ook wanneer risico’s ontstaan en speel hier op in door risico’s weg te nemen of extra alert te zijn als je risico’s verwacht.
te d
Gebruik wat je ziet om je bedrijfsvoering te verbeteren. Stel bij alles wat je ziet, de volgende vragen: 1. Wat zie (hoor, ruik, voel) ik? Wat is het signaal? 2. Hoe komt dit? Wat is de verklaring? 3. Wat moet ik doen? Is het goed zo of moet ik actie ondernemen? Als je acties bedenkt, voer ze dan ook uit. Alleen dan heeft het zin om goed te kijken.
Zo neem je gestructureerd waar:
ig ht pr o
1. Kijk óók zonder ander werk te doen. 2. Kijk naar het hele koppel, naar de individuele kip en weer naar het koppel.
3. Kijk naar gemiddelden en naar uitersten. 4. Kijk naar het begin, het eind en het mid-
co p
yr
denstuk van de stal. Dat geldt ook voor processen, bijvoorbeeld het voeren. Kijk naar het voorste deel van de voerbak die gevuld wordt, de middelste en de laatste. Wat gebeurt daar? 5. Kijk op verschillende momenten en onder verschillende omstandigheden. 6. Blijf op gezette momenten ook stil staan in de stal en loop niet de hele tijd door. 7. Identificeer risicomomenten, risicodieren en risicoplaatsen.
Bange of zieke kippen in de nesten bevuilen de eieren.
Risicoanalyse en actie
10
Risicogroep
Risico
Actie
Achterblijvers
Produceren weinig
Kleine dieren eruit selecteren, apart zetten of afvoeren
Kippen die buitennesteieren leggen
Kans op cloacapikken Kans op nog meer buitennesteieren
Hoeken en donkere plekken met verlichting onaantrekkelijk maken (gebruik stroomdraadjes) Vaker buitennesteieren rapen (hoe vaker, hoe beter)
Bange kippen, die bovenin of in de nesten zitten en zich snel laten opjagen
Produceren minder Bevuilen de nesten
Stressfactor bepalen en wegnemen Eruit selecteren, apart zetten
Kip sig nal en