Geschiedenis van Van Wijk Sloepen De geschiedenis van Van Wijk Sloepen gaat bijna twee eeuwen terug. Het was in 1847 dat de familie Boot een werf begon genaamd De Dageraad in het dorp Alphen aan den Rijn en aldaar ijzeren boten maakte. De meeste van deze boten werden gebruikt voor het vervoer van goederen. Tjalken, klippers en kotters zoals ze in Nederland werden genoemd. In de 19e eeuw werd staal gebruikt als materiaal en werden de schepen steeds groter en groter. De schoonzoon van werfeigenaar Boot genaamd Gerrit van Wijk, werkte vroeger op de werf De Dageraad, maar in de jaren dertig wilde hij een eigen werf beginnen gericht op het maken van plezierjachten.
Zijn visie was dat pleziervaart de toekomst werd, mede omdat mensen meer vrije tijd kregen. Holland had - en heeft nog steeds - veel rivieren, kanalen en
meren waarop je kunt varen. Het doorbrengen van die vrije tijd op het water werd in toenemende mate steeds populairder. Zo begon hij in 1933 zijn eigen werf in het dorpje Woubrugge, gelegen naast Alphen aan den Rijn. Hier begon hij met kleine stalen en houten zeilboten genaamd Wibo’s. WIBO is een combinatie van twee letters van de achternaam van zowel Gerrit als zijn vrouw. WI staat voor Wijk en BO voor Boot. Hij produceerde in die jaren niet alleen Wibo’s. Ook andere schepen werden gemaakt en ontwikkeld door veel verschillende Nederlandse jachtontwerpers. Daarnaast ontwikkelde het bedrijf zich verder in de richting van restauratie en onderhoud van jachten. In de jaren vijftig kwam Gerrits zoon Bouw van Wijk (geboren in 1933) in het bedrijf te werken. Als nautisch ingenieur kende hij veel van de moderne manieren van varen en als befaamd zeiler had hij ook de praktische ervaring in de omgang met plezierjachten. Hij begon grotere Wibo’s te tekenen met betere zeilprestaties en bouwde met modernere techniek. Ook het aantal medewerkers groeide. In die tijd begon hij ook met het maken van stalen motorjachten, die Braassemkruisers werden genoemd. Niet verwonderlijk, aangezien het Braassemermeer grenst aan de locatie van de werf te Woubrugge. In de jaren zeventig nam Bouw van Wijk contact op met de bekende Nederlandse ontwerper Riekus van der Stadt voor het tekenen van de nieuwe reeks Wibo zeiljachten. Hun samenwerking bleek een zeer goede combinatie omdat bijna
2.200 Wibo’s werden gemaakt tot het midden van de jaren tachtig. Honderden van Wibo’s 820, 835, 930, 945 en 990 verlieten de werf. Niet alleen in Nederland, maar ook in het buitenland werden schepen afgeleverd. Bouw van Wijk had ook veel succes als zeiler in de Regenboogklasse. Dit met een traditioneel Nederlands houten zeiljacht van acht meter, dat zijn oorsprong heeft in 1917. Vele malen werd hij in deze klasse Nederlands kampioen. Daarnaast bouwde hij eveneens een reputatie op in de Sharpie klasse en bracht het ook tot Europees kampioen ijszeilen in de DN (in 1937 ontworpen via een prijsvraag van de Amerikaanse krant Detroit News). Om zijn Regenboog iedere keer te vervoeren naar de diverse wedstrijden, onderzocht Bouw de ontwikkeling van een handzamer formaat schip. Dit, wel onder handhaving van de klassieke lijnen
15
